Samenvatting van het deel van prof. Van den Broeck. Dit is een combinatie van lesnotities + boek. Ik leerde voor haar deel dit document (+ deel erfrecht en giften) en behaalde 14/20.
Familiaal vermogensrecht (Van Den Broeck)
DEEL 1: TWEERELATIES: HUWELIJK EN SAMENWONING
Secundaire stelsels: werking tijdens het huwelijk
1. Wettelijk stelsel
1) Situering
-Echtgenoten onderworpen aan primair huwelijksstelsel en secundair huwelijksvermogenstelsel
-Secundaire huwelijksstelsel
Vermogensrechtelijke aspecten van familiale relaties
Afhankelijk van het stelsel waaronder je getrouwd bent
Stelsel werkt vanaf voltrekking huwelijk (Art. 1391 Oud BW)
Balans tussen autonomie en solidariteit
-Mogelijkheden om stelsel aan te stellen
Conventioneel stelsel (huwelijksovereenkomst bij de notaris)
o Met aanvullend de regels van het wettelijk stelsel (Art. 1451 Oud BW)
o Bv. scheiding van goederen of gemoduleerde gemeenschap
Indien je niets overeenkomst: wettelijk stelsel uit Art. 1390 Oud BW
-Art. 1394-1395 Oud BW: tijdens huwelijk stelsel wijzigen van wettelijk naar huwelijksovereenkomst
Wijzigingsakte bij de notaris
Essentieel voor de verhouding tav elkaar en tav derden en dus niet zomaar onderhandse akte
2) Kwalificatie vermogens
-Art 1398 BW: 3 vermogens
Vermogen echtgenoot A
Vermogen echtgenoot B
Gemeenschappelijk vermogen
Eigen vermogen Gemeenschappelijk vermogen
= Niet verbonden aan huwelijk = Beroepsinkomens beide echtgenoten dient als
Voorhuwelijksvermogen gezinsvermogen
Vermogen door erfenis of schenking
AUTONOMIE SOLIDARITEIT
-Relevantie van het gemeenschappelijk vermogen
Tijdens huwelijk Bij ontbinding
-Regels over zeggenschap partners over -Elke echtgenoot recht op helft gemeenschap
goederen
<-> wettelijk samenwonen
Bv. bepaalde transacties
-Gemeenschapsvermogen op juridisch vlak
Sui-generis figuur, namelijk doelgebonden vermogen
Geen vennootschap, want geen rechtspersoonlijkheid
Geen mede-eigendom, want je kan er niet zomaar uit (tenzij scheiding of wijziging stelsel) en
jouw aandeel niet verkopen
-Vermoeden van gemeenschappelijkheid
Gemeenschap trekt zoveel mogelijk vermogensbestanddelen naar zich toe
Een goed is gemeen als je niet kan bewijzen dat het eigen is (lijst met eigen goederen in wet)
3) Werking
A. Algemeen
-Art. 1405 Oud BW: vermoeden van gemeenschappelijkheid
1
,-Art. 1399 Oud BW: bewijsregels
-Waar het voordeel is, is ook de last
Eigen goed = eigen schulden
Gemeenschappelijk goed = gemeenschappelijke schulden
B. Bewijsregels Art. 1399 Oud BW
Tussen echtgenoten Tav derden
=> Alle middelen van recht => Limitatief opgesomde bewijsmiddelen
Sinds 2018 (hervormd HVR): schuldvorderingen Strenger om te vermijden dat partners
onderworpen aan dezelfde bewijsregels als samenspannen om verhaalsmogelijkheden van
andere goederen derden te beperken Art. 1399 Oud BW (zeggen
dat het gemeen is terwijl eigen)
Lijst van eigen goederen maken
Soevereine beoordeling rechter
Niet tegenwerpelijk aan derden
Vreemd, want dit is een notariële akte dus
waarom niet tegenwerpelijk?
=> notaris kan enkel verklaring
vaststellen, maar niet juistheid van de
verklaring nagaan
Bv. rekening op een bepaalde naam is niet voldoende om eigenheid te bewijzen
Oorsprong van de goederen bewijzen (bv. schenking)
Indien niet bewezen, dan valt het onder vermoeden van gemeenschappelijkheid
4) Baten (actief bestanddelen)
A. Baten van de eigen vermogens Art. 2.3.17 – 2.3.21 BW
-Echtgenoten moeten aantonen dat goed
Eigen uit oorsprong (Art. 1399 Oud BW)
Eigen door aard (Art. 1400-1401 Oud BW)
a. Goederen eigen door oorsprong
= Goederen van echtgenoten voor huwelijk of tijdens huwelijk door schenking, erfenis of testament
Voorhuwelijkse goederen Tijdens huwelijk om niet verkregen goederen
= Tegenwoordige goederen = Toekomstige goederen
! Criterium: datum van eigendomsverkrijging
Bv. Handelszaak voor huwelijk opgericht Bv. Erfenis
-Daarna goed gemeenschappelijk maken -Tenzij schenker uitdrukkelijk bepaald dat
Onroerend vorderingsrecht in goederen gemeenschappelijk zijn (Art. 1405 Oud
gemeenschappelijk vermogen brengen BW)
-Sluiten koopovereenkomst (onderhandse akte)
voor huwelijk en notariële akte tijdens huwelijk
Onroerend vorderingsrecht echtgenoot
Dan recht binnenbrengen in gemeen
vermogen
-Opschortende of ontbindende voorwaarde
Goed blijft eigen
Retroactieve werking (recht van voor
huwelijk)
2
,-Voorhuwelijkse aankoopoptie lichten tijdens
huwelijk
Gemeenschappelijk goed
Geen retroactieve werking
b. Goederen eigen uit aard
Accessoria (Art. 1400 Oud BW) Strikt persoonlijke goederen (Art. 1401 Oud BW)
-Toebehoren van goed heeft zelfde statuut als -Op eigen naam
goed
-Geprefinancierd door gemeenschappelijk
-Stel accessorium in eigen vermogen betaald met vermogen
gemeenschappelijk vermogen (bv. loon)
Dit is een scheeftrekking
Rechttrekking bij ontbinding huwelijk
o Scheiding
o Wijziging stelsel
Vergoedingsplicht op
vergoedingsrekening (gemeenschappelijk
vermogen)
-Pas opeisbaar na ontbinding van het stelsel bij
vereffening en verdeling met toepassing van
vergoedingsrekeningen (Art. 1432 Oud BW)
Accessoria (Art. 1400 Oud BW)
-Dubbel bewijs
Aanwezigheid eigen goed
Aanwezigheid goed dat daarvan afhankelijk is
Toebehoren van eigen goederen of rechten
-Goed is eigen indien
Ondergeschikt aan eigen (on)roerend goed
Nuttig voor gebruik of bewaring van eigen (on)roerend goed
Bv. horizontale of verticale natrekking
Bv. uitrusting bij uitbating bedrijf
Bv. stemrecht of voorkeurrechten bij aandelen van eigen karakter van vennootschap voor huwelijk
opgericht
-Maar NIET (en dus gemeenschappelijk)
Periodieke inkomsten uit vennootschap (interesten of dividenden) (Art. 1405 Oud BW)
Winnend lot uit de loterij
Goederen aan één der echtgenoten overgedragen door een bloedverwant in opgaande lijn
-3 cumulatieve voorwaarden
Onder bezwarende titel
Door ascendent aan echtgenoot
Voldoening schuld van die ascendent of schuld van die ascendent aan derde
Aandeel door één echtgenoot verkregen in goed waarvan hij al mede-eigenaar was
-Niet wanneer
3
, Andere echtgenoot is reeds mede-eigenaar
Echtgenoten verwerven aandeel gezamenlijk
Verwervingen om niet (die zijn eigen obv Art. 1399 Oud BW)
-Wel mogelijk als beide mede-eigenaars zijn en beide verwerven bijkomend aandeel
Bv. 1 onroerend goed in mede-eigendom van broer A, B en C
A wil eigenaar worden van hele goed en koopt aandelen van B en C
Aandelen B en C komen in eigen vermogen van A
A heeft die aandelen gefinancierd met loon en dus gemeenschappelijk vermogen
=> compensatie bij ontbinding
Zelfde situatie als B en C schenken aan A
Goederen en rechten die door zaakvervanging in plaats treden van eigen goederen of rechten
= Rechtstreekse subrogatie (Art. 3.10 BW)
-Eénvoudig als goed en goed in de plaats evenveel waard is => vervangend goed wordt ook eigen
Bv. Verzekeringsvergoeding uitbetaald na beschadiging of vernieling woning
Bv. Onteigeningsvergoeding
-Indien opleg => pars major principe (welk vermogen financierde het grootste deel)
Indien gemeenschappelijk vermogen => gemeenschappelijk goed + vergoedingsplicht aan
eigen vermogen na ontbinding van het stelsel
Bv. goed X = €100 en goed Y = €120
o €100 betaald door eigen vermogen en €20 opleg door gemeenschappelijk vermogen
o Grootste deel betaald door eigen vermogen en dus eigen goed
Indien eigen vermogen => eigen goed
Bv. goed X = €50 en goed Y = €120
o €50 betaald door eigen vermogen en €70 opleg door gemeenschappelijk vermogen
o Grootste deel betaald door gemeenschappelijk vermogen en dus gemeen goed
o Maar deel betaald door eigen vermogen dus vergoeding aan eigen vermogen bij
ontbinding
Goederen verkregen uit belegging of wederbelegging (Art. 1402-1404 Oud BW)
= Onrechtstreekse subrogatie
Belegging = echtgenoot verwerft goed met eigen gelden
Wederbelegging = eigen goed vervreemden om met die opbrengsten nieuw goed aan te schaffen
1. Gewone onroerende (weder)belegging (Art. 1402 Oud BW)
Geen toestemming andere echtgenoot nodig
Één matteriële voorwaarde = pars major principe (grootste deel door eigen vermogen)
Dubbele formele voorwaarde
o Verklaring dat aankoop wederbelegging is van eigen goederen
o Verklaring dat aankoop voor meer dan de helft gefinancierd is met eigen vermogen
Indien 1 voorwaarde niet voldaan => gemeenschappelijk goed (met vergoeding bij
ontbinding)
Bv. goed kost €300 000
o €200 000 uit eigen vermogen via schenking en €100 000 uit beroepsinkomsten
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Studen35. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €20,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.