Intellectuele rechten (MC Janssens) INHOUDSTAFEL
Inleiding
1. Wat zijn intellectuele rechten
2. De intellectuele rechten als uitzondering op de vrijheid van mededinging en kopie
1) Het principe van de vrijheid van ondernemen
2) Het principe van de vrije mededinging mits inachtneming van de eerlijke gebruiken
3) De intellectuele rechten als uitzondering op de vrijheid van mededinging en kopie
3. De sector van de intellectuele rechten
1) Overzicht
2) Gelijkenissen
3) Verschilpunten
A. Eerste verschilpunt: finaliteit van beide beschermingssystemen
B. Tweede verschilpunt: wijze waarop het recht ontstaat
C. Derde verschilpunt: bijzondere persoonsgebonden rechten in auteursrecht vervat
4) Economisch belang
4. Bevoegdheid inzake intellectuele rechten in België
1) Wetgevende bevoegdheid
2) Intellectuele rechten als onderdeel van het WER
3) De Dienst voor de Intellectuele Eigendom (DIE)
Auteursrecht en naburige rechten
1. Wetgevend kader
1) Nationale wetgeving: boek XI WER
2) Europese regelgeving
3) Internationale bescherming
A. De Conventie van Bern voor de bescherming van letterkundige en kunstwerken
van 1886
B. De Conventie van Rome ter bescherming van de uitvoerende kunstenaars, de
producenten van fonogrammen en de omroeporganisaties van 1961
C. TRIPs-overeenkomst van 15 april 1994
D. WIPO-verdragen van 20 december 1996: het WCT en het WPPT
E. Andere verdragen
2. Auteursrecht (sensu stricto)
1) Toepassingsdomein
2) Beschermingsvereisten
A. Een concrete uitdrukkingsvorm
B. Het originaliteitsvereiste (oorspronkelijkheidsvereiste)
3) Verkrijging van het recht
A. Geen registratieverplichting
B. Wat is dan de waarde van de ‘copyright notice’?
4) Titularis van het recht
A. De maker van het werk (art. XI.170 WER)
B. Postume werken
C. Samenwerking tussen verschillende auteurs (art. XI.168 & XI.169 WER)
D. Bijzondere regeling mbt audiovisuele werken (art. XI.179 & XI.182 WER)
5) Beschermingsomvang
A. Twee soorten rechten
B. De morele rechten (persoonlijkheidsrechten)
C. De vermogensrechten
a. Algemeen
b. Het reproductierecht (in enge zin en in ruime betekenis)
c. Het recht tot mededeling aan het publiek
d. De uitzonderingen
1
, e. Een bijzonder vermogensrecht voor auteurs van werken van beeldende
kunst: het volgrecht (art. XI.175 WER)
f. Overeenkomsten inzake vermogensrechten
6) Duur van het recht (art. XI.166 WER)
7) Einde van het recht
3. Naburige rechten
1) De klassieke naburige rechten
A. Houders vd klassieke naburige rechten
a. De uitvoerende kunstenaars (art. XI.204 WER)
b. Producenten van fonogrammen en films (art. XI.209 WER)
c. Omroeporganisaties (art. XI.215 WER)
B. Inhoud van de naburige rechten
a. Het naburig recht van uitvoerende kunstenaars
b. Het naburig recht van producenten (art. XI.209 WER)
c. Het naburig recht van omroeporganisaties (art. XI.215 WER)
C. Duur van de bescherming
a. Algemene regel
b. Verlenging van de duur van bepaalde naburige rechten
2) Het naburig recht van (pers)uitgevers
A. Uitgevers algemeen (België)
B. Persuitgevers (EU)
4. Bijzondere regels in een digitale (netwerk)omgeving
1) Aanvullende beschermingsmechanismen
A. Algemeen
B. Bescherming van technische beschermingsmaatregelen (TPM)
C. Bescherming van elektronische informatie
2) Rol en aansprakelijkheid van internetproviders
A. Algemeen
B. Providers die onder de klassieke regels van het auteursrecht vallen
C. Aanbieders van een onlinedienst voor het delen van content (de lege ferenda)
D. Providers die kunnen genieten van een beperking van aansprakelijkheid in het
kader vd regelgeving over elektronische handel
a. Overzicht vd regeling
b. Stopzettingsbevel tegenover providers
5. Computerprogramma’s
1) Wetgevend kader
2) Toepassingsdomein
3) Beschermingsvereisten
4) Titularis van de rechten
5) Beschermingsomvang
A. Vermogensrechten
B. Uitzonderingen op de vermogensrechten
C. Morele rechten
6) Duur en einde van het recht
6. Databanken
1) Wetgevend kader
A. Inleiding
B. De Europese Richtlijn Databanken van 1996
C. De omzetting van de Europese richtlijn in Belgisch recht
2) Toepassingsdomein
A. Wat is een databank?
B. Een tweevoudig beschermingssysteem
2
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Studen35. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.