Functies
Uitwisseling van gassen tussen de atmosfeer en het bloed.
Homeostatische regulatie van de lichaamszuurtegraad (regeling pH door meer of minder afgeven
van CO2. Verlies H2O en warmte: bij inademen geven we een deel van warmte aan de lucht, bij
uitademen gaat de warmte weg. We creëren heel vochtig milieu, bij uitademen dampen weg.).
Bescherming tegen ingeademde pathogenen en irriterende substanties.
Stemgeluid.
Water en hitte/warmteverlies.
RS werkt hart
Oppervlakte: 75m2 (als je ze helemaal openlegt).
15 ademhalingen/minuut.
900 ademhalingen/uur.
21.600 AH/dag.
7.884.000 AH/ jaar.
>550 miljoen AH als we 70 jaar zijn geworden.
Respiratoir systeem bulkstroom
Gelijkenissen met het CVS :
- De stroom verloopt van regio’s met een hoge naar regio’s met een lagere druk.
- De spieren creëren een drukgradiënt.
- Weerstand tegen stroom.
→ Diameter van de buizen (luchtwegen).
→ Nakoming (stretchmogelijkheid).
- Weerstand wordt veroorzaakt door luchtwegen en bronchiolen.
Bronchoconstrictie: vernauwen van de bronchiolen brochodilatie.
Verschillen met het CVS :
- Lucht is samendrukbaar, bloed niet.
Respiratoir systeem
Cellulaire (interne) ademhaling: intracellulaire reactie van O 2 :
- Formatie van CO2, water en energie (ATP!).
- Ter hoogte van de mitochondriën, alleen in de cellen.
Externe ademhaling: beweging van gassen tussen de omgeving en het lichaam :
- Atmosfeer – longen: ventilatie of ademhaling.
→ Inspiratie en expiratie.
- Uitwisseling O2 en CO2 longen – bloed.
- Transport O2 en CO2.
- Uitwisseling van gassen tussen bloed – cellen.
- In contact met de buitenwereld, in verschillende fasen.
,Bovenaan zien we uitwisseling van O2 en CO2 tussen de atmosfeer en de long. We zien dan de
longcirculatie die via de longen passeert en de systemische circulatie die aan de weefsels passeert.
En onderaan zien we de cellulaire respiratie.
Componenten van het respiratoir systeem
Geleidend systeem, of luchtwegen.
Longen bevatten alveoli (enk: alveolus).
Botten en spieren van de thorax en buik die meewerken aan de ademhaling
- Bovenste RS
- Onderste RS
Larynx bevat de stembanden: bindweefselbanden dat vibreren en aanspannen om geluid te
maken.
De trachea is semi-flexibel en bevat 15-20 C gevormd kraakbeenringen om de luchtwegen altijd
open te houden.
De trachea vertakt in een paar primaire bronchie: semi-stijve buizen omgeven door KB.
Het bovenste respiratoire systeem is tot net aan de larynx.
Het onderste respiratoire systeem is alles onder de larynx.
De neus- en mondholte trekt de lucht binnen. Vandaar gaat de lucht
naar de farynx, waar de 2 delen kunnen onderscheiden : de
oesophagus (waar ons voedsel in terecht komt) en de larynx (waar
de stembanden zitten en deze evolueert in de trachea of de
windpijp). De luchtpijp splitst verder in een linker en een rechter
bronchus. In de longen vertakt de bronchus nog (22 keer). Daardoor
wordt de lucht heel goed verspreidt in de longen. De belangrijkste
ademhalingsspier is de diafragma.
, De geleiding gebeurt tot aan de bronchiolen en de uitwisseling gebeurt vanaf de bronchiolen. De
alveoli zijn in hele grote aantallen aanwezig. Er zijn tot 100miljoenen alveoli. De cross-sectionele
oppervlakte neemt ook alleen maar toe, omdat de alveoli met zoveel zijn.
In de rechter long is er een superieure lob, een
middel lob en een inferieure lob. In de linker long
daarentegen is er enkel een superieure lob en een
inferieure lob. De linker long is ook iets kleiner,
omdat het hart meer aan de linker kant ligt.
Er zitten 2 vliezen rond de longen : het viscerale
membraan dat aan de longen zit geplakt en het pariëtale
membraan dat tegen de ribben zit geplakt. Dit
veroorzaakt een zakje met een klein beetje vloeistof erin.
Dit zorgt ervoor dat het oppervlakte tussen de 2
membranen glad blijft en zodat ze over elkaar kunnen
schuiven als dit nodig is. Maar het veroorzaakt ook
cohesiekracht en dit is belangrijk omdat de membranen
moeilijk van elkaar te halen zijn. Moesten de membranen
er niet zijn, dan zouden de longen een heel stuk kleiner
zijn. Ze zijn altijd een beetje op rek gebracht door de
cohesiekrachten.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lenebreyssens. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,79. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.