Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting 1.7 People At Work €9,39   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting 1.7 People At Work

 4 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

In deze samenvatting wordt alle literatuur en artikelen uit blok 1.7 besproken, ook zitten er er afbeeldingen bij voor extra duidelijkheid.

Aperçu 4 sur 36  pages

  • 14 juillet 2022
  • 36
  • 2021/2022
  • Resume
avatar-seller
Probleem 1
Definition of motivation:
 Interne staat van een persoon die ervoor zorgt dat men bepaald gedrag vertoont
 Richting: Keuze welk gedrag men vertoont
 Intensiteit: Hoeveel moeite het kost: kan men gedrag volhouden?
 Constantie/volharding/aanhoudendheid: Hoe lang gaat men dat gedrag volhouden over tijd
 Verantwoordelijkheid

Motivatietheorien:
1) Content theorieën -> doelen (rijkdom, status en macht)
2) Procestheorieën -> waarom wordt doel gekozen
3) Job enrichment theorien -> invloed van bv managers

1. Content theorieën -> doelen (rijkdom, status en macht)

Maslow’s basic needs theory
Deze theorie stelde dat iedereen een standaard set aan behoeften, basisbehoeften, heeft en dat
deze behoeften zorgen voor een bepaalde motivatie. Deze behoeften zijn hiërarchisch
gerangschikt. Dus lichamelijke behoeften worden als eerst bereikt.


1. Lichamelijke behoeften
Eten, water en slaap

2. Veiligheid
Veilige omgeving

3. Liefd/ sociaal contact
Individueel verlangen om geaccepteerd te worden

4. Erkenning en waardering
Het krijgen van respect voor bepaalde talenten/
prestaties

5. Zelf-actualisatie
Behoefte om te ontwikkelen naar zijn volledige
potentie -> ultieme levendoel
Kritische vraag:
Need theory: Hoe kan deze theorie
Maslow’s theorie past goed bij de person-as-machine metaphor. worden gebruikt om motivatie uit te
leggen?
Zelfontwikkeling kan een sterke
KRITIEK behoefte zijn om motivatie te
 Er kunnen verschillende behoeften uit meerdere niveaus ontwikkelen.
tegelijkertijd aanwezig zijn
 Iedereen stelt andere eisen aan behoeften
 Niet universeel, maar op blanke Amerikanen

,Two-factor theory
Herzberg

Herzberg zei dat er ipv. 5 basisbehoeften slechts 2 basisbehoeften zijn en dat deze niet hiërarchisch
gerangschikt zijn. Motivatie komt uit de taak zelf niet van externe beloningen of
werkomstandigheden


1. Hygiëne needs
Maslow: lichamelijke behoeften en veiligheid
Het vervullen van de hygiëne needs (salaris, collega’s, organisatorische regels) zou zorgen
ontevredenheid wegnemen, maar zorgt niet voor motivatie.


2. Motivator needs
Maslow: liefde/ sociaal contact, erkenning en waardering, en zelf-actualisatie
Het vervullen van motivator needs (behalen van doelen, erkenning en verantwoordelijkheid)
zorgt wel voor motivatie.

KRITIEK
 Niet bewezen met onderzoek
 Gebruiken we nu niet

2. Procestheorieën -> waarom wordt doel gekozen

Equity Theory
Person-as-scientist theory
 Mensen zijn gemotiveerd om eerlijkheid of rechtvaardigheid te behalen in omgang met
andere mensen en organisaties.
 Cognitieve dissonantie: Festinger had theorie van cognitieve dissonantie bedacht
 Men kijkt naar hun wereld op basis van vergelijkbare inputs en outcomes. Men kijkt dus naar
hoeveel er ergens in wordt gestoken en wat je er voor terug krijgt. Vervolgens vergelijken ze
hun inputs en outcomes met comparison others. Wanneer hun eigen outcome/input ratio
hetzelfde is als die van comparison others dan is het oké (zorgt niet voor tension).




Ratio’s worden als oneerlijk beschouwd wanneer de comparison other meer outcome krijgt voor
minder input, of wanneer hij/ zij meer moet doen en er minder voor terug krijgt.

Distributive justice
In hoeverre is de outcome rechtvaardig. Een distribution/keuze wordt als eerlijk beschouwd wanneer
resultaten kunnen worden toegewezen op basis van verdiensten.
Bv. mensen met dezelfde baan krijgen evenveel betaald
 Kan ook voorkomen zonder procedural justice

Procedural justice
Recht op eerlijk proces.
Bv. methode toewijzing promotie is gelijk voor beide werknemers

,Interactional justice
Wordt een individu juist behandeld? Later werd deze opgesplitst in twee soorten
 Interpersonal justice
Wordt er goed met elkaar omgegaan (onderling)?
 Informational justice
Wordt werknemer goed/ voldoende ingelicht over de keuzes die er gemaakt worden?




Kritische vraag: Kan je een voorbeeld
bedenken waarin de verschillende
perspectieven naar voren komen? (Uitkomst
eerlijk maar procedure niet.)
Procedural perspective: Fairness
theorie/equity theory:
Distributive justice/procedural justice: Het
vergelijken met wat anderen krijgen.
Eerlijkheid waarmee beloning worden
uitgedeeld. proc: Proces waarbij
belonging worden uitgevoerd.




Strategieën om ongelijkheid op werk op te lossen
1) Eigen input op orde brengen
2) Input van de persoon waarmee vergeleken wordt veranderen
3) Eigen resultaten veranderen
4) Ongelijkheid te rationaliseren
5) Vergelijken met andere collega
6) Werk verlaten

Expectancy theorie:
 Motivatie wordt veroorzaakt door wat men denkt te krijgen door bepaald gedrag.
Verwachtingen.
 Verschil Equity (anderen) en expectancy theory (binnenuit): Gaat niet om het vergelijken met
anderen maar dit is juist intern.
 VIE Theory:



 Valentie→ waarde voor een persoon van beloning of resultaat objecten in omgeving kunnen
aantrekkende of afstotende kracht hebben. Bv; student zal heel blij zijn als ze het tentamen

, goed maakt, omdat ze dan volgend jaar door kan met haar studie, anders zou de student
moeten stoppen
 Instrumentality→ Relatie tussen prestatie en bereiken van bepaald resultaat. Bewustwording
van deze relatie: Informatie wordt gecombineerd om te bekijken of deze relatie leidt tot
positieve of negatieve outcomes. Bv als de student heel hard gaat leren voor het tentamen,
is de kans dat ze een hoog cijfer haalt nog steeds niet heel groot, omdat de expectancy laag
is (omdat de student niet vaak een hoog cijfer heeft gehaald)
 Expectancy: Geloof van individu zorgt voor succesvolle prestatie. Bv bv: omdat deze student
nog geen hoge cijfers heeft gehaald voor tentamens, gelooft ze dat het lastig wordt om nu
wel een hoog cijfer te halen
 Force: hoeveelheid motivatie die een persoon heeft om bepaald gedrag te vertonen bv:
student staat een 5,0 en moet laatste tentamen goed maken om naar volgende jaar te
mogen, dus is gemotiveerd.

Voorbeeld: Verslag schrijven→ voorspelling hoe hard men zal gaan werken en
verslag afronden? Samenwerking van VIE
 Expectancy: self efficacy + randwaarden -> levert input (uren werk)
daadwerkelijk een verslag op? Valentie: Afstoting: Het lastig vinden van het
onderwerp. Aantrekkend: Doel: Het jaar halen.
 Instrumentality: leidt een goede prestatie daadwerkelijk tot een gewenst
resultaat? Bv een hoog cijfer?
 Valentie= de waarde die je aan de verschillendes i’s toekent (hoe belangrijk is
dat hoge cijfer of hoe belangrijk is het dat je nu dus minder vrije tijd hebt etc)
0→ Geen motivatie


KRITIEK:
 Veel nadruk op sociale en cognitieve aspecten maar negeert elementen als persoonlijkheid
en emotionele aspecten

Self-Efficacy Theory Bandura
Geloof in je eigen capaciteiten om een bepaalde taak of bepaald doel te bereiken. Je kunt self-
efficacy verhogen/verbeteren door middel van:


 Master experience
Succesvolle ervaringen verhogen, failures verminderen
 Modeling
Wanneer mensen iemand gelijk aan hen zien slagen voor bepaalde taak kan hierdoor hun
self-efficacy sterker worden. Wanneer ze hen zien falen, wordt het juist verminderd.
 Social persuasion
Aanmoediging/ het geloof in jou van andere kan motivatie verhogen.
 Psychological states
Stress en vermoeidheid kunnen self-efficacy verlagen.
Verschil self-efficacy en self-expectancy

- Self-efficacy:
- is gefocust op het uitvoeren van specifieke taak
- meer gefocust op vaardigheden van persoon, zoals kennis en
capaciteiten
- Self-expectancy
- gaat over relatie tussen gedrag en uitkomst van gedrag
- plaatst deze vaardigheden van persoon in een situatie

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lisavanderploeg3. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €9,39. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

77254 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€9,39
  • (0)
  Ajouter