Samenvatting les 1: Adaptatie in Theater, Film en Literatuur – Inleiding
Cursusinhoud
- Adaptatieprocessen die plaatsvinden binnen (hoofdzakelijk) film, theater en literatuur
- Adaptaties als adaptaties: bewuste herwerkingen van een of meerdere andere
cultuurproducten
- Theoretische grondslagen en historische inzichten
- Inleidende lessen met grote lijnen + verdiepende lessen met cases
- Inbreng expertise vanuit diverse TFL-medewerkers
Adaptatie: theorie
- Cf. Hutcheon, ‘Chapter 1: Beginning to theorize adaptation: What? Who? Why? How?
Where? When?’, pp. 1-32
Enkel te lezen (geen examenstof): ‘Modes of engagement’, pp. 22-27
- Adaptaties: (on)populair?
Populaire praktijk: repetition with variation”(Een bekend element, element van
herhaling met toch variatie erin heeft iets aangenaam) Commercieel interessant
(risico op een flop is kleiner: materiaal dat zichzelf al heeft bewezen)
Minachting: Romantisch idee over ‘het origineel’ en de adaptatie als
minderwaardige afgeleide (Romantiek: kunstenaar is genie dat in volledig isolement
tot een totaal nieuw, authentiek idee komt en dat gaat uitwerken in haar/zijn kunst)
“to be second is not to be secondary or inferior; likewise, to be first is not to be
originary or authoritative” (Hutcheon p. xv)
Daarom: in adaptatiestudies vaak voorkeur om te spreken over ‘bronwerk’ of
‘geadapteerde werk’ ipv ‘origineel’
Belangrijkst: pejoratieve connotatie achterwege laten
- Adaptaties als adaptaties
Adaptatie als autonoom werk enerzijds
Adaptatie als adaptatie anderzijds: erkenning relatie met voorgaand werk
Unknowing audiences (publiek niet op de hoogte van het feit dat het werk dat ze
bekijken een adaptatie is) ➔ autonoom werk
Knowing audiences ➔ adaptatie als adaptatie
Te binair? we moeten dat meer als continuüm zien (bv. iemand in de cinema die ooit
ergens heeft gelezen dat die film een adaptatie is vs. iemand die er scherp van op de
hoogte is
- Adaptatie: definitie
Hutcheon (2013: XVI): adaptaties als “deliberate, announced, and extended
revisitations of prior works”
Een adaptatie = een werk dat een of meerdere andere werken of een verhaalwereld
bewust en openlijk herwerkt
adaptaties moeten niet verticaal onder het ‘origineel’ worden geplaatst
Ze rekent ook verhaalwerelden tot eerdere werken (een soort verhalenuniversum
dat losstaat van een specifieke tekst behoort volgens haar ook aan die definitie –
anders zouden bv. ook gameadaptaties buitengesloten worden)
Wat behoort er dan niet tot de definitie?
allerlei intertekstuele referenties, kleine referenties, allusies aan andere werken
plagiaat, aangezien er daar geen erkenning is aan het bronwerk
1
, sequels en prequels ook niet: andere verhaallijnen, niet hetzelfde bronwerk
Wat is adaptatie?: 3 invalshoeken
1) An acknowledged transposition of a recognizable other work or works: Adaptatie als
product
- Adaptatie als de bewerking van een ander werk
Binnen (intramediaal) of tussen (intermediaal) media
Verandering van genre
Verandering van vertelperspectief
…
- Diverse benamingen voor het product: adaptatie, re-enactment, verfilming, remake, cover,
hercompositie, vertaling, remediatie …
2) A creative and an interpretive act of appropriation/salvaging: Adaptatie als proces
- Het adapteren als actieve daad impliceert steeds interpretatie en dan creatie;
- ‘toe-eigening’- soms negatieve connotatie
- kan ook net positief geëvalueerd worden, dan vaak in termen van doorgeven van erfgoed,
koesteren etc; ‘salvaging’: “Toen ik met haar werkte aan de adaptatie van de romans van
Isaac Bashevis Singer, The Manor en The Estate, verbaasde het me steeds opnieuw hoe ze
alles herleidde tot de door haar gekende wereld: zo sprak tante Esther ook, dat aten we ook
thuis, dat beeld van die straat ken ik, mijn opa rook ook zo ... Wanneer de roman van Singer
haar ‘fiktie’ aanbood, dan zei ze, “dat lijkt op Dostojewski, dat is niets voor mij – en daar
vergist Singer zich” en het hoofdstuk werd meedogenloos verworpen. Het merkwaardige
daarbij was dat je op den duur nog nauwelijks in de schriftuur het verschil kon merken
tussen Singer en Akerman, het was alsof Singer begon te praten met de woorden van
Akerman, en omgekeerd ...” Eric De Kuyper over Chantal Akerman,
https://sabzian.be/article/leren-leven-het-leven-leren
3) An extended intertextual engagement with the adapted work: Adaptatie vanuit
publiek/receptie
- Adaptatie als ‘palimpsest’ (als vorm van IT) = hergebruikt manuscript, waarbij de
oppervlakkige laag wordt weggeveegd om opnieuw te worden gebruikt, zonder dat die
voorgaande laag totaal onzichtbaar wordt
- Wetende en onwetende publieken
- Het publiek:
Veranderingen in film en literaire studies in jaren 1980
Roland Barthes (1968) "la naissance du lecteur doit se payer de la mort de l'auteur"
Teksten hebben evenveel betekenissen als lezers
Adaptatie is een herinterpretatie van een tekst
De auteur is niet in staat om een gefixeerde betekenis in een tekst vast te leggen,
want de lezer kan evengoed beslissen om zich daar niets van aan te trekken
Reader response theory in LW: een tekst staat niet op zichzelf en krijgt pas betekenis
als ze geïnterpreteerd wordt - we kunnen dan adaptatie zien als literair event waarbij
bestaande teksten worden gerecreëerd
Cultural studies jaren 1980: aandacht voor empirische ipv theoretische lezer/kijker
Therefore, an adaptation is a derivation that is not derivative – a work that is second
without being secondary. It is its own palimpsestic thing. (Hutcheon 2013: 8-9)
2
,Intertekstualiteit
- Dood van de auteur: Teksten worden gevormd door veelheid aan andere teksten => nadruk
op intertekstualiteit ipv originaliteit
- Julia Kristeva (1966) conceptualiseert intertekstualiteit o.b.v. Mihkhail Bakhtins dialogisme:
“Any text is constructed as a mosaic of quotations; any text is the absorption and
transformation of another” (iedere taaluiting verwijst altijd naar een andere taaluiting, de
woorden die wij gebruiken staan niet op zichzelf omdat ze al in tal van andere contexten
werden gebruikt - Kristeva claimt dat het dialogisme zich ook tussen teksten afspeelt)
- Beïnvloedt Robert Stam (2000: Beyond Fidelity: The Dialogics of Adaptation)
“Film adaptations ... are caught up in the ongoing whirl of intertextual reference and
transformation, of texts generating other texts in an endless process of recycling,
transformation, and transmutation, with no clear point of origin”
➔ tegen binaire en hiërarchische origineel-kopie
Adaptaties verhouden zich tot bronwerk, maar ook tot andere teksten én tot
discoursen over teksten
Stam = 1 vd belangrijkste stemmen in dit debat
- Adaptatie als bijzondere vorm van intertekstualiteit: relatie met een of meer werken is
“deliberate, announced”
- adaptaties zien als een vorm van intertekstuele dialogismen
Dan wordt het moeilijk om onderscheid te maken tussen wel en niet-adaptaties, aangezien
beiden interteksten zijn? Hoe dan onderscheiden? Terug naar Hutcheon: een adaptatie
heeft een bewuste, uitgesproken relatie met een andere tekst
Adaptaties en context
- interpretatie tekst gelinkt aan ruimere context
- Specifieke productie- en receptiecontext
- Ruimere maatschappelijke context:
Tijd en cultuur zijn enorm belangrijk voor adaptaties, zowel voor het maakproces als
voor de receptie
Ieder werk is product van tijd en cultuur
Via vergelijkende analyse kunnen adaptaties tijd en cultuur meer zichtbaar maken
- Verandering van cultuur
Bv Duitse opvoeringen Shakespeare tijdens WO I & II:
https://www.bl.uk/shakespeare/articles/deutschland-isthamlet-shakespeare-in-
germany
Lokalisering (Hutcheon: ‘indigenization’)
aanpassen aan de nieuwe cultuur – inheems maken van een werk
Bekendste vb: Amerikanisering
>> Bv Amerikaanse remake als typevoorbeeld cultureel imperialisme
(culturele elementen van niet-Amerikaanse films naar eigen hand zetten: zij
kopen de remakerechten van een internationaal onbekende film op en
maken er een bekende wereldwijde film van door te Amerikaniseren
3
, waardoor de box office veel groter is dan de oorspronkelijke film, ook de
achtergrond van de cultuur daarvan wordt weggewist)
>> Tegelijk vaak ‘delokalisering’: men gaat tijdens het adaptatieproces
culturele specificiteit vermijden – culturele referenties worden eruit gehaald
om het willen uitbreiden van het doelpubliek (internationaal maken)
Samenvatting les 2
Verandering van tijd
- hoe filmremakes ingezet worden om succesvolle verhalen te blijven brengen en er geld uit
te slaan
The Maltese Falcon (1930): Amerikaanse detective novel,
1931: 1 jaar later wordt al een adaptatie gemaakt door WB, net voor de PCA
(zelfcensuur van de industrie) waardoor het hoofdpersonage Sam Spade zoals in
boek een womanizer was
1936: daarom heeft men een aantal jaren later een remake gemaakt: Satan Met a
Lady (aantal elementen werden aangepast, kreeg een meer komische ondertoon)
1941: bekendere remake met Bogart, meer getrouwe adaptatie van het boek al
werden er toch een paar zaken gecensureerd (Spade niet langer een womanizer)
- ontwikkeling nieuwe technologie stuwt adaptaties
nieuwe filmtechnologieën stuwen vaak nieuwe adaptaties om te zien wat die nieuwe
mogelijkheden in het veld kunnen doen met reeds bestaand materiaal (vb. J’accuse
door Gance – maakte remake van zijn eigen film want hij wou het opnieuw maken
met synchroon geluid)
Nu: Disney volop bezig met hermaken van eigen classics: nieuwe technologie = CGI
- La dame au Camille – door Hutcheon aangehaald als vb van hoe adaptaties zich aanpassen
aan hun tijd
1848: roman Dumas – later adapteert hij het zelf in een toneelstuk (verhaal blijft
hetzelfde: gevaar van prostitutie voor het gewone familieleven)
Dan Verdi-opera: hij vond het belangrijk om de protagoniste positiever te
portretteren – leidde tot controverse
1936: nieuwe filmadaptatie; nadruk meer op de glamour van de hoofdster (Garbo)
en liefdesverhaal meer uitgespeeld dan sociale dimensie – hoofdpersonage dus
opnieuw positiever verbeeld (Film werd gestuurd door de PCA)
1985: weer adaptatie door Pam Jams (theaterstuk), krijgt opnieuw een politieke
lading (geadapteerd door feministische schrijfster)
Conscienceverfilmingen
- De Loteling en De arme edelman - deze filmadaptaties zijn verloren gegaan (enkel foto’s),
dus onderzoek adhv contextuele info: Advertentie in Revue belge du cinéma, 1919
opvallend: zowel Vlaams als Franse info (maar vooral Frans)
De schrijver wordt ook heel centraal gesteld, geen regisseur/acteursnamen
De roman waarop die film gebaseerd is lijkt van groter belang te zijn dan de film zelf
De titel in 2 talen: gold wss ook voor de intertitels – productie was in handen van
Franstaligen = opmerkelijk voor zo’n Vlaams bronwerk
4