Uitlegging: algemeen deel
Wat is uitlegging of ‘interpretatie’?
Uitlegging in de ruime zin = “de activiteit waarbij een brongeheel en een doelgeheel met elkaar in
verbinding worden geplaatst”
• Brongeheel = Het geheel waarvan u vertrekt = het interpretandum
• Doelgeheel = Het geheel waar men aankomt = interpretans = de handeling die men verricht
met betrekking tot het interpretandum
Interpreteren en interpretatie heeft een dubbele betekenis
• Nadruk op de handeling, nl. het interpreteren van het interpretandum
• Nadruk op resultaat van handeling, nl. de gelegde verbinding tussen interpretandum en
interpretans
Vb. ‘Hun interpretatie van dat cassatiearrest overtuigt niet’ (= het resultaat)
De uitleg die de rechters van het HvC geven, vinden wij niet overtuigend.
Uitlegging = Een inhoud gaat toeschrijven aan een interpretatievoorwerp.
• Het kan vergeleken worden met een definitie geven.
Definitie = interpretatie waarbij een definiens (=interpretans) wordt toegeschreven aan een
definiendum (=interpretandum)
Vb. ‘hond’ = “zoogdier uit de familie van de hondachtigen dat blaft en dat tot huisdier is ge-
maakt vanwege zijn talenten om te jagen en te waken”
• Semiotische driehoek:
Een symbool, wat de geschreven tekens zijn of de klanken, refereert aan een ding, maar
dat roept ook bij ons een idee op. Dat idee is bij ons dan die hond.
De rechtsregel = interpretatieobject (hiervan willen we een betekenis genereren)
Wat betekent nu concreet de uitlegging in de ruimze zin?
• Interpretandum = eender wat
De vorm van het interpretatievoorwerp ligt niet vast.
• Interpretans = eender wat
De vorm die de betekenis aanneemt, ligt niet vast.
,Uitlegging in de enge zin =
• Interpretandum = beperkt tot geheel van taaltekens
bv. gesproken woorden van toespraak, handleiding microgolfoven, religieuze tekst, arrest
Hof van Cassatie…
• Interpretans = beperkt tot zuiver cognitieve handeling die ertoe strekt de betekenis van het
interpretandum te bepalen
Zuiver cognitieve handeling = iets wat geen enkele toepassingscontext bij te pas
komt, er geen enkele ruimere invloed van buitenaf bijkomt
Juridische uitlegging in de enge zin = exegese
= ‘gewone’ uitlegging in de enge zin, maar interpretandum = enkel specifieke soort taaltekens (geen
verschil qua interpretans)
Gevolg: ‘toegepaste taalkunde’
• Interpretandum = beperkt tot geheel van taaltekens die een rechtsregel uitdrukken
• Interpretans = beperkt tot zuiver cognitieve handeling (d.i. los van toepassingscontext) die
ertoe strekt de betekenis van het interpretandum te bepalen
Verschil tussen juridische uitlegging en gewone uitlegging: Juridische uitlegging is waarbij u
rechtsgevolgen gaat proberen bepalen
Juridische uitlegging in de ruime zin = hermeneutiek
= ‘gewone’ uitlegging in de ruime zin, maar met specifiek doel – bepalen van rechtsgevolgen
• “Activiteit waarbij een uitlegger de inhoud/betekenis van een rechtsregel in een concreet
geval bepaalt”
• Interpretandum = niet (per se) beperkt tot geheel van taaltekens
• Interpretans = niet (per se) beperkt tot zuiver cognitieve handeling
Recht als uitleggingsobject
Wat is recht in rechtsvinding?
• Geheel van rechtsregels (RB) vs. geheel van feitelijke gedragingen (GB)
• In rechtsvinding willen we weten wat het recht als normatief element met zich mee draagt.
Dus recht is het geheel van rechtsregels.
“Activiteit waarbij een uitlegger de inhoud/betekenis van een rechtsregel in een
concreet geval bepaalt”
Rol ‘in een concreet geval’?
• Betekenis van rechtsregel vereist ook betekenis van rechtsfeiten (‘concreet geval’)
• Het interpreteren van rechtsfeiten is niet hetzelfde als interpreteren van rechtsregels
van ‘feiten’ naar ‘rechtsfeiten’
rechtsvinding is niet waarheidsvinding: we zoeken niet de waarheid, maar naar hoe
een rechtsregel geïnterpreteert moet worden
frames en framing: de manier waarop iemand de feiten kadert, zal ook een invloed
hebben
Doel van ‘uitlegging’
Doel van uitlegging in de ruime zin
• Juridische uitlegging is het bepalen van juridische betekenis, is bepalen wat de
rechtsgevolgen zijn (wat het recht inhoudt)
Hoe? Aan de hand van de regels van de ‘juridische kritiek’
, • Historische uitlegging is het bepalen van de historische betekenis, is bepalen wat er in het
verleden eecht gebeurd is
Hoe? Aan de hand van de regels van de ‘historische kritiek’
• Artistieke uitlegging is het bepalen van artistieke betekenis
Hoe? Aan de hand van de regels van bv. ‘literaire kritiek’
Doel en methode (=toepasselijke secundaire regels die bepalen hoe je betekenis moet bepalen)
verschillen maar het voorwerp niet noodzakelijk.
Doel en methode vs voorwerp
“Ten aanzien van het interpretatieproces moet onderscheid worden gemaakt tussen het voorwerp
van interpretatie (een geschreven of gesproken tekst, een gebaar e.d.), het doel, (de vaststelling van
eventuele rechtsgevolgen dan wel de vaststelling van de artistieke of historische betekenis) en de
methode (aan de hand van welke normen wordt die betekenis vastgesteld). Het voorwerp van uitleg
kan hetzelfde zijn, terwijl doel en methode verschillen. De brief van Christina van Zweden aan Hugo
de Groot (30 december 1644) waarin zij hem 'terugroept’ van het Franse hof kan zowel voor een
jurist als voor een schrijfster van een historische roman voorwerp van interpretatie vormen. Doel en
methode zullen niettemin verschillen. De jurist zal zich afvragen of de brief kan worden 'geduid' als
een ontslagverlening. Wie een historische roman schrijft zal op basis van deze brief zich een beeld
vormen van de drijfveren van Christina en de psychologische reacties bij Hugo de Groot.” (J.
Nieuwenhuis, Drie beginselen van contractenrecht, Kluwer, Deventer, 1979, 20).
Uitleggingssubject
Waarom is het belangrijk te weten wie zal uitleggen?
1. Standpunt en rollen
• Problemen zijn niet statisch, ze zijn niet voor iedereen hetzelfde → Belangrijk voor bepalen
van het vraagstuk dat antwoord behoeft (niet alle feiten zijn voor eender wie in dezelfde
mate een vraagstuk)
• Doelstellingen bij de omgang met situaties (die voor sommigen een probleem zijn) zijn niet
statisch, ze zijn niet voor iedereen dezelfde
Interpreteren is gelinkt aan beslissen: resultaat van interpretatie is nuttig voor
beslissing om…
- Zich al dan niet op een bepaalde manier te gedragen (burger, onderneming)
- Iemand een bepaald advies te geven (bedrijfsjurist, raadgever, advocaat)
- Iemand al dan niet te vervolgen (OM)
- Iemand al dan niet te veroordelen (rechter)
- Al dan niet wetgeving uit te vaardigen (wetgever)
- Bepaald standpunt al dan niet te verdedigen in rechtsgeleerd artikel
(rechtsgeleerde)
Vb. toepassing van het interpreteren van de regels die het overlegcomité heeft
afgevaardigd
Vb. toepassing van het sturen van een wetsvoorstel naar de Raad van State
Gevolg: wat de meest gepaste interpretatie is, is niet voor iedereen hetzelfde
Vb. behoedzame bedrijfsjurist vergelijken met een overtuigende advocaat
2. Niet-juridische factoren die besluitvorming beïnvloeden
, Hoe kijken we naar rechtsvinding?
Twee paradigma’s
• Paradigma = de filosofische aannames of de kern van elementaire overtuigingen die de
handelingen van de uitlegger sturen en diens wereldbeeld bepalen
• Wereldbeeld = een manier van denken over de complexiteit van de reële/sociale/juridische
wereld om er vat op te krijgen
1. Positivistisch paradigma: uitlegging als ontdekking en (feitelijke) beschrijving
Rechtsvinding = (mechanische) rechtstoepassing
2. Constructivistisch paradigma: uitlegging als vorming en (normatief) waardeoordeel
Rechtsvinding = ‘rechtsvorming’
Vijf relevante uitgangspunten
• Ontologisch uitgangspunt: aannames over de aard van de werkelijkheid
• Epistemologisch uitgangspunt: aannames over hoe we de werkelijkheid kunnen kennen
• Axiologisch uitgangspunt: aannames over de rol van waarden en morele overwegingen bij
uitlegging
• Methodologisch uitgangspunt: aannames over de beste manieren om uit te leggen
• Staatskundig uitgangspunt: aannames over de meest gepaste verhouding tussen de drie
staatsmachten (m.i.v. aannames over grondslag van recht)
Positivistisch paradigma
Ontologisch en epistemologisch
Ontologisch uitgangspunt: realisme
• Gelooft maar in 1 relateit/waarheid
• Toegepast op het recht:
Recht = de handelingen waarmee een bepaalde autoriteit (wetgever, rechter…) zegt
wat recht is (formeel-positivisme)
De oorsprong van het recht is bepalend.
Recht = de handelingen van mensen in de praktijk (descriptief-pos)
Wat mensen doen is bepalend.
Epistemologisch uitgangspunt: de verhouding tussen uitlegger en interpretandum = objectief-
dualistisch
• Objectief = Uitlegger en interpretandum (be)staan elk objectief
Er is één wereld en het staat los van mij als uitlegger; het recht bestaat al en je moet het
enkel nog gaan ontdekken.
• Dualistisch = Uitlegger en interpretandum (be)staan onafhankelijk van elkaar; geen interactie
tussen de twee
Epistemologisch uitgangspunt
Hoe kunnen we de inhoud van het recht kennen? Wat bepaalt de juridische waarde van een
handeling (‘welke rechtsgevolgen het geheel van rechtsregels eraan hecht’)?
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur ml16022001. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €12,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.