Morfologie terminologie
FONEEM Kleinst betekenisonderscheidend element
= De kleinste verschillen in klank die een gesproken woord betekenis kunnen geven. Een
foneem kan een heel woord zijn, maar is meestal een lettergreep of een deel daarvan.
Het verschil in betekenis tussen ‘lepel’ en ‘lepels’ zit hem in het foneem ‘s’.
• Je kunt ‘gat’, ‘goed’, ‘get’, ‘git’, ‘god’, ‘giet’, ‘gaat’ en ‘gut’ van elkaar onderscheiden
door hun middelste foneem.
• Te onderscheiden adhv minimale paren
o Bv. Kat vs kot
o Fonemen /a/ en /ɔ/ = geen betekenis op zich, veroorzaken wel
betekenisonderscheid
Dus klanken kunnen op veel verschillende manieren van elkaar verschillen. Hierbij zien we
zelfs dat één klank op verschillende manieren kan worden uitgesproken.
• Bv. Bijvoorbeeld de [i] in ‘bier’ en in ‘biet’.
o Deze twee verschillende uitspraken van [i] noemen we verschillende
realisaties (= verschillende manieren van uitspreken) van het foneem /i/.
o Een foneem schrijven we tussen schuine strepen ( / i / ). Een foneem is de
kleinste eenheid van klank die een verschil in betekenis kan maken.
• !! De verschillende manieren van uitspraak van [i] in ‘bier’ en ‘biet´ zijn
verschillende fonetische realisaties van de /i/. Het zijn geen verschillende fonemen.
Ziek-zier en boek-boer zijn minimale paren.
o Het betekenisonderscheid ontstaat niet door de verlenging van de klinker
als gevolg van de /r/
o De minimale paren laten zien dat /k/ en /r/ verschillende fonemen zijn
want, aangezien het laatste foneem het enige is dat verandert, ontstaat het
betekenisverschil door het contrast /k/ en /r/.
▪ Uiteraard dragen die fonemen geen betekenis.
Minimale De woorden ‘bier’ en ‘biet’ betekenen niet hetzelfde. Dit komt omdat de /r/ en de /t/
paren fonemen zijn van het Nederlands. Deze woorden verschillen dus één foneem van elkaar.
Deze woorden betekenen niet hetzelfde omdat fonemen verschil maken in betekenis.
Woorden die één foneem van elkaar verschillen noemen we minimale paren. ‘bier’ en
‘biet´ is dus een voorbeeld van een minimaal paar. Hier volgen nog een aantal
voorbeelden:
paard > baard - klaar > blaar - hand > land - hand > hond - hand > Hans
bier > boer - plas > plat
1
,MORFEEM Kleinste betekenisdragende element op analyseniveau.
Morfemen zijn de kleinste bouwstenen (“vormelementen”) in een taal die een woord
betekenis kunnen geven. Een morfeem kan een heel woord zijn, maar ook een woorddeel.
In de zinnen hieronder zijn een paar morfemen onderstreept. Maar let op: de hele tekst
bestaat eruit!
• ‘Bazaar’ en ‘sjaal’ zijn woorden die uit het Perzisch komen.
• Denkt die leraar echt dat hij het zo goed uitgelegd heeft?
• Is de snelle stijging van de huizenprijzen wel goed voor de woningmarkt?
‘t’ in loopt is een morfeem, maar valt (toevallig) samen met een foneem
• Ook /t/ betekent op zich niets maar wordt (ook) een morfeem in woorden als loopt.
Daar wordt (toevallig) een foneem gebruikt om een morfologische functie te
realiseren: uitdrukken dat het om 3e persoon enkelvoud tegenwoordige tijd gaat. In
andere contexten betekent het foneem /t/ niets en heeft het dus ook geen
morfologische functie:
• top
• laat
Methode om fonemen te ontdekken, niet hetzelfde om morfemen te ontdekken:
• Minimale paren: kat-kot
• ≠ via paren als: loop – loopt
o Methode om morfemen te ontdekken want ‘+t’ = effect op ‘betekenis’ lopen in
2e of 3e persoon enkelvoud
SOORTEN
Een vrij morfeem is een woord dat in zijn eentje een betekenisgevend vormelement is
(bijvoorbeeld: aarzel).
• Voorbeeld: Wetboek
o zowel wet als boek is een morfeem, want beide hebben een eigen betekenis
o zowel wet als boek zijn vrij, want ze kunnen ook zelfstandig voorkomen.
Een combinatie van twee of meer vrije morfemen heet in de taalkunde een samenstelling.
Gebonden morfemen komen alleen voor als toevoeging bij een ander woord, zoals een
voorvoegsel of achtervoegsel (bijvoorbeeld: aarzelt of aarzeling).
• Andere morfemen worden niet zelfstandig aangetroffen, maar uitsluitend in groter
woordverband.
• Voorbeeld: Wettig
o wett|ig bestaat uit twee morfemen:
o zowel wet ("bindende regel") als -ig ("overeenkomstig") heeft immers een eigen
betekenis
o maar wet is vrij, terwijl -ig gebonden is; het kan niet zelfstandig voorkomen..
Een combinatie van een vrij morfeem met een gebonden morfeem heet in de taalkunde een
afleiding. Gebonden morfemen komen alleen voor in combinatie met vrije morfemen: een
afleiding bevat altijd ten minste één vrij morfeem.
2
, AFFIXEN Een affix is een taalelement dat niet op zichzelf kan staan, maar dat je toevoegt aan een
grondwoord.
Voorvoegsels (prefixen) en achtervoegsels (suffixen) zijn voorbeelden van affixen.
• Waar+heid: suffix
• Ver+staan: prefix
• In+ge+pakt: infix
• Geluid+s+overlast: infix
Affix = ALTIJD een morfeem
• Prefix – suffix en in sommige talen infix
• Soms valt een affix samen met een foneem, maar dat is vanuit morfologisch perspectief
(ander niveau van beschrijving) toeval en heeft niets met morfemen te maken
o Loop – loopt
o Typisch – atypisch
Woord: ONgeloofLIJK
• Prefix: ‘on’ als gebonden morfeem
• Stam: ‘geloof’ als vrij morfeem
• Suffix: ‘lijk’ als gebonden morfeem
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur MPCsamenvattingen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.