Zeer uitgebreide en overzichtelijke samenvatting die niet enkel werkt met doorlopende tekst maar ook met puntjes wat het gemakkelijker maakt om te studeren
1.1 De notie sociaal recht, arbeidsrecht en sociale zekerheidsrecht
Sociaal recht is een verzamelbegrip voor twee onderdelen (arbeidsrecht en sociaal zekerheidsrecht).
1.1.1 Arbeidsrecht
Arbeidsrecht = het recht dat de verhouding regelt tussen werkgever en werknemer zowel op
individueel vlak als op het collectief vlak.
Het arbeidsrecht gaat dus over de arbeidsverhouding tussen werkgever en werknemer, waarbij
men zich de vraag zou kunnen stellen wat bedoeld wordt met arbeid. Er vallen twee
opmerkingen te maken over het begrip arbeid.
- Ten eerste is het begrip arbeid in het sociaal recht de arbeid die is opgenomen in het
economische ruilverkeer. Er zijn ook een aantal vormen van arbeid die buiten het sociaal
recht vallen en dus buiten het economisch ruilverkeer. Bv. werk dat geleverd wordt binnen
het huwelijk of vrijwilligerswerk. Hetzelfde met een vriendendienst die men occasioneel
levert. Voor de rest kan arbeid van alles en nog wat zijn: het kan intellectueel zijn, handwerk
zijn, ...
- Ten tweede regelt het sociaal recht enkel arbeid die verricht wordt onder gezag. De
opdrachtgever moet instructies kunnen geven over hoe de arbeid wordt verricht. Niet alle
arbeid wordt onder gezag verricht, zoals bv. de zelfstandigen. Het gaat dus om juridische
ondergeschiktheid. Het werk van zelfstandigen wordt geregeld in het economisch recht, niet
in het arbeidsrecht.
In Art. 23 Gw. worden de sociale grondrechten erkend. Hoe het sociaal recht nader is georganiseerd,
moet de wetgever bepalen (hoe het concreet wordt ingevuld) maar art. 23 Gw. is de onderbouw voor
de uitwerking van het sociaal recht. Het is dus slechts een steunpunt voor de wetgever.
Bij artikel 23 kunnen twee opmerkingen gemaakt worden:
- Het geeft een speciale betekenis aan vreemdelingen: ze waarborgt de bijstand voor
sommige vreemdelingen
- Stand stil verbinding: het is grondwettelijk niet toegelaten een substantiële achteruitgang te
bewerkstelligen in het licht van het sociaal recht. Men moet een goede verantwoording
hebben wanneer men dit wel zou doen.
o Vb.: vroeger konden vrouwen al op 60j op pensioen en mannen slechts op 65. Dit is
discriminerend. Dit werd opgeheven maar hierdoor is de bescherming wel achteruit
gegaan.
o Vb.: het verschil tussen het arbeiders- en bediendenstatuut. De opzeggingstermijnen
waren lang voor bedienden en kort voor de arbeiders. Men gaat deze op gelijke
hoogte brengen. Hierdoor zal de opzeggingstermijn van de bedienden wel afnemen.
Het arbeidsrecht bestaat uit een aantal delen. Het regelt de verhouding tussen werknemer en
werkgever en de werknemer is iemand die onder gezag werkt. Hij werkt niet alleen onder gezag,
maar ook tegen een geldelijke vergoeding, een loon.
1
, Dit is nog steeds geen nauwkeurige definitie van werknemer. Er zijn nog altijd veel mensen die onder
deze definitie vallen maar eigenlijk ambtenaar zijn. Ze krijgen ook een salaris en er is ook gezag. Het
verschil is dat een arbeider onder contract staat. Een ambtenaar valt niet onder een overeenkomst:
hij wordt eenzijdig benoemd. Dit is een administratieve rechtshandeling waarbij overheidsgezag
wordt uitgeoefend. Dit is voor de jurist dus niet hetzelfde. Ambtenaren vallen voor het gros van het
deel niet onder het arbeidsrecht. Eerste probleem voor de juristen is dat sommige arbeidsrechtelijke
wetten ook van toepassing zijn op ambtenaren. Niet allemaal. Dit ondanks het feit dat ze principieel
onder het administratief recht vallen. Hier valt dus het eerste probleem met het gebruik van een
wetboek: als we een toepassing moeten vinden die ook van toepassing is op ambtenaren.
Het arbeidsrecht regelt de individuele en collectieve verhoudingen tussen de werkgever en de
werknemer. Maar men kan het arbeidsrecht splitsen in fijnere onderdelen:
- Individueel arbeidsrecht
= arbeidsovereenkomstenrecht, dit is het belangrijkste onderdeel
(arbeidsovereenkomstenwet van 1978).
- Collectief arbeidsrecht
Regelt de collectieve verhouding tussen de werknemers en werkgever (vakbonden,
werkgeverorganisaties, sociale partners, cao’s, stakingsrecht en medezeggenschap in de
ondernemingsraad).
- Arbeidsreglementering
= geheel van wetten die de arbeidsvoorwaarden regelen (beschermende wetten voor de
werkende mens).
Vb.: maximum arbeidsduur, arbeidsveiligheidswetgeving, hoe moeten stellingen eruit zien,
mogen kinderen arbeid verrichten enz. bescherming van vrouwen in de arbeidssfeer,
toelaten van vrouwen in de mijnen, regeling in verband met nachtwerk enz. Beschermende
maatregelen dus ten voordele van werknemers. (Deze bestaan nauwelijks voor
zelfstandigen).
- Sociaal handhavingsrecht:
Er wordt sociale bescherming geboden maar hoe moet men die rechten afdwingen indien
men bescherming krijgt?
Bestaat uit twee luiken:
1) Civiel procesrecht
Het sociaal handhavingsrecht is een onderdeel van de civiele rechtspreking. In het
procesrecht is het sociaal recht civiele rechtspreking in belangrijke mate.
2) Sociaal procesrecht
Vb.: Het sociaal contentieux komt terecht bij een aparte rechtbank. Rechtbank van eerste
aanleg, arbeidsrechtbank en arbeidshof in hoger beroep. Er is ook een apart openbaar
ministerie nl. arbeidsauditoraat met een arbeidsauditeur aan het hoofd: geeft advies aan
de rechtbank vooral in sociale zekerheid zaken. Maar ook bij de uitoefening van de
strafvordering. De strafvordering gebeurt echter niet voor de arbeidsrechtbank, de
arbeidsrechtbanken hebben geen strafrechtelijke bevoegdheid.
Er bestaat ook een aparte regeling inzake de kosten. Er wordt meer gewerkt met verzoekingen dan
met dagvaardingen. Het sociaal handhavingsrecht valt vaak uiteen in een deel.
Ook is er een deel sociaal strafrecht. In het sociaal recht komen veel strafbepalingen voor. Het is een
onderdeel van het bijzonder strafrecht. Dit is nu te vinden in een sociaal strafwetboek van 6 juli 2010.
Vroeger stonden alle strafrechtelijke sancties op het miskennen van sociaal rechtelijke regels in elke
aparte sociale wet. De enige wet met nauwelijks strafrechtelijke sancties is de
arbeidsovereenkomstenwet.
2
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Lindekerckhofs. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.