DEEL 5: GOEDEREN- EN
ZAKENRECHT
Hoofdstuk 1: Indeling van de goederen
Lichamelijke en onlichamelijke goederen
Lichamelijke goederen
= stoffelijke, grijpbare goederen
Onlichamelijke goederen
= goederen die je niet kan waarnemen, maar wel bestaan
bv: auteursrechten, octrooi = bescherming van uitvinding
Roerende goederen en onroerende goederen
onderscheid onder druk (nu zijn roerende goederen belangrijker dan onroerende) MAAR
- fiscaal maakt men ook onderscheid
- onroerende goederen: registratierecht
- roerende goederen: BTW
- op andere manier beslag nemen op roerende en onroerende goederen
- verschillende regeling inzake verjaring
Roerende goederen
= alle goederen die verplaatsbaar zijn
bv: computer, bril, effecten, spaargeld
Verschillende categorieën:
- roerende goederen door hun aard
- roerende goederen door wetsbepaling (want is onduidelijk welk soort goed het is)
bv: geld, elektriciteit, water
- roerende goederen door anticipatie: goederen die onroerend zijn maar die op een
bepaald ogenblik als roerend beschouwen omdat ze losgemaakt worden van de
onroerende goederen waarvan ze deel uitmaken
bv: groenten en fruit hangen aan onroerende zaken → net voor oogst als
roerend beschouwd
Onroerende goederen
= niet verplaatsbare goederen
bv: gebouw, grond
Verschillende categorieën:
- onroerende goederen door hun aard
- onroerende goederen door incorporatie: waren oorspronkelijk roerend maar
onroerend gemaakt door bevestiging aan onroerend goed
bv: rollende tafel vastgemaakt aan de grond
- onroerende goederen door bestemming: roerende goederen die bestemd zijn voor
een onroerend goed (door de wet) bv: trap, raam
,De gebruiks-en verbruiksgoederen
Gebruiksgoederen
= goederen die je gebruikt en die daarna blijvend zijn
bv: borstel
Verbruiksgoederen
= goederen die na gebruik verdwijnen
bv: suiker, koffie
→ onderscheid nodig voor het teruggeven
- gebruiksgoederen moeten identiek teruggegeven worden
- verbruiksgoederen moet je soortgelijke goederen teruggeven (bv bij koffie een ander
pak teruggeven)
De domeingoederen
= goederen die de overheid bezit
2 categorieën:
- goederen van openbaar domein: goederen van de overheid die bedoeld zijn
voor het functioneren van het algemeen belang
→ kunnen derden geen aanspraak maken DUS kan je als derde geen
beslag op leggen
bv: wegen, stations, haveninfrastructuur
- goederen van privaat domein: goederen die de overheid bezit en die gebruikt
worden voor het functioneren vd overheid en niet gebruik wordt voor
algemeen belang
→ kan je wel beslag op leggen
bv: meubilair vd overheid (kantoren)
Zelfstandige zakelijke rechten en zakelijke zekerheidsrechten
→ 2 categorieën van rechten waarbij je aanspraak maakt op een goed
Zelfstandige zakelijke rechten
= situatie waarbij je rechtstreekse heerschappij krijgt over een zaak maar vindt oorsprong
niet in andere juridische zaken (bestaat op zichzelf)
bv: eigendomsrecht
⇔ Zakelijke zekerheidsrechten
= reden waarom u aanspraak maakt vindt zich in een ander juridisch probleem →
indien dit is opgelost moet u waarschijnlijk de zaak teruggeven (schuldvordering)
bv: je mag lenen bij bank dat goed dat je aankoopt waarborg wordt op je lening
→ aanspraak op huis → bij einde leningsovereenkomst geen aanspraak meer
, Hoofdstuk 2: Zelfstandige zakelijke rechten
De kenmerken van het zakelijk recht
- Geef u een onmiddellijke/volledige macht over een zaak
- Heeft een absoluut karakter: iedereen moet hier rekening mee houden →
tegenstelbaarheid aan derden: derden moeten respecteren dat het van u
is
- Bij onroerende goederen blijken deze zaken uit het register → algemene
registratie vd patrimoniumdocumentatie
- Bij roerende goederen heb je een weerlegbaar vermoeden → bezit wordt
vermoed eigendom te geven (dus tegendeel moet bewezen worden)
- Zijn beperkt: we kennen alleen zakelijke rechten die de wet erkent
→ zakelijk recht is te onderscheiden van vorderingsrecht (ontstaat tussen 2
partijen + oneindig)
Het eigendomsrecht
Begrip en inhoud
= verleent aan de eigenaar rechtstreeks het recht om het voorwerp ervan te gebruiken, het
genot te hebben en erover te beschikken. De eigenaar heeft de volheid van bevoegdheden,
behoudens de beperkingen die door wetten, verordeningen of door de rechten van derden
worden opgelegd
→ geen eigendom zonder gebruik (aanwenden voor eigen doelstellingen), genot
(opbrengsten innen) en beschikking (zaak vervreemden of vernietigen)
Verwerven van eigendom
Afgeleide verwerving: iemand anders heeft het in bezit en jij krijgt het
→ 3 manieren:
- Overeenkomst (verkoop, schenking)
- Overlijden (erfrecht of testament)
- Eenzijdig overheidsoptreden (onteigening, opeising)
Oorspronkelijke eigendomsverwerving: is van niemand dus je wordt er eigenaar van
- Toe-eigening: eigendom van zaken die aan niemand toebehoren
→ doet zich niet vaak meer voor
bv: vissen in de zee
- Gevonden voorwerpen: je KAN eigenaar worden van iets dat je vindt (niet
automatisch)
→ Procedure:
1. Pogingen ondernemen om de eigenaar terug te vinden
2. Als dat niet mogelijk is moet je naar de gemeente gaan binnen de 7 dagen en
aangifte doen van wat je gevonden hebt
3. Gemeente moet goed inschrijven in register
4. Gemeente kent de eigenaar → via aangetekend schrijven laten
weten
5. Gemeente kent de eigenaar niet
a. gemeente houdt het bij
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lottemaes1. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.