Het deel omtrent BTW dat behoort tot het vak fiscaal en arbeidsovereenkomstenrecht samengevat. Dit deel werd gedoceerd door professor Niels Bammens. De samenvatting is gebaseerd op de hoorcolleges en de slides. 1ste zit 18/20
Belang van de BTW: 25% van de nationale belastingopbrengsten
VAT gap = verschil tussen totale btw-schuld en geïnde btw (o.w.v. fraude, …)
In België zitten we iets boven het EU gemiddelde (11,8% > 11,2%) = een indicatie dat het nog
wel iets beter kan
De BTW is een gedeelde belasting: de opbrengsten gaan niet alleen naar de federale
schatkist maar ook een groot deel gaat naar de gemeenschappen
Daarnaast is het ook een Europese belasting: deel wordt doorgestort naar de EU
BTW = een belasting op besteding van economische middelen (niet op inkomsten)
Een indirecte belasting
Essentieel voor de BTW: belasting die enkel drukt op consumptief gebruik = het eindverbruik
van goederen en diensten
Géén belasting op productief gebruik, vorm gekregen in het mechanisme “aftrek van
voorbelasting”
De Europese dimensie: een stuk van de BTW wordt doorgestort aan de Europese schatkist
Europese richtlijn wordt omgezet in nationaal recht -> alle Europese lidstaten hebben die
richtlijn moeten implementeren
De uiteindelijke bevoegdheid om te wetgeving te interpreteren: Hof van Justitie
Een interpretatievraag/juiste toepassing van het btw-wetboek moet doorverwezen worden
naar het Hof van Justitie
Klassieke omzetbelasting:
‒ Belasting op iedere levering aan productieve gebruiker en eindconsument
‒ Belasting op productief gebruik en consumptief gebruik
‒ Belasting op belasting
ó BTW:
‒ Géén belasting op productief gebruik, enkel op private eindconsumptie
‒ Géén belasting op belasting: aftrek van voorbelasting door producent
‒ Neutraliteitsprincipe -> weinig onderscheid tussen verschillende categorieën van
belastingplichtige, het soort handeling dat men stelt is van belang
Basismechanisme: slide 5-6
Gevolg van het mechanisme: in elke stap van het productieproces wordt belasting geheven
op de toegevoegde waarde die wordt gecreëerd in die stap
Uiteindelijk is de som van alle aan de schatkist betaalde BTW ten laste van de
eindconsument (2.100 + 4.200 + 3.150 = 0,21*45.000)
,De vijfstappenbenadering = de manier waarop een btw-casus kan worden opgelost, het
wetboek volgt dezelfde structuur
1. Personele toepassingsgebied: welke personen zijn aan de btw onderworpen?
2. Materiële toepassingsgebied: welke handelingen zijn belastbaar?
3. Territoriaal toepassingsgebied: waar vindt de handeling plaats?
=> Van belang om te weten in welke lidstaat een handeling plaatsvindt aangezien het
btw-regime van die lidstaat van toepassing is
4. Op welke basis wordt de belasting berekend en welk tarief?
5. Wie is de juridische schuldenaar van de BTW?
We beginnen met stap 1: wie is belastingplichtig?
De gewone belastingplichtige: Men moet een economische activiteit geregeld en zelfstandig
uitoefenen Artikel 4!
Economische activiteit: alle leveringen van goederen en dienstverrichtingen -> deelname aan
economisch verkeer
Het gaat erover dat men een combinatie van kapitaal en arbeid heeft, gevolg: het louter
doen renderen van kapitaal (= passieve holding) is geen economische activiteit
Passieve holdings zijn dus niet btw-plichtig en kunnen de BTW die zij betalen niet aftrekken
Mogelijk dat een economische activiteit wordt uitgevoerd waarop BTW verschuldigd is, maar
die inkomsten niet belastbaar zijn in de PB als beroepskosten => het zijn andere concepten,
gaan wel vaak hand in hand
Bovendien moet je ook een vergoeding ontvangen = een werkelijke en afgesproken
tegenwaarde (Arrest Tolsma)
De aard van de activiteit heeft geen belang, zolang er aan bovenstaande voorwaarden
voldaan is, is het voldoende
Voorbeeld: wanneer namaakgoederen verkocht worden, iets dat niet mag en strafbaar is ->
neemt niet weg dat het een economische activiteit is en hierop BTW aangerekend moet
worden, geldt ook voor de organisatie van verboden kansspelen
=> Zal niet vaak gebeuren, ze geven hun activiteiten niet aan maar als de administratie dit
zou opmerken kan er nagevorderd worden
= Neutrale karakter van de BTW
Naast dat er dus een economische activiteit moet worden uitgevoerd, moet dit een
geregelde activiteit zijn en gebeuren op zelfstandige basis (-> werknemers en ambtenaren
geen btw-plichtige)
Het heeft verder geen belang of men winst nastreeft of niet alsook geen belang of het
hoofdzakelijk of aanvullend is (men kan perfect een hoofdactiviteit hebben die geen
aanleiding geeft tot btw-plichtigheid maar een nevenactiviteit die wel aanleiding geeft)
Wat betekent het om btw-plichtig te zijn: u heeft een # plichten en rechten
Plichten: vooral te maken met de inning van de BTW
o Registratie als btw-plichtige bij aanvang activiteit: BTW-nummer
o BTW aanreken op alle output handelingen
o Periodieke btw-aangifte
, Rechten: belangrijkste recht is het recht op vooraftrek van de BTW = input-btw aftrekken
van output-btw => saldo wordt doorgestort aan de schatkist
De belastingplicht begint automatisch vanaf het moment dat men voldoet aan de 4
voorwaarden van artikel 4
Men kan zelfs al als belastingplichtige classificeren vooraleer er belastbare output-
handelingen gesteld zijn, van zodra men voorbereidende handelingen stelt met het oog op
een economische activiteit -> men kan ook dan al de input-btw aftrekken
Bijzondere categorie van belastingplichtige: de kleine belastingplichtige
Artikel 56 bis!
Jaaromzet < 25.000: optie voor niet-btw plicht
= Grote administratieve vereenvoudiging
Gevolg: vrijgesteld van plichten en afstand van rechten
Men moet wel registreren en meedelen dat ze onder de omzet grens zal blijven en het
jaarlijks bewijzen dat de omzetgrens niet is overschreven
De vrijgestelde belastingplichtige: Artikel 44
= personen die voldoen aan de 4 voorwaarden van artikel 4 maar die en specifiek soort van
transacties/handelingen (vrijgestelde verrichtingen) stellen
Gevolg: personen die zulke handelingen stellen kunnen geen input-btw aftrekken en moeten
geen belastingen op hun eigen handelingen aanrekenen
Bijzondere categorie: ‘gemengde’ belastingplichtige
= onderneming die voor een deelhandelingen stelt waardoor ze btw-plichtig is maar die ook
voor een deel vrijgestelde handelingen verricht
Voorbeeld: een bedrijf verkoop nieuwe gebouwen (aan BTW onderworpen) en daarnaast
verhuurt ze ook gebouwen (vrijgesteld)
De niet-belastingplichtige rechtspersonen: Artikel 6
= alle personen die een rechtspersoon zijn maar geen economische activiteit uitvoeren
(passieve holdings bijvoorbeeld)
De overheid valt hier ook onder -> vrijgesteld van BTW
Uitzondering! Wanneer de vrijstelling van btw-plicht zou leiden tot een aanzienlijke
concurrentieverstoring met private bedrijven die wel aan de BTW onderworpen zijn ->
overheid ook onderworpen aan de BTW
Daarnaast zijn er ook een # activiteiten (artikel 6 3de lid) die uitdrukkelijk wel onder de BTW
vallen ongeacht de discussie omtrent concurrentieverstoring
De occasionele belastingplichtigen: Artikel 8
= personen die in principe geen btw-plichtige zijn maar die als gevolg van specifieke
handelingen toch onder het btw-regime vallen (ofwel omdat ze dat zelf kiezen ofwel omdat
ze dat verplicht zijn)
Ze voldoen niet aan de voorwaarden uit artikel 4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur bultebeau. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.