VERBINTENISSENRECHT LES 1
(Codex economisch recht boek 1 = definities en boek 6)
WEEK 1
15 februari
I. Wat is een verbintenis?
- VB <-> contract (Vb een huurcontract van een kot = een bron van verbintenissen)
- Verbintenissen uit een huurcontract? Huurder; Betalen van een huur aan de verhuurder. +
verhuurder; woning ter beschikking stellen (gebruik en genot). Ook huurder huis goed
onderhouden.
- VB = een perstatie verrichten. = een rechtsband tss een schuldeiser en een
schuldenaar.Schuldenaar moet een prestatie verrichten tov van de schuldeiser. De schuldeiser
kan een prestatie afdwingen in rechte van de schuldenaar (VINCULUM JURIS = RECHTSBAND)
- ART 5.1 BW def van verbintenis
- Verbintenissen titel 3 en 3bis , 4 en 4bis oud BW
- Contract vb; studentenjob = ARBEIDSOVEREENKOMST / Vb een broodje kopen = KOOPCONTRACT
/ huurcontract pacht, handelshuur, gemeenrechterlijke huur / contract met onderwijsinstelling /
Telecom contract/ verzekeringscontract/ huwelijkscontract/ auto kopen = concessie contract/
auteurscontract met uitgever/ DADING/ koop-of lijfrente = kanscontract.
- BRON 1 verbintennissen Contract= overeenkomst. Je moet niet altijd iets op papier zetten.
- Contract =WILSOVEREENSTEMMING geeft aanleiding tot verschillende rechtbanden (VB)
- INSTRUMENTUM (akte) VS NEGOTIUM
- BRON 2 Buitencontractuele foutaansprakelijkheid (de onrechtmatige daad)= fout+ schade met
causaal verband
17 februari
- Fout = verbintenis tot betaling van herstel
- Twee bronnen contract en buitencontratuele AH
- Activa = de schuldvordering van de schuldeiser / persoonlijk recht
- Passiva van de schuldenaar is de schuld
- Objectief recht (law, rechtsregels in de bronnen van het recht vb ALG RB) kan je subjectieve
rechten ( rights) afleiden : PR (persoonlijke)/ ZR (zakelijke)/ IR (intelectuele eigendomsrechten)
- Persoonlijke rechten = schuldvorderingen; persoon heeft recht op een prestatie van een andere
persoon= rechtsband vanuit actief zijde. Vb je sluit een huurcontract dan zal die verhuurder een
persoonlijk recht hebben op de betaling van de huurprijs. Vb aannemingscontract bouwheer
persoonlijk recht op bouwen muur van de aannemer. Vb Chirurg recht op ereloon. Verbintenissen
gelden enkel tussen personen bij persoonlijke rechten (schuldeiser en schuldenaar vb eigenaar
auto + carwash) = er is geen volgrecht bij persoonlijk recht!!!
- Zakelijke rechten = band persoon en een goed; vb je bent eigenaar dus heb je zeggenschap over
een bepaald goed. VOLGRECHT EN EEN RECHT VAN VOORRANG.
- Volgrecht = vb onroerend goed met een gebouw erop ( met opstalrecht, opstalcontract met een
opstalhouder moet een gebouw bouwen op de grond van de eigenaar) stel de eigenaar wil het
goed verkopen aan een andere koper dan speelt volgrecht die de koper moet respecteren.
- Recht van voorrang: schuldenaar heeft verschillende schuldeisers ( S1 80, S2 40, S3 40) probleem
de schuldenaar is failliet; vermogen van 100 maar heeft 160 euro schulden. Maar heeft een sofa
in zijn huis= ZAKELIJK RECHT. Revindicatievordering, zakelijke vordering, onverjaarbaar. Recht van
voorrang op ander schuldeisers voor eigenaar van de sofa. De andere schuldeisers=
pondspondsgewijze, pro rata, aandeel van schuldeisers S1 80/160 dus krijgt die 50 euro S2
40/160 dus 25euro S3 25
- ! Voorrechten = vb bank, begrafenisondernemer, fiscus en sociale zekerheid. ( zakelijk recht van
hypotheek. Ook persoonlijk recht voorrang van ene borgtocht)
- Vermogen= pandrecht voor schuldeiser ART 3.35 , ART 3.36 goederenrecht= verhaalsonderpand
, - Samenloop van schuldeisers= opbrengst wordt na evenredigheid verdeeld tenzij voorrang
- Samenvatting = Band goed vs persoon
- Zakelijk recht is erga omnes (het geldt voor allen) vs inter partes persoonlijke rechten, niet ten
opzichte van derden= de relativiteit van verbintenissen/ contracten. Zie 1134 oud BW= inter
partes
- Tegenwerpelijkheid = vb koopcontract, overhandigen goed aan de koper die een prijs moet
betalen= relativiteit van verbintenissen. Verbintenissen zijn ook tegenwerpelijk aan derden;
bestaan van contract is tegenwerpelijk aan derden. Vb stel je hebt met VTM een contract
gesloten met een exclusiviteitsbeding voor deelname van een programma voor 2 jaar. VRT biedt
u een contract aan. = CONTRACTSBREUK MET VTM. VTM heeft contractuele AH en recht op
schadevergoeding. Wat VTM ook kan doen is een vordering stellen tegen VRT, wat met relativiteit
van verbintenissen? => derdemedeplichtigheid aan contractbreuk. VTM en persoon met
exclusiviteitsbeding= contractuele AH en VRT op basis van 1382 oud BW= buitencontractuele AH.
Bestaan van contract is tegenwerpelijk aan de derde : VRT want moet contract eerbiedigen:
voorwaarde kennis van hebben OF redelijkwijze kennis hebben.
- DUS contract is inter partes maar bestaan van contract kan externe gevolgen hebben. Vb je
koopt een auto mdet BTW= een contract met de garage, de fiscus is een derde.
Tegenwerpelijkheid speelt in het voordeel va de derde (verschuldiging van BTW) vb3 je bent
muzikant en krijgt een vergoeding van 300 euro om op te treden. Je bent niet in staat om op te
treden door een slag van iemand en je weet wie AH is. Contract is tegenwerpelijk aan diegene die
de persoon geslagen heeft. Schade aantonen door het contract voor te leggen. Feit
tegenwerpelijk aan diegene die aansprakelijk is.
- Contractenrecht onderscheid tss relativiteit en tegenwerpelijkheid
- Obliegenheit = verplichting/ last waarbij je als je aan de last niet voldoet een recht gaat verliezen.
(verschil VB schuldenaar moet een prestatie verrichten en kan die afgedwongen worden) vb
schadebeperkingsplicht(=obliegenheit) (schadelijder moet schade beperken en alle maatregelen
te nemen dat een redelijk persoon zou doen) kan niet worden afgedwongen vb stel je hebt een
contract tot leveren van appelen. Koper wanprestatie, contractbreuk, (toerekenbare
nietnakoming) hij wil de appelen niet. Verkoper lijdt schade. Verkoper/slachtoffer moet een
andere koper zoeken, een derde = redelijke maatregel om de schade te beperken. De koper kan
de verkoper niet dwingen om een nieuwe koper te zoeken omdat hij de prestatie niet kan
afdwingen. Maar aan de verplichting is er wel een sanctie aan verbonden vb schadevergoeding.
- Natuurlijke verbintenis= diegene die verbonden is tot verbintenis niet gedwongen kan worden
tot uitvoering ART 1245 oud BW + ART 5.2 BW vb de verjaarde schuld, de betaling kan niet meer
teruggevorderd worden en diegene kan dus niet gedwongen worden om de vordering te betalen
(want geen afdwingbaarheid) vb een kind wordt niet goed onderhouden door de ouders maar
door de ouders (onderhoudsverbintenis), kan de terugvordering niet meer doorgevoerd worden.
Natuurlijke verbintenis wel uitvoeren vb echtscheiding tweede huwelijk niet abrupt stoppen met
onderhoudsgelden.
- Civiele verbintenis = afdwingbaarheidsmogelijkheid van de schuldeiser
BRONNEN VAN VERBINTENISSEN
( 5.1, .2, .3 BW) titel 3 algemeen deel regels van toepassing op verbintenis ongeacht te bron. Vb
meerdere schuldeisers #3 voor 1 verbintenis van 90, de uitvoering van een verbintenis,
- 1) Contract = wilsovereenstemming tussen twee of meer partijen. Koopcontract, aanneming,
verzekering, arbeidscontract. Contract tussen overheid en onderneming. Vb bouwheer contract
met hoofdaannemer >onderaannemer > onderaannemer > leverancier. Kan bouwheer de
leverancier rechtstreeks aanspreken? SAMENLOOPVERBOD extra en contractueel, QUASI-
IMMUNITEIT VAN HULPPERSOON. Algemeen contractenrecht, algemene regels van toepassing op
alle contracten tenzij de wet er van afwijkt.
- 2) Buitencontractuele AH => 1382, 1383 oud BW foutAH , 1384 lid 3 aansteller voor aangestelden
(buiten contract !! WG – WN rijdt een derde aan op grond van 1384lid 3 <-> contractuele AH
hulppersonen vb BH-HA-OA, de bouwheer kan rechtstreeks de HA aansprakelijk stellen voor een
fout van de OA) ,productAH vb een vaccin