De student:
beredeneert welke plaats de A heeft binnen de ABCD methodiek;
legt uit wat de begrippen ademarbeid, ventilatie, perfusie, diffusie, hypoxie en hypoxemie betekenen;
benoemt wat de prioriteiten zijn in de eerste opvang van de respiratoir bedreigde patiënt;
benoemt wat...
Lessen
Ademarbeid
- Luchtweerstand
- Compliantie van de long
- Compliantie van de thorax vd buik
Hypoxie O2 terkot op weefsel niveau
Hypoxemie onder de 60 PaO2
Hypercapnie boven de 50 mmhg
(difussie) Hypoxisch: laag PaO2 en laag PaCO2
Ventiloir laag PaO2 hoog PaCo2
Of combinatie
Respiratoir insufficientie
- Tachypnoe boven de 30
- Gebruik hulp ademhalingspieren
- Neusvleugelen
- Niet in staat om vol zinnen te spreken
- Lage staruatie, cyanose
- Vroege fase; tachycardie en hypertensie
- Late fase; bradycardie en hypotensie
Ventilatiestoornis
- Ademprikkel of spierpompprobleem zoals ms
- Hypercapnie, acuut of chronisch
- Hypoxemie/hypoxie
Anaeroob verbranding ontstaat lactaat.
Cardiac output = slagvolume x frequentie
CO2 afhankelijk van
- Ventilatie, ventilatie/perfusieverhouding en minder van difussie
- 4,5-6Kpa
- 35-45mmhg
, Neusbril 1-6L
Venturimasker 2-15L
NRB 15L
1. Anatomische dode ruimte; deel dat bij expiratie in de luchtwegen achterblijft
2. Alveolaire dode ruimte; deel dat wel in de alveoli komt maar niet in contact komt met bloed
3. Fysiologische dode ruimte is 1 +2
4. Klinische aandachtspunten
De ademhaling past zich aan de drie variabelen aan:
1. De activiteitenfactor
2. De stressfactor (infectie, trauma, ziekte)
3. En de lichaamstemperatuur
5 dingen die belangrijk zijn bij de ademhaling
1. Luchtwegen
Hoge luchtwegen (slikreflex, luchtconditie, nekwervels)
Lage luchtwegen (luchtverdeling, weerstand en de hoestreflex)
2. Ademprikkel
3. Ademarbeid
4. Gaswisseling
5. Pulmonale doorbloeding
Verband met de circulatie: De circulatie werkt continu samen met het cardiovasculair systeem en
word continu doorbloed voor de aanvoer van zuurstof en de afvoer van koolstofdioxide
Verband met het bloed: hemoglobine in het bloed is het transportmedium. Het uitademen van
koolstofdioxide is van belang voor het zuur-base evenwicht.
Verband met het zenuwstelsel: het ademcentrum in de hersenstam reguleert de ademfrequentie en
de ademarbeid. Centrale en perifere sensoren bewaken de kooldioxidespanning, de zuurgraad en
de zuurstofspanning in het bloed. Het neurologische systeem stuurt ook het aanspannen van het
diafragma en de tussenribspieren zodat de thorax vergroot word. Extra ademarbeid kan worden
geleverd door de buik en schouderspieren.
1.1 Luchtwegen
De hoge luchtwegen
Begint bij de mond/neus en loopt tot het eerste deel van de trachea; het strottenhoofd en
larynx.
Functie: hoofdinlaat voor lucht, verwarming en bevochtiging en ook de spraak en slikfunctie
Bij zwelling van de stembanden: hees geluid
Bij verlamming van de stembanden: geluid onmogelijk
Inspirator stridor: gedeeltelijke obstructie van de hoge luchtwegen en gaat vaak gepaard
met een hoog geluid. Bij een volledige afsluiting is er geen enkel geluid te horen (corpus
alienum). Vaak in de hoge luchtwegen: losse gebitselementen, voedsel, kauwgom, bloed.
Bij diepe bewusteloosheid kan het slikreflex wegvallen waardoor de tong bij rugligging in de
keel voor luchtweg obstructie kan zorgen.
Sniffing position: als de larynx en farynx optimaal van elkaar liggen (hoofd naar achteren
gekanteld)
De lage luchtwegen
Direct aansluitend splitst de trachea in twee hoofdbronchi, die zich steeds verder
vertakken.
Functie: verdelen de inademingslucht over het longoppervlak en centraliseren bij de
uitademing de luchtstroom naar buiten
Trachea, de bronchi (links en rechts), bronchioli en alveoli.
In de hoge luchtwegen kan een verstopping de boel gelijk afsluiten door dat het maar 1
buis is. Dit is bij de lage luchtwegen anders: de lucht kan via vele vertakkingen alsnog bij
andere alveoli komen.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur ambersaxion. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.