Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting BVJ 5a (vwo) h2: Waarneming en gedrag. €2,99   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting BVJ 5a (vwo) h2: Waarneming en gedrag.

 6 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Type
  • Book

Een duidelijke samenvatting met plaatjes van Biologie Voor Jou 6 (vwo) hoofdstuk 2: Waarneming en gedrag.

Aperçu 2 sur 8  pages

  • Inconnu
  • 29 août 2022
  • 8
  • 2021/2022
  • Resume
  • Lycée
  • 5
avatar-seller
H2: Waarneming en gedrag

2.1 Het zintuigstelsel
Zintuigen zijn gevoelige meetinstrumenten die energie en stoffen in het interne en externe milieu kunnen
waarnemen. Via impulsen gaat die informatie naar de hersenen.

Interne en externe prikkels
Zintuigen zoals het gehoorzintuig en het gezichtszintuig ontvangen prikkels vanuit het externe milieu,
externe prikkels. Zintuigen die prikkels ontvangen uit het interne milieu, zogenaamde interne prikkels, zijn
bijvoorbeeld pH-receptoren en osmosereceptoren. Er zijn ook zintuigen die een verandering van de
spanning van de spier of een verandering van de stand van het lichaam registeren. Dat noem je
proprioceptoren. Voorbeelden zijn de spierspoeltjes in de spieren en de evenwichtszintuigen.

Afhankelijk van het type prikkel waar zintuigen op reageren, kunnen er verschillende groepen receptoren
worden onderscheiden:
• Mechanische receptoren reageren op uiteenlopende vormen van mechanische energie, zoals
aanraking, druk, beweging en geluid. Er ontstaat een impuls in een mechanische receptor wanneer
het celmembraan buigt of uitrekt;
• Gehoorreceptoren en evenwichtsreceptoren zijn mechanische receptoren met fijne haartjes. Als de
vloeistof waarin die haartjes zitten zich beweegt, buigen de haartjes en vervormt het celmembraan.
Hierdoor ontstaat een impuls;
• Tastreceptoren en drukreceptoren zijn mechanische receptoren waarin een impuls ontstaat als het
celmembraan wordt vervormd door lichte aanraking of druk. Tastreceptoren liggen vlak onder de
huis, drukreceptoren liggen dieper in de huid;
• Chemische receptoren kunnen bepaalde moleculen binden. Smaakreceptoren binden opgeloste
moleculen uit voedsel en vloeistof. Ruikreceptoren binden moleculen uit de lucht. Hierdoor ontstaat
een impuls in de zintuigcellen;
• Temperatuurreceptoren in de huid reageren of warmte of kou. Wanneer de temperatuur in zo’n
receptor boven of onder een bepaalde temperatuur komt ontstaat een impuls;
• Pijnreceptoren bevinden zich in het hele lichaam en zijn de uiteinden van bepaalde neuronen. Er
ontstaat een impuls in de receptoren door enorme druk, extreme temperaturen of door stoffen die
vrijkomen bij beschadiging of ontsteking van weefsel;
• Lichtreceptoren of fotoreceptoren zijn zintuigcellen waarin een impuls ontstaat door zichtbaar licht.

, Ontstaan van impulsen in zintuigcellen
Zintuigcellen zijn gespecialiseerde neuronen of uitlopers van neuronen. Net als in neuronen ontstaan in
zintuigcellen impulsen als een prikkel sterker is dan de drempelwaarde, de prikkeldrempel. Elk type
zintuigcel heeft voor elk type prikkel een andere prikkeldrempel. De prikkeldrempel van lichtreceptoren
voor licht prikkels is heel laag, je noemt licht daarom een adequate prikkel voor lichtreceptoren.
Lichtreceptoren zijn daarentegen veel minder gevoelig voor druk, de prikkeldrempel daarvan ligt veel
hoger. Naarmate de prikkel sterker is, is de impulsfrequentie in het aangesloten sensorische neuron hoger.
Wanneer een prikkel enige tijd aanhoudt neemt de impulsfrequentie af. Daardoor voel je na enige tijd
bijvoorbeeld niet meer de druk van kleding op je lichaam. De aanpassing van gevoeligheid van een zintuig
aan een aanhoudende prikkel heet adaptie. Ook een verlaging van de prikkeldrempel is een vorm van
adaptie. Zo wennen de gezichtszintuigen bijvoorbeeld na een tijde aan de schemering. Adaptie voorkomt
dat het centrale zenuwstelsel overbelast raakt met onbelangrijke informatie, maar toch voldoende
informatie krijgt.


2.2 Het oog
Elk oog bevat 125 miljoen zintuigcellen en een verstelbare lens. Dat is de basis voor de vorming van een
scherp beeld op verschillende afstanden. Twee miljoen neuronen verbinden de zintuigcellen met de
gezichtscentra in de hersenen.

De bouw van het oog
Het witte gedeelte van het oog heet het harde oogvlies. Het is een stevig vlies dat het binnenste van het
oog bescherming geeft. Aan de voorkant van het oog gaat het harde oogvlies over in het hoornvlies. Het
hoornvlies is een doorzichtig vlies dat licht het oog binnen laat vallen. Het gekleurde deel van het oog heet
iris of regenboogvlies. In de iris zit een opening: de pupil. De iris regelt de hoeveelheid licht die die via de
pupil het oog binnen valt door de opening groter of kleiner te maken. In beide oogkassen zijn verschillende
oogspieren aan het harde oogvlies verbonden die de ogen in de gewenste richting draaien.
Onder de huid rond de ogen liggen traanklieren. Het traanvocht beschermt de ogen tegen uitdroging en
het reinigt de ogen.

Het oog is voor het grootste deel gevuld met een geleiachtige massa, het glasachtig lichaam. De wand van
het oog bestaat uit drie lagen: het harde oogvlies, het vaatvlies en het netvlies. Het vaatvlies bevat veel
bloedvaten en zorgt voor de voeding van een groot deel van het oog. Aan de voorkant van het oog gaat
het vaatvlies over in de iris. De binnenste laag van de wand van het oog is het netvlies. Het netvlies wordt
door het glasachtig lichaam op zijn plaats gehouden. In het netvlies liggen de lichtreceptoren, die worden
geprikkeld als er licht in valt. In de lichtreceptoren ontstaan dan impulsen die via de oogzenuw naar de
hersenen worden geleid. In het centrum van het netvlies ligt de gele vlek, dat is de plek waar je met de
lichtreceptoren het scherpste kunt zien. In het netvlies licht ook de blinde vlek, dat is de plek in het netvlies
waar de oogzenuw het oog verlaat. Het is ook de doorgang voor bloedvaten.




Tussen het hoornvlies en de iris ligt de voorste oogkamer. Tussen de iris en de ooglens ligt de achterste
oogkamer. Beide kamers zijn gevuld met vocht. Achter de iris en de pupil ligt de ooglens. Rondom de lens

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur romyssamenvattingen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

85443 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€2,99
  • (0)
  Ajouter