1. Wat is recht
Gedragsregels waar men zich aan moet houden
= norm
Bv. je rijdt door het rood boete
Doel: gedrag sturen/aanpassen + maatschappij ordenen
Sancties als je ze niet volgt
Doet men dat niet sanctioneren
Doel: maatschappij ordenen
Overheid legt dit op
Op verschillende niveaus binnen de overheid
Federaal – regionaal
Regels zijn afdwingbaar
2. Indeling van het recht
Privaat recht:
= de verhouding tussen de burgers onderling
Burgerlijk recht (BR.)
Geeft oa regels ivm familiale verhoudingen, contracten tussen burgers,…
Bv. iemand wordt geboren rechtsbekwaam (RB) maar niet handelingsbekwaam (tot 18j)
= Huren, samenwonen, trouwen, scheiden, erfenis
Gerechtelijk privaatrecht
Hoe is het gerechtelijke apparaat georganiseerd en op welke wijze procedures moete
gevoerd worden
Internationaal privaatrecht
Welke rechter is bevoegd voor welke rechtsregels bij grensoverschrijdende problemen
Vb) Belg veroorzaakt in O’rijk een ongeval en er is ook een Zwitser betrokken
Publiek recht: overheid naar burgers
Regelt de algemene belangen, heeft betrekking op de inrichting, de werking en de onderlinge
verhouding van de overheidsorganen
Administratief recht
Regels die nodig zijn voor de werking van de overheidsinstanties en de manier waarop de
burger zicht tot de overheid van richten
Staatsrecht: werking van de staat: vb gemeenschappen en gewesten onderling
Onderling verhouding tussen de organen van de staat
Strafrecht: wat is strafbaar? Als het strafbaar is sancties
Strafprocesrecht
Hoe kunnen misdrijven opgespoord worden en vastgesteld worden en hoe verloopt de
procedure om de beklaagde te vervolgen?
Fiscaal recht: belastingen
,2
Bv. personenbelasting, vennootschapbelasting, BTW = allemaal voor de staat
Moeilijk te plaatsen:
Ondernemingsrecht sociaal recht (arbeidsrecht – sociale zekerheid)
Sociaal recht : van wieg tot graf: kindergeld, invaliditeitsuitkering, werkloosheid
Arbeidsrecht: verlofdagen, iemand die al lang bij u werkt kan je niet zomaar ontslaan buiten
om dwingende redenen (arbeidsrechtbank) = individueel
Economisch recht
Financieel recht
Intellectuele rechten auteursrecht en octrooien
Objectief recht vs. Subjectief recht
Objectief
= geheel van normen die het gedrag in de gemeenschap regelen
de regels op zich
Subjectief
= aanspraken die een persoon tegenover een ander laat gelden, gebaseerd op het objectief
recht
Materieel vs. Formeel recht
Materieel
= regels die rechten toekennen en plichten opleggen
Formeel
= hoe de naleving van het materieel recht verzekerd kan worden
3. Bronnen van het recht
1. Federaal (nationaal) = op het volledig belgisch grondgebied van toepassing
o Federale wetten: hoofdzakelijk Wetboek van Economisch Recht WER en Burgerlijk
Wetboek
Codificatie
o Regionale wetgeving: gemeenschappen en gewesten
o Wetboek van vennootschappen
2. Internationaal
Recht van de Europese unie
o EU heeft politieke organen om wetten uit te vaardigen
o EP Raad wetgevend
o EC (commisie) initiatief voor wetten = uitvoerende macht
o Hof van Justitie: lidstaten moeten verdragen en wetten naleven = rechterlijke macht
o Rekenkamer: controleert van inkomsten & uitgaven EP budget waar ze mogen mee
werken & dit controle zij
3 beleidsinstrumenten:
o Richtlijnen
,3
Bevatten een aantal rechtsregels die door de nationale overheid van de lidstaten
verplicht moeten worden opgenomen en verwerkt in de eigen wetgeving.
Overheden moeten de door de richtlijnen beoogde resultaten bereiken,
maar behouden bevoegdheid om zelf vorm en middelen te kiezen
Vb: Harmonisatierichtlijnen
o Verordeningen
Bevatten een algemene en volledige reglementering die rechtstreeks van toepassing
is in alle lidstaten.
o Besluiten
Bevatten bijzondere besluiten die enkel op de uitdrukkelijk aangeduide
bestemmelingen (staten, ondernemingen of personen) van toepassing zijn.
Er bestaan ook verdragen tussen twee of meer staten = supranationaal recht
Staten onderhandelen en worden lid van het verdrag
Moeten zich dan houden aan het verdrag
3. Decreten = regionaal niveau
Wetten op niveau van de gemeenschappen en gewesten
BHG = ordonnaties
Decreten hebben enkel kracht van wet op de respectievelijke grondgebieden van deze
instellingen
Vroeger: alles federaal
Nu: meer bevoegdheden naar benenden: geweten, provinvies,…
Of naar boven = supranationaal niveau: Europa bepaald consumenten
aangelegenheden, …
Sinds jaren 50 (Rusland): Vs zei vorm samenhang tussen verschillende landen tegen
hun
4. Grondwet
Meest fundamentele belgische wet
Vastgelegd aan wie de uitvoerende, rechterlijke en wetgevende macht toekomen
Aantal fundamentele rechten en vrijheden
Kan niet zomaar gewijzigd worden bijzondere procedure
a) Lijst met te wijzigen grondwetsartikelen
b) Wetgevende kamers ontbonden + verkiezingen
c) Minstens 2/3e van de kamer aanwezig
d) Zowel in kamer als senaat een meerderheid van 2/3 e voor stemmen
5. Wet sensu stricto (wet in de strikte zin)
= de wet die door de kamer van volksvertegenwoordigers tot stand komt
Rol van Senaat is in het wetgevende proces beperkt
Een goedgekeurde wet heeft pas uitwerking korte tijd nadat hij gepubliceerd werd in het
Belgische Staatsblad
6. Koninklijk Besluit (KB)
= besluiten die genomen worden door de koning en die nodig zijn voor de uitvoering van
bepaalde wetten
, 4
7. Besluit van gemeenschaps- en gewestregeringen
= regionale KB’s
8. Andere
Op lager niveau= ministriële besluiten en besluiten van een lid van de gemeenschaps- en
gewestregeringen
zie schema p. 8
Rechtspraak
De wet regelt enkel de algemene bewoordingen, rechters moeten de wet kneden en toepassen op
een bepaald geval = eigen interpretatie
Rechters spreken recht in de rechtbank
Beslissing motiveren en op een redelijke termijn rechtspreken
Iedere rechter behandelt soeverein elke casus (apart)
Soms wel een vaste rechtspraak bv. veel vrederechters behandelen burenruzie op zelfde manier
Gewoonte = herhaaldelijke handelswijzen die in de maatschappij aanvaardt zijn
Rechtsleer
= geheel van wetenschappelijke publicaties over juridische aangelegenheden
- Studies van rechters, advocaten, notarissen
- Bronnen die je kan raadplegen over wat kan & niet kan
Belangrijkste rechtsbron = wetgeving
Niet bindend, wordt beroep op gedaan
Gewoonte – billijkheid
Gebaseerd op welbepaalde en herhaalde handelswijzen die als algemeen bindend worden aanvaard
Twee elementen aanwezig
Algemeen geldende, openbare en herhaalde gedraging
Subjectieve overtuiging dat deze gedraging bestaat als rechtsnorm
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur larathienpont. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.