Charlotte Van Riet
HEDENDAAGSE KUNST Prof. H. De Wolf
Academiejaar 2020-2021
LES 1: INLEIDING:
1. Inleiding:
Cursus:
Kunst uit Frankrijk van de vroege 20ste eeuw.
Tekst Bienale 2020 China:
Tekst geschreven door prof. De Wolf over een Bienale in het post-corona tijdperk in China
waarin hij en enkele andere organisatoren een nieuwe opportuniteit gaven aan kunstenaars. De
algemene conclusie hierin is dat alles na corona, ook voor kunst, nooit meer hetzelfde zal zijn.
Taak:
Presentatie geven met paper over eigen onderzoek. Laatste les. Elke week een stand van
zaken geven over de paper. Onderwerp; liefst een kunstenaar die inspiratie haalde uit Duchamps.
Marcel Duchamp:
Een van de meest, als niet de meest complexe kunstenaar uit de 20 ste eeuw. Hij kan
vergeleken worden met grote geesten uit de Renaissance, zoals bijvoorbeeld L. Da Vinci; dat wordt
doorheen de lessen duidelijk. Zijn oeuvre is waarschijnlijk het belangrijkste van alle in de 20 ste eeuw.
(Twee begeleidende teksten op Canvas; Duchamp du signe, maar niet in het Nederlands & Pierre
Cabane – Les conversations avec Cabane die Duchamp vier dagen lang geïnterviewd heeft in 1964. Het
boekje van Cabane is heel merkwaardig omdat het net een krantje of een roman is. Het is een heel
goede tekst, maar, hoe meer men erover nadenkt, hoe complexer de tekst wordt. Ook dat is een
synoniem voor Duchamp zelf; hij brengt zaken op een heel simpel lijkende manier, maar hij vertelt
nooit het hele verhaal en laat steeds een deel als mysterie aan de toeschouwer, waardoor het telkens
een enorme complexiteit krijgt.).
Duchamp liet in zijn werken steeds bewust een deel verborgen waardoor zijn werken
simpel lijken, maar dat eigenlijk niet zijn, omdat de toeschouwer slechts een deel van het
verhaal kent. Hij had twee grote passies; kunst en schaken. Die strategie die hij aan schaken
te danken heeft gebruikte hij dan ook goed in zijn kunstenaarsleven. Hij wist wat en waar hij
kon weglaten in zijn werk. Zijn werken hebben daarom weinig spontaniteit. De rol van
toeschouwer is als essentieel belang om van een kunstwerk een kunstwerk te maken. In “The
Creative Act of Le processus créative” is een tekst van Duchamp waarin hij dan ook uitlegt dat
het de rol is van de toeschouwer om kunst aft e wegen en te bepalen end at het pas dan een
kunstwerk wordt.
1
, Charlotte Van Riet
HEDENDAAGSE KUNST Prof. H. De Wolf
Academiejaar 2020-2021
LES 2: (15/02): DUCHAMP: EEN GESCHIEDENIS:
1. De taak:
Phoenixproject – Xu Bing:
Dubbele motivatie achter het project. China is als geen ander hyper snel geürbaniseerd en
geïndustrialiseerd. Hij wil met het project belichten welke prijs de Chinezen hebben moeten leveren
daarvoor. De grote wolkenkrabbers met kleine kamers, de dichtbevolkte dorpen… die daarbovenop
ook niet echt duurzaam zijn omdat ze zo snel gemaakt zijn. Het gaat om kunstwerken die uit schroot
zijn gemaakt die op allerhande bouwwerven in China te vinden waren. De werken vormen dus een
kritiek op de snelle verandering van China.
Of het echte readymades zijn is niet helemaal zeker, dus dat moet het onderzoek uitwijzen.
2. Duchamp:
Readymade:
De readymades worden gezien als een geïsoleerd aspect aan het oeuvre van Duchamp, maar
dat is niet het geval. Ze zijn deel van zijn evolutie als kunstenaar.
Bij Fishly & Weis worden readymades nagemaakt uit andere media waardoor ze lijken op
readymades, maar eigenlijk kunstwerken op zich zijn die iets anders imiteren.
Marcel Duchamp; zijn achtergrond:
Hij is een typisch product van de Franse bourgeoisie waar hij opgroeit in Rouen. Frankrijk als
land was in de late 19de eeuw, in de tijd waarin Duchamp geboren wordt, waarschijnlijk het meest
gelukkig en welvarend ooit. Zijn oudste broer heet Jacques Villon en de tweede Raymond en schelen 8
en 9 jaar met Marcel. Duchamp is de derde. Zijn twee oudere broers zijn terechtgekomen in het Parijs
van de 20ste eeuw waar ze een kunstenaarsleven wilden najagen. Jacques is dé grote beeldhouwer
geworden binnen het kubisme. Na zijn zusje komen er een 7-tal jaar later nog twee kinderen. Heel
atypisch.
De vader van Duchamp was een etser die een zeker verdienste had en beelden van Rouen
maakte. De vier oudste kinderen volgen allemaal het kunstenaarsleven op.
Duchamp heeft een heel gelukkige, maar ook erudiete jeugd gehad. Hij heeft op het Collège
de Rouen gezeten, dat een hoog aanzien had en waar de lat erg hoog lag. Hij kreeg een hoge educatie
en was zelf ook erg leergierig.
Belangrijk om te noteren is dat het Normandië van toen niet meer te vergelijken is met nu. Dat
komt omdat Frankrijk in de Bel époque enorm goed verbonden was. De spoorlijn heeft hier zijn werk
goed gedaan, wat als gevolg had dat nieuws en personen erg snel en goed konden reizen in Frankrijk.
Frankrijk had zo goed als het beste communicatienetwerk ter wereld op dat moment. Dat netwerk
was natuurlijk ook erg voordelig voor de distributie van kennis en ideeën. Luxueuze magazines werden
over het hele land verspreid om kennis uit te wisselen. Dat kon alleen omdat Frankrijk zo verenigd
was. Natuurlijk was Parijs was het centrum, maar ook de provincie kon overal van genieten. Galliard
was en is nog steeds de belangrijkste uitgever. Ook wetenschappelijke kennis kon gemakkelijk
circuleren, zoals Métropol. De vader van Marcel had hier bijvoorbeeld een abonnement op.
2
, Charlotte Van Riet
HEDENDAAGSE KUNST Prof. H. De Wolf
Academiejaar 2020-2021
Parijs rond 1907:
Het is een broeihaard van ontdekking, van inspiratie, creativiteit… De belangrijkste zaken en
bewegingen die zich in de vroege 20ste eeuw bevinden kennen reeds in deze periode hun oorsprong;
constructuvisme, Art Nouveau… De concurrentie was om die reden absoluut moordend.
De broers van Duchamp kwamen aan in het Parijs dat in de ban was van het kubisme, dat rond
ca. 1905 tot de belangrijkste kunststroming werd gepromoveerd. Picasso en Bracque hebben samen
de grond gelegd voor het kubisme in Parijs, in hun atelier in Montparnasse. In Spanje waren de
volgende namen actief hierin; Metzinger, Gleize.. Samen proberen ze het kubisme ook een
theoretische ondertoon te geven.
De twee oudere broers trokken zich terug, wat voor avant-gardekunstenaars niet vreemd is
omdat ze vaak weg wilden van het drukkende Parijs. Duchamps komt aan in Parijs op het moment dat
de stad helemaal in de ban is van het “Demoiselles d’Avignon” van Picasso, dat enkele hoeren afbeeldt
in het Boîs de Boulogne. Eén van de meisjes draagt ook een Afrikaans masker, wat te wijten is aan de
eerste artefacten die op dat moment uit Afrika toekomen in Europa. Picasso was helemaal onder de
indruk van Afrikaanse kunst.
Duchamp had het gevoel dat hij ergens te laat was in de kunst, omdat de posities in het dan
heersende kubisme al ingenomen leken te zijn door Picasso, Bracque en dan zijn broers en vele
anderen. Daarop gaat hij een aantal jaren op zoek in verschillende stromingen om te vinden waarin hij
kan thuishoren.
Duchamp als kunstenaar:
Hij hecht veel belang aan onberekenbaarheid. Hij gaat altijd op zoek naar intelligentie,
mentale aspecten, iets spiritueels.. in zijn werken. Het gaat dus niet enkel om de kunst om het creëren
daarvan, maar om iets meer. Hij heeft geen afkeer van schilderkunst, ondanks dat in interviews vaak
wordt gezegd, maar hij heeft een afkeer van het idee dat een kunstenaar enkel zijn geschilderde
neerslag kan bieden. Kunst moet volgens hem iets worden dat raadselachtig is en indrukwekkend en
iets waarvoor men moet nadenken en waarover men gaat nadenken. Niet enkel omdat het ons
pleziert om kunst te maken. Hij zou kunnen schilderen indien hij goede ideeën heeft, maar hij heeft
het niet intentioneel en geleidelijk aan opgegeven.
In zijn vroege schilderwerken is duidelijk te zien dat hij zoekt naar een stijl, een kleurgebruik,
een weergave dat hij op zoek is naar iets voor hem.
Vb. Le jeux aux échecs: Raymond en Jacques zijn te zien terwijl ze samen schaakspelen en
daarnaast hun echtgenotes. Het werk is heel belangrijk. Hij gooit elke conventie rond landschap
overboord. Dat is op zich niet zo vreemd in de tijd van het kubisme, maar toch is dit anders. Het is een
hele groene achtergrond waarin elementen niet meer duidelijk te onderscheiden zijn, ze vormen een
geheel. De ‘groenheid’ zegt iets over de weg die Duchamp vanaf de periode van ca. 1910 zal inslaan.
Hij wil iets mentaals teovoegen. In de groenheid bevinden zich in de realiteit de vrouwen, maar de
mannen zijn niet bewust deel van de groenheid omdat ze helemaal in het schaakspel verwikkeld zijn.
Die concentratie die aan het spel verbonden is en de figuren daarom afzondert zodat ze deel worden
van een achtergrond zorgt voor een nieuw gegeven in het werk van Duchamp.
3