- Touwtrekken: je trekt harder in een groep dan alleen (individueel)
Niet waar > in het algemeen gaan we minder hard ons best doen, de rest zal het werk wel
doen voor mij. Oplossing: zorgen voor meer motivatie
- Moeilijk stuk spelen in een orkest: solo spelen, speel je beter dan met z’n alle samen
Waar > meer sociale durf
4.1 Als de individuele prestaties identificeerbaar zijn
4.1.1 Sociale facilitatie
Experiment van Triplett
= experiment over de gunstige invloed die de aanwezigheid van anderen kan hebben op de
individuele prestaties.
Onderzoeker Norman Triplett:
Eerste vaststelling: wielrenners zetten een snellere tijd neer als ze met twee rijden dan in een
individuele tijdrit.
Reden voor een experiment:
Kinderen moesten zoveel mogelijk aan een hengel draaien > resultaat: de kinderen gaan beter --
presteren als ze samen ieder aan een hengel mogen draaien dan dat ze dat alleen moeten doen
Situatie waarin individuen ieder apart met eenzelfde taak bezig zijn > competitie aanwezig
Dezelfde resultaten zag men als er passief publiek aanwezig is.
Vb. in een laboratorium experiment een beter resultaat als er een extern persoon voorbij
liep’
Sociale facilitatie:
= De aanwezigheid van soortgenoten blijkt een positieve invloed op het gedrag, ongeacht of
ze hetzelfde soort gedragingen stellen, alleen maar toekijken of gewoon aanwezig zijn.
4.1.2 Sociale belemmering
Maar soms lijdt de aanwezigheid van anderen ervoor dat de prestaties afnemen dan verbeteren
sociale belemmering
experiment met schokken:
Studenten zaten met twee tegenover elkaar en moesten schokken ondergaan, maar als de student
bij de rode knop daarop drukte, konden ze de schokken vermijden. Moeten dit echter zelf
ondervinden door op de knop te drukken, niemand zegt dat tegen hen van te voren.
Resultaten:
, Zajonc: Maakten een verklaringsmodel waar beide fenomenen(sociale facilitatie en sociale
belemmering) tegelijk inzichtelijk kon maken.
Opvallend:
> Het uitvoeren van gekend of eenvoudig gedrag wordt juist gefaciliteerd > makkelijker uitvoeren als
er andere bij zijn.
= Sociale facilitatie
> Verwerven van nieuwe informatie en relatief moeilijke taken voltooien worden belemmerd door de
aanwezigheid van anderen
= sociale belemmering
Verklaring:
1. Aanwezigheid van soortgenoten brengt een verhoging teweeg in de fysiologische arousal
* Fysiologische arousal = algemene activeringstoestand die bepalend is voor de actiebereidheid van
het individu
2. Verhoogde actiebereidheid zorgt ervoor dat reacties sneller worden uitgevoerd die dominant zijn
* Dominante reacties = gedragingen die spontaan uitgelokt worden door de situatie van het moment
(Vb. reflex of gedrag dat goed gekeurd is)
3. Bij goed ingeoefende of eenvoudige taken is de gewenste reactie meestal dominant
De aanweigheid van soortgenoten zal door verhoogde actiebereidheid die reactie dus nog iets
sneller uitlokken dan anders = sociale facilitatie
4. Bij complexe of niet ingeoefende taken is de reactie meestal niet dominant
Door het te leren is het de bedoeling om die ondoelmatige reacties die spontaan opgeroepen
worden door de situatie (niet dominant) te vervangen door een meer adequate reactie. Andersblijft
die spontane reacties zijn verkeerde dominante reacties = sociale belemmering, leidt niet tot sociale
facilitatie.
Vb. prestatie op de olympische spelen > vooraf heel veel oefenen om je taak op dat moment goed te
doen.
Schema verklaringen: Facilitatie van
eenvoudig gedrag
Aanwezigheid Verhoogde Versnelling van
van anderen arousal de dominante
respons
Belemmering van
ingewikkeld gedrag
De aanwezigheid van anderen brengt een verhoogde arousal teweeg, waardoor we de neiging hebben om
sneller te reageren. De reactie die het sterkst verbonden is met de situatie – dat is de dominante reactie- wordt
daardoor sneller uitgebracht. Bij eenvoudige of goed aangeleerde taken is de dominante respons meestal de
gewenste reactie en wordt dat gedrag dus gefaciliteerd. Bij moeilijke of niet ingeoefende taken is de dominante
respons meestal een verkeerde reactie en wordt het uitbrengen van gewenst gedrag – dat aangeleerd moet
worden – dus belemmerd.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur femkeaarts. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.