Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting MOB3B HOC - Reumatologie €8,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting MOB3B HOC - Reumatologie

 7 vues  0 fois vendu

Samenvatting Reumatologie, onderdeel van MOB3B hoorcollege

Aperçu 4 sur 40  pages

  • 14 septembre 2022
  • 40
  • 2021/2022
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (35)
avatar-seller
LB2001
DEEL 1: METABOOL-DEGENERATIEVE
AANDOENINGEN

DEEL 2: WEKE DELEN REUMA

DEEL 3: SYSTEEMZIEKTEN OF
BINDWEEFSELAANDOENINGEN

DEEL 4: INFLAMMATOIRE REUMA

DEEL 5: INFLAMMATOIRE REUMA –
SPONDYLARTOPATHIEËN

DEEL 6: STOFWISSELINGSREUMA

REUMATOLOGIE
Academiejaar 2021-2022 / Onderdeel MOB3B

,Inleiding Reumatologie
DEF: Reumatologie houdt zich bezig met aandoeningen van bindweefsels, gewrichten
en gerelateerde structuren, die gekarakteriseerd worden door inflammatie,
degeneratie of metabole stoornissen (vb. ontbreken van bepaald enzym of eiwit
of niet goed functioneren).
à Gehele lichaam (gewrichten / botten / spieren / pezen)


Weke delen: spieren/pezen
Degeneratief: veroudering/ aftakeling
Inflammatie: eindigt op -itis (ontsteking)


Belang van kinesitherapie (ICF):
> Informatie en advies
> Ondersteunen in (heropname van) lichamelijke activiteit en actieve levensstijl
> Aanpakken van primaire stoornissen en beperkingen
> Secundaire preventie van met reuma samenhangende klachten (pijn, verminderde spierkracht,
verminderde aerobe capaciteit, verminderd evenwicht, afgenomen mobiliteit, valangst, beperkingen
in activiteiten en participatie…)
> Instrueren bij gebruik hulpmiddelen
à Veel aandoeningen zijn secundair aan de pathologie (door levensstijl/ gedrag van patiënt) à daar
als kine op inspelen

Prognose (afhankelijk van):
1. Medische toestand en specifieke diagnose
2. Functionele toestand (anamnese en klinisch onderzoek)
3. Psychosociale factoren (gele vlaggen!)
à Een patiënt met een goede medische en functionele prognose kan toch slecht herstellen omwille
van psychosociale factoren die het herstel in de weg staan.

Anamnese en klinisch onderzoek:
1. Onset en verloop symptomen
2. Lokalisatie symptomen (lokaal/veralgemeend, symmetrisch, etc.)
3. Familiale achtergrond
4. Beïnvloedende factoren: wat maakt de klachten erger of minder erg?
5. Impact op functie, activiteiten en participatie
6. Comorbiditeiten: niet enkel bewegingsapparaat, maar ook cardiovasculair of neurologisch
7. Pijntypes à nociplastisch, nociceptief, neuroplastisch (pijn vaak primaire klacht)
8. Andere onderzoeken
à Voorgeschiedenis mee in rekening nemen

> Nociceptieve pijn:
• Inflammatoire pijn: dolor-rubor-calor-tumor, nachtelijke pijn (wordt wakker van de pijn), pijn
bij rust, aanhoudende ochtendstijfheid (>1u), betert bij inspanning
• Mechanische pijn: pijn bij belasting, geen nachtelijke pijn, pijn
verdwijnt in rust, kortdurende ochtendstijfheid

> Neuropathische pijn: dermatomen en myotomen bekijken, sensorische
testing, spiertesting, vragenlijsten, testen die druk zetten op zenuw om
klachten uit te lokken (tabel).


1

,> Centrale sensitisatie pijn: onderliggend mechanisme
nociplastische pijn à CS is onderliggende pathologie bij
kolom disorders
CS kan voorkomen in subgroep, maar niet bij alle
patiënten (pijn door degeneratieve veranderingen en CS
versterkt enkele symptomen) => RA

Indien neuropathische pijn niet dominante pijntype à
nagaan of pijn disproportioneel is?

CRITERIUM 1: disproportionele pijndistributie (JA = CR2)
• Ernst van pijn en gerelateerd disfunctioneren (intolerantie voor dagelijkse activiteiten)
disproportioneel tot de hoeveelheid en/of ernst van weefselschade?
• Pijn normaal of overdreven volgens gestelde medische diagnose?
à Wel weten dat schade niet altijd gepaard gaat met symptomen
à Steunen op eigen klinische expertise en anamnese (verhaal P geeft belangrijke inschatting)

CRITERIUM 2: diffuse pijndistributie (JA = CS – NEE = CR3)
à Pijn omvat groter gebied dan vastgelegd op weefselschade of medische beeldvorming
• Bilaterale pijn / spiegelpijn (i.e. symmetrisch pijn patroon)
• Pijn variërend in (anatomische) locatie
• Groot pijngebied met niet-segmentale verdeling
• Allodynie buiten segmentaal gebied van primaire nociceptie

CRITERIUM 3: hypersensitiviteit voor allerlei prikkels
• Reuk, smaak, licht, geluid, tast, medicatie, koude/warmte…
• Central Sensitization Inventory: tool voor algoritme als bijvoeging van
anamnese en klinisch onderzoek, geen vragenlijst om CS vast te stellen
• Cutoff = 40
à Opletten met scores net onder 40 en onzekerheid bij andere items (toch in
twijfel nemen CS)

Andere onderzoeken (8)
> Geassocieerde symptomen: huid/nagels, ogen, mond/keel, lymfeklieren, vaatstelsel, lever/milt,
spijsverteringsstelsel, genitaliën à reuma is systeemaandoening
> Mogelijks tegenkomen in praktijk zonder dat diagnose van reuma is vastgesteld
à Als therapie niet vlot en symptomen zichtbaar: P naar reumatoloog sturen

Klinisch onderzoek van gewricht
à Onderzoeken van belangrijkste aspecten aangetast bij reumatologische aandoeningen:
1. Zwelling van het gewricht (relevant bij inflammatoire aandoeningen)
o Samenstelling en kleur vocht nagaan à arts bepaald bijkomende onderzoeken
o Intra-articulair vocht, synoviale verdikking, peri-articulaire wekedelen zwelling
o Oorzaak moeilijk klinisch te onderscheiden: via echo, CT, MRI, PET of scintigrafie

2. Mobiliteit van het gewricht
o Verantwoordelijkheid kine: uitvoeren voor elk aangetast gewricht en kan overal anders zijn
o Verschillend voor elk gewricht, vergelijken met contralaterale zijde, vergelijken actief en
passief verschil ROM (spierbeperking of articulaire beperking)
o Bij wijdverspreide aandoeningen kan er bilateraal een probleem zijn à vergelijken moeilijker



2

, 3. Ganganalyse
o Naast de lokale zaken ook andere zaken bekijken
o Kijk ook steeds naar schoudersymmetrie, alignement
ruggengraad, ROM gewrichten, spieratrofie, zwelling
gewrichten, antalgische houding/gang…

4. Patroon van gewrichtsaantasting (3 onderdelen)
o Pauciarticulair: meer dan 1, maar minder dan 5

5. Andere: BFO + uitbreidende testen (bv. spier- en
neurologische testen)

Opbouw van het gewricht
à Gewrichtskraakbeen, subchondraal bot, synoviaal membraan, synoviale ruimte, synoviaal vocht
RA = gezwollen synoviaal vlies en boterosies

Gewrichtskraakbeen:
- Ligt op subchondraal bot
- Opbouw: collageenvezels + proteoglycanen complexen (eiwit-suiker) + water (75%)
- Functie: stress/druk verdelen over een groter oppervlak
- Voeding: bezenuwd, maar niet gevasculariseerd. Voor voeding afhankelijk van
diffusie afkomstig uit subchondraal bot (1/3) en synoviale ruimte (2/3)
- Deformaties (= pompbewegingen) van kraakbeen nodig om goed vervoer stoffen in/uit kraakbeen
te krijgen à belang van beweging!

Synoviaal vocht:
- Opbouw: hyaluronzuur (lange ketens van glucosamine en glucuronzuur) + lubricines + water
- Functie: bevochtigen kraakbeen, voeden cellen, verminderen wrijving (vermijden slijtage), reinigen
van de gewrichtsholte (door synoviocyten, i.e. macrofage-achtigen)
- Pathologie verandert het synoviale vocht: kwaliteit daalt (= minder viskeus), kwantiteit stijgt (=
meer cellen), vertroebeling en kleurverandering
- Contra-indicaties gewrichtspunctie: infectie punctieplaats (gevaar voor iatrogene septische artritis)
of prothese (gevaar infectie prothese / materiaal)

- Veranderingen in kleur en troebelheid (verandert ifv pathologie, normaal kleurloos)
• Lichtgeel doorzichtig = weinig cellen = weinig inflammatie = osteo-artrose
• Diepgeel troebel = reumatoïde artritis
• Diepgeel troebel met groene schijn = jicht
• Diepgeel troebel met grijze schijn = chondrocalcinose
• Bloed met vetdruppels = afkomstig van beenmerg = fractuur

- Onderzoek cellen: hoe troebeler het vocht = hoe erger de graad van inflammatie = hoe meer cellen
- Aanwezigheid van kristallen
• Calciumpyrofosfaat = weinig agressief. Fagocyterende cel blijft leven, vooral intracellulair
gevonden à chrondrocalcinose
• Urinezuur = zeer agressief. Fagocyterende cel gaat dood, vooral extracellulair à jicht
- Nagaan aanwezigheid bacteriën (streptokokken, diplokokken, stafylokokken)

Deel 1: Metabool-Degeneratieve aandoeningen
Osteoporose


3

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur LB2001. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

67474 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€8,49
  • (0)
  Ajouter