CRIMINALITEITSVORMEN EN
MISDRIJVEN
1. Inleiding: wat is criminaliteit?
CRIMINALITEIT IN DE PERS
Selectie van krantenknipsels: illustratie uit de media als inleiding op welke thema’s we behandelen
WAT IS CRIMINALITEIT EN WAAROM IS DIT ZO BELANGRIJK VOOR DE CRIMINOLOGIE
Criminaliteit heeft invloed op allerhande zaken:
1. Het voorwerp van de criminologische wetenschap: wat bestuderen?
2. Hoeveel criminaliteit?
o Wat moeten we tellen? Hoe moeten we tellen? Is tellen wel zinvol?
▪ Afhankelijk van ruime of smalle definitie
o Cf criminografie, discussies over zin en onzin van criminaliteitsstatistieken en surveys, …
3. Wetenschappelijk karakter van de criminologie?
o Fundamenteel of toegepast?
o Zelfstandige wetenschap of hulpwetenschap?
4. Theoretische en methodologische voorkeuren van de criminoloog?
o Kwantitatieve vs kwalitatieve onderzoeksmethoden
ALLEDAAGSE DEFINITIES VAN CRIMINALITEIT
→ Afhankelijk van tijd en plaats
o Vb drugs, sekswerk, overspel, lockdownfeestjes, …
→ Rol van eigen ervaringen en achtergronden
o Dader van eenvoudige winkeldiefstal vs slachtoffer hold-up
→ Rol van de media
o Bestendigen stereotiepe criminaliteitsbeelden
o Berichten over nieuwe vormen van criminaliteit
o Voedingsbodem voor angst/morele paniek (en voor geweld?)
o Publieke (politieke) verontwaardiging
→ Aandacht voor bepaalde misdrijven
o Boemanconcept: de veronderstelling over misdadigers waarin op irrationele gronden
negatieve kenmerken aan hen worden toegeschreven
o Telelensreflex: veel zien van heel weinig en zonder context
▪ Meestal het schokeffect van een misdaad zien
▪ Inzoomen van de media op bepaalde aspecten zonder de ruimere context in het
oog te houden
1. Folk devils and moral panics (jaren ’70)
‘Societies appear to be subject, every now and then, to periods of moral panic’
1. A condition, episode, person or group of persons emerges to become defined as a threat to social
values and interests
2. Its nature is presented in a stylized and stereotypical fashion by the mass media
3. The moral barricades are manned by editors, bishops, politicians and other right-thinking people
4. Socially accredited experts pronounce their diagnoses and solutions
5. Ways of coping are evolved or (more often) resorted to
6. The condition then disappears, submerges or deteriorates and becomes more visible
a. Sometimes the object of the panic is quite novel and at other times it is something which
has been in existence long enough, but suddenly appears in the limelight
b. Sometimes the panic passes over and is forgotten, except in folklore and collective
memory, at other times it has more serious and long-lasting répercussions and might
produce such changes as those in legal and social policy or even in the way the society
conceives itself
1
,Er zijn verschillende parameters om de ernst van de criminaliteit te meten
→ Belang van de geschonden norm
o Vb cannabis/cocaïnegebruik (gevaar voor gezondheid?)
o Cf indeling Strafwetboek: ernstige misdaden staan hoger op de ladder
→ Aard van het slachtofferschap
o Hoe zichtbaarder de schade/leed, hoe ernstiger
→ Aard en zwaarte van de juiste reactie
o Dierenmishandeling vs kinderverwaarlozing
STRAFRECHTELIJKE DEFINITIES VAN CRIMINALITEIT
Criminaliteit is wat in het Strafwetboek (Sw) staat of waarop een strafrechtelijke sanctie is gesteld
→ Ook bijzondere strafwetten buiten Sw, vb Drugswet
→ Straf: opsluiting, gevangenisstraf, werkstraf, autonome probatiestraf, straf onder ET, TBS,
geldboete, …
→ Resultaat van politieke besluitvorming
Processen van criminalisering en decriminalisering: belangrijk om te kijken naar de wijze waarop dergelijke
definities tot stand komen
→ Criminalisering: belaging (art 442bis SW) – andere (later in cursus)
o Gedragingen die het label criminaliteit krijgen en in het SW komen
→ Decriminalisering de facto (feitelijk): vb gedoogbeleid drugs in bepaalde landen
→ Decriminalisering de jure (formeel): vb overspel, euthanasie, abortus, sekswerk (discussie)
o Gedragingen die het etiket van criminaliteit verliezen
Waarom (de)criminaliseren? Drie perspectieven
1. Consensus: over de regels die moeten worden gevolgd en gehandhaafd (algemeen belang, burgers
zijn het eens)
o Overeenstemming over welke gedragingen afgekeurd moeten worden
2. Pluralisme: verschillende groepen zijn het oneens over waarden, maar eens over procedure
o Regels zijn een resultaat van politieke besluitvorming (dynamisch)
3. Conflict: over wat en hoe
o Regels zijn een resultaat van macht
o Vb kapitalisten – verschillende vormen van diefstal
CRIMINOLOGISCHE DEFINITIES VAN CRIMINALITEIT
Is criminologie een autonome wetenschap of een hulpwetenschap?
→ ‘Misdaad is een (1) ernstige antisociale handeling waarop (2) de Staat door toevoeging van een
leed (straf of maatregel) bewust reageert’
Doorheen de geschiedenis waren er diverse pogingen op afhankelijkheid tav het strafrecht te doorbreken
→ Zoektocht naar autonome ‘wetenschappelijke’ definitie: afstand van het strafrecht, meer focus op
gedragsnormen in het algemeen
→ Zoektocht naar eigen cijfers: criminaliteitsstatistiek als officiële statistiek waarbij criminoloog geen
vat heeft op de dataverzameling
1. Edwin Sutherland en onderzoek naar witteboordencriminaliteit
→ 1940: onderzoek obv statistieken destijds toonde aan dat criminaliteit eerder voorkomt in lagere
sociale klassen en werd voornamelijk gelinkt aan armoede (= visie op criminaliteit toen)
o Was fout en beïnvloedde criminologische theorieën
→ Onderzoekt onethisch gedrag in het bedrijfsleven (belastingsfraude, omkoping, …) met oog voor
financiële schade en maatschappelijke schade (door financieel en door wantrouwen)
→ Doorprikt gangbare opvattingen en theorieën over criminaliteit door het ter discussie te stellen van
de definitie van criminaliteit
o Criminaliteit als wederrechtelijk of onrechtmatig gedrag
o Introduceerde zo ‘witteboordencriminaliteit’
2
,2. Deviantiesociologie en aandacht voor strafbaarstelling
→ Deviantiesociologie en proces van etikettering
o Reacties staan centraal (met strafbaarstelling als een belangrijke vorm van reageren)
→ Complexiteit van causaliteitsvraagstuk
o Is iets fout omdat er een straf op gesteld wordt of staat er ergens een straf op en wordt
het daarom als afwijkend gedrag bestempeld?
o Afwijkend gedrag bestaat niet op zich zelf, maar hangt altijd af van de context
→ Reactie die zelf criminogeen kan zijn tgv impact van stigmatiserende stempel
‘Sociale groepen brengen deviantie tot stand door regels te formuleren die deviantie opleveren als ze worden
overtreden, en door die regels toe te passen op gedragingen van bepaalde mensen en hen te bestempelen als
buitenstaanders.’ (Becker, 1963)
→ Deviantie: geen kenmerk van het gedrag van de betrokkene, maar gevolg van de reactie van de
anderen (etiket opgeplakt)
3. De Schwendingers en mensenrechtenschendingen
→ De Schwendingers verbinden criminaliteit aan mensenrechtenschendingen
→ 1975: criminaliteit als elke schending van fundamentele rechten (definiëring)
o Hun uitgangspunt: het definiëren van criminaliteit zorgt voor schendingen van
mensenrechten
→ Misdrijven van de staat: daders zijn zelf slachtoffers die gestraft worden door de staat
o Criminologen moeten eigen referentiekader scheppen
o Volgens hun is de staat zelf een criminele organisatie door het definiëren van criminaliteit
▪ Kritiek: de staat is het uitgangspunt voor de mensenrechten
→ Maar geen eenduidige interpretatie van fundamentele rechten
o Politieke dimensie: anti-autoriteits-denken
→ Wel navolging door andere wetenschappers ivm misdaden tegen de mensheid
o Moet ook door criminologen worden onderzocht
o Toenemende belangstelling
4. Moeten we criminaliteit afschaffen?
→ Louk Hulsman (1923-2009): hoogleraar strafrecht en criminologie
→ Boegbeeld van het abolitionisme in jaren ’70 en ‘80
o Niet leedtoevoeging aan criminaliteit,
o maar rechtsherstel voor problematische gebeurtenissen
→ Het begrip criminaliteit afschaffen (maar het fenomeen niet)
o In het begrip wordt een complexe realiteit gereduceerd tot een strafrechtelijk probleem
o Wanneer je een complex conflict enkel begrijpt via een strafrechtelijk begrip, heb je altijd
een strafrechtelijk antwoord
o Alternatief: problematische situatie
→ Abolitionisme: concept van criminaliteit heeft geen ontologische realiteit
o Onder criminaliteit vallen veel uiteenlopende misdragingen, maar er is geen bindweefsel
dat bepaalt waarom iets als criminaliteit wordt begrepen
o Er is niets intrinsiek in de gedragingen dat hun voorbestemd om als criminaliteit benoemd
te worden
o Criminaliteit: problematische gebeurtenissen die gebeuren voor verschillende redenen en
in verschillende situaties
▪ Dus een standaardantwoord is niet effectief
▪ Problemen moeten opgelost worden in leefwereld van betrokkenen (en niet
enkel via het strafrecht)
3
, 5. De ‘social harm’ benadering
→ Criminaliteit heeft geen ontologische realiteit
o Criminaliteit heef geen intrinsieke kenmerken, maar wordt geconstrueerd
→ Criminaliteit als de mythe van het alledaags leven in stand gehouden door criminologie
o In social harm benadering wil men hier van af stappen om een veel doeltreffender
antwoord te kunnen bieden op problemen in onze maatschappij
→ Criminaliteit omvat vele zaken die relatief onbelangrijk zijn en die gemakkelijk kunnen worden
opgelost
o Maar aan de andere kant zijn er heel wat vormen van criminaliteit die door de mazen van
het net glippen
o DUS: criminaliteit is niet echt een gepast concept om maatschappelijke sociale schade aan
te pakken
→ Criminaliteitsbestrijding is gericht op leedtoevoeging en dit is inefficiënt
o Straffen brengen extra sociale schade teweeg en treffen disproportioneel kwetsbare
mensen
→ Bestendiging gevestigde machtsrelaties
o Kwetsbare mensen worden extra hard getroffen
o Staatsaansprakelijkheid wordt minder hard aangepakt
6. Pleidooi voor een ‘social harm’ benadering
Wat is social harm?
→ Physical harm: vroegtijdig overlijden, blootstelling aan giftige stoffen, verkeersongeluk …
→ Financial/economic harm: verlies van vermogen, armoede, prijszetting door kartels …
→ Emotional/psychological harm: moeilijker te definiëren
→ Cultural safety: autonomie, ontwikkeling, toegang tot culturele en intellectuele bronnen
Waarom ‘social harm’?
→ Tegenslagen in alledaagse leven: beter beeld van wat mensen meemaken tijdens hun leven
(criminaliteit is vaak vastgepind op een specifiek moment)
→ Vraagstuk van verantwoordelijkheid kan ruimer onderzocht worden (itt focus op individuele
verantwoordelijkheid van een dader)
o Focus op volledige context
→ Gepaste politieke reacties (beleid) met als doel zo weinig mogelijk harm
→ ‘Mass harms’ door bedrijven of overheden passen moeilijk in concepten zoals gedraging, nalaten,
opzet …
o Kan beter worden aangepakt in dit systeem
→ Focus op hele maatschappij als reactie op te individualistische risicomaatschappij
CONCLUSIE
→ (1) Strafrechtelijke definities van criminaliteit zijn momentopnames, gesitueerd in tijd en plaats
o Belang van processen van strafbaarstelling en de contextuele factoren
→ (2) Strafrechtelijke definities van criminaliteit worden betwist
→ Hoe vertalen (1) en (2) zich naar de inhoud van onze cursus?
o Aandacht voor de huidige situatie, de stand van zaken
▪ Analyse van misdrijfvormen zoals we deze terugvinden in het Strafwetboek en
andere relevante wetgeving = het bijzonder strafrecht
o Maar ook: aandacht voor historiek, context en maatschappelijk debat
▪ Waarom (de-)criminalisering?
▪ Hedendaagse debatten: bv. sekswerk, cannabisgebruik, doxing, ecocide…
4