Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Individuele bewegingsvormen (MSQ14A) €4,99
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Individuele bewegingsvormen (MSQ14A)

 3 fois vendu

Volledige samenvatting van vier onderdelen van het vak.

Aperçu 4 sur 40  pages

  • 8 octobre 2022
  • 40
  • 2019/2020
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (1)
avatar-seller
lodg
Atletiek, gymnastiek, ritmiek, zwemmen

I. Het lopen
= cyclische beweging (herhaalde gelijksoortige bewegingen)

 Grondvorm met mechanische en beweging technische wetten
 Individuele fysieke en psychische structuur
 Specifieke veranderingen:
o Loopsnelheid
o Versnelling looptempo

I.1 De loopfasen
 Contactfase
 Zweeffase

Contactfase:

 Steunfase: wijze van plaatsing van de voet (buitenzijde voet) afhankelijk van looptempo
o Voor = hoog tempo
o Midden= matig tempo
o Achter= laag tempo
 Opvangfase: amortisatiefase: gedurende korte tijd een lichte buiging in knie, heup en enkel.
o 0.05sec
 Strek-stuwfase: loodlijn uit lichaamszwaartepunt is boven steunpunt en eindigt na strekking van been en
contact met bodem wordt verbroken.

Zweeffase:

 Geen contact met bodem
 Start na strekking achterste been.
 Balans behouden: afgestemd spel beweging en tegenbeweging lichaam
I.1.1 De voetplaatsing
Hiel-teen-methode vd Finnen: mechanisch afrollen

Anatomisch gezien: Natuurlijke doorveerbeweging= buiten naar binnen

 Eerste contact via buitenrand

Midden- en langeafstandslopers= tactische overwegingen variatie

 Facet van grondvorm lopen

Veel voorkomende fout= hiel-teen-afrollen (“Zit in de loop”)

 Achterste been = niet volledig gestrekt
o Gevolg= bekken daalt, voorste been naar voor gezwaaid, hiel als eerste contact

I.1.2 De steunfase
= lichaamsgewicht wordt veerkrachtig opgevangen op voorste voet, loodlijn door zwaartepunt valt achter contact
punt voet met grond.

 Mate van naar achter vallen loodlijn= bepaald oor loopsnelheid
 Steunmoment: langeafstandsloop

I.1.3 De strek of stuwfase
= krachtbron (strekking achterste been)

 Strek-zwaaikrachten zorgen voor voorwaartse impulsen (voorwaartse snelheid)

,Atletiek, gymnastiek, ritmiek, zwemmen
Grootte impuls:

 Intensiteit en explosiviteit van strekactie
 Tijdsduur van strekking

= concentrische arbeid

Loperstypen:

1. Relatief korte pas en levendig pasritme
 Roffelaar (midden- en langeafstanden)
2. Lange pas en flegmatischer pasritme
 Rollende pas (sprint-middenafstanden)

I.1.4 De zweeffase
= samenspel beweging en tegenbeweging balans lichaam behouden.

 Tegenbeweging= schouder en romp
o Afgestemd op beenactie
 Hoogte knie= afhankelijk van looptempo
o Sneller= hoger
 Na strekking en loskomen= reflectorische buiging achterste been
o Afhankelijk van looptempo
 Hoger= sneller

I.2 De armbeweging bij het lopen
I.2.1 Ondersteunen afstoot achterste been
Laagste punt gepasseerd= opwaartse richting verplaatsen= druk groter op bodem

 Armen ondersteunen

I.2.2 Bewaren van de balans van het lichaam
 Herstellen en bewaren balans
 Corrigerend karakter: verstoring evenwicht= naar voor zwaaien voorste been  gelijktijdige armbeweging
met tegengestelde arm

I.3 De romp- en hoofdhouding
Verticaal naar licht voorover

 Tempo lager= romp verticaler
 Romp naar achter= zit in de loop
 Versnelling in loop= romp schuiner
 Helling romp ≠ per loper

Hoofd= altijd in natuurlijk houding

 Andere houding is gevolg voor: romphouding en beenstrekking

I.4 De paslengte en pasfrequentie
V= f x I (snelheid= pasfrequentie x paslengte)

Paslengte: eerste deel van de loop (paslengte neemt toe), middengedeelte (paslengte blijft gelijk), aan het einde
(paslengte neemt terug toe).

Pasfrequentie: eerste deel van de loop (pasfrequentie neemt sterk toe) daarna neemt de pasfrequentie geleidelijk af
en aan het einde daalt het heel snel.

 Sterk individueel

,Atletiek, gymnastiek, ritmiek, zwemmen
 Verhouding paslengte en pasfrequentie= gemak, souplesse, efficiëntie
I.4.1 De invloed van de bocht op de paslengte en loopsnelheid
Hoe sneller hoe meer invloed

 Verkorting paslengte
 Strekkrachten omgezet in richtingsveranderingen
 Centripetale kracht behouden= binnenwaartse helling met lichaam

Hoe kleiner straal hoe groter centripetale kracht

Hoe groter het lichaamsgewicht, hoe groter centripetale kracht moet zijn.

I.5 De korte afstandsloop of sprint
Eindsprint 100 m bepaald door:

- Start
- Maximale versnelling tot topsnelheid
- Vermogen om topsnelheid te behouden
- Mate van snelheid afhankelijk van specifieke snelheid-uithoudingsvermogen.

, Atletiek, gymnastiek, ritmiek, zwemmen

1. Eindtermen/leerplannen
 Eindtermen vd basisschool lichamelijk opvoeding= groot-motorische vaardigheden
 Groot motorische vaardigheden en acties in gevarieerde situaties:
o 1.9 kunnen balanceren op de grond en over diverse soorten toestellen
o 1.10 kunnen in omgekeerde houding hangen en steunen
o 1.11 kunnen vrije sprongen en steunsprongen uitvoeren
o 1.12 kunnen verschillende vormen van rollen uitvoeren
o 1.13 kunnen aan een toestel draaibewegingen rond de breedte-as uitvoeren
o 1.14 kunnen diverse klimtoestellen opklimmen en veilig ervan afdalen.
 Zelfredzaamheid in kindgerichte bewegingssituaties:
o 1.4 kennen hun voorkeurshand en -voet en kunnen deze ook efficiënt gebruiken
o 1.5 kennen en gebruiken hun voorkeurszijde om te wenden en te draaien rond de lengteas
 Secundair onderwijs: nieuwe eindtermen die openheid toelaten
 Vb. 1.9 De leerlingen voeren, conform de bewegingsnorm en rekening houdend met hun eigen fysieke
capaciteiten, op veilige wijze bewegingen en activiteiten uit in verschillende omgevingen met nadruk op
plezier in beweging en sport.
o Technieken van bewegingsleer, zoals balanceren, wentelen , springen, rollen, klauteren, klimmen,
ritmisch bewegen, lopen, vangen, werpen, terugslaan, vallen, mee- en tegengaan in beweging, …
o Technieken om eenvoudige, complexe en samengestelde bewegingen uit te voeren

 Keuze van eindtermen moet duidelijke opbouw inzitten van moeilijkheidsgraad tussen 1 ste en 3de graad.

2. Basisvoorwaarden gymnastiek
1. Houdingsbesef en vormspanning
2. Kracht
3. Lenigheid
4. Coördinatie

Vormspanning & houdingsbesef: grote invloed van lkr.

 Concrete aandachtspunten/accenten met juiste oefenstof
 Cognitieve bewustwording = niet voldoende
o Psychomotoriek lichaamsperceptie= weten hoe het moet (psycho) + het kunnen uitvoeren
(motoriek).
o Vb. lln die perfect kan verwoorden hoe het moet (cognitief), maar het niet kan uitvoeren (tekort aan
houdingsbesef)

Coördinatie: juiste oefenstof en aandachtspunten zorgen voor veel verbetering

Kracht & lenigheid: moeilijker bij te sturen (2 lesuren) (veel oefenen buiten de les)

 Om vaardigheid lln te verbeteren moet lkr. weten welke voorwaarden belangrijk zijn.
 DURF= belangrijk aspect (afdaling in LV voor angstige lln.)



3. Vaardigheden: basisvoorwaarden,
bewegingsbeschrijving en leerwegen
3.1 Rad
3.1.1 Basisvoorwaarden
Kracht:

 Voldoende kracht in bovenste ledematen om gewicht korte tijd te dragen

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lodg. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

69052 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 15 ans

Commencez à vendre!
€4,99  3x  vendu
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté