Samenvatting met alle belangrijke termen uit het desbetreffende thema + overzichtelijke afbeeldingen om de stof goed te begrijpen. Deze samenvatting is duidelijk en krachtig geschreven zonder langdradige stukken tekst. Hierdoor ben je optimaal voorbereid voor je school- en eindexamens! Veel succes ...
Biologie samenvatting thema 3 stofwisseling in de cel
Samenvatting thema 2 BVJ DNA
Tout pour ce livre (32)
École, étude et sujet
Lycée
VWO / Gymnasium
Biologie
5
Tous les documents sur ce sujet (5506)
1
vérifier
Par: sravanloon • 1 semaine de cela
Vendeur
S'abonner
deminguyen
Avis reçus
Aperçu du contenu
Thema 7: Regeling
7.1 Regeling en homeostase
Begrippen:
Homeostase: het constant houden van het intern milieu door een dynamisch evenwicht
● Homeostase is een zelfregeling op het niveau organisme
● De communicatie tussen cellen vinden plaats door signaalmoleculen (hormonen en
neurotransmitters)
Normwaarde: standaardnorm van een bepaalde factor in je lichaam
Regelkringen: handhaving van een dynamisch evenwicht van de normwaarden
● Bestaat uit: receptor, norm en effector
○ Informatie verzamelen (receptor) → informatie vergelijken met norm
(regelcentrum) → opheffen van afwijking (negatieve terugkoppeling) met de
norm (effector). Dit geeft een dynamisch evenwicht
○ Normwaarde bereikt → zintuigcellen → impuls → hypothalamus → afgifte
neurohormonen stopt
Peristaltiek: afwisselende samentrekkingen van de kring- en lengtespieren voor voortzetting
van voedsel
2 soorten terugkoppelingen:
- Negatieve terugkoppeling: resultaat van een proces geeft een remmende invloed op
het proces
● Vaak bij hormonen
○ Vb. Omzetting van glycogeen in glucose door glucagon en van
glucose naar glycogeen door insuline
- Positieve terugkoppeling: resultaat dat toeneemt versterkt het proces
● Bij de bevalling
○ Afgifte van oxytocine bij weeën
7.2 Hormonale regulatie
Begrippen:
Hormonen: stoffen die door hormoonklieren aan het bloed worden afgegeven en invloed
hebben op weefsels of cellen die de juiste receptoren bezitten
● Hormonen bereiken via het bloed alle cellen
● Alleen doelwitcellen met de juiste receptoren worden beïnvloed
Doelwitorganen: organen waarvan de cellen een receptor bevatten die een reactie kan
opbrengen of stoppen door invloed van hormonen die binden aan de receptor
● De mate van een reactie van doelwitorganen wordt bepaald door de
hormoonconcentratie en het aantal receptoren op de celmembranen
Cascade (signaalcascade): signaal wordt in de cel via meerdere schakels doorgegeven
Neurosecretie: wanneer hormonen door neuronen worden gevormd
Hypofyse: geeft stimulerende hormonen af die stimuleren de werking van andere
hormoonklieren
,2 soorten klieren in je lichaam:
- Exocriene klieren: klier die zijn product afgeeft via een
afvoerbuis
● Vb. Speekselklieren, zweetklieren of klieren van de
spijsverteringsstelsel
➔ = Excretie
- Endocriene klieren: klier die zijn product afgeeft aan het
bloed
● Vb. Hormoonklieren
➔ = Secretie
2 algemene hormonen en hun werking:
- Peptidehormonen: hormonen die binden aan het receptoreiwit in het celmembraan
● Niet-vetachtig hormoon, kan niet zomaar door het vetlaag heen van de
fosfolipiden, maar wel bestand voor water
● Wanneer het hormoon op de receptor past, wordt de second messenger
geactiveerd die een enzym kan activeren en zo een reactie op gang kan
brengen in de celkern (genexpressie)
- Steroïdhormonen: hormonen die via het celmembraan de cel binnen gaan
● Vetachtig hormoon dat wel door het celmembraan heen kan
● Eenmaal gebonden op het hormoon-receptorcomplex, diffundeert het de kern
in, zodat er genexpressie kan optreden
○ Genexpressie: gen uit het DNA wordt omgezet in mRNA
(transcriptie), waarna het mRNA de kern uitgaat en naar de ribosomen
toegaat om afgelezen te worden voor de opbouw van een eiwit uit
aminozuren (translatie)
Bij steroïdhormonen is de concentratie in de cytoplasma van de cel hoger dan van de
peptidehormonen, want het kan voorkomen dat er geen receptor voor dat bepaalde steroïdhormoon
het het cytoplasma zit en het dus geen hormoon-receptorcomplex kan vormen. Bij peptidehormonen
moeten de hormonen eerst op de receptoreiwit binden voordat hij binnenin de cel kan.
, De hormoonklieren en hormoonregeling:
Hypothalamus: staat in verbinding met de hypofyse en regelt door de afscheiding van
neurohormonen de werking van de hypofyse
- Hypofyse
● Hypofysevoorkwab
○ Adrenocorticotroop hormoon (ACTH)
■ Stimuleert de bijnierschors tot de afgifte van cortisol
○ Groeihormoon (GH)
■ Regelt groei en ontwikkeling
○ Prolactine (LTH)
■ Stimuleert de productie van melk door melkklieren
○ Thyreoïdstimulerend hormoon (TSH)
■ Reguleert de schildklier
○ FSH en LH
■ Regulatie van processen in de ovaria en testes
● Hypofyseachterkwab
○ Oxytocine
■ Stimulering ontstaan van weeën aan het einde van de
zwangerschap en tijdens de geboorte
○ Antidiuretisch hormoon (ADH)
■ Regelt terugresorptie van water in de nieren
- Schildklier
● Productie van thyroxine
○ Stimuleert stofwisseling en groei en ontwikkeling bij kinderen
● Hypothalamus produceert TRF en TRF stimuleert de hypofyse voor de
vorming van TSH
● TSH stimuleert de schildklier voor de vorming van thyroxine (T4)
○ T4 wordt ook omgezet in T3
➢ Negatieve koppeling = stijgt de productie van thyroxine, dan daalt de
productie van TSH. Daalt de hoeveelheid thyroxine, dan neemt de productie
van TSH toe
- Spijsverteringsklieren
● Maag
○ Hormoon: Gastrine
■ Stimuleert maagsapproductie
● Twaalfvingerige darm
○ Hormoon: Secretine (prikkel)
■ Stimuleert lever voor productie van gal en alvleesklier voor
NaHCO3 (dit geeft neutralisatie van het zure spijsbrij)
○ Hormoon: cholesyrokinine
■ Stimuleert galblaas voor afgifte van gal en alvleesklier voor
afgifte enzymen
➢ Hormonen die de twaalfvingerige darm wand produceert zijn enterohormonen
○ De hormonen remmen de peristaltiek van de maagwand
- Alvleesklier (Eilandjes van Langerhans)
● Regeling van glucosegehalte in het bloed
○ Insuline: afgegeven bij hoge glucosegehalte
■ Glucose wordt omgezet in glycogeen
○ Glucagon: afgegeven bij lage glucosegehalte
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur deminguyen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.