Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Materiële Hulpverlening €7,99   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Materiële Hulpverlening

 10 vues  0 achat
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Deze samenvatting bevat uitleg over armoede, schulden en welke trajecten men in kan gaan op het moment dat zij in de schulden terecht komen. Verschillende aspecten en trajecten binnen de schuldhulpverlening en hoe je hier als professional mee omgaat.

Aperçu 3 sur 20  pages

  • Non
  • 1 t/m 3, 5 t/m 9
  • 12 octobre 2022
  • 20
  • 2022/2023
  • Resume
avatar-seller
Materiële hulpverlening samenvatting

Week 1

Hoofdstuk 1 Ontwikkelingen van geld

Geld door de jaren heen

Materiële hulpverlening is hulp gericht op het in orde hebben van de voorzieningen die nodig zijn
om te participeren. In dit vak wordt gefocust op het financiële gedeelte en welke rol een sociaal
werker hierin speelt.

Tijdens de Verlichting werd de dwangarbeid ingevoerd om armoede te voorkomen, door mensen te
laten werken zodat zij weer onderdeel van de samenleving konden zijn en geld konden verdienen
zonder criminaliteit te hoeven plegen. In 1854 werd de Armenwet ingevoerd, die bepaalde dat de
overheid zich met de armenzorg zou bezighouden als vanuit de kerk en particuliere zorg meer hulp
nodig was, met als doel de openbare orde te kunnen blijven handhaven. In 1870 werd de nieuwe
Armenwet ingevoerd, die bepaalde dat de gemeente waar men woonde verantwoordelijk was voor
de kosten van de armenzorg en de hulp die aan gezinnen werd geboden. Doordat veel gezinnen in
armoede leefden besloten veel ouders hun kinderen te laten werken om rond te komen. In 1874
kwam het Kinderwetje van Van Houten als poging om de kinderarbeid van kinderen onder de 12 jaar
te beëindigen. In 1901 werd de leerplicht ingevoerd waardoor alle ouders verplicht werden hun
kinderen naar school te sturen. Veel mensen leefden na de Eerste Wereldoorlog in armoede doordat
steden waren verwoest. Echter ontstond er ook weer nieuw werk door de opbouw van deze steden.
Sociale wetten zoals een uitkering, een werkongevallenverzekering en de kinderbijslag zorgden
ervoor dat de oorzaken van armoede steeds meer werden bestreden. In 1929 zorgt de beurskrach in
New York ook in Nederland voor een economische crisis door stijgende werkeloosheid en armoede.

Na de Tweede Wereldoorlog stond armoede hoog op de politieke agenda. Zo ontstond er in de jaren
1950 en 1960 het sociale zekerheidsstelsel, wat bestaat uit sociale verzekeringen en sociale
voorzieningen. Zo werd in 1957 de Algemene Ouderdomswet (AOW) ingevoerd, die een vaste
uitkering gaf aan burgers vanaf 65 jaar. In 1965 werden de Armenwetten vervangen door de
Algemene Bijstandswet (ABW), waardoor de overheid verplicht werd financiële hulp te bieden aan
burgers zodat iedereen een minimum inkomen zou hebben. Hiermee ontstond de verzorgingsstaat
en lukte het de overheid in eerste instantie om het socialezekerheidsstelsel te bekostigen.

Vanaf het begin van de jaren 1970 werden veel mensen werkeloos. Omdat zij allemaal recht hadden
op een werkeloosheidsuitkering ging het socialezekerheidsstelsel te veel geld kosten. Er werd meer
gekeken naar de plicht van burgers om werk te zoeken en te accepteren, of andere taken uit te
voeren om hun uitkering te behouden. Vanuit hier ontstond de verschuiving naar de
participatiesamenleving, waarin de burgers zelfredzaam moeten zijn en meer moesten vertrouwen
op hun eigen sociale netwerk om problemen op te lossen.

De toenemende verantwoordelijkheid van de burgers brengt gevolgen met zich mee;

o Mensen moeten meer financiële beslissingen nemen.
o Digitalisering zorgt voor meer pinbetalingen en online bankieren, waardoor geld minder
tastbaar is geworden.
o Meer digitale criminaliteit in de vorm van fraude en online handel.
o Jongeren moeten steeds vroeger financiële beslissingen nemen die van invloed zijn op de
rest van hun leven, bijvoorbeeld studiefinanciering.
o Er zijn meer huishoudens in Nederland met betalingsachterstanden.

,Bitcoins behoren tot de zogenaamde cryptovaluta, oftewel digitaal geld dat buiten de reguliere
geldsystemen wordt gebruikt. Het voordeel hiervan is dat banken geen rol spelen bij dit betaalmiddel
en het niet vervalst kan worden of kapot gaan. Het nadeel hiervan is dat er geen centraal toezicht is
waardoor het cryptogeld kan worden gebruikt voor criminele transacties of het financieren van
terroristische aanslagen. Ook kunnen hackers het cryptogeld stelen van mensen. Daarbij is er nog
geen eenduidige internationale regelgeving omtrent dit betaalmiddel.

We onderscheiden 3 vormen van geld:

Giraal Chartaal Digitaal
Geld op je bankrekening Contant geld Geld via internet
Efficiënt “Pain of paying” Soms extra services
Anoniem Potentieel kwetsbaar


Week 2

Hoofdstuk 2 Armoede en schulden

Definities van armoede

Mensen worden als arm gezien wanneer ze voor een langere tijd niet de middelen hebben om
goederen en voorzieningen te betalen die we in de maatschappij als noodzakelijk zien. Iemand wordt
als arm gezien als zijn jaarinkomen onder de armoedegrens blijft. De armoedegrens wordt bepaald
door een referentiebudget, wat aangeeft hoeveel inkomsten een alleenstaande nodig heeft voor
noodzakelijke of zeer wenselijke uitgaven. Er worden in Nederland 2 referentiebudgetten
gehanteerd;

1. Basisbehoeftenbudget; berekent de minimale uitgaven aan voedsel, kleding en wonen voor
een zelfstandig huishouden en houdt rekening met verzekeringen en producten voor
persoonlijke verzorging.
2. Niet-veel-maar-toereikend-budget; houdt, naast de bovenstaande kosten, ook rekening met
de minimale kosten voor ontspanning en sociale participatie binnen de maatschappij,
bijvoorbeeld een lidmaatschap bij een sportclub of een korte vakantie.

Armoede

Er zijn meerdere manieren om naar armoede te kijken;

o Absoluut; kijken naar de inkomsten en uitgaven van een persoon. Is dit genoeg om van rond
te komen? We kijken hierbij naar de individuele situatie, de inkomsten van anderen zijn
hierbij niet relevant.
o Relatief; kijken naar de verhouding van het eigen inkomen tot de inkomsten van anderen.
o Objectief; kijken naar wat we binnen de maatschappij hebben gedefinieerd als een laag
inkomen.
o Subjectief; kijken naar de eigen ervaring van het gezin. Ervaren zij rijkdom of armoede?
o Breed; iedereen die niet optimaal kan meedoen in de maatschappij wordt beschouwd als
arm. Verminderde participatie in bijvoorbeeld het sociale netwerk.
o Smal; armoede is puur en alleen een financieel probleem door alleen te kijken naar hoeveel
geld iemand heeft.

In Nederland leven 1 miljoen mensen onder de lage-inkomensgrens (objectief).

, Verklaringen van armoede

Er zijn ook meerdere verklaringen voor armoede;

o Conjunctureel; economische verklaring, goede of slechte economie.
o Structureel; armoede wordt van generatie op generatie doorgegeven, op de langere termijn.
o Demografisch; bepaalde groepen die in armoede leven, bijvoorbeeld eenoudergezinnen of
mensen met een migratieachtergrond.
o Cultureel; hoe een bepaald land of subcultuur aankijkt tegen geld, dit beïnvloedt hoe
armoede er binnen zo’n cultuur uitziet.
o Institutioneel; wetten en regels die ervoor zorgen dat mensen uit de armoede blijven, maar
die ook een averechtse werking kunnen hebben waardoor mensen juist in armoede blijven
leven (bijvoorbeeld het bijna niet uitgeven van vaste contracten of dure kinderopvang).
o Individueel; wat iemand in zijn/haar leven doet wat maakt dat diegene in armoede leeft.
o Machtsverschillen; de rijken zetten hun macht in om te zorgen dat zij rijk blijven, waardoor
de armen juist arm blijven (bijvoorbeeld ‘vriendjespolitiek’ binnen grote bedrijven/families).

Armoede kan ook bekeken worden vanaf verschillende niveaus;

o Microniveau; kijken op individueel niveau naar het onvermogen aan kennis en vaardigheden
die de kansen op een baan en het goed omgaan met geld vergroten, bijvoorbeeld door een
lage opleiding, laaggeletterdheid, weinig zelfvertrouwen en schaamte. De theorie van
schaarste geeft aan dat er geen sprake is van onwil bij mensen met een laag inkomen, maar
dat schaarste van invloed is op het probleemoplossend vermogen.
o Mesoniveau; kijken naar de invloeden van de fysieke en sociale omgeving op het gedrag en
de uitgaven/inkomsten, bijvoorbeeld het strategische aanbod van producten in de
supermarkt of de gevoeligheid voor sociale invloeden/druk die uitmonden in het maken van
verkeerde financiële keuzes.
o Macroniveau; kijken naar de invloed op de gehele maatschappij, bijvoorbeeld door een
hoger beroep te doen op publieke voorzieningen, het stijgen van zorgkosten door het
voorkomen van ziekten veroorzaakt door slechte en goedkope voeding, de toename van
criminaliteit en de afname van sociale mobiliteit.

Schulden

Schuld wordt gedefinieerd als alle openstaande bedragen die iemand nog moet betalen. Een
problematische schuld is een schuld die je in de problemen brengt en die je niet binnen 36 maanden
zelf kan aflossen.

Soorten schulden

o Aanpassingsschulden; schulden die ontstaan doordat er een verandering plaatsvindt in
iemands financiële situatie en waarbij diegene niet snel genoeg zijn/haar uitgavenpatroon
hierop aanpast.
o Overlevingsschulden; schulden die ontstaan door het langdurig moeten leven op een laag
inkomensniveau waardoor een kleine verandering kan zorgen voor een directe ontregeling.
o Overbestedingsschulden; schulden die ontstaan door meer geld uit te geven dan dat er geld
binnenkomt.
o Compensatieschulden; schulden die ontstaan door psychologische problemen en die een
bepaald psychologisch lijden proberen te compenseren.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur rooszomerdijk. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

73314 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!

Récemment vu par vous


€7,99
  • (0)
  Ajouter