VOLLEDIGE samenvatting van Inleiding tot de orthopedagogiek gedoceerd door Prof dr. H. Van Puyenbroeck (geslaagd in eerste zit met 17/20)
Inleiding tot de orthopedagogie: samenvatting (hoc+ppt) en examenvragen
Probleem 2. Terrible Toddlers
Tout pour ce livre (14)
École, étude et sujet
Rijksuniversiteit Groningen (RuG)
Pedagogiek
Orthopedagogiek
Tous les documents sur ce sujet (18)
5
revues
Par: armandodrayer • 6 année de cela
Par: annahuysinga • 6 année de cela
Par: orthopeda • 7 année de cela
Par: martekleefman • 7 année de cela
Par: Maaike961 • 8 année de cela
Vendeur
S'abonner
Sensa
Avis reçus
Aperçu du contenu
Handboek jeugdhulpverlening deel 1
Hans Grietens, Johan Vanderfaeillie
en Bea Maes (red.)
Hoofdstuk 1 – Kinderen en jongeren met gedrags- en
emotionele problemen
Wat zijn gedrags- en emotionele problemen?
Terminologie
Kinderen met gedrags- en emotionele problemen wordt gebruikt als een
overkoepelende term voor alle kinderen die zich ongewoon of abnormaal
gedragen of die zichtbaar ongewone of abnormale emoties vertonen.
- Lichte, tijdelijke problemen op nieuwe situaties,
- Gedragingen die slechts in bepaalde situaties of bij bepaalde personen
voorkomen
- Gedragingen die leeftijds- of fasegebonden zijn
- Ernstige problemen -> langdurig of blijvend
Alvorens gedrag of emoties als problematisch te benoemen, moet men rekening
houden met het ontwikkelingsperspectief, continuümgedachte, de context en de
informant.
Ontwikkelingsperspectief
Kinderen zijn in volle ontwikkeling -> gedrag of emoties die op de ene leeftijd nog
adequaat en aangepast worden genoemd, dat op een andere leeftijd niet meer
zijn.
Continuümgedachte
Het gedrag van kinderen met emotionele en gedragsproblemen verschilt meestal
kwalitatief niet met het gedrag van normale kinderen. Gedragingen en emoties
kunnen echter op een continuüm worden geplaatst naargelang onder meer hun
ernst, intensiteit en chroniciteit. Kinderen met een problemen komen deze
gedragingen frequenter, intenser, langduriger en in verschillende situaties voor.
Context
Gedragingen en emoties kunnen niet los gezien worden van de context.
Pedagogische aanpak van de betrokken opvoeders hebben een grote impact op
het gedrag van een kind. Bij beoordeling zou men moeten kijken of de problemen
zich in één of meerdere contexten voordoen.
De informant
Gedrag en emoties mogen evenmin los worden gezien van de beoordelaar.
Ouders kunnen het gedrag van hun kind verkeerd interpreteren. Daarnaast zou
het kunnen zijn dat ouders het zelf moeilijk hebben. Wanneer ouders problemen
hebben met hun kind, kan men steeds stellen dar er opvoedingsproblemen zijn,
ook al vertoont het kind in kwestie geen gedrags- of emotionele problemen.
Classificatie van gedrags- en emotionele problemen
Systematisch ordenen en groeperen van gedragsproblemen op basis van gelijke
eigenschappen en onderlinge relaties. Bij het classificeren van gedrags- en
emotionele problemen wil men een gemeenschappelijke taal ontwikkelen ter
bevordering van de onderlinge communicatie tussen professionals.
Twee classificatiesystemen:
47
, - Klinisch-psychiatrisch
- Empirisch-statistisch
Klinisch-psychiatrisch
Psychiatrische stoornissen worden als onafhankelijk en duidelijk afgelijnde ziekte-
entiteiten beschouwd. Voor elke stoornis zijn diagnostische en differentiaal-
diagnostische criteria vastgelegd. (DSM)
Het DSM-systeem is een systeem op de problematieken van individuen te
beschrijven en te classificeren in stoorniscategorieën.
- Uitgebreid overzicht van alle stoornissen en aandoeningen
- Leeftijdsbereik is onbegrensd. Wel zijn sommige stoornissen
leeftijdsgebonden.
- Leunt nauw aan medisch-model (kritiek: alles of niets, elke stoornis heeft
een eigen oorzaak)
- Nadeel: niet altijd duidelijk of de gehanteerde stoorniscategorieën valide
zijn in andere culturen
Empirisch-statistisch
Psychometrische invalshoek
Meestal door middel van gedragsvragenlijsten. Grote kracht van empirische-
statistisch classificatiesysteem ligt in hun directe afleiding uit de empirie.
ASEBA
1- Helemaal niet
2- Soms of een beetje
3- Duidelijk of vaak van toepassing
Globale indruk van de problematiek
Aan de hand van clusters worden de voorkomende probleemgedragingen
afgebakend. Deze werden ondergebracht in acht syndroomschalen.
6-18 jarigen:
- Teruggetrokken/depressief
- Lichamelijke klachten
- Angstig/depressief
- Sociale problemen
- Denkproblemen
- Aandachtsproblemen
- Normafwijkend gedrag
- Agressief gedrag
Eerste drie: internaliserend
Laatste twee: externaliserend
Scores van individueel kind worden vergeleken met de gemiddelde scores van
zijn leeftijdsgroep. ASEBA is een dimensionaal systeem. Ieder syndroom wordt
beschouwd als continuüm, waarop iedere individu een relatieve plaats inneemt
ten opzichte van andere individuen.
Tegenstanders: dimensionale karakter en de comorbiditeit tussen verschillen
syndroomschalen leidt tot minder scherpe diagnosestelling in de praktijk.
Epidemiologisch onderzoek naar gedrags- en emotionele problemen
bij kinderen
Systematische studie naar de prevalentie en de verspreiding van een ziekte of
toestand in een bepaalde bevolkingsgroep, alsook naar de factoren die het
voorkomen en de verspreiding beïnvloeden.
- Wereldwijd wordt aangenomen dat de prevalentie van gedrags- en
emotionele problemen in de populatie 0-18 jarigen hoog ligt. Gemiddeld
10%.
- Prevalentie van specifieke stoornissen in de bevolking ligt uiteraard lager
dan de gemiddelde prevalentie.
47
, - Gedrags- en emotionele problemen van kinderen hangen nauw samen met
bepaalde demografische variabelen.
Kwalitatieve verschillen tussen meisjes en jongens -> biologisch-
genetische invloeden
Leeftijdsverschillen hebben niet zozeer betrekking op de prevalentie, maar
wel op de aard van de gedragsproblemen. Psychosomatische klachten
worden vaker bij ouders dan bij jongere kinderen gerapporteerd.
Prevalentie hoger bij kinderen uit zwakkere sociale milieus.
- Gedragsproblemen zijn vrij stabiel
- Sommige studies tonen een lichte stijging aan, voor de bewering dat het
nu veel erger is met de jeugd inzake probleemgedrag dan vroeger, zijn
weinig empirische bewijzen.
Etiologie van gedrags- en emotionele problemen
Hoe zien de verklaringsmodellen eruit?
Uitgangspunten:
- Multicausaliteit van gedragsproblemen
- Operationalisering in termen van risicofactoren en protectieve factoren
- Cumulatiehypothese -> kans op gedragsproblemen groter naarmate er
meer risico- en minder protectieve factoren aanwezig zijn
Sommige factoren zijn niet meer te veranderen. Ander factoren zijn dat weer wel.
Gedragsproblemen zijn multigedetermineerd.
Factoren:
- Biologische factoren in het kind
- Leerervaringen
Biologische factoren
Gedrag intern wordt gestuurd door biologische processen. Fouten in deze
processen zorgen voor problemen. Verschillende invalshoeken
- Gedragsgenetica -> hoeverre gedragsproblemen erfelijk zijn.
- Neuroanatomisch -> gedragsproblemen te verklaren vanuit disfuncties op
het niveau van de structuur van de hersenen
- Neurofunctioneel -> gedragsproblemen verklaren in termen van niet-
optimale activatie van bepaalde hersenregio’s
- Neurochemisch -> relatie tussen chemische processen in de hersenen en
gedrag.
Leerervaringen
- Klassieke conditionering -> twee gebeurtenissen die vaak samen
voorkomen aan elkaar gekoppeld worden, waardoor één gebeurtenis de
verwachting zal oproepen dat de tweede gebeurtenis ook zal plaatsvinden
- Operante conditionering -> hoe mensen leren reageren op een stimuli.
(straffen/belonen)
Een belangrijke factor in het leren van kinderen is het opvoedingsgedrag van
ouders en naarmate kinderen ouder worden ook die van de leerkrachten. (sociaal
leren)
Patterson zegt: agressief gedrag in vele gevallen de vrucht is van een leerproces
tussen opvoeder en kind. Naast coërcieve processen die het ontstaan van
ongehoorzaam en agressief gedrag verklaren, zijn er nog verschillende
opvoedingsgedragingen die allen belangrijk zijn bij het leren van kinderen.
- Monitoring
- Consequent straffen
- Hanteren van duidelijke regels
- Positieve betrokkenheid
- Positieve bekrachtiging
47
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Sensa. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,48. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.