Dit is een samenvatting van deel 1 hoofdstukken 1 t.e.m. 5 uit het boek 'Vermogensrecht in kort bestek', aangevuld met notities en casussen uit de les Goederen- en Bijzondere overeenkomstenrecht gegeven door Vincent Sagaert en Bernard Tilleman aan de kuleuven gedurende academiejaar .
GBO 2022-2023
Deel I: Algemene begrippen van
het vermogensrecht
Hoofdstuk 1: Vermogensrechten: persoonlijke en zakelijke
rechten
Inhoud cursus
Deel 1: Algemene begrippen van het vermogensrecht
H1 persoonlijke en zakelijke rechten
H2 bijzondere kenmerken van zakelijke rechten
H3 zakelijke en persoonlijke rechtsvorderingen
H4 de vermogensleer
H5 onderscheid tussen goederen
Deel 2: Overeenkomsten inzake overdracht van eigendom
H1 omschrijving, inhoud en bescherming v/h eigendomsrecht (leer van burenhinder)
H2 mede-eigendom en onverdeeldheid (appartementsmede-eigendom)
H3 koop
H4 kanscontracten (spel en weddenschap, lijfrente, kostcontract, tontine, aanwas en terugval)
H5 wettelijke wijzen van eigendomsverkrijging (natrekking, verkrijgende verjaring, vinden van
verloren zaken en zaakvorming)
Deel 3: Overeenkomsten inzake gebruik en genot van een goed
1. eigendom
2. mede-eigendom
3. zakelijke gebruiksrechten: erfdienstbaarheden, vruchtgebruik, erfpacht en opstal
4. zakelijke zekerheden: retentierecht, pand (voor roerende goederen) en hypotheek (voor
onroerende goederen en schepen)
(3) intellectuele rechten
Met een zakelijk recht wordt een recht bedoeld dat de titularis ervan een aanspraak verleent op
een zaak of een ander goed. Een zakelijk recht staat hiermee in tegenstelling tot een persoonlijk
recht, dat een persoon een aanspraak verleent op een prestatie.
Belang onderscheid tussen zakelijke en persoonlijke rechten:
1. Persoonlijke vordering, met uitzondering van een vordering wegens buitencontractuele
aansprakelijkheid, verjaart in beginsel na 10 jaar (art 2262bis OBW) vordering tot sanctionering van
zakelijke rechten verjaren na 30 jaar (art 2262 OBW)
2. Territoriale bevoegdheidsregeling: persoonlijke rechtsvorderingen komen voor de rechter van de
woonplaats van de verweerder (art 624 Ger. W.) terwijl onroerende zakelijke rechten moeten voor
de rechter van de plaats waar het goed gelegen is (art 629 Ger. W.)
3. Enkel zakelijke rechten moeten worden bekendgemaakt en hebben dus een grotere
tegenwerpelijkheid (absolute gelding van zakelijke rechten).
Wijze van publicatie:
- Roerende goederen: bezit (art 2279 OBW)
- Onroerende goederen: inschrijving bij kantoor Rechtszekerheid (hypothecaire publiciteit: art 3.3
BW)
- Schuldvordering: kennisgeving of erkenning door SA (art 1690 OBW)
OPMERKING: Sinds nieuw BW moet ook huur (= een persoonlijk recht) een vaste dagtekening
bekomen bij wijze van registratie. Huur is hierdoor tegenwerpelijk zelfs bij overschrijving in een niet
publiek toegankelijk register in tegenstelling tot zakelijke rechten.
4. Enkel zakelijke rechten zijn uitgerust met de attributen van zakelijke rechten (zie verder):
- Bescherming tegen insolvabiliteit (art 3.5 BW)
- Volgrecht (art 3.4 BW)
- Specialiteitsbeginsel (art 3.8 BW)
- Eenheidsbeginsel (art 3.8 BW)
- Zakelijke subrogatie of zaakvervanging (art 3.10 BW)
OPMERKING: schenking is een eenzijdig contract maar een tweezijdige rechtshandeling (want 2
wilstoestemmingen zijn vereist namelijk van schenker en van begunstigde).
§2 De klassieke leer: een scherpe tweedeling
2
, De klassieke leer: persoonlijke rechten creëren een rechtsverhouding tussen twee rechtssubjecten
terwijl zakelijke rechten een rechtsverhouding tot stand brengen tussen een rechtssubject en een
rechtsobject.
→ Kritiek: appelen met peren vergelijken
§3 De leer van het personalisme
Onderscheid ligt niet in interne werking (subject-object verhouding) maar in externe werking
(tegenwerpelijkheid). Kritiek op de klassieke leer leidde tot een ‘subjectivering’ van zakelijke rechten. Dit
betekent dat zakelijke rechten ook gedefinieerd worden in subject-subjectverhoudingen. De
basisgedachte van de leer van het personalisme bestaat erin dat een rechtsverhouding enkel kan
bestaan tussen rechtssubjecten en dus nooit tussen een rechtssubject en een goed. Zowel zakelijke als
persoonlijke rechten creëren dus een rechtsband tussen twee rechtssubjecten. Zakelijke rechten doen
dus ook een verbintenisrechtelijke band ontstaan.
Personalisme: verschil in de reikwijdte
Persoonlijk recht ten laste van 1 persoon, namelijk de debiteur/schuldenaar (synoniem:
vorderingsrecht, schuldvordering of verbintenis). Persoonlijk recht noemen we een relatief
recht.
Zakelijk recht legt een verplichting aan iedereen (erga omnes) op (passieve verbintenis). Een
zakelijk recht noemen we dus een absoluut recht.
Een relatief recht (ook wel persoonlijk recht genoemd) is een vermogensrecht dat slechts in relatie
tot een of meer bepaalde rechtssubjecten kan worden uitgeoefend. Een relatief recht staat
tegenover een absoluut recht, wat de rechthebbende tegenover ieder rechtssubject kan doen
gelden.
→ Kritiek: Personalisme heeft interne (bevoegdheden) en externe (tegenwerpelijkheid) kenmerken
vermengd: ten onrechte afgeleid dat persoonlijke rechten geen gevolgen hebben voor derden. Passieve
verbintenis ten aanzien van iedereen om geen inbreuk te plegen op zakelijke recht geldt ook voor
persoonlijke rechten (derdemedeplichtigheid aan andermans contractbreuk).
Onderscheid tegenwerpelijkheid ligt in publiciteit:
- Zakelijke rechten tegenwerpelijk door publicatie.
- Persoonlijke rechten enkel tegenwerpelijk tegen derden die kennis hebben van die rechten.
Derde-medeplichtigheid aan contractbreuk (art 1382 OBW)
Wanneer een derde met kennis van zaken meewerkt aan de contractbreuk van een persoonlijk
recht dan is hij aansprakelijk voor derdemedeplichtigheid, dus ook een persoonlijk recht is niet
zomaar relatief recht. Het bestaan van vorderingsrechten is tegenstelbaar aan derden. Zakelijke
rechten zijn tegenwerpelijk aan iedereen louter door het vervullen van de publiciteitsmaatregel.
Persoonlijke rechten zijn enkel tegenwerpelijk aan derden die kennis hebben van het bestaan van
die rechten.
§4 Leer van neo-personalisme: het onderscheid tussen
eigendom en beperkte vermogensrechten (kwalitatieve
verbintenissen)
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Kwebbelmond. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.