Dit document bevat mijn lesnota's van Hart 1, gekregen in 2e bachelor in in Geneeskunde aan de Universiteit van Antwerpen.
Op de eerste pagina kan je op de inhoudspagina de lessen terugvinden die dit document bevat. 3 lessen hiervan heb ik niet volledig uitgeschreven, omdat ik hiervoor uit het an...
,Inleiding: het cardiovasculair systeem
Complex systeem, want veel groter lichaam bedienen =>
veel pompen: rechter en linkerhart => 2 aparte circulaties
bedienen
rechterhart: bloed langs longen, zuurstof er in
linkerhart; pompt bloed rond in ganse organisme en
doorheen cellen
Dubbele circulatie: kleine en grote bloedsomloop
Cardiovasculair systeem
- Hart: pompt bloed
- Vaten: vertrekken of komen terug in hart
o Vertakken in de longen en heel capillair
netwerk voor de gaswisseling
o Vertakken in capillair netwerk in
verschillende organen waar de uitwisseling
gebeurt
o Capillairen: essentieel, effectieve
uitwisseling, de bloedvaten zijn een
doorgeefluik
o Er gaat ook vocht uitsijpelen uit bloedvaatjes => interstitieel vocht, wordt
gereabsorbeerd, vocht terug naar het hart => maar reabsorptie is nooit 100%
- Lymfatisch systeem:
o kleine vertakkingen, overloopfunctie: vocht tussen de cellen komt hiernaartoe
o Heeft ook vaten met heel veel kleppen => vocht in 1 richting, komt uiteindelijk
terecht in de gewone circulatie
o Wordt in lessen weinig over gesproken, maar belangrijk onderdeel
Schikking van organen/vaatbedden
2 circulaties: grote en kleine, in serie
vaatsystemen, die zich vertakken:
=> parallelle circulatie: maakt dat wanneer circulatie op 1 plaats gestoord is, die op
andere plaatsen nog wel doorgaan
Longembool: grote bloedklonter, uit been meestal naar hart, in de kleine circulatie
terechtkomt en daar vastzit => kan geen bloed meer door => heel de circulatie ligt stil
(serieschakeling)
Uitzondering: lever en darmen
darmen krijgen bloed uit de aorta en arteries, dan eerst naar lever (portale circulatie)
stroomt dan van de lever naar het hart
Bloedstroom doorheen het hart: anatomie rodriguez
Watertoren model:
het debiet dat door dit systeem stroomt hangt af van
- druk op het systeem: gegenereerd door ventrikels zelf
- weerstand: zal leiden tot een doorbloeding => hoe groter weerstand, hoe kleiner het debiet
3
, F= P/R
relatie russen debiet (F), druk en weerstand
R vaatbedden in parallel :
1/R = (1/R1 + 1/R2 + 1/R3 …..1/Rx)
R vaatbedden in serie (bv de nier) :
R3= R3a + R3b
In hartvaatsysteem zit bloed:
- gassen opnemen,
- voedingsstoffen transporteren
- 5L bloed => overgrote meerderheid aan de veneuze
kant (70%)
=> kleine verandering van dit reservoir => groot
effect op het volume dat uiteindelijk terugstroomt
naar het hart
- de veneuze weerstand: belangrijke parameter om de
vulling van ons hart te beïnvloeden = preload
(wat bieden we het hart aan aan bloed)
=> wordt vooral door veneus systeem bepaald
- niet veel bloed in capillairen: 5%
- in arterieel systeem: 10% (dikwandiger, veel meer compliant)
Flow afhankelijk van: hoeveel keer het hart kan samentrekken (hartritme) en het hart per keer kan
uitpompen (slagvolume)
Vasculair systeem
- Verdeelt de bloedstroom
- Regelt arteriële bd: via vasodilatatie en vasoconstrictie
- Regelt doorbloeding organen
- Maakt uitwisseling met de weefsels mogelijk
- Vrijzetting van de vaso-actieve en andere substanties:
o regeling van de vaattonus, hemostasis, inflammatoire functie: kan actief bepaalde
substanties vrijmaken, die deze dingen doen
Wederzijdse afhankelijkheid
wanneer we kijken naar verschillende organen =>
-circulatoire functie bepaalt hoe de weefsels gaan werken: aan-en afvoer gassen, metabole
bouwstenen en afbraakproducten
shock: cardiovasculair systeem krijgt het bloed niet meer rondgepompt, lage bd, weefsel
doorstroomt niet meer => progressief lijden van een na ander orgaan => levensbedreigend: multi-
orgaanfalen
-weefsels beslissen hoe het cardiovasculair systeem werkt
bv: hersenen: regelmechanismen die invloed kunnen hebben op heo hart werkt en cardiovasc
systeem, ene probleem, kan andere ook probleem hebben
nieren: heel wat mechanismen om bloedsomloop te beïnvloeden
Basisprincipes
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur KarelGeneeskunde. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.