Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Arbeidsrecht €6,69   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Arbeidsrecht

 17 vues  0 fois vendu

Samenvatting van het vak Arbeidsrecht, gegeven door Elisa Callebaut. De samenvatting is gebaseerd op de powerpoints uit de lessen en het handboek.

Aperçu 4 sur 144  pages

  • 19 octobre 2022
  • 144
  • 2021/2022
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (10)
avatar-seller
student608
ARBEIDSRECHT

ALGEMEEN

BEGRIP

Arbeidsrecht valt onder de arbeidswet van 3 juli 1978

Begrip arbeidsovereenkomst  4 constitutieve (essentiële) bestanddelen

1 Een wederkerige overeenkomst tussen wg en wn
a. Beide partijen moeten met de ovk akkoord gaan
b. <-> eenzijdig statuut (ambtenaar)
i. Ambtenaar (statutair) is iemand dat voor de overheid werkt  heeft geen
arbeidsovk maar een eenzijdig statuut  = eenzijdige aanstelling door de
tewerkstellende overheid
2 Voor het verrichten van arbeid
a. Arbeidsovk wordt gesloten omdat de wg iemand nodig heeft om arbeidsprestaties te
verrichten
b. <-> volgen van opleiding (leerovereenkomst)  prestaties worden geleverd om een
bepaald beroep aan te leren  als hoofddoelstelling het volgen van een opleiding is,
spreken we van een leerovereenkomst en geen arbeidsovereenkomst
3 Tegen loon
a. <-> onkostenvergoeding (vrijwilligerswerk)  wordt om niet verricht; vrijwilligers
krijgen geen loon maar kunnen wel een onkostenvergoeding krijgen voor het
vrijwilligerswerk dat zij verrichten
b. Stel dat je arbeidsovereenkomst sluit als wn, maar er staat geen loon in  sectorale
minimumlonen zijn dan van toepassing  als er dus niks bepaald is over het loon in
arbeidsovereenkomst wordt je geacht het sectorale minimumloon bedongen te
hebben
4 Onder gezag van een werkgever
a. Er moet dus een ondergeschikt verband zijn tussen werkgever en werknemer 
indien niet: dan spreken we van een zelfstandige
b. <-> geen gezag (zelfstandigen)  geen gezagselement aanwezig

Ingaan op het 4e bestanddeel: Het ondergeschikte verband = essentieel kenmerk arbeidsovk

 Gezagsrelatie tussen wg en wn
o Wg heeft recht om bevelen (bevelrecht) te geven over de organisatie en uitvoering
van het werk (mag instructies geven: bv je moet eerst dit doen, dan dat; vandaag ga
je je administratief werk doen, morgen moet je klanten bezoeken, …)
o Plicht van de wn om deze instructies op te volgen
 Of er ondergeschikt verband is moet je kijken of er een juridische mogelijkheid is om gezag
uit te oefenen
 Gezagsrelatie staat onafhankelijk bij de uitvoering van de arbeidsovereenkomst niet in de
weg  het is niet omdat je als wg vrijheid geeft aan u wn dat je geen gezag zou hebben (veel
wg’s vinden het belangrijk om vertrouwen, onafhankelijkheid te geven)  altijd afvragen of
het hier mogelijk is om gezag uit te oefenen, of er een juridische mogelijkheid is om gezag uit
te oefenen?  indien ja: sprake van gezagsrelatie
o Bv verkoper die de baan op gaat om klanten te werven  wg zal niet constant achter
hem rijden om hem te zeggen wat hij moet doen  wilt dan niet zeggen dat wg geen

1

, gezag kan uitoefenen  wn zal bv achteraf activiteitsverslagen afgeven die controle
wel mogelijk maken
 Gezag werknemer <-> zelfstandige
o Werknemer
 Gebonden door arbeidsovereenkomst
 Werkt onder gezag
 Levert arbeidsprestaties
o Zelfstandige
 Prestaties uitvoeren voor iemand anders (opdrachtgever) op zelfstandige
basis
 Krachtens een overeenkomst tot zelfstandige samenwerking
 Je staat niet onder gezag (wel werk uitvoeren dat contractueel is
overeengekomen  maar hoe, wanneer, … beslis je zelf)
 Partijen gaan in praktijk liever een ovk bestempelen als een ovk tot
zelfstandige samenwerking  liever met een zelfstandige dan met een wn
werken  waarom?:
 1. Het kostenplaatje




‘Totaal’: hoeveel euro er moet afgedragen worden aan de OH
Bv bij inkomen van 28.000 euro moet er bij wn ong 13.500
afgedragen worden aan OH in vorm van belastingen en RSZ (<->
als zelfstandige is dat maar ong 6500)  meer belastingen als
wn als zelfstandige (want wn hebben meer sociale
bescherming)

 2. Bij zelfstandigen is het arbeidsrecht niet van toepassing
(arbeidsrecht enkel van toepassing op wn’s met arbeidsovk) 
voordelen wat betreft flexibiliteit (arbeidsrecht heeft strikte regels,
bv wn mag maar max aantal uren werken terwijl bij zelfstandige daar
geen limiet op staat)



GEZAG – OVERZICHT


2

,BEGRIP SCHIJNZELFSTANDIGE

 = iemand die formeel op papier (voor de OH) het statuut van zelfstandige aanneemt terwijl
hij eigenlijk onder het gezag van de opdrachtgever werkt (zelfstandige voor de schijn, voor de
juridische en fiscale voordelen)
 Bv iemand werkt als consultant voor een bedrijf, maar is gebonden aan uurrooster, mag
enkel maar opdrachten van dat bedrijf aanvaarden, moet instructies ivm die opdrachten
opvolgen, consultant moet doktersattest aangeven, …  elementen die erop wijzen dat hij
onder gezag staat en dus eigenlijk een arbeidsovk had moeten sluiten, terwijl hij dat niet
heeft gedaan
 Gevolgen:
o Arbeidsrecht is niet van toepassing (want formeel is dat een zelfstandige)
o Vorm van sociale fraude  want op die manier ontloop je jouw verplichting om als
werknemer je sociale bijdrage te betalen, en de sociale zekerheid loopt veel
inkomsten mis
o Moeilijk vast te stellen, want is moeilijk uit te maken om in concrete situatie te gaan
bepalen of iemand onder gezag werkt of niet (want ook zelfstandigen moeten
instructies van opdrachtgever opvolgen, bv als je aan zelfstandige schilder vraagt om
living in blauw te verven moet die dat niet in roze verven; maar instructies mogen
niet te ver gaan  moeilijk vast te stellen)

ARBEIDSRELATIEWET

Titel XIII Programmawet van 27 december 2006 (staat in codex)  bepaalt op welke criteria arbeid
wordt uitgevoerd op zelfstandige basis of onder gezag

CRITERIA AARD ARBEIDSRELATIE

 Art. 333, §1 Programmawet: de 4 algemene criteria
o 1. Kwalificatie die partijen op papier geven aan hun samenwerkingsrelatie  partijen
hebben keuzevrijheid om een samenwerkingsrelatie te kwalificeren als een
zelfstandige samenwerking dan wel een arbeidsovereenkomst  wil van de partijen
primeert!
 Maar uitvoering van die ovk moet overeenstemmen met de kwalificatie op
papier  wet voorziet criteria die getoetst kunnen worden bij de uitvoering
in de praktijk:
 2. Vrijheid in organisatie van werktijd? (kan je zelf bepalen wanneer
je toekomt en vertrekt op je werk?)
 3. Vrijheid van organisatie van werk? (kan je zelf bepalen hoe je je
werk uitvoert?)
 4. Mogelijkheid van een hiërarchische controle? (is er iemand die
controle over u uitoefent?  ja: wijst op aanwezigheid van gezag)
o Deze 4 criteria worden zeer concreet beoordeeld op een bepaald dossier
 Art. 333, §3 Programmawet
o Zijn niet van belang om arbeidsrelatie te kwalificeren
 Specifieke criteria: art. 334, §1 Programmawet
o Vullen de algemene criteria aan; zijn verfijning daarvan waarbij men de algemene
criteria gaat specificeren
o = Koning kan een lijst opstellen met specifieke criteria die eigen zijn aan één of
meerdere sectoren

3

,  Koning heeft tot op heden nog geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid
om specifieke criteria te bepalen
o Deze lijst met specifieke criteria kan onder meer volgende elementen bevatten:
 Verantwoordelijkheid en beslissingsmacht over de financiële middelen om
de onderneming rendabel te houden (als iemand daar inspraak in heeft wijst
dat op een zelfstandige, indien niks over te zeggen wijst het op een wn)
 Vaste en/of gewaarborgde bezoldiging (vaste bezoldiging is eigen aan wns)
 Persoonlijke en substantiële investering in de onderneming met eigen
middelen en persoonlijke en substantiële deelname in de winsten en
verliezen van de onderneming (wijst op zelfstandige)
 De mogelijkheid personeel in dienst te nemen of zich te laten vervangen
(wijst op zelfstandige)
 Zich manifesteren als onderneming ten overstaan van medecontractanten of
van derden (wijst op zelfstandige)
 In ruimtes en/of met materiaal werken die in eigen bezit zijn (wijst op
zelfstandige)

VERMOEDEN BETREFFENDE DE AARD VAN DE ARBEIDSRELATIE

 Voor bepaalde fraudegevoelige werkzaamheden is er een vermoeden van toepassing
 Art. 337/1
o Sommige werken in onroerende staat
o Activiteiten mbt bewakings- en/of toezichtsdiensten
o Vervoer van goederen en/of personen voor rekening van derden
o Schoonmaakactiviteiten
o (Dit zijn de fraudegevoelige sectoren
 Het wettelijk vermoeden
o 9 criteria van socio-economische en juridische afhankelijkheid: art. 337/2, §1
 E: resultaatsverbintenis is iets wat zelfstandige typeert (wn heeft
inspanningsverbintenis)
o Vermoeden van arbeidsovk wanneer meer dan de helft van deze 9 criteria zijn
vervuld  contractsvrijheid wordt dan ingeperkt
o Die criteria moeten dus enkel voor die fraudegevoelige sectoren overlopen worden
o Weerlegging vermoeden mogelijk (door aan te tonen met alle middelen van recht
dat het toch een zelfstandige samenwerking is)
o Koning kan deze 9 criteria aanvullen met andere criteria voor bepaalde sectoren
 Dit is al gebeurd bij KB  de 9 punten van wettelijk vermoeden worden dan
genegeerd; er moet dan gekeken worden naar de 9 punten dat in KB
opgesteld zijn die specifiek van toepassing zijn op die sector (voor de
volgende sectoren is er zo een KB):
 Bewakingsagent
 Land- en tuinbouw
 Autobussen en autocars
 Vervoer, (collectieve) taxi en logistiek




 Vb van toepassing sectorspecifieke criteria: Deliveroo


4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur student608. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,69. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80467 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,69
  • (0)
  Ajouter