Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Politiek en Bestuur €5,48   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Politiek en Bestuur

 10 vues  1 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Een samenvatting van de hoofdstukken 2,3,4,8,9,10,11 van het boek 'Profiel van de Nederlandse overheid'.

Aperçu 3 sur 24  pages

  • Non
  • Hoofdstuk 2,3,4,8,9,10,11
  • 23 octobre 2022
  • 24
  • 2021/2022
  • Resume
avatar-seller
Profiel van de Nederlandse overheid
HOOFDSTUK 2: ENKELE BEGRIPPEN
CRITERIUM VAN EEN STAAT
1. (Afgegrensd) grondgebied
2. (Geaccepteerd) bestuursgezag -> soevereiniteit
3. (Te onderscheiden) staatsvolk
TWEE PIJLERS IN DE SAMENLEVING
1. Scheiding tussen kerk en staat
2. Scheiding van de drie machten
VERSCHILLENDE SAMENLEVINGEN
1. Samenleving op basis van gelijkheid
-> Jagers-verzamelaarssamenlevingen
individu redelijk gelijk, leiderschap is macht
2. Samenleving met rangorde
-> Agrarische samenlevingen
nieuwe machtsposities -> bezit is macht
3. Samenleving met gelaagdheid
-> standensamenleving (standenmaatschappij)
de standen: Geestelijkheid, Adel, Boeren en Burgers
TRIAS POLITICA
1. Wetgevende macht (Staten Generaal)
2. Uitvoerende macht (De ministeries)
3. Rechtgevende macht (onafhankelijke rechters)
-> De drie machten vormen de basis van het staatsbestel
-> Franse filosoof Montesquieu (1689 -1755)
-> Horizontale machtenscheiding want gelijkwaardige machten
-> Administratief beroep: een vorm van rechtspraak door uitvoerende
macht zelf -> bestaat niet meer doordat het niet onafhankelijk is. -> Einde
door Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens
A N D E R E M A C H T EN
o De vierde macht (het ambtenarenapparaat of bureaucratie)
-> De minister is wel verantwoordelijk maar rijksambtenaren mogen
beleidsadviezen sterk sturen
-> Ambtenaren voeren wel een tal zaken uit en nemen ze
uitvoeringsbeslissingen.
o De media, lobbyisten en adviesbureaus
- Achter de schermen beïnvloeden zij politieke besluitvoeringen
H U I D I G E S T A A T S I N R I C H T ING
o In 1848: de grondwetswijziging -> het ontstaan van de gedecentraliseerde
eenheidsstaat.
-> werd de ‘vreedzame revolutie genoemd
-> Door Thorbecke (1798-1872)
-> Huis van Thorbecke = Het Nederlands bestel (Rijk, Provincie,
Gemeente)
o Voorbeelden van wijzigingen
- De ministers zijn verantwoordelijk, de koning is onschendbaar.
- Rechtstreekse verkiezingen van Tweede Kamer.
- Indirecte verkiezing van leden van de Eerste Kamer -> alleen de rijksten
konden vroeger stemmen.
- De kamers te ontbinden + Nieuwe verkiezingen.
– Het recht van amendement van de Tweede Kamer (Wetvoorstellen
wijzigen.
- Het recht van enquête en informatie voor beide kamers.
- Jaarlijkse vaststelling van de begroting (mag geamendeerd worden.)
- Andere procedure voor herziening van de Grondwet.
GRONDRECHTEN
o Er zijn twee soorten grondrechten
- Klassieke grondrechten
-> Grondrechten waar de overheid niet mee mag bemoeien
-> De meeste grondrechten uit 1848
- Sociale grondrechten
-> Grondrechten waar de overheid wel mee mag bemoeien
-> Later ontstaan
V E R A N D E R I NG R O L V A N D E O V E R H E I D
o Periode na de grondwet van 1848
1

, Profiel van de Nederlandse overheid
-> Veel bevolkingsgroei, toenemende landbouwproductiviteit,
industrialisatie en ontwikkeling van de wetenschap.
-> Overheid hield zich in de 19e eeuw beperkt bezig met de veiligheid van
de burger. De wetgeving was er wel maar er werd weinig bemoeid met de
inwoners van Nederland.
-> In de 20e eeuw: de rol van de overheid neemt toe.
-> Maatschappelijke problemen worden aangepakt.
-> Kinderwetje van Houten (1874) + De ongevallenwet (1901)
o Periode na de Tweede Wereldoorlog: De overheidsrol neemt nog sterker
toe
-> Codificatie: Het op schrift stellen van een recht
(het maken van een boek)
-> eenmalig opgesteld bij geconstateerde ontwikkelingen.
-> Modificatie (sturing): Het inspelen op ontwikkelingen in de samenleving.
De overheid wil continu inspelen op de ontwikkelingen in de samenleving
door vooruitlopen en ontwikkelingen beïnvloeden. Dit heet ook wel
modificatie.
-> ontstaan van de Verzorgingsstaat.
VERZORGINGSSTAAT
o Samenleving waar de burger van wieg tot graf verzorgd wordt.
o Sociale voorzieningen en de sociale verzekeringen:
-> AOW: Algemene Ouderdomswet
-> Anw: Algemene nabestaandenwet
-> De participatiewet
o Overheid wordt een bepalende factor op de volgende terreinen:
-> welzijnszorg, huisvesting en de gezondheidszorg
o Bij verzorgingsstaat is het financieren geen groot probleem. Wel bij de
Post-verzorgingsstaat
POST–VERZORGINGSSTAAT
o Kenmerken van de Post-verzorgingsstaat:
- toenemende vergrijzing (meer zorgkosten)
- slechtere economische situatie (meer werkloosheid en uitkeringen)
- veranderende maatschappelijke patronen (kleinere huishoudens)
o Hierdoor moeilijker te financieren -> De vraag of de overheid niet te veel
taken op zich heeft genomen. (Meer verantwoordelijkheid voor de burger,
werknemer, werkgever)
-> Kleinere overheid (verhogen van de efficiency en besparen kosten)
-> Participatiesamenleving (verantwoordelijkheid voor je eigen leven)
->verzeker jezelf en zorg voor een ander (mantelzorger)
-> Nadeel: Niet iedere burger is in staat om voor zichzelf op te komen of
zichzelf te verzorgen (kwetsbare groepen)
-> Taken worden steeds meer aan de markt overgelaten (De NS of PTT)
HOOFDSTROMINGEN POLITIEK
Stroming Kernbeginsel
Liberalisme Vrijheidsbeginsel
- Vrijheid voor het individu
- Beperkte omvang overheid
- De markt is een zelfregulerend
mechanisme = Belangrijke rol
Christendemocratie Christelijke beginselen
- Zit tussen de twee andere stromingen in.
- Naastenliefde en solidariteit
- Maatschappelijke organisaties
- Particulier initiatief
Socialisme Gelijkheidsbeginsels
- Rechtvaardige samenleving
- Sociale gelijkheid
- De overheid moet zorgen voor het
nastreven van gelijkheid.




DE OVERHEID
o De overheid bestaat in feite uit meerdere overheden
-> Iedere overheid heeft eigen doelstellingen en belangen
2

, Profiel van de Nederlandse overheid
-> Opgebouwd uit een gecompliceerd geheel van actoren ->
Deelnemer of ‘hij die handelt’ – Gemeente/Provincie/Ambtenaar
-> Taak overheid = Streven om één overheid te zijn
o Voorbeelden van belangentegenstellingen
-> Er kan een belangenstrijd ontstaan
-> Een brandweerwagen uit een andere gemeente die sneller op locatie
kan zijn.
-> Crimineel die in een andere gemeente een nieuw leven start
-> Het besluiten waar het geld naartoe gaat
-> Wie betaalt er voor een meisje die bijzondere opvang nodig heeft?
-> Waar wordt er op bezuinigd?
K E N M E R K E N N E D E R L A N D S E O V E R H E ID
o Trias Politica
- Wetgevend, uitvoerend, rechterlijk
o Gedecentraliseerde eenheidsstaat
= Veel taken en bevoegdheden die aan andere overheidsorganen dan de
centrale overheid worden toebedeeld.
-> Eenheid staat voor de centrale of (rijks)overheid
o De drie bestuurslagen
1. Rijk 2. Provincie 3. Gemeente
o Decentralisatie: de toebedeling van taken en bevoegdheden aan andere
overheidsorganen dan de centrale overheid
o Verticale machtenscheiding: Het verdelen van bevoegdheden tussen de
rijksoverheid, de provincies en de gemeenten
T A K E N V E R D E L ING B E S T U U R S L A G E N
Bestuurslaag Taken
Rijk o Defensie
(Eenheidsstaat) o Toezicht op kernenergie
Provincie o Infrastructuur
(Coördinerende taak) o Natuurontwikkeling
Gemeente o Jeugdzorg
(Uitvoerende taak) -> want dichts bij o Werk en inkomen
de burger o Zorg zieken/ouderen
o Alle beslissingen liggen niet aan het Nederlandse niveau maar juist aan het
Europees niveau -> EU krijgt meer zeggenschap over lidstaten
o Territoriale decentralisatie:
-> Wanneer er een ander overheidsorgaan dan de centrale overheid een
bepaald gebied besturen (Provincie en Gemeente)
o Functionele decentralisatie:
-> Wanneer een ander overheidsorgaan dan de centrale overheid is
ingesteld ter behartiging van een bepaald doel (waterschap)
o Autonomie:
-> De eigen huishouding van gemeente of provincie. Dus eigen exclusieve
taken en bevoegdheden. Hiermee mogen andere overheden zich niet in
mengen (rioleringsstelsel)
o Medebewindstaken:
-> Betrekking op het uitvoeren van rijkstaken door lagere overheden
(bevolkingsregister)
o Discussie over vierde bestuurslaag (tussen provincie en gemeente in)
-> Gemeenten werken al samen met provincies (inzameling afval)
-> Gemeenten nemen zelf altijd een besluit -> intergemeentelijke
samenwerking = verlengd lokaal bestuur
- verloopt vaak moeizaam (inhoudelijk en logistiek ingewikkeld)
DECENTRALISATIE EN DECONCENTRATIE
o Deconcentratie:
-> Het fysiek over een verspreiden van delen van een overheid
-> Geen taken maar filialen van een ministerie (Bijv. belastingdienst)
= het belangrijkste verschil met decentralisatie
o De motieven van Deconcentratie (staan dichterbij):
– De communicatie met Den Haag verbeteren
– Meer grip op regionale zaken (fysiek dichterbij)
– Beter voor een compromis tussen het Rijk en de gemeente
o Vormen van deconcentratie
– Inspecties: Taken zijn meestal wettelijk vastgelegd en hebben
betrekking op toezicht, controle en coördinatie


3

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur anneke-lubbers. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,48. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80364 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€5,48  1x  vendu
  • (0)
  Ajouter