Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Het palet van de psychologie, Psychologische Stromingen €6,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Het palet van de psychologie, Psychologische Stromingen

 7 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Mooie uitgebreide samenvatting van Hoofdstukken 1,3,4,5,6 van het vak Psychologische stromingen. Ik heb zelf door middel van deze samenvatting een dikke voldoende gehaald. Het is een overzichtelijke en uitgebreide samenvatting die in makkelijke taal is geschreven.

Aperçu 4 sur 60  pages

  • Non
  • Hoofdstuk 1, 3, 4, 5, 6
  • 27 octobre 2022
  • 60
  • 2021/2022
  • Resume
avatar-seller
Samenvatting psychologische stromingen
1.2 – wat is psychologie?
Psychologie = een wetenschap waarbij zowel het gedrag van mensen wordt bestudeerd als de
gevoelens en gedachten die mensen hebben bij het ervaren van hun gedrag en de omstandigheden
waarin dat plaatsvindt.

Verschil met andere wetenschapen: de beschrijving en verklaring van het object vindt vooral plaats
op individueel niveau. De grenzen en legitimiteit van een wetenschap worden beïnvloed door het
maatschappelijk draagvlak van een wetenschap.

Een gepsychologiseerde wereld = ibidem -> betekent dat de manier waarop de doorsneeburger
maatschappelijke verschijnselen ervaart mede bepaald wordt door psychologische theorieën.

1.3 Theorieën
Theorieën zijn te typeren als referentiekaders van waaruit psychologen te werk gaan, ze bieden
interpretaties waarmee verschijnselen bekeken en verhelderd worden.

3 functies van theorieën:

1. Systematiserende of ordende functie. Vindt plaats op het niveau van beschrijving. De eerste
stap is een systematische weergave van wat er wordt waargenomen. Kennis die je in het
dagelijks leven vergaard is vaak persoonlijk gekleurd en weinig systematisch vergaard. De
procedures van verwerving moeten duidelijk en controleerbaar zijn. -> expliciete regels. Ze
moeten herhaalbaar (repliceerbaar) zijn. Zit wel een waarschuwing aan. De menselijke
waarneming wordt onder andere gekleurd door behoeften, emoties en kennis.
2. Verklaren en voorspellen. De resultaten kunnen verklaard worden door aan te geven dat ze
in specifieke omstandigheden bereikt worden. De gehoorzame persoon moet bijvoorbeeld
extreem afhankelijk zijn van de opdrachtgever. Op grond daarvan kan voorspeld worden dat
in een experiment waarin de proefpersonen minder afhankelijk zijn, zij ook minder
gehoorzaam zullen zijn.
3. Heuristische. Hiermee wordt aangegeven dat op grond van het inzicht dat de theorie heeft
opgeleverd nieuwe voorspellingen gedaan kunnen worden. Met nieuw wordt hier bedoeld:
‘hé, daar had ik nog niet aan gedacht.’

1.4 – kenmerken van psychologische stromingen

1.4.1 – geschiedenis van theoretische stromingen

Historische ontwikkeling

De theoretische stromingen in de psychologie kennen vaak een lange geschiedenis, wortels liggen in
oude filosofische tradities en nieuwe maatschappelijke ontwikkelingen. In 1889 werd in Parijs het
Eerste Internationale Congres voor de Psychologie gehouden. Passend bij de toenmalige positieve
tijdsgeest was het geloof in grote wetenschappelijke vooruitgang in die periode opvallend. De
toekomstige psychologie zou de mens helpen bij het vinden van zijn bestemming, dacht men. Hoe dit
ging waren verschillende ideeën over. Er was een opvatting dat de psychologie over een
alomvattende theorie van het psychisch functioneren moest beschikken voordat er begonnen kon
worden aan praktische toepassingen -> dominant in Europa. Aan de andere kant was er de opvatting
waarin gesteld werd dat kennis dienstbaar moest zijn aan concrete maatschappelijke doelstellingen.
De matschappelijke problemen moesten de theorievorming bepalen -> dominant in VS. Steeds meer
stromingen. Bestonden uit groepen wetenschappers met eigen, specifieke vraagstellingen en
onderzoeksmethoden. Zijn te vergelijken met belangrijke maatschappelijke of geestelijke stromingen

,Samenvatting psychologische stromingen
zoals liberalisme, socialisme, christendom en islam. Binnen de stromingen in de psychologie ontstond
schoolvorming, is te vergelijken met de vorming van politieke partijen. Schoolvorming is goed zolang
iedereen de andere gezichtspunten kent. Gebeurde niet in eerste helft twintigste eeuw. De scholen
in de psychologie functioneerden net als de toenmalige politieke partijen: bestreden elkaar, vonden
andere bevindingen irrelevant of gevaarlijk en sloten zich af door eigen taalgebruik. Naast de grotere
vrijheid bínnen de scholen de laatste jaren, is er in de laatste jaren een nog steeds toenemende
samenwerking tússen de verschillende scholen.

Cultuurhistorische bepaaldheid

Psychologische stromingen zijn een product van de tijd. Ze voorzagen namelijk in de behoefte van die
periode en vertegenwoordigden waarden en normen die op dat moment van maatschappelijk belang
waren. Je kunt achteraf altijd herleiden waarom ze juist toen ontstonden.

Op elkaar reageren

Als bestaande partijen een belangrijk maatschappelijk probleem verwaarlozen, wordt er vaak een
nieuwe partij opgericht die zich juist daarmee gaat bezighouden. Het behaviorisme verwaarloosde de
cognitieve eigenschappen van mensen (zoals het denken en het geheugen). Er ontstond een
stroming waarin juist dit aspect bestudeerd wordt: de cognitieve psychologie.

Slingerbeweging

Gebruikmaken van elkaar

In de psychologie nemen scholen elkaar standpunten over, waarbij deze naar eigen inzicht worden
aangepast. Onbewust hoort traditioneel thuis in psychoanalyse, maar wordt tegenwoordig ook
vanuit het referentiekader van de cognitieve psychologie bestudeerd. Fusies in de psychologie zijn te
illustreren aan de hand van de hedendaagse gedragstherapie waarin behavioristische en cognitieve
opvattingen samengaan. De samenwerking in de psychologie is, net als het ontstaan van scholen en
stromingen, historisch en cultureel bepaald.

Nadruk op effectiviteit

Halverwege de jaren negentig startte een ontwikkeling, vooral binnen de hulpverlening, waaronder
de psychotherapie, die waarschijnlijk van grote invloed zal zijn. In toenemende mate wordt van
hulpverleningsmethoden verlangd dat bewezen is dat ze effectief, werkzaam, zijn (evidence based).
Als effectiviteit niet bewezen kan worden, dan kan dat bijvoorbeeld gaan betekenen dat er geen geld
beschikbaar wordt gesteld of dat de verzekering de hulpverlening niet meer dekt. Zo gaan er steeds
meer stemmen op om de psychotherapie niet in scholen te organiseren, maar in specialisaties in
bepaalde problematiek: bijvoorbeeld rouwdeskundigen of angstdeskundigen en niet meer
psychoanalyse of non-directieve psychotherapie. Dit is ook een pragmatische aanpak, maar niet
zodanig dat overal wat in gezien wordt. Er is minder nadruk op de theoretische uitgangspunten en
meer op praktisch nut.

Aan de hand van de slingerbeweging valt te voorspellen dat de huidige periode van samenwerking en
pragmatische inslag gevolgd zal worden door een periode waarin het eigen gelijk weer centraal zal
staan.

1.4.2 – mensbeelden bij theoretische stromingen

Iedere psychologische stroming is te karakteriseren aan de hand van een mensbeeld. Hierin komt tot
uitdrukking hoe ‘de mens’ opgevat wordt. Deze opvattingen zijn historisch, cultureel en religieus

,Samenvatting psychologische stromingen
bepaald. Eisenga c.s. (1987) omschrijven een mensbeeld onder andere als een ‘voorbeeld ter
navolging’. Ze verwijzen hierbij naar naamsvernoeming: in de middeleeuwen was het gewoonte om
iemand naar een heilige te vernoemen. Het leven van de heiligen was uitvoerig vastgelegd en
daarvan kon afgeleid worden hoe iemand zijn leven diende in te richten.

Een mensbeeld kent twee aspecten (ibidem):

- een beschrijving van de kenmerkende eigenschappen (de bodem van het menselijk bestaan)
- een verwijzing hoe mensen behoren te zijn (het zogenaamde doelbeeld).

Bij de kenmerkende eigenschappen gaat het o.a. over het verschil tussen mensen en dieren of
verschil kinderen en volwassen. Doelbeeld is meer morele visie. Hierin staat centraal hoe een mens
zich behoort te gedragen. Met het doelbeeld sturen we ons eigen handelen aan en beoordelen we
het gedrag van anderen. Mensbeelden worden beïnvloed door historische, culturele en religieuze
invloeden. In andere culturen wordt de individuele verantwoordelijkheid niet per se benadrukt. In
niet-westerse culturen kan meer de nadruk gelegd worden op de groep of familie, waar het individu
dan ondergeschikt aan is. Deze culturen worden fijnmazig genoemd. Mensbeelden hebben ook
consequenties voor opvattingen over gezondheid en ziekte.

1.5 – indelingen van theoretische stromingen

Theoretische stromingen in de psychologie kunnen op verschillende manieren ingedeeld en
onderscheiden worden. Het is belangrijk te weten wat voor (impliciete) vooronderstellingen door
psychologische theorieën worden gebruikt.

1.5.1 – mensbeelden in de psychologie

Drie niveaus van menselijk gedrag. Elk niveau correspondeert met een mensbeeld.

- Niveau van het mechanisme
- Niveau van het organisme
- Niveau van de persoon

In moderne opvattingen wordt de visie uitgedragen dat alle drie de niveaus in menselijk gedrag
aanwezig zijn, waarbij het persoonlijke niveau het hoogste en meest complexe is. Dit niveau omvat
de twee andere, maar andersom is dat niet het geval: het mechanistische en organistische niveau
omvatten niet het persoonlijke.

Het mechanistische mensbeeld

Als we de mens als een mechanisme opvatten, dan betekent dit dat hij, net als een machine, is
samengesteld uit afzonderlijke delen. De onderdelen bewaren hun afzonderlijke eigenschappen, ook
al zijn ze deel van een groter geheel. Mensen worden beschreven als mechanieken die door externe
krachten worden voortbewogen. Horloge (drijfveer), stoommachine (driften), telefooncentrale
(input-output), computer (informatieverwerking). De mechanistische visie houdt in dat delen van
mensen zelfstandig bestudeerd kunnen worden. Het betekent ook dat mensen bestudeerd kunnen
worden los van de sociale of materiële omgeving waarin ze functioneren. Past bij behaviorisme,
delen uit biologische en cognitieve psychologie.

Het mechanistische mensbeeld heeft 4 implicaties:

1. Er wordt geen principieel onderscheid gemaakt tussen dieren en mensen. Beiden gezien als
machines, waarbij mens hooguit ingewikkelder is. Er wordt dan ook gebruikgemaakt van
resultaten uit dierexperimenten.

, Samenvatting psychologische stromingen
2. Het verklaringsmodel dat wordt gebruikt is lineair causaal. Betekent dat er een oorzaak
(oorzaken) voor gedrag wordt gezocht (causaal) en dat het verband tussen oorzaak en gedrag
rechtlijnig (lineair) is. A veroorzaakt B. De beeldspraak ‘er zit een draadje bij jou los’ slaat op
dit verklaringsmodel.
3. Er wordt van uitgegaan dat als alle onderdelen bekend zijn, we het geheel kennen. Als we
alle stofjes in en onderdelen van de hersenen zouden kennen, dan zouden we ook weten hoe
ze als geheel functioneren. In deze visie is het geheel gelijk aan de som der delen.
4. Mensen en onderdelen van mensen kunnen zelfstandig bestudeerd worden zonder daarbij
rekening te houden met de omgeving waarin zij verkeren.

Het organistische mensbeeld

In het organistische mensbeeld worden mensen opgevat als groeiende organismen, als één geheel.
Er vindt geen opdeling plaats. Het organisme kent een interne dynamiek: de onderdelen beïnvloeden
elkaar en zijn niet los van elkaar te zien. Het is geen ‘statisch maaksel’ (zoals machine), maar een
‘levend groeisel’. Als het organisme groeit, dan verandert het kwalitatief: het verkrijgt nieuwe
vermogens. Naast de interne dynamiek veronderstelt het organistische mensbeeld ook een externe
dynamiek. Het organisme staat in wisselwerking met zijn omgeving. De mens wordt beïnvloed door
de omgeving en beïnvloedt zelf de omgeving. Bij het bestuderen van gedrag moet je dus ook
rekening houden met de sociale en materiële omgeving. Hoort bij theorie over het
gezinsinteractiesysteem en de omgevingspsychologie, maar ook onderdelen uit de cognitieve en
biologische psychologie.

Het organistische mensbeeld heeft vier implicaties:

1. Er worden ook vergelijkingen getrokken tussen mensen en dieren. Beiden zijn organismen
die in wisselwerking staan met hun omgeving. Er wordt wel uitgegaan van één verschil:
mensen hebben een sociale of culturele omgeving, die bij dieren ontbreekt.
2. Het verklaringsmodel dat wordt gebruikt is circulair causaal. Dit betekent dat er níet van uit
wordt gegaan dat er eenduidige relaties zijn tussen een oorzaak en een gevolg. Er is juist
sprake van een wisselwerking: A veroorzaakt mede B en B veroorzaakt mede A. bijvoorbeeld:
kind is ongehoorzaam, waardoor ouders strenger worden, daardoor kind nog
ongehoorzamer en ouders nog strenger, enz.
3. Er wordt uitgegaan van de stelling dat het geheel meer is dan de som der delen. Een
organisme is principieel meer dan een optelsom van zijn spieren, zenuwbanen, organen,
enzovoorts.
4. Mensen zijn niet los van hun omgeving te bestuderen. En delen van mensen zijn niet los van
het geheel te bestuderen.

Het personalistische mensbeeld

In de personalistische visie wordt het unieke karakter van mensen binnen de levende natuur
benadrukt. Mensen leiden niet alleen een biologisch, maar ook een cultureel leven. Zij worden niet
alleen beïnvloed door de cultuur, maar scheppen zelf cultuur. Dit is een essentieel verschil met de
organistische visie, waarin deze bijzondere culturele positie van mensen niet benadrukt wordt. Het
betekent ook dat hij zin of betekenis verleent aan de wereld. Vragen als ‘waartoe zijn wij op aarde?
En wat is de zin van het leven?’ worden binnen het personalistische mensbeeld serieus genomen.
Gaat veel over geloof en spiritualiteit. Zien mensen vooral als één geheel dat niet alleen in
wisselwerking staat met de omgeving, maar er mede vorm aan geeft. Het benadrukt juist het verschil
tussen mensen en dieren. Bij mensen staat doelgericht handelen centraal. Terug te vinden in
sommige vormen van de psychoanalyse, maar vooral in humanistisch denken.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur marreduteweerd. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

67474 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,49
  • (0)
  Ajouter