Samenvatting De Bestuurlijke Kaart van de Europese Unie, H13
Samenvatting De Bestuurlijke Kaart van de Europese Unie, H11
Samenvatting De Bestuurlijke Kaart van de Europese Unie, H5
Tout pour ce livre (27)
École, étude et sujet
Hogeschool InHolland (InHolland)
Integrale Veiligheid
EU & Internationaal Recht
Tous les documents sur ce sujet (16)
Vendeur
S'abonner
annevanderlem
Aperçu du contenu
De Bestuurlijke Kaart van de Europese Unie
Hoofdstuk 4
4.1
Het Europees Parlement:
- ‘De stem van het Europese volk’
- De rechtstreeks gekozen volksvertegenwoordiging van de EU
- Vertegenwoordigt de burgers van alle lidstaten
In vergelijking met nationale parlementen geniet het Europees Parlement weinig aanzien.
Het Europees Parlement begon als de Gemeenschappelijke Vergadering (1952) in de EGKS.
Gemeenschappelijke Vergadering:
- Speelde een marginale rol in de eerste vorm van Europese samenwerking.
- Controlerende taak
- Adviserende taak waarbij ze niet-bindende adviezen kon geven over voorgesteld beleid
- 78 leden van nationale parlementen van de 6 lidstaten
o Dubbelmandaat = zij waren zowel lid van hun nationale parlement als van de
Vergadering
De wetgevende taak van het goed- of afkeuren van beleid lag toen volledig bij de Raad.
De Gemeenschappelijke Vergadering werd toen nog niet rechtstreeks gekozen.
Met de oprichting van de EEG en Euratom in 1958 veranderde de naam van de Gemeenschappelijke
Vergadering in Europees Parlementaire Vergadering.
Europees Parlementaire Vergadering:
- Werkterrein werd uitgebreid naar de EEG en Euratom
- Formeel kreeg de Vergadering het recht deel te nemen aan de besluitvorming, maar in de
praktijk bleven haar bevoegdheden beperkt
1962 = Vergadering noemt zich voortaan ‘Europees Parlement’.
Het duurde tot de Europese Akte van 1986 voor deze naamsverandering officieel werd vastgelegd.
1979 = eerste rechtstreekse verkiezingen van het Europees Parlement vond plaats.
Het duurde zo lang voordat deze verkiezingen plaatsvonden omdat enkele regeringen (Franse) zich
verzetten tegen de toenemende macht van de Europese instellingen.
, In 1974 werd besloten om hun topbijeenkomsten te formaliseren als ‘Europese Raad’ en om
rechtstreekse verkiezingen in het Europees Parlement in te voeren.
Zo werd er een compromis gevormd:
Landen als Frankrijk, die graag meer nationale invloed zagen, waren tevreden met de
versterking van de intergouvernementele inbreng (Europese Raad).
Lidstaten zoals de BRD, die meer democratische controle wensten, waren tevreden met de
beslissing dat burgers voortaan rechtstreeks de Europarlementariërs zouden kiezen.
Sinds 1979 vinden elke 5 jaar rechtstreekse verkiezingen plaats.
Elke lidstaat heeft eigen kieslijsten: zo stemmen Italianen op Italiaanse partijen en kandidaten, en
niet op Zweedse of Nederlandse.
De opkomst bij de verkiezingen van het Europees Parlement ligt lager dan bij de nationale
parlementsverkiezingen.
4.2
Europees Parlement telt maximaal 750 leden + voorzitter.
De verdeling van de zetels over de lidstaten is gebaseerd op inwonersaantallen, zo heeft:
- Duitsland = 96 zetels
- Nederland = 26 zetels
- Malta = 6 zetels
Er is sprake van proportionele verdeling van het aantal zetels naar rato van inwonersaantallen, maar
de kleinere landen zijn ‘oververtegenwoordigd’ en grotere landen zijn ‘ondervertegenwoordigd’
↓
Malta heeft 1 parlementslid per 70.000 inwoners.
Duitsland heeft slechts 1 parlementslid per 845.000 inwoners.
Nederland heeft 1 parlementslid per 650.000 inwoners.
De parlementsleden zitten namens hun land in het Parlement, maar bovenal namens hun eigen
nationale politieke partij.
De nationale politieke partijen werken samen in overkoepelende Europese fracties.
Fractie = bestaat uit verschillende nationale politieke partijen met een verwante ideologie.
2 grootste fracties:
- Europese Volkspartij (christendemocraten, waarvan het CDA deel uitmaakt)
- Progressieve Alliantie van Socialisten en Democraten (waarvan de PvdA onderdeel is)
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur annevanderlem. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,09. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.