Samenvatting: Biologie voor Jou (6e editie) Havo 5, Thema 3
4 vues 0 fois vendu
Cours
Biologie
Type
HAVO
In deze samenvatting is thema 3 'Vertering' uit boek 'Biologie voor Jou' (6e editie) voor Havo 5 samengevat. Hierin zijn verschillende begrippen en methoden beschreven, om je zo goed voor te bereiden op de toets!
p.s. "Thema 10" in Word document is vanaf de thema's van havo 4 doorgeteld.
Voedingsmiddelen: alles wat je eet of drinkt.
Bouwstof: moleculen die nodig zijn voor de vorming van cellen en weefsels.
Brandstoffen: voedingsstoffen die energie kunnen leveren voor de dissimilatie.
Voedingsstoffen: de bruikbare bestanddelen van voedingsmiddelen. Deze kunnen dienen als:
- Bouwstoffen voor de productie van organische moleculen bij de voortgezette assimilatie.
Deze moleculen zijn nodig voor groei en ontwikkeling, voor vervanging van afgestorven
cellen en voor herstel van verwondingen.
- Brandstoffen om energie te leveren voor de dissimilatie. De energie is nodig om te bewegen,
voor het op peil houden van de lichaamstemperatuur en voor groei, ontwikkeling en herstel.
Voedingsvezels: stoffen afkomstig uit de celwanden van plantaardige voedingsmiddelen die niet
door enzymen van de mens kunnen worden verteerd. Functie = de darmwerking en stoelgang
bevorderen, zorgt ook voor verzadigd gevoel. Voedingsvezels zijn koolhydraten die niet worden
verteerd door enzymen van de mens een deel kan worden afgebroken door de enzymen van
bacteriën
Essentiële aminozuren: 8 aminozuren die de mens niet of niet voldoende kan produceren en dus
moet de voeding deze aminozuren bevatten.
Essentiële vetzuren: onverzadigde vetzuren die in het voedsel moeten voorkomen, omdat de mens
niet in staat is om deze te produceren.
Spoorelementen: mineralen die in geringe hoeveelheden in het voedsel aanwezig zijn. Functioneren
als bestanddelen van enzymen of hormonen.
Eiwitten (proteïnen): ketens van aminozuren.
- Route in het verteringsstelsel: eiwitmoleculen worden uit het voedsel gesplitst in
afzonderlijke aminozuurmoleculen, die worden opgenomen in het bloed worden via bloed
getransporteerd naar de lever vervoerd naar alle organen in het lichaam.
Bij de eiwitsynthese worden aminozuren in de cellen weer gekoppeld tot eiwitmoleculen.
- 1 eiwit bevat 20 verschillende aminozuren, waarvan 12 zelf gemaakt worden als ze niet
voldoende in het voedsel voorkomen (gebeurd in de lever). De overige 8 kunnen mensen niet
of niet voldoende zelf produceren. Daarom moeten deze essentiële aminozuren in het
voedsel voorkomen.
- Functies: zijn de bouwstoffen van cellen en weefsels (bijv. tussencelstof); reguleren bijna alle
processen in een organisme (transport van stoffen, overbrengen van signalen van ene cel
naar andere, chemische reacties); kan dienen als brandstof eerst omgezet in glucose, dan
verbrand, niet genoeg glucose? verbranding van eiwitten uit je spieren spiermassa
neemt af. Overschot aan eiwitten en aminozuren worden omgezet in glucose.
- Bij dissimilatie van eiwitten ontstaat ammoniak wordt in de lever omgezet in ureum
wordt uitgescheiden met urine.
, Koolhydraten (sachariden): belangrijke brandstoffen in het lichaam. Deze zijn in te delen in mono-,
di- en polysachariden. Sachariden bestaan uit koolstof, waterstof en zuurstof. 1 g koolhydraten = 17
Kj energie.
- Functies: brandstoffen; bouwstoffen (bijv. in DNA, ATP en in celmembranen)
- Teveel aan opgenomen koolhydraten wordt omgezet door insuline in glycogeen of vet en
opgeslagen in de lever en spieren of onder de huid en rondom organen.
Soorten sachariden:
- Monosachariden: enkelvoudige suikers, bevatten 5 a 6 C-atomen. (glucose)
- Disachariden: molecuul opgebouwd uit 2 monosachariden. (lactose)
- Polysachariden: moleculen die opgebouwd zijn uit lange ketens van monosachariden.
(zetmeel)
Vetten (lipiden): 1 vetmolecuul bestaat uit 3 vetzuurmoleculen en een glycerolmolecuul. Het
menselijk lichaam kan glycerol en de meeste vetzuren vormen uit andere organische stoffen.
- Vetzuren:
Verzadigde vetzuren: alle bindingsplaatsen van de C-atomen zijn bezet door
waterstofatomen.
Onverzadigd vetzuren: niet alle C-atomen zijn bezet door H-atomen, tussen
C-atomen die niet bezet zijn maken een dubbele binding. Enkele onverzadigde
vetzuren moeten in het voedsel voorkomen = essentiële vetzuren.
- Functie: brandstoffen, bouwstoffen en oplosmiddel voor sommige vitaminen. 1 g = 38 Kj
energie
- Teveel aan opgenomen vetten worden opgeslagen onder de huid en rondom organen.
- Cholesterol: een vet dat en in je voedsel voorkomt, en wordt aangemaakt door de lever.
Komt voor in celmembranen en wordt gebruikt bij de productie van hormonen, gal en
vitamine D.
Water:
- Mens bestaat 60% uit water, organismen bestaan grotendeels uit water.
- Functie: bouwstof voor lichaamscellen en dient ook als oplosmiddel en transportmiddel en
bepaalt samen met de opgeloste stoffen de osmotische waarde van vloeistoffen in het
lichaam. Speelt ook een belangrijke rol bij de regeling van lichaamstemperatuur: verdamping
van water uit zweet het lichaam koelt af.
Mineralen (zouten): anorganische stoffen (bijv. calcium, fosfor, kalium, natrium, etc.).
- Functie: bouwstoffen; nodig om processen in het lichaam te laten verlopen, calcium voor het
stollen van bloed, kalium en natrium voor het geleiden van impulsen door zenuwcellen.
- Spoorelementen: mineralen die je in kleine hoeveelheden nodig hebt (chroom, fluor, jodium,
ijzer). Fluor: versterkt tandglazuur, ijzer: vorming van hemoglobine ( = een molecuul in rode
bloedcellen dat verantwoordelijk is voor zuurstoftransport). Spoorelementen zijn vaak
bestanddelen van enzymen en hormonen.
Vitaminen: organische stoffen die nodig zijn om de processen in je lichaam goed te laten verlopen.
- Worden aangegeven met een letter, belangrijke: A, B, C, D en K
B = verzamelnaam voor vitaminen met cijfers (B1 en B6)
K wordt gemaakt door bacteriën in de dikke darm andere vitaminen kunnen niet in je
lichaam gevorm worden en moeten in je voeding voorkomen.
- Gebreksziekten: tekort aan vitaminen, teveel vitaminen kun je ook ziek van worden
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur SophievandenBosch. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,57. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.