Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Gedrag En Maatschappij €13,49
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Gedrag En Maatschappij

 73 vues  4 fois vendu

Deze samenvatting van het opleidingsonderdeel Gedrag & Maatschappij bevat alle informatie van de slides en aantekeningen gemaakt tijdens de hoorcolleges van prof. dr. Carolyn Declerck en prof. dr. Bart Cambré.

Aperçu 4 sur 42  pages

  • 21 novembre 2022
  • 42
  • 2021/2022
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (3)
avatar-seller
aylanaydogmus
Gedrag en maatschappij

Hoorcollege 1

- De pandemie veroorzaakt een sociaal dilemma met een keuze tot voordeel voor je zelf of
voor een gezamenlijk belang.
Sociaal dilemma: gemeenschappelijke welvaart realiseren
Vb: democratie, als weinig mensen deelnemen riskeren de voordelen van democratie
ondermijnd te worden
Democratie vraagt fact checking

- ‘We are a social beast occupying a cognitive niche’
Dankzij onze hersenen hebben we een complexe gedrag
We kunnen ons veranderen aan onze omgeving

- Gedragswetenschappen = Rationalisme Empirie
Theorievorming Feiten verzamelen

- Twee manieren om bewustzijn te onderzoeken
1) Structuralisme - Wundt
Experimentele analyse van de onderdelen van het bewustzijn
Objectieve observaties
2) Functionalisme - James
Onderzoekt functie van het bewustzijn



- Manieren om gedrag te bestuderen

Behaviorisme - Skinner Psychodynamica - Freud Humanisme - Rogers
- Bestudeer - Bestudeer onbewuste - Mensen zijn te
observeerbare gedrag drijfveren van het veranderen
- Alles is aangeleerd gedrag - Focus op zelfrealisatie


- Waarom gedragswetenschappen voor economen?
1) Begrip voor economische anomalieën
Afkeer voor onrechtvaardigheid
Vertrouwen
Belang voor verhalen en normen
2) Gedrag en bedrijfskunde
Werknemers zijn human resources
Hawtorne studies: wat hebben werknemers nodig om optimaal te presteren?
3) Goede theorie is domein-overschrijdend en biedt toepassingsmogelijkheden in diverse
uiteenlopende gebieden
Controlegevoel: verliest draagt bij hulpeloosheid, controlegevoel leidt tot minder
gezondheidsproblemen, succesvol

,Hoorcollege 2

- Het gedrag is subjectief en context gebonden
Nature = individuele verschillen in het genotype leiden tot verschillen in gedrag
Nurture = individuele verschillen in gedrag door opvoeding

Heritabiliteit = in welke mate de verschillen in gedrag te maken hebben met genen vs.
opvoeding in een populatie
Zo hebben tweelingen eenzelfde gedrag, al zijn ze apart opgevoed wegens adoptie


- Evokatieve gen-omgeving interactie = effect van genen en omgeving beïnvloeden elkaar
kind zoekt omgeving met eenzelfde gedrag, zo kunnen kinderen met dezelfde ouders een
andere opvoeding meekrijgen
Verband is niet-lineair: armen kunnen intelligent zijn door genen maar door omgeving
komt dit niet tot uiting

- Epigenetica = gen blijft intact, maar functies kunnen veranderd worden
Door een prikkel uit de omgeving kan gen geblokkeerd worden ndoor een methly groep,
die groep zorgt ervoor dat die gen wordt overgeproduceerd of wordt niet vertaald naar een
eiwit

1. Evolutie via natuurlijke selectie
- Individuen in een populatie verschillen in eigenschappen
- Eigenschappen zijn soms erfelijk
- Er heerst competitie in populatie
- Omgeving-specifiek competitief voordeel
- Individuen met een competitief voordeel hebben meer nageslacht
- Genen die bijdragen tot eigenschappen met meer voortplantingssucces nemen toe in gehele
populatie

- Adaptatie = erfelijk eigenschap die toeneemt in een populatie en door natuurlijke selectie tot
stand kwam en de fitheid van een individu vermeerdert

- Fitheid = aantal afstammelingen dankzij adaptieve eigenschap per generatie vergeleken met
andere van de generatie = evolutionaire eenheidsmunt

2. Evolutie via verwantinschapsselectie
- Selectie op basis van inclusieve fitheid = de som van het individueel voortplantingssucces +
het voortplantingssucces van alle verwante die dezelfde genen hebben
- Geldt als een van de verklaringsgronden voor altruïsme

Wet van Hamilton = altruïsme kan bestaan wanneer fitheid kost van de weldoener kleiner is
dan de fitheid voordeel van de ontvanger vermenigvuldigd met de graad van verwantschap

, 3. Evolutie via seksuele selectie
- Sommige eigenschappen kunnen succes bieden bij hofmakerij
A) Competitieve eigenschappen
B) Begeerde eigenschappen (pauw met mooiste staart wint)

4. Evolutie via culturele groepsselectie
- Uitbreiding op groepselectie
- Met cultuur kan gedrag veel sneller van generatie op generatie overgedragen worden
- Wederzijde invloed van culturen kan evolutie van pro sociaal gedrag verklaren
- Cultuur zorgt ervoor dat generaties kunnen veranderd worden



- Evidentie dat het leven in grote groepen heeft bijgedragen tot de evolutie van intelligentie

1. Hersenletsel
1Ongeval van Phineas Gage, na ongeval staal door hersenen onhandelbaar geworden
Een gat in een deel van de cortex, je kan je dan niet in de plaats van iemand anders
zetten (geen basis medeleven meer)
2. Functionele beeldstudies
…tonen aan dat activiteit in de voorhersenen verhoogd is wanneer het sociaal
inlevingsvermogen wordt ingeschakeld
3. Evolutionaire geschiedenis
Er is een direct verband tussen de verhouding neocortex tot hersenstam, en de
omvang van de sociale groep
Neocortex is belangrijk voor relaties en verstand en dat zou moet groter zijn bij
primaten in grotere groepen
Hersenstam is voor overleving
 Hoe groter de verhouding, hoe beter ze in sociale groepen kunnen functioneren
o Lineair verband dat apen met een grote neocortex wonen in grotere groepen = geen
causaal verband, maar suggereert dat er een evolutie is geweest tussen leven in een
grotere groep en het neocortex
4. Als we redeneren maken we gebruik van sociale heuristieken
- Het analytische redeneringsvermogen is aangepast om bedriegers te kunnen detecteren
wanneer we ons in een sociale uitwisselingssituatie bevinden

ALGEMEEN BESLUIT SOCIALE HERSENEN HYPOTHESE

Evidentie uit 4 invalshoeken suggereert dat onze hersenen aangepast zijn om elkaar te begrijpen,
cortex houdt relaties gezond en de mens heeft grootste verhouding dat leeft in een grote groep.

, Hoorcollege 3

Bewustzijn = het ervaren van prikkels en daar betekenis aan geven. Hersens zijn hier noodzakelijk
voor.

Drie wetenschappelijke revoluties dwingen ons tot nederigheid:

1. De aarde is niet het centrum van het heelal
2. De mens is niet het eindproduct van de scala natura: niet meest prominente wezens,
zoogdier zoals ander
3. Bewustzijn is geen sturende kracht, gebeurt vandaag via neurologisch onderzoek
We hebben teveel credit hieraan gegeven.

- Hoe maken de hersenen bewustzijn?
Moeilijker te verklaren hoe we sensatie ervaren
Probleem van de homunculus: ogen zien wat een boek bv betekent, maar is er een ander
systeem in het lichaam dat dit een betekenis ziet

- Wat doet het bewustzijn?
Bewust zijn, het besef hebben dat we bewust zijn, wakker zijn.

- Bewustzijn meten
 Met EEG via golven patronen, als men over 24h golvenpatroon zou meten, zullen er
verschillende patronen die veranderen en die correleren met wakker of slaap.
Sterkere golven bij wakker, lichte golven bij lichte slaap en nog lichtere golven bij een
nog diepere slaap. Tijdens slaap veranderen deze ook: brein laat golven zien alsof het
wakker is maar dit is door het dromen. EEG golven kunnen we toestanden niet
vergelijken met elkaar.
 Mediteren: bewustzijn beïnvloeden. Rechter hemisfeer komt overeen met activatie
voor nieuwe prikkels uit de buitenwereld. linker hemisfeer meer gericht op
innerlijke. Zorgt voor ontspanning en angst werend. Objectief meetbaar maar zegt
niets over bewustzijn algemeen.
 Hypnose: pijnstillend, hypnose is geen gewijzigde EEG, is ZEL een rollenspel of
gedissocieerd bewustzijn.

Psychologische eigenschappen gekoppeld aan bewustzijn: zonder deze eigenschappen is bewustzijn
niet mogelijk

1. Zelfbesef
= reflectie over wie we zijn en wat we doen
- Kinderen worden er niet mee geboren, leer je aan door spiegeltest
2. Werkgeheugen
= tijdelijke opslagplaats voor relevante informatie
- Activatie oude herinneringen, herbeleven van feestjes die je bv had voor pandemie,..
- Vasthouden van informatie
- Probleemoplossend denken
3. Taal
- Taal relateert hemisfeer
- Metarepresentatie heb je nodig als je iets nieuws bedenkt

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur aylanaydogmus. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €13,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

52510 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€13,49  4x  vendu
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté