Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Hogeschooltaal Algemeen taalgebruik 3f/4f €4,99   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Hogeschooltaal Algemeen taalgebruik 3f/4f

 66 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

Samenvatting van de theorie van hogeschooltaal algemeen taalgebruik.

Aperçu 2 sur 5  pages

  • 4 décembre 2022
  • 5
  • 2022/2023
  • Resume
avatar-seller
HOGESCHOOLTAAL 3F/4F
ALGEMEEN TAALGEBRUIK

TAALKWESTIES
Dan ik of dan mij:
De voegwoorden van vergelijking als en dan staan in veel gevallen voor een zelfstandig
naamwoord. De voegwoorden kunnen ook voor een persoonlijk voornaamwoord staan.
- Ik was er vanochtend eerder dan jij.
- Sophie typt sneller dan ik.

Om de juiste vorm te kunnen noteren, kun je er het beste een werkwoord achter zetten. Dan
heb je de correcte schrijfwijze.

Hun of zij:
In het Nederlands gebruik je de derde persoon bijvoorbeeld als je het over iemand hebt. Je
kan dan zeggen zij of hun.
- Zij wordt ook wel een onderwerpsvorm genoemd.
- Hun is een niet-onderwerpsvorm. Dit betekent dat je hun gebruikt als het een
meewerkend voorwerp is.

Niet  Hun hebben cadeautjes gekocht.
Wel  Zij hebben cadeautjes gekocht.

Dat, wat of die:
Dat, wat en die zijn betrekkelijke voornaamwoorden. Dit betekent dat ze naar iets verwijzen.

Met dat verwijzen we naar zelfstandige naamwoorden die voorafgegaan worden door het
lidwoord ‘het’.
- Het huis dat vrijstaand is.

Wat moet in de volgende gevallen worden gebruikt:
- Als het verwijst naar een hele zin;
- Als het verwijst naar iets wat niet genoemd mag worden;
- Als het verwijst naar dit, dat en datgene

Wat en dat kunnen in de volgende gevallen beide gebruikt worden:
- Als het verwijst naar een onbepaald voornaamwoord (in combinatie met een
bijvoeglijk naamwoord) zoals: iets, niets, alles, iets belangrijks
- Als het verwijst naar een algemene aanduiding of hoedanigheid, zoals: het ergste, het
mooie, het grootste, het vele, het leuke, weinig, veel

, Met die verwijzen we naar zelfstandige naamwoorden die voorafgegaan worden door het
lidwoord ‘de’.
- De kat die daar ligt.

Jou of jouw:
Jou is een persoonlijk voornaamwoord.
- Ze heeft het jou beloofd.

Jouw is een bezittelijk voornaamwoord.
- Dit is voortaan jouw eigendom.

Bij twijfel kun je jou/jouw vervangen door ‘hem’ en ‘zijn’. Hoor jou ‘zijn’ dan is het jouw, een
bezittelijk voornaamwoord. Hoor je ‘hem’ dan is het een persoonlijk voornaamwoord.

Als of dan:
Als gebruik je:
- Na een vergelijking,
Het gebouw is even hoog als die boom.
- Na het woordje ‘zo’.
De vraag was driemaal zo groot als het aanbod.

Dan gebruik je:
- Na een vergrotende trap.
Ze verdiende meer dan haar man.
- Na het woordje anders.
Het karakter van Sophie was heel anders dan van haar zus.

Grootte of grote:
Grootte is een zelfstandig naamwoord. De timmerman meet de grootte van de kast.
Grote is een verbogen vorm van het bijvoeglijk naamwoord groot.

Beide of beiden:
Onbepaalde voornaamwoorden zijn woorden als: andere(n), beide(n), sommige(n) en
vele(n). Deze woorden kunnen op 2 manieren worden geschreven, met of zonder
meervouds -n.
- Wel een meervouds -n: verwijzing naar personen en zelfstandig gebruikt.
Slechts enkelen waren bereid hard te werken.
- Geen meervouds -n: verwijzing naar personen en niet-zelfstandig gebruikt.
Sommige mensen wilden blijven, andere wilden met ons mee.
Verwijzing naar niet-personen (dus planten, dieren of dingen).
Sommige bleven in hun kooi wachten tot hun baasje kwam.

Te danken aan of te wijten aan:
Te danken aan gebruiken we:
- Als we iets positiefs bedoelen
- Als we respect voor iets of iemand willen tonen
- Als we een reden geven voor een mooi resultaat

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur hborechtenhan. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

78252 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€4,99
  • (0)
  Ajouter