Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Aantekeningen colleges hersenen en gedrag €6,99   Ajouter au panier

Notes de cours

Aantekeningen colleges hersenen en gedrag

 35 vues  1 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

De aantekeningen van alle colleges van hersenen en gedrag met de bijbehorende uitleg die ze tijdens de colleges heeft gegeven (die niet op de slides staat maar mondeling was).

Aperçu 4 sur 105  pages

  • 8 décembre 2022
  • 105
  • 2021/2022
  • Notes de cours
  • T. l. van zuijen
  • Toutes les classes
avatar-seller
College 1 – Hersencellen + het brein en zijn omgeving
Het brein
 Mensen hebben een centraal zenuwstelsel (met hersenen) maar planten niet
o Dit kan gebruikt worden voor visuele verwerking, pijn, dingen bedenken, associeren, etc.
o Als je niet kan bewegen hebben de functies geen nut  planten kunnen niet bewegen dus
heeft het centrale zenuwstelsel ook geen nut

Communicatie
 Het centrale zenuwstelsel bestaat uit:
o Hersenen
o Ruggengraat
 Communicatie van de mens met zijn omgeving.
o Input  verwerking  output
o Zintuigen  blackbox  motoriek
 In de blackbox zitten hersencellen
o En deze communiceren met elkaar
o Deze communiceren ook met het lichaam

Hersencellen
Cellen en informatieoverdracht
 Je hebt twee soorten hersencellen:
o Neuronen = zenuwcel
 Geven informatie door
o Gliacel = steuncel
 Afgeleid van lijm, want vroeger werd er gedacht dat ze de hersenen aan elkaar lijmden
en alles bij elkaar houden. Ze hebben allerlei ondersteunende functies

Neuronen
 Neuron is een cel
o Celmembraam:
 Kanalen/poriën
 Het schermt ons af van de binnen en buitenkant
o Celkern
 Hierin ligt het genetisch materiaal
o Mitochondriën
 De energiefabriekjes van de cel
o Ribosomen
 Maken eiwitten aan
 Kunnen neurotransmitters, hormonen, haar,
etc. zijn
 Een neuron is gewoon een lichaamscel, maar is ook een heel speciaal, want heeft ook twee
andere kenmerken die andere cellen niet hebben:
o Ze kunnen namelijk heel goed met elkaar communiceren
 Dendrieten
o Lichaamscellen hebben deze niet, maar neuronen wel
 Je hebt het cellichaam (soma)
o Met hierin de celkern
 Een ander bijzonder onderdeel is de axon
o Neuronen hebben heel veel dendrieten, maar hebben maar één axon


1

, Myeline is een vettige stof die op veel plaatsen in het zenuwstelsel het axon omhult
 Aan het einde heb je de presynaptische terminal die verbinding maakt met de volgende cel.
Tussen deze presynaptische terminal en volgende cel zit een kleine ruimte, waartussen de
communicatie plaatsvindt.

Informatie vervoeren
 De dendrieten ontvangen informatie van andere neuronen.
 Soma  deze integreert de informatie
 Vervolgens wordt de informatie doorgegeven via het axon  axonen kunnen heel lang zijn en er
is er maar één per cel
 Daarna komt de informatie aan bij de eindknopjes van de axonen, de presynaptische terminal
o Deze geeft informatie af aan een volgende cel

Gliacellen
 Deze ondersteunen de functies van de neuronen
 Bevatten ongeveer de helft van wat de cellen die je in je
hersenen hebt zitten
 Beïnvloeden de communicatie/informatieverwerking
o Ze zijn dezelfde informatieverwerkers, maar kunnen
stofjes afgeven die hele groepen neuronen beïnvloeden
en daarmee meer of minder actief maken
o Alle andere cellen die je ziet dan een neuron zijn
gliacellen
 De functie is:
o Letterlijke steun  hersenen zijn een soort pudding en
de gliacellen geven letterlijke fysieke steun
o Aan-/afvoer van stoffen (voeding/herstel)
 Stoffen die uit het bloedvat komen kunnen via het astrocyte naar het neuron
 Astrocyte is een gliacel
 Ook kunnen de afvalstoffen via de astrocyte naar het bloedvat worden verplaatst, zodat
het weggaat
o Gliacellen produceren ook hersenvloeistof
o Ze maken myeline
 Dit zijn de omhulsels van het axon. Het is een vettige wittige stof die zich om de axon
heen rolt.
 Zo heb je een oligodendrocyte (een gliacel), deze produceert in een soort spiraal
myeline aan om over het axon heen te leggen
o Ook hebben ze een rol in afweer tegen virussen en schimmels: microglia
o Ook hebben gliacellen een rol bij de ontwikkeling van de hersenen

Brein en zijn omgeving
Communicatie
 Om het centrale zenuwstelsel zit bot (ruggengraat en schedel)  het moet heel goed beschermd
worden
 Maar er moet ook mee worden gecommuniceerd. Dit gaat via:
o Van zintuigen naar het centraal zenuwstelsel (CZS)  input
o Van de ene naar de andere plek in CZS
o Van de CZS naar de spieren  output

Begrippen
 Afferent (informatie, neuron, etc.)

2

, o Het aanvoeren van informatie
o Bijv. van de zintuigen naar de hersenen  je ziet iets en dit wordt naar de hersenen
gebracht
o Kan bij een sensorisch neuron zo zijn (bijv. huidcel naar het ruggenmerg)
 Intrinsieke informatieverwerking
o De dendrieten en de axon van een neuron liggen in dezelfde hersenstructuur (hetzelfde
geheugengebied). Er wordt informatie doorgegeven aan buurcellen, bijv. allemaal in het
ruggenmerg
 Efferent
o Het afvoeren van informatie
o Bijv. van de hersenen naar de spieren  om een motorische reactie te
genereren. Of van het ene geheugengebied naar het andere
geheugengebied in de hersenen
o Kan bij een motorisch neuron (bijv. je hersenen geven de opdracht om
een spier te bewegen)
 Er kan ook zowel afferent en efferent zijn, wanneer er sprake is van een
interneuron

Bloed-hersenbarrière
 De hersenen moeten goed beschermd worden want hersencellen worden vrijwel niet vervangen.
De hersenen moeten dus goed beschermd worden voor schadelijke stoffen
o Wel moeten er voedingsstoffen worden toegelaten!
 De bloed-hersenbarrière beschermt je hersenen
o Deze is gevormd door de wand van de bloedvaten  om en in elk bloedvat dat de hersenen
inloopt heeft aan de binnenkant een laag cellen. Deze cellen zorgen ervoor dat er bijna niks
doorheen kan
 In cellen buiten de hersenen zitten deze cellen ook, maar veel
minder dik waardoor er veel meer doorheen kan
 Buiten het bloedvat zitten ook astrocyten, die ook een rol spelen
bij de bloed-hersenbarrière
o Het houdt schadelijke stoffen buiten
o Ook kunnen er bepaalde stoffen wel doorheen:
 Kleine moleculen
 Vetoplosbare stoffen
 Ongeladen stoffen
 Zuurstof en CO2
 Sommige vitaminen
o Via speciale kanaaltjes kan:
 Water erdoorheen komen
o Via actief transport:
 Kan er glucose doorheen
 Aminozuren (de bouwstenen van eiwitten) doorheen
 Hiervan kunnen neurotransmitters gemaakt worden
 Sommige vitaminen
 IJzer (ionen, zijn geladen dus kunnen er niet zomaar doorheen dus er is actief transport
nodig)
 Bij actief transport wordt er brandstof verbrand om deze stoffen (brandstoffen)
naar binnen te krijgen
o Wat er niet doorheen gaat:
 Schadelijke stoffen (niet alle, sommige kunnen opgenomen worden in het vet bijv.)
 Virussen

3

,  Medicijnen
 Kan een probleem zijn  bij chemotherapie kan het er niet doorheen wat een
probleem is bij een hersentumor
o De bloed-hersenbarrière kan ook stuk gaan
 Dit zou komen door:
 Microgolven
 Radiatie
 Trauma
 Hypertensie
 Infectie
 Het gevolg is dat je mogelijk een hersenontsteking kan krijgen




4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur terryrutte. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

79650 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,99  1x  vendu
  • (0)
  Ajouter