Vorige lessen micro economie afgerond: Gedrag consumenten en producenten op een markt.
Gekeken hoe prijs tot stand kwam, interactei vragers en aanbieders
Vandaag beginnen we met macro-economie: Hoger niveau (land). We gaan landen vergelijken.
Hoe gaan we landen op ecologisch vlak vergelijken?
Adhv het BBP (bruto binnenlands product) of GDP (gross domestic product)
Bij grafiek 17 aan rechtse kant gaan ze procentueel bekijken.
Economische kringloop: schematische weergave van welke economische activiteiten er binnen een
samenleving zijn.
Er zijn 4 spelers: gezinnen, bedrijven, overheid en buitenland. Dit zijn de 4 spelers die economische
activiteiten gaan verrichten en uitwisselingen gaan doen met elkaar.
Bij de economische kringloop p.120 gaan we er vanuit dat er maar 2 spelers zijn, dus geen overheid
en buitenland.
De volle lijnen zijn de goederenstromen (goederen en diensten). De stippenlijn zijn geldstromen.
Dus gezinnen gaan productiefactoren aanbieden aan bedrijven => natuur (water, gronden), arbeid,
kapitaal (geldkapitaal of goederenkapitaal). In dit schema gaan we ervan uit dat ze enkel arbeid
leveren. In ruil gaan de bedrijven een beloning geven (3). De gezinnen gaan bij die bedrijven
goederen kopen (2). En in ruil gaan gezinnen betalen voor die goederen en diensten dat ze
ontvangen van bedrijven.
Er zijn 2 markten, telkens als iets verkocht/gekocht wordt, gebeurd dat op een markt.
Markt voor productieve diensten: arbeidsmarkt
Economische activiteit meten
3 manieren:
1. Productiebenadering: kijken in eeconomie welke waarde van goederen en diensten er wordt
geproduceerd binnen 1 jaar.
2. Bestedingen: Wat wordt er in 1 jaar uitgegeven in een economie om goederen en diensten aan te
kopen bij bedrijven. (Bij gezinnen en overheid)
3. Inkomens: Welke inkomens worden er allemaal betaald binnen een economie, binnen 1 jaar?
Die 3 zijn allemaal gelijk aan elkaar.
Hetgeen wat geproduceerd wordt, wordt ook besteed en wordt ook verdient.
Productiebenadering
Er worden niet alleen consumptiegoederen geproduceerd maar ook investeringsgoederen
Bruto investering: 3 soorten investeringen
Uitbreidingsinvesteringen: bijkomende functionaliteiten. Bv als we in een klaslokaal een
beamer gaan erbij zetten.
Vervangingsinvesteringen: bv beamer kapot -> nieuwe beamer installeren
Voorrraadwijzigingen: consumptiegoederen die nog in de voorraad zitten van een bedrijf.
Een bedrijf heeft vanalles geproduceerd maar gaat niet alles direct kunnen doorverkopen.
Zolang dat het nog in bezit is van het bedrijf, zien we dat als investering. Het opbouwen van
een voorraad is dus ook een investering.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur StudentjeVastgoed1. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.