Zeer uitgebreide samenvatting van alle hoorcolleges Analyse van Internationale Politiek. Bijna een transcript van wat er allemaal wordt verteld tijdens het college.
HC1:
3 Cs big issues in international politics nowadays.
- Coronavirus: global in spread and response of/to the virus
- Competition: competition between states, hegemonic competition between US,
China and Russia.
- Climate change
these three issues are interconnected. They are correlated. There is coronavirus
competition about for example vaccines.
How can the 3 Cs can be addressed?
- Unilateralism: individual actors pursuing their own self interests.
- Bilateralism: two sets of actors making joint decisions based on complementary or
shared interests. Both wanting the same thing.
- Multilateralism: multiple actors making joint decisions based on rules and principles
applicable to all. Multiple actors pursuing actions based on rules.
With what time horizon and why? Short term or long term?
HC2: International Anarchy
MEARSHEIMER (neorealist)
Grootmachten willen hun aandeel in de wereld vergroten totdat zij de hegemoon zijn. Het
idee dat grootmachten strijden om de meeste macht is op vijf assumpties gebaseerd:
1. Internationale systeem is anarchisch: geen conflict maar over hoe de staten
geordend zijn. Er is geen centrale autoriteit boven de staten, de soevereiniteit ligt bij
de staten.
2. Grootmachten bezitten militaire mogelijkheden: hoeveel militairen mogelijkheden
een grootmacht heeft kan verschillen.
3. Staten kunnen nooit zeker zijn van andere staten intenties: er zijn meerdere redenen
om aan te vallen en staten weten nooit wat de intentie van een andere staat is. Er is
onderzekerheid.
4. Survival is the primary goal of great powers.
5. Great powers are rational actors: staten zijn rationeel en willen overleven. Zij denken
na over elke stap die ze zetten.
Gedrag van staten: staten zijn bang voor elkaar. Dit komt omdat ze leven in anarchie en
onzekerheid over wat de andere staten gaan doen. Omdat staten niet weten wat de ander
gaat doen, vertrouwen ze elkaar niet. Staten hebben geen hogere autoriteit dus zijn
aangewezen op self-help, daarom handelen staten uit eigen belang. Als je de meest
machtige staat bent, dan is survival en self-help het makkelijkst.
staten kijken veel naar hoeveel resources andere staten hebben. Als de ene meer
resources krijgt verliest de andere. Staten proberen telkens meer macht te vergaren. Staten
zoeken naar kansen om oppurtinities te halen uit het verlies van andere staten.
, een staat maakt zichzelf veiliger door meer wapens te maken. Dit zorgt voor meer
onzekerheid bij andere staten, die vervolgens ook meer wapens gaan maken security
dilemma.
staten kijken naar relatieve macht.
Calculated aggression: staten zijn rationeel en wegen af of zij genoeg macht en resources
hebben om een andere staat aan te vallen. Staten miscalculeren deze inschatting soms,
omdat zij niet genoeg informatie hebben of omdat zij niet goed inschatten hoe hun eigen
troepen werken.
Hegeomony’s limit: een hegemon is zo machtig dat het de macht heeft over alle andere
staten. Vaak is een hegemoon over het hele systeem (Wereld) maar dit kan onderverdeeld
worden. Mearshimer denkt dat het bereiken van hegemonie onmogelijk is, staten kunnen
alleen een regionale hegemoon zijn. Als een staat een regionale hegemoon is proberen zij
staten in andere regio’s te weerhouden van even groot worden. het liefst heeft een
hegemoon dat er in een andere regio twee grootmachten zijn die zich met elkaar bezig
houden.
Power and fear: er is angst bij staten, omdat zij nooit zeker weten of een andere staat zijn
militaire resources inzet. Vooral in een systeem van anarchie is dit lastig te bepalen. Er moet
een onderscheid gemaakt worden tussen potential power (macht die een staat kan hebben
kijkend naar bevolkingsgrootte) en actual power (macht die een staat daadwerkelijk heeft).
Vooral angst bij:
- Staten zonder nucleaire wapens tegen staten met nucleaire wapens.
- Staten die worden gescheiden door water hebben minder angst voor elkaar.
- Is de macht asymmetrisch of symmetrisch verdeeld. Asymmetrisch zorgt voor minder
angst.
Hierarchy of state goals: survival is het belangrijkste doel van grootmachten. Daarnaast zijn
economische groei en welvarendheid ook belangrijk. Vaak zijn deze niet-militaire doelen
moeilijk mee te rekenen voor een effect op the balance of power.
Creating world order: grootmachten werken niet samen voor hun eigen goed in de
internationale orde. Elke grootmacht wil alleen zijn eigen deel van de wereldmacht
maximaliseren. Als staten samenwerken is dit alleen om hun eigen belang te optimaliseren.
Dit kan wellicht leiden tot een stabiel internationaal systeem, maar staten zullen altijd kijken
naar mogelijkheden om hun macht weer te vergroten.
Cooperation among states: staten kunnen wel samenwerken maar overwegingen over
relatieve voordelen en angst van niet nakomen maken dit lastig.
Youtube filmpje:
- States behave according to how the international system is organized. The key in
international system is anarchy: there is no higher authority above states.
, - In the absence of higher authority that can protect states, the states compete with
each other for power. If you have more power, you can survive. Survival is the
highest goal, because if you cannot survive the other goals are worthless.
- To deal with the problem of survival, you want to be the most powerful. It is highly
unlikely that other states will attack you.
- Limitations and critiques: it cannot explain everything. Neorealism pays little
attention to domestic politics. It is about the structure of the system not about the
domestic politics. But sometimes domestic politics matter and in that case
neorealism is gonna fail to tell how the world works.
WENDT (constructivis)
Neoliberalen en neorealisten beweren dat staten rationele actoren zijn. Daarnaast denken
beide dat staten de dominante actor zijn in het internationale systeem, waarin zij self-
interest vertegenwoordigen. Het verschil is wel tussen het kijken naar relatieven of absolute
voordelen.
Neoliberalen, in tegenstelling tot neorealisten, beweren dat internationale instituties in een
wereld met anarchische structuur, kunnen bestaan. Zelfs in een systeem met alleen self-help
van state.
Wendt is een constructivist die sociologisch en psychologisch naar de structuren kijkt. Self-
help en machtspolitiek komt niet uit de logica of causaliteit van anarchie maar komt voort uit
een proces en niet uit een structuur (zoals anarchie). Anarchie en machtspolitiek zijn
instituties en niet een causaal proces. ‘anarchy is what states make of it’.
Wendt zegt dat het internationale systeem sociaal geconstrueerd is, door procesessen en
sociale omgang en interactie wordt deze gevormd. De belangrijkst onderdelen zijn ten eerste
dat de wil van mensen en staten voornamelijk uit ideeen voortkomt en niet uit materiele
resources. Ten tweede dat de identiteit en belangen van actoren voortkomen uit gedeelde
ideen in plaats van natuur (dit slaat terug op idee van realisten, dat de mens handelt als zijn
instinct, self-help, survival).
Actoren handelen richting andere actoren op een manier wat voor een betekenis de ander
heeft. Staten handelen anders naar vrienden dan naar vijanden. Actoren die ontwikkelen
een stabiele identiteit met verwachtingen door te participeren in collectieve betekenis.
Identiteiten van de actoren zijn de basis van de belangen. Deze belangen zijn afhankelijke
van de sociale context en kunnen veranderen door veranderende situaties. Instituties zijn
relatief stabiele set van identiteiten en belangen. Self-help is een institutie die komt kijken
bij anarchie
Staten kunnen elkaar helpen als zij dezelfde identiteit hebben. Staten werken dan samen.
Naast Waltz drie punten (anarchie, gelijke staten, balance of power) kan er intersubjectiviteit
toegevoegd worden die bijdraagt aan de belangen in het systeem.
Door herhalende interactie tussen staten creeren we de identiteit en daarmee belangen van
staten. Zie het schema.
, Youtube video
- Constructivism in international relations. It is other than neorealism and liberalism.
- Self-help and power politics are part of the system of anarchy. They are made
through the practices or cooperation between states and not from a structure that
states cannot affect.
- If factors would change their actions the structure will change. A structure only exists
because of the actions and has no other meaning.
- Soveriginty, evolution of cooperation and international collective identity.
- Critique at Wendt because it does not predict the international relations.
- People act toward objects including other actors on the basis of the meanings that
the objects have for them. States act differently to friends and enemies.
- Collective meanings constitute the structures which organize our actions. Actors
acquire identities in participating in collective meanings. When the collective
meanings disappear the actions and identities of states change.
- It is not easy to change the system, because stable role identities which lead to a
minimization of uncertainty and anxiety and als helps to avoid the expected costs of
breaking commitments made to others. Manifested in efforts.
- Sovereignty provide a social basis for the continuity of states. Within territorial limits
only the state has the authority. If states stop acting according to this principle their
identity as states will disappear.
- Changing of identities can take place in different ways: self-reflection.
- Not taking the structure of international world as structured.
HC3: International Hierarchy
International system: a set of incentives and expectations that shape the identities and the
behavior of actors in international politics.
we look at 5 concepts in the international system: anarchy, hierarchy, society,
interdependence, economy.
International hierarchy: an international system in which certain actors are authorized or
expected to rule over others. In which the distribution of authority places states and other
actors in vertical relations of domination and subordination. Presence of authority, not the
absence of authority. Not to be confused with a world government.
Anarchy: the absence of hierarchy. Other states cannot rule over states. There is no higher
power above states.
Authority: the power or right to set rules and enforce obedience by others.
Hierarchy can exist in relations between states, or involve non-state actors, groups and
individuals.
Conventional wisdom in IR theory: no hierarchy in the international system. Many scholars
accept this, but with different views:
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur FemkeVerhelst. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.