MARKETING
INLEIDING
1 Wat is marketing?
Het leveren van klanttevredenheid op een winstgevende manier => ondernemingen die
succesvol zijn, zijn sterk klantgericht
NIET verkopen en reclame maken
o Marketing gaat WEL over het bevredigen van de behoeften van de klanten
1.1 Definitie marketing
DUS: MARKETING = een sociaal en managementproces waarin individuen en groepen verkrijgen waar
zij behoefte aan hebben en wat zij wensen, door producten en waarde te creëren en deze met
anderen uit te wisselen.
Vanuit de onderneming gezien betekent marketing ook: het opbouwen van rendabele, op
waarde gebaseerde relaties met klanten.
1.2 Kernbegrippen marketing
1.2.1 Behoeften, wensen en vraag
Behoefte:
= Het besef van een individu dat het hem aan iets ontbreekt
Mensen hebben allerlei complexe behoeften zoals:
o Fysieke behoeften
o Sociale behoeften
o Individuele behoeften
“Een Amerikaanse producent van gehoorapparaten heeft grote moeite om een nieuw product te slijten.
De belangrijkste reden: de hoge kosten. De voor de hand liggende oplossing is dan om een goedkoper
apparaatte maken.”
Maar is dat wel de juiste oplossing?
Door het traditionele marktonderzoek achter zich te laten komt de ‘echte’ behoefte naar voren.
Behoefte: substituutproducten
= producten of diensten die inspelen op eenzelfde behoefte
bv.: auto, fiets, openbaar vervoer, wandelen…
Wensen:
= De concrete vormen die de menselijke behoeften aannemen, al naar gelang de cultuur en het
persoonlijk karakter.
Specifieke vereisten van de klant bij het bevredigen van zijn behoeften
Wensen: concurrerende producten
= producten of diensten met zeer gelijksoortige (technische) kenmerken die
Zich richten op andere wensen.
Bv.: verschillende automerken: land rover, skoda, mercedes, volvo…
Voorbeeldvraag: zijn het
substitutieproducten of
concurrerende producten?
Bv.: appelsientje en coca cola
Minute maid en appelsientje 1
,Vraag:
= wanneer koopkracht voorhanden is, kunnen wensen worden omgezet in vraag.
De middelen zijn niet onbeperkt dus men moet kiezen
o Consumenten zien een product als een bundel voordelen (‘benefits’) en kiezen het
product dat de beste bundel voor hun geld oplevert. DUS: hun wensen en middelen
afwegend, kiezen mensen het product waarvan de kwaliteiten hun grootste
bevrediging geven.
1.2.2 Het marketingaanbod: goederen, diensten en ervaringen
Ondernemingen voorzien in behoeften met een marketingaanbod:
Een combinatie van goederen, diensten, informatie en/of ervaringen die ondernemingen op
de markt bieden om een behoefte of wens te bevredigen.
DUS: marketingaanbod bestaat uit fysieke voorwerpen en diensten
Ruime definitie = belevenissen, personen, plaatsen, organisaties, activiteiten en ideeën.
Omdat goederen en diensten steeds meer massaproducten worden is het bieden van
belevenissen rondom hun producten voor vele bedrijven een volgende stap geworden om zich
met hun aanbod te onderscheiden.
Vele aanbieders maken de fout om meer aandacht te besteden aan het fysiek product dan aan de
voordelen die dit oplevert => zij leiden aan marktbijziendheid of marktetingmyopia.
Ze zijn zo in de ban van hun eigen producten, dat zij zich uitsluitend richten op bestaande
wensen, en daarbij onderliggende consumentenbehoeften uit het oog verliezen.
DUS: echte marketeers kijken verder dan de eigenschappen van producten
en diensten die ze aanbieden => ze creëren een merkbetekenis door
associaties aan het merk te koppelen en merkervaringen voor de
consumenten te creëren.
1.2.3 Ruil, transacties en relaties
= Customer Relationship Management
= het belangrijkste concept in de moderne
marketing.
= beheren van klantggevens:
o Informatie over klanten bijhouden
o Contactmomenten zorgvuldig beheren om
loyaliteit te versterken
Nu ruimere betekenis => het totale proces van het opbouwen en onderhouden van rendabele
klantrelaties door blijvende superieure waarde voor de klanttevredenheid te genereren.
2
,Het concept waar men zich moet richten is waarde voor de klant
Klanten beoordelen de waarde en kosten van een product vaak niet nauwkeurig of objectief.
Ze laten zich leiden door hoe zij de waarde waarnemen (gepercipieerde waarde)
Klantwaarde kan ontstaan uit 2 bronnen: gepercipieerde kosten en gepercipieerde baten
VRAAG: Op welk(e) criterium/criteria van klantenwaarde speelt deze taxichauffeur in?
Toen de Amerikaanse managementgoeroe Tom Peters vanuit New York een taxirit maakte naar het
vliegveld overkwam hem het volgende:
‘Eerst overhandigt de taxichauffeur me een visitekaartje en zegt: ‘Goedendag, mijn naam is Walter.
Ik ben uw chauffeur en probeer u veilig, tijdig en op een prettige manier naar uw bestemming te
brengen. ‘Een taxichauffeur die zijn eigen opdracht formuleert, dat maak je nooit mee dacht ik bij
mij zelf. Dan houdt hij twee Amerikaanse kranten omhoog en vraagt: ‘Wilt u ze lezen?’. Dus ik
neem ze van hem aan. We zijn nog niet eens vertrokken of hij vraagt: ‘Wat heeft u liever,
popmuziek of klassiek?’. Hij beschikt over 30 kanalen. Het gerucht gaat dat deze service gerichte
chauffeur gemiddeld 22.000 dollar per jaar aan fooi ontvangt’.
VRAAG: Welk product heeft volgens jou een hogere klantwaarde en waarom?
Klanttevredenheid is afhankelijk van de verwachtingen die de klant vooraf had.
Tevreden klanten zijn doorgaans loyaler en dat komt het ondernemingsresultaat alleen maar
ten goede.
1.2.4 Ruil, transacties en relaties.
Ruil = de handeling waarbij een persoon het gewenste product van iemand verwerft door zelf iets
anders in ruil aan te bieden.
Meer consumptie mogelijkheden
Transactie = iets van waarde ruilen
Relatiemarketing = lange-termijnrelaties met gewaardeerde klanten, distributeurs, dealers en
leveranciers => zij vormen sterke economische en sociale banden door producten van hoge kwaliteit,
goede service en eerlijke prijzen te beloven en consequent te leveren.
3
, 2 De marketingmix
Er bestaan 4 P’s voor het perspectief van een aanbieder op de marketinginstrumenten waarmee
kopers beïnvloed kunnen worden:
o Product
o Prijs
o Plaats
o Promotie
In het Engels zijn het de 4 C’s: customer needs and wants, cost tot he customer, convience,
communication.
Oefening: Bepaal de doelgroep, de behoeften van de doelgroep en de marketinginstrumenten van
volgende bedrijven:
3 De marketingstrategie in het groter geheel
3.1 Niveau van de planning
Plannen = veranderingen in de omgeving beter voorzien, sneller reageren en zich beter voorbereiden
op plotse ontwikkelingen
Binnen grotere ondernemingen wordt veelal op 3 niveau’s een plan opgesteld:
4