Hoc 1 Criminologie en wetenschap
Criminologie een sociale wetenschap?
De geschiedenis van de criminologie en haar discipline.
Het is de wetenschaps ontwikkeling die een ontstaan van de sociale wetenschap
gaat betekenen.
De harde wetenschap staat erg centraal.
De 19e eeuw = geïnstitutuinaliseerd = zien we een verandering in de wereld. Er
ontstaan hier heel wat sociale vraagstukken.
- De sociologie maakt hier als eerste zijn intrede
Je hebt een discipline waar men een studie doet van de menselijke natuur en de
koloniale gebieden. = een sociaal emprirische wetenschap. = antroplogie
Het is binnen deze antropologie dat de criminologie haar eerste stappen gaat
zetten.
De ontwikkeling van het wetenschappelijke denken vertaald zich in een ontstaan
van een waaier van disciplines van opleidingen op universitair niveau.
Het proces van de institutionalisering van wetenschappelijke disciplines ligt in het
verlengde van de circularisering van de wetenschappelijke kennis.
Naast die institutionalisering zien we een praktijk ontstaan van wetenschappelijke
activiteiten waar congressen georganiseerd worden.
- Die congressen zijn in eerste fases penitentiair = bij elkaar brengen van experts
die een belang hebben bij het bestuderen. Het zijn nog niet echt criminnologen.
- Het is pas in dee 2de helft 19de eeuw dat de sociale wetenschappen een
belangrijke ontwikkeling kennen onder de hoed van de antropoloie.
Het is binnen die antropologische marge dat men de empiri ontwikkeld. Men bestudeert
gemeenschappen. Men gaat mensen bestuderen die als criminelen worden gezien.
Enrico ferri: hij eist de autonomie in het debat de criminologie als een specifieke
discipline op.
1 van de belangrijke argumenten van hem is dat die nieuw wetenschap een oplossing zal
bieden voor het criminaliteitsvraagstuk.
- Kwestie van criminaliteit in de samenleving op te lossen = de belofte van de
criminologie.
- Criminaliteit = ziekte in de 19de eeuw daarom zoekt men een weetnschappelijke
oplossing.
Ontwikkeling van een discipline en haar problemen
Het ontstaan van criminologisch denken
1
, Het moet gesitueerd worden in de loop van de 19de eeuw en in die
institutionaliserings discussie.
Het is daar dat men die onafhankelijk opeist.
Het is een maatschappelijke en intellectuele context van het einde van de 19 de
eeuw waar er een enorm geloof is in de kracht van de wetenschap en de waarheid
dat wetenschap men zich me brengt.
2de helft 19de eeuw wil ook zeggen dat er een discussie ontstaat over het
positivisme: klassieke wetenschapsmodel. Bestuderen van sociale vraagstukken
- Die klassieke denkers staat dat model centraal
- De geobserveerde feiten staat centraal
De maatschappelijke politieke context heeft invloed gehad in het herkennen van
het criminaliteitsprobleem.
- Je moet die moderniteit ( gevangenissen, statistieken ) heeft een enorme
aandacht voor de sociale kwestie.
Het is ook belangrijk dat we nagaan wat de dynamiek is van die wetensschappelijke
kennis en hoe de agenda ontwikkeld is.
- Hoe kijken wetenschappers naar het fenomeen?
- De beweging die in de agenda zit is zeer belangrijk om te weten wat er
gebeurd. Alles hangt samen.
- We zitten in een maatschappelijke context die mee bepaald hoe we naar dat
studieobject kijken.
- Het is de maatschappelijke context die de discipline criminologie zal bepalen.
Wetenschappers stellen veel vragen dan dat we antwoorden hebben.
- Zo bevragen we het object van studie.
- Criminologen stellen zeer specifieke vragen. Het is gericht naar een specifiek
gezicht van het studieonderwerp.
Bv. hoe komen normen en regels tot stand? Wie overtreedt deze? Hoe reageren we op
normovertreding? Wat zijn de effecten van deze reacties.
Er moet aandacht gaan naar welke vraag ze stellen. En dat heeft dus betekenis. Het stellen
van de vraag zegt iets over de wetenschapper.
Wetenschappelijk denken theorie
Wetenschap is observeren
- Er is een verschil tussen wetenschappers die observeren en wij die gewoon
kijken.
- Wetenschappers observeren op een specifieke manier en maakt een selectie.
Bv. propper: de zoeklicht theorie
- Er is altijd een selectie een focus die iemand legt. = selectieprincipe.
- Als je de vraag kent ken je de focus.
- Dit is ook wel een ‘ tunnel perspectief ‘
2
,Klassieke premissen wetenschap
Men gaat uit van een aantal vooronderstellingen :
Dat wat we observeren heeft een orde en rationaliteit
- Al die grote denkers hadden ook allerlei veronderstelling en hebben dit op een
systematische manier moeten doen.
- Die wetmatigheden dat er in zitten zij het doel van de wetenschappen
- Die wetmatigheden gaat men ontdekken
Mens is het enig kennend wezen
- Er wordt een scheiding gemaakt tussen mens en natuur
Scheiding tussen subject en object
- Dat wat we bestuderen = object en het is de wetenschapper die er zich als
subject buitenplaats
- Het geen dat wij bestuderen is geen natuur maar een sociale weteschap.
Deze premissen steunen op het positievisme = klassiek wetenschaps denken.
Karakter en kenmerk
Een wetenschapper is actief en zoekt actief op
De waarneming in alle betekenis van het woord, allerlei waarnemingen om het
verzamelen van allerlei info
Observatie gebeurd systematisch en gericht en heeft een bepaalde focus op
aspecten van gedrag.
L kant: wetenschapper ondervraagt de natuur de natuur zoals een rechter een getuige
ondervraagt
De wetenschapper plaatst zich ook altijd buiten het gebeuren
- Dit is moeilijk en wordt soms een deel van subjectiviteit
- Bv. onderzoek naar drugsgebruik, als de onderzoeker zelf al meegemaakt heeft
met drugs. => je creert hierdoor een andere interactie met participanten ( veel
rijker)
Insider positie.
- Het zwart wit denken over scheiding van subject en object is geen uitgemaakte
zaak in de sociale wetenschap
Het gaat niet om een technische kwestie maar ook hoe verhouding vraagstelling,
focus en selectie zich tot die systematische gerichtheid.
De controle en de toetsing
- Een wetenschapper moet transparantie geven over je onderzoek
- Je moet antwoord kunne geven over waar je u gegevens hebt gehaald, hoe je u
onderzoek hebt gevoerd hebben. zodat andere onderzoekers je onderzoek
kunnen nadoen.
- Procedures test
3
, - Intersubjectiviteit = andere onderzoekers moeten met jou gegevens tot
dezelfde productie komen.
- Het principe van da falisificatie ( propper)
= de kennis dat getoetst is die fout is, dan is je theorie niet meer juist.
Het is een constant in vraagstellen van geproduceerde wetenschap.
Wetenschao en objectiviteit
Dat falsificatiedenken brengt ons bij een soort kader waarbinnen wetenschappers
moeten functioneren.
Er zijn een aantal elementen die een rol spelen om effectief naar een
wetenschappelijke kennisproductie te gaan:
Alle waarnemingen moeten worden opgenomen, je kan niet selectief zijn. Ookal
werkt dit je onderzoek tegen.
Logische ordening = ze gaan gaan kwalificeren
- Je krijgt parameters = manieren om ordeningen mogelijk te maken
Classificatie is belangrijk omdat die het sociale wereld betekenis heeft.
- Je gaat gaan labelen
Ordening = begrippen.
- Het ordenen levert begrippen op. Deze begrippen lijden tot het verklaren van
din,gen.
Je beweringen moeten controleerbaar zijn voor andere
- Er moet een peer review kunnen gedaan worden
Vereenvoudiging van particuliere naar algemene kennisinzichten
- De criminologische verbeeldingen ( wright mils)
- Er zijn heel veel particuliere gegevens verzameld, de bedoeling is dat we gaan
naar een meer algemeen kennisinzicht.
- We maken abstractie van de vele metingen en gaan veralgemenen.
Wetenschap is
Voortbouwen op reeds bestaande kennis
Je moet een vragende problematiserende houding hebben ten aanzien van het
onderzoeksobject = het systematisch stellen van de juiste vragen.
Systematisch stellen van handelingen als oplossingsprocedure voor de gestelde
vragen.
Verklaren staat tegenover begrijpen
De oorzaak gaan blootleggen en
Oorzakelijkheid = onmogelijk om die hard te bewijzen
Controverse
Je hebt u gegevens en die moeten in die cotroverse bestaan
Peers gaan vragen stellen
Het is een essentiele manier om de robuustheid op de proef te stellen
In de wetenschap zit er een continue beefging tussen twijfel, consensus en
controverse
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur ellalorrez. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.