H5: LETSELS VAN DE MONDMUCOSA
Ulceraties van de mondmucosa
• Ulcus = door weefselverval ontstaan oppervlaktedefect van huid of mucosa met geringe neiging tot genezing
o Erosie = boven basale membraan → vlotte genezing zonder littekenweefsel
o Ulcus = doorheen basale membraan → tot in subdermale regio: pijnlijker, langer aanwezig, littekenvorming
Erosie Ulcus
• Anamnese en KOZ (80% van diagnostiek)
o Aandachtspunten bij anamnese orale ulcera
- Leeftijd - Hoe lang al
- Algemene toestand - Plots begonnen of geleidelijk
- Evolutie lichaamsgewicht - Evolutie
- Extra-orale letsels - Recurrent? Recidiverend
(vnl ogen, urogenitaal en huid) - Medicatiegebruik
- Klieren (bv. overgevoeligheidsreactie)
(→ infectieuze pathologie of maligniteit) - Op zelfde plaats?
- Begonnen als blaasjes? - Ettervorming
- Trauma - Littekenvorming?
- GI-klachten - Pijnlijk?
(elk letsel in mond kan secundair
infecteren door mondflora)
o PIJNLOZE orale ulcera
▪ Carcinoom
▪ Necrotiserende sialometaplasie palatum
➢ Fulminant beeld: rood letsel op verhemelte pt
➢ Ziet er kwaadaardig uit, echt zo van ‘oei oei oei’
➢ Is ischemische necrose vd kleine speekselklieren in verhemelte
▪ Tuberculose
▪ Syfilis
▪ Bifosfonaatnecrose (ook denosumab, angiogeneseremmers…)
▪ Osteoradionecrose
▪ Medicatie-geïnduceerde necrose
o PIJNLIJKE orale ulcera MET VERLITTEKENING
▪ Orale afte-deprivatie
▪ Epidermolysis bullosa
▪ Behçet
▪ Diepe chemische verbranding (traumatisch)
▪ Diepe radiotherapeutische verbranding (traumatisch)
▪ Secundaire infectie van elk ulcus
1
, o Types ulceraties
▪ Pijnlijk transiënt (bv. op tong bijten)
▪ Pijnlijk (recurrent) met verlittekening
➢ Orale afte-deprivatie
➢ Epidermolysis bullosa
➢ Behçet
➢ Diepe chemische verbranding
➢ Diepe radiotherapeutische verbranding
▪ Pijnlijke geïnduceerde ulcera met geïndureerde omgeving
(induratie = wanneer ge onderliggend verharding voelt = rode vlag, want typisch bij mondkanker!)
▪ Pijnloze ulcus geïndureerde & progressief toenemende induratie vd basis
• TOZ (20% vd diagnose)
o Bloedname
o Serologie
Meestal niet nodig
o Microbiologie
o Medische beeldvorming
▪ bij vermoeden van kwaadaardigheid: lokaal letsel + locoregionale uitbreiding visualiseren
▪ beeldvorming VOOR biopsie! (anders verstoring vh beeld)
o Biopsie:
▪ Diagnose bevestigen
▪ Wanneer biopsie?
➢ Enkelvoudige ulceratie > 3 weken aanwezig
➢ Traumatische ulceratie > 3w na opheffen van trauma
➢ Ulceratie van induratie van omliggende weefsels
➢ Ulceratie + huidletsels of andere mucosale letsels (bv. papels op handen…)
➢ Ulceratie + systemische klachten (bv. GI: diarree…)
➢ CAVE: indien immunofluorescentie testen nodig zijn → vers staal noodzakelijk!
▪ Bioptisch onderzoek bulla/ulceratieve letsels
➢ Kleine laesie: excisie biopt
➢ Grote laesie: incisie biopt + biopt gave mucosa op beperkte afstand vd laesie
➢ Surinfectie beïnvloedt immunofluorescentie onderzoek!
➢ Vers specimen!! (+ lab tijdig verwittigen dat er een vers specimen komt)
• Vaak voorkomende ziektebeelden
o Traumatisch ulcus
▪ Bv. morsicatio (tongbeet) of scherpe tandrand
▪ Oorzaak weg → letsel verdwijnt
▪ Oorzaken
➢ Bijtletsel (bv. waarschuwen bij lokale anesthesie)
➢ Trauma
(bv. pseudo-pericoronitis: tand teveel doorgebroken → ° letsels op de wang)
➢ Prothese: denture sore; drukulcus (in begin past gebit goed, maar kaak verandert van vorm →
prothese past minder goed: beschadigd tandvlees)
➢ Irritatie-ulcus
2
, (prothese drukplaats)
(pseudo-pericoronitis door inbijten bovenwijsheidstand)
o Carcinoom
▪ Induratie, opgeworpen randen
▪ Pijnloos
▪ Niet-helend, progressieve toename
▪ RF: nicotine (roken), ethyl
o Iatrogeen ulcus
▪ Bestraling (radiatie-gerelateerde mucositis en necrose)
▪ Bisfosfonaat gerelateerde mucositis & necrose
➢ Botversterkende medicatie, maar kaakbeen sterft erdoor af!
➢ Ulcera door kaaknecrose
o Infectieuze oorzaken
▪ Syfilis (T. pallidum)
➢ Primaire syfilis (sjanker)
❖ Lip, tong, palatum, amandelloge
❖ Incubatie: 3-4 weken
❖ Laesie mm-cm
❖ Pijnloze regionale lymfadenopathie
❖ Pijnloze, scherp begrensde ulcus, geïndureerd
❖ Besmettelijk!
➢ Tertiaire syfilis (gumma)
❖ Begin: rubberachtig infiltraat (DD: cocaïne)
❖ Kan evolueren tot fistel naar neus
❖ Ulceratie + necrose door bot
❖ Perforatie palatum naar neusholte
▪ CMV
➢ Scherp afgelijnd ulcus laterale tongrand
➢ Vnl. opportunistische infectie bij AIDS
3
, ▪ TBC
▪ HIV
▪ Coxsackie A – HSV
o Recidiverende ulceraties (hier zitten ook infectieuze ulcera tussen, maar recidiverend karakter)
▪ Afteuze stomatitis (R.O.U = recurrente orale ulceratie)
➢ 20% bevolking
➢ Primair: 20-30 jaar
➢ Wisselende frequentie: # keer per jaar
➢ Soms permanent, soms multiple: stomatitis
➢ Etiologie
❖ Streptococcus
❖ Immuunfluorescentie IgM IgG binding: AS op cellen van orale mucosa
❖ Normale spiegel ANF en complement (lokale immunologische afwijking)
❖ Verhoogde titer AS tegen streptococcen
➢ Geen biopsie nodig, anamnestische diagnose + KO
➢ Bevorderende factoren
❖ Trauma
❖ Psychisch: stress, vermoeidheid…
❖ Hormonale invloed: ZS, pil
❖ Premenstrueel toename
❖ Familiaal, allergie, astma, hooikoorts
➢ Symptomen
❖ Pijnlijke erosie 3 mm
❖ Rode halo, scherp omgrensd
❖ Geelgrijs beslag
❖ Pijnlijk
❖ Solitair of multiple
❖ Geneest na 1 week
❖ Geen litteken
➢ Behandeling: geen ideaal product
❖ Caustische agentia: trichloorazijnzuur
❖ CS: lokaal, regionaal (in ernstige gevallen)
❖ Mondspoeling (bv. chloorhexidine) met tetracyclines
(listerine vermijden = straf mondspoelmiddel → irriterend voor mucosa!)
❖ Vit B complex
➢ DD: Sutton aften, Behçet, Hand-Foot-Mouth-Disease (HFMD)
▪ Periadenitis mucosa necrotica recurrens = Sutton’s afte
➢ Grote aft (1cm), diep
➢ > 6w voor genezing + littekenvorming
➢ Zeer pijnlijk
➢ Geen aparte entiteit, wel ernstige vorm orale afte
➢ Recidiverend, chronisch karakter
➢ DD: TBC, oncologisch, syfilis (deze zijn meestal pijnloos!)
4