Opsporingsonderzoek – Werkbundel 1
WPO 1 Strafprocesrecht: Audrey de sloovere – PPT
De strafvordering ontstaan zodra het misdrijf is gepleegd. Het is een straf op het storen van de
maatschappelijke orde. De maatschappelijke orde vertegenwoordigd door het Openbaar Ministerie
(OM). Het vertrekpunt is het misdrijf.
Kennisneming door de overheid:
1/ aangifte = formele kennisgeving
- Privaat (art. 29 Sv.) = algemene aangifte verplichting rust op iedereen. (geen sanctie)
- Publiek (art. 30 Sv.) = officiële bekendmaking bij ambtenaren of officieren die tijdens hun
ambt kennis krijgen van een misdrijf. (vb. Douane) - (geen sanctie)
2/ Klacht = gaat uit van die die beweerd benadeeld te zijn.
- Is niet perse de strafvordering.
- Er kan ook geen klacht zijn en een strafvordering.
- Uitzondering: klachtmisdrijven.
3/ vaststelling door bevoegde overheid.
- Algemene opsporingsbevoegdheid: leden federale en lokale politie (art. 8 Sv. Alle misdrijven:
boek II Sw. En bijzondere strafwetten)
- Ambtenaren met bijzondere opsporingsbevoegdheden (doet geen afbreuk aan alg.
bevoegdheid leden federale en lokale politie)
- Verschil OGP-AGP: OGP heeft grotere autonome opsporings- en vaststellingsbevoegdheid
Volgt er een onderzoek?
NEE = geen verder onderzoek nodig. (correctionaliseren <-> contraventionaliseren)
Rechtstreekse dagvaarding mogelijk:
- Door burgerlijke part (art. 145, 182 Sv.)
Voor politie- en correctionele rechtbank.
NIET voor misdaden (bv. Valsheid in geschriften) -> kan geen verzachtende
omstandigheden aannemen (art. 1 wet van 4 oktober 1867 op de verzachtende
omstandigheden) (WVO)
- Door OM voor:
Politierechtbank (art. 145 Sv. + art. 4, lid 2 WVO)
Correctionele rechtbank (182 Sv. + art. 2, lid 2 WVO)
Niet bindende correctionalisering (art. 3, lid 2 WVO) / contraventionalisering (art. 5, lid 2
WVO)
Opmerking: meestal wel pas na opsporingsonderzoek (cf. infra)
JA
1/ opsporingsonderzoek + bijzondere aspecten zoals proactieve recherche en mini-onderzoek.
- O.l.v. Procureur Des Konings
o Bevoegdheid Ratione materiae
o Bevoegdheid Ratione loci
Alles gebeurd schriftelijk
o Zorgt voor rechtszekerheid
Afwezigheid van dwangmaatregelingen
, o Art. 28bis §3 Sv.
o Uitzondering: als de wet het toelaat -> bv. Heterdaad & mini-onderzoek (art. 28
septies SV.)
o Opmerking: ook in de vonnisfase kan de PK nog (laten) overgaan tot
opsporingshandelingen (art. 28quater, lid 3 Sv.)
Geheim karakter
o Uitz. Persmededeling
Tegensprekelijk karakter
o Verhoorde mensen krijgen een kopie van het verhoor / onderzoek
o Uitz. Bij beslag van goederen om de vrijlating te vragen van die goederen
- Bijzondere vormen
Mini-onderzoek
o Kadert binnen opsporingsonderzoek (veranderd de aard van de zaak niet)
o O.l.v. Onderzoeksrechter
o Doel: dwangmaatregelen (bv. Onderzoek aan het lichaam, art. 90 bis Sv.)
o Niet
Telefoon- en datatap (onderscheppen, kennisnemen, doorzoeken en
opnemen van niet publiek toegankelijke communicatie of gegevens van
een informatiesysteem of een deel ervan – art. 90 ter – decies Sv.)
Volledige anonieme getuigenis (art. 86bis – quinquies Sv.)
Voorlopige hechtenis (W. 20 – 7- 1990)
Inkijkoperatie of observatie met technische hulpmiddelen in een woning,
lokaal gebruikt voor beroepsdoeleinden of de woonplaats van een arts/
advocaat (art. 56 bis en 89ter Sv.)
+ opnieuw, huiszoeking (GwH 148/2017 d.d. 21 december 2017) met
handhaving van de gevolgen ten aanzien van de huiszoekingen die zijn
uitgevoerd voor 12 januari 2018.
o De onderzoeksrechter kan de zaak naar zich toetrekken = evocatierecht dan
veranderd het onderzoek karakter wel.
Proactieve recherche (art. 28 bis, §2 Sv.)
o Vereist een strafrechtelijke finaliteit
o Spectrum
Redelijk vermoeden
Te plegen feiten
Reeds gepleegde maar nog niet aan het licht gebrachte feiten
Bepaalde misdrijven
Criminele organisatie (art. 324 bis en ter Sw.)
‘tapmisdrijven’ (art. 90 ter, §2, 3 e, 4 Sw.)
- Mogelijke vormen van beëindiging:
1/ Niet-vervolging rekening houdend met richtlijnen strafrechtelijk beleid (art. 28 quater
lid 1 Sw.) = seponeren
o Dader onbekend OF nadeel te beperkt
o Hij moet wel de reden geven = motiveren ( niet uitgebreid maar op een formulier
kruisjes aanduiden).
o Dit is altijd een voorlopige beslissing = men kan erop terugkomen (vb. er is wel
een dader). Dit kan wel enkel zolang de strafvordering ontvankelijk is.
, 2/ Buitengerechtelijke afhandeling: (strafbemiddeling)
o VSBG (art. 216bis Sv.) = verval van de strafvordering door betaling van een
geldsom
o VS (= verval strafvordering) door uitvoering maatregelen en naleven
voorwaarden (strafmiddeling – art. 216 ter Sv.)
3/ alternatieve rechtelijke afhandeling met tussenkomst rechter:
o VES of guilty plea (art. 216 Sv.)
Rechtelijk bekrachtiging van de afgesloten overeenkomst
Uitspraak voorgestelde straffen bij erkenning van schuld door de
beklaagde (art. 216 Sv. §4, lid 4 sv.)
o Toezegging in het kader van hetuitoefenen van de strafvordering of
spijtoptantenregeling (art. 216/1 tot art. 216/8 Sv.)
Voor persoon die substantieel, onthullende, oprechte en volledige
verklaring aflegt binnen de termijn opgelegd in het memorandum
i.v.m. zgn. tapmisdrijven;
op basis van een memorandum tussen ‘spijtoptant’ en het OM;
rechtelijke controle (art. 216/5§3 en 4 Sv.)
- vervolging : instellen strafvordering
Vorderen van een gerechtelijk onderzoek (art. 64 Sv.)
Dagvaarding, eventueel met aanneming verzachtende omstandigheden (WVO)
o Voor politierechtbank (art. 145 Sv.)
o Voor correctionele rechtbank ( art. 182 Sv.)
(oproep m.h.o.o. onmiddellijk verschijning voor correctionele rechtbank (art.
216quinqies Sv. Van personen aangehouden met dat oogmerk (art. 20 bis WVH) ) – in
praktijk onbruikbaar
Evocatie door OR tijdens mini-onderzoek (art. 28 septies Sv.)
2/ Gerechtelijk onderzoek
- O.l.v. Onderzoeksrechter (OR) = een rechter uit de rechtbank van 1 ste aanleg.
Bevoegdheid ratione materiae gepleegde misdaden en wanbedrijven (art. 55 Sv.)
o Volledige onpartijdige rechter
Bevoegdheid Ratione Loci (art. 62 bis Sv.)
o // OM -> de OR heeft een vordering nodig van de PK. Zijn er nieuwe feiten dan is
een nieuwe vordering nodig.
o Recent wijziging: specifieke regeling voor gespecialiseerde OR die beschikken
over nuttige ervaring voor het onderzoek van de misdrijven die door de EOP
aanhangig zijn gemaakt (art. 62 bis, lid 7 Sv.)
- Schriftelijk en niet contradictoir (uitz.!)
Geen tegensprekelijk debat. Het is wel mogelijk om een bijkomend onderzoek te vragen
- Principieel geheim
- A charge en a decharge
= als een rechtshandeling die hij nodig acht.
- In rem: saisine !
- Principe wel dwang bv.
Huiszoeking met bevel
Voorlopige hechtenis
Telefoon- en datatap
Bepaalde BOM
, - Mogelijke vormen van beëindiging
Principe = regeling van de rechtspleging via onderzoeksgerechten (cf. infra)
Dagvaarding principieel uitgesloten -> uitz. Voorrecht van rechtsmacht (art. 479 e.v. Sv.) -
> zie echter GwH nr. 9/2018 d.d. 1 februeari 2018; GwH nr. 35/2018 d.d. 22 maart 2018
en GwH nr. 31/2019 d.d. 28 februari 2019 (uitleggend arrest) -> (1) tussenkomst
onderzoek gerecht om toezicht te houden op onderzoek verrichtingen en (2) als
beroepsinstantie tegen beslissingen onderzoeksrechter.
VVSBG (art. 216 bis, §2 lid 8 Sv.) en verruimde ‘strafbemiddeling (art. 216 ter, §6 lid 5 Sv.)
-> vereist rechtelijke bekrachtiging voor uitvoering:
o VVSBG = verval van de strafvordering door betaling van een geldsom
o Nagaan naleving wettelijke voorwaarden
o Beoordeling proportionaliteit binnen de perken van de bezwaren
Sinds 17 augustus 2018: spijtoptantenregeling (art. 216/1 tot 216/8 Sv.) -> bekrachtiging
toezegging binnen perken bezwaren door onderzoeksgerecht mogelijk (art. 216/5, §3
Sv.)
Geen VES ! pas na verwijzing naar feitenrechter (art. 216, §2 Sv.)
Regeling van de rechtspleging
- Beschikking tot mededeling Onderzoeksrechter (OR)
Beschouwt OM onderzoek als afgesloten?
o Neen? -> vordering tot bijkomend onderzoek (beroep bij de kamer van
inbeschuldigingstelling (KI) mogelijk tegen weigerende beschikking)
o Ja? OM stekt eindvordering op ter regeling van de rechtspleging
- Oproeping voor het onderzoeksgerecht
Art. 127 §2 Sv.
o Aangehouden personen: verschijningstermijn = 3 dagen
o Niet aangehouden personen: verschijningstermijn >_ 15 dagen
Wordt er bijkomend onderzoek gevraagd?
o Neen? Behandeling door RK (= raadkamer)
o Ja?
Schorsing procedure PK tot procedure weigering bijkomend onderzoek en/of
uitvoeren bijkomend onderzoek beëindigd -> daarna regeling rechtspleging
voor RK
Schorsing van de verjaring van de strafvordering bij verzoek
inverdenkinggestelde ongeacht resultaat (art. 24; derde lid V.T. Sv. (vanaf
1/1/2017)
- Voorwerp van beoordeling door Raadkamer (juridische filter tussen het gerechtelijk
onderzoek en het vonnisgerecht):
Bevoegdheid // OR
Ontvankelijkheid van:
o De strafvordering
o De burgelijke vordering (relevantie: onderzoek geopend via burgerlijke-partijstelling
en OM nam geen VGO)
Oordeel of feit misdrijf (art. 128, lid 1 Sv.)
Zuivering der nietigheden (art. 131 Sv.)
Bezwaren, zowel materieel als moreel bestanddeel (art. 128, lid 1 Sv.)
Vaststelling overschrijding redelijke termijn:
, o Vonnisrechter gebonden door vaststelling RK
o RK kan niet-ontvankelijkheid SV uitspreken wegens overschrijding RT indien ernstige
en onherstelbare aantasting RVV
Grond van de zaak
o Opschorting: art. 4 §1, lid 1 W. 29 juni 196
o Betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie
o Internering: art. 9 W. 5 mei 2019 betreffende de internering
- Beslissingen RK over de aanhangig gemaakte feiten t.a.v. personen tegen wie de
strafvordering word ingesteld
Weigering rechtspleging te regelen
Buitenvervolgingstelling (art. 128, lid 1 Sv.)
Overmaken stukken PG (art. 133 Sv.)
Wegen voldoende bezwaren verwijzing naar:
o De politierechtbank (art. 129 Sv.)
o De correctionele rechtbank (art. 130 Sv.)
o Verschoningsgronden en verzachtende omstandigheden binden voor het
vonnisgerecht ((art. 3, lid 1 WVO) <- -> door OM bij rechtstreeks dagvaarding (art. 3,
lid 2 WO)
o Lot VH? Cf. infra
Ontslag van onderzoek (bv. m.h.o.o. de goede rechtsbedeling bij samenhangende feiten
aanhangig bij onderzoeksrechters van verschillende arrondissementen)
Als bodemrechter
o Opschorting
o Internering
- Hoger beroep bij KI tegen beschikking RK die rechtspleging regelt:
BP en OM: tegen alle beslissingen (art. 135, §1 Sv.)
IV: beperkt hoger beroep (art. 135, §2 Sv.)
Termijn:
o Principe 15 dagen (art. 135, §3, lid 1 Sv.)
o Indien minstens 1 IV in VH -> 24u voor OM en alle partijen (art. 136, §4, Sv.)
- Cassatieberoep tegen arrest KI geregeld in art. 420 Sv.
Uitgesteld cassatieberoep (PP II):
o Zuivering nietigheden (art. 135 en 235bis Sv. )
o BOM-controle (art. 235ter Sv.)
Ook na GwH 148/2017 van 21 december 2017
Onmiddellijk cassatieberoep tegen beslissingen:
o Inzake bevoegdheid van het onderzoeksgerecht (art. 420, lid 2, 1° Sv.)
o i.v.m. de regeling van de rechtspleging die een einde stellen aan de strafvordering
(OM en BP) :
buitenvervolgingstelling
niet ontvankelijkheid van de strafvordering
verval van de strafvordering