Begrippenlijst
Term Definitie
Filial duty Positie van kinderen in niet-westerse gemeenschappen waarin het
de verwachting is dat kinderen instaan voor continuïteit van de
culturele gemeenschap, waarin het de kinderen zijn die zorg
dragen voor de oudere gemeenschappen
WEIRD = white, educated, industrialized, rich, democratic
interdependente zelf/social self Hetgene wat niet begrepen wordt, autonome subject. Wat er
gebeurd met mij heeft invloed op de continuïteit, cohesie van de
gemeenschap. Ik wordt gedacht vanuit mijn verantwoordelijkheid,
zorg.
Reactieve identiteitsmobilisatie Als precies die identificaties voorwerp worden van discriminatie
weten we dat die reactief worden en zich opsluiten in soort
mobilisatie van eigen identiteit waarin weinig brug mogelijk is
tussen culturele mobiliteit en verandering en processen van
aanknopen met extremisme
Complex fenomeen waarin migranten de eigen culturele religieuze
identiteit gaan actief mobiliseren/uitdrukken als reactie op
ervaring van discriminatie en racisme.
Stigma Een brandmerk dat aan een bepaald persoon, groep personen of
zaak wordt gekoppeld. Kan ook een negatief vooroordeel zijn dat
leeft onder een bevolkingsgroep.
Survivor’s guilt Schuldgevoelens van iemand die overleeft
Taboe Iets dat wordt beschouwd als ongepast om te gebruiken, te doen
of over te spreken.
Religieuze identiteit Bron van coping/herstel MAAR in onze samenleving eerder bron
van discriminatie/stereotypering
Positie van cultural humility Nadenken over culturele en maatschappelijke aard als mijn positie
als hulpverlener
Cultuur sensitieve en Cultuursensitieve hulpverlening houdt in dat men, ten eerste,
responsieve zorg vindbaar en toegankelijk is. Iedere cliënt moet zich vervolgens
thuis voelen, ongeacht zijn/ haar afkomst of achtergrond. Volgens
de inclusiegedachte heeft iedereen recht op een volwaardige
participatie in de samenleving. Mensen moeten gelijke toegang
krijgen tot de zorg en eveneens goede hulp ontvangen.
Handelingsverlegenheid Schrik om met die groep te werken
Angst om te reageren vanuit impliciete attitudes, niets meer
durven zeggen maar we moeten handelen (bij onszelf, cliënt en bij
anderen aftoetsen van handeling met wat de persoon kan helpen).
1
, Bewustzijn van eigen positie (bv. welke privileges je hebt: ten
goede gaan inzetten).
“Psychic unity” Elk psyche van de mens, elke processor of hardware van de mens
werkt precies op dezelfde manier
Agency Acting in the world/handelen in de wereld
DISjoint model van agency (onafhankelijke context):
agency bepaald door persoonlijke attributen van individu
CONjoint model van agency (interafhankelijke context):
agency bepaald door samenspel van andere dingen,
kenmerken en overtuigingen van anderen en
achtergrondkenmerken
Cultureel geïnformeerd
• Er zijn verschillende manieren van denken, voelen,
handelen en gemotiveerd zijn in de wereld.
• In intercultruele hulpverlening komen deze manieren
samen en soms zullen ze clashen zonder dat we beseffen
wat er aan de hand is.
• Cultureel geïnformeerd zijn betekent niet dat je alle
verschillende manieren moet kennen waarop cultuur
vormgeeft aan de psyche.
• Cultureel geïnformeerd zijn betekent dat je:
o Bewust bent dat cultuur ertoe doet
o Bewust bent van je eigen assumpties en biases
o Erkent dat wat we zelf ‘for granted’ nemen niet zo
hoeft te zijn voor anderen
Niet-wetende houding
• Je stelt je nieuwsgierig op en bevraagt de ander om zo tot
de echte betekenissen te komen en je eigen interpretatie
te vermijden.
• In interculturele hulpverlening worden betekenissen van
alledaagse dingen, zoals ‘boosheid’ soms heel verschillend
ingevuld.
• Je moet cultureel geïnformeerd zijn om niet-wetend te
kunnen zijn!
o Je moet weten wat mogelijks kan verschillen en
dat bevragen
o Je moet alert zijn voor eigen biases en invullingen
op basis van jouw culturele positie
Self-serving biases Self-serving bias of zelf-dienende attributiefout is een
attributiefout of bevooroordeling waarbij mensen succes
toeschrijven aan interne factoren zoals eigen capaciteiten of
talenten, terwijl ze hun falen aan externe factoren toeschrijven
zoals de omstandigheden of fouten van anderen.
2
, Model van zelf Geïnternaliseerde maar gedeelde representatie van wat het
betekent om een goed persoon te zijn
Mutual constitution Cultuur en psyche vormen elkaar en worden best samen
(wederzijdse constitutie) geanalyseerd en begrepen
Onafhankelijke/independent Onafhankelijk zijn, autonoom individu zijn, belangrijk om de beste
contexten te zijn, verschillend te zijn van anderen, de winnaar te zijn daarin
wordt het model van zelf ook beschreven onafhankelijk model van
zelf.
Interafhankelijke/ Ideeën van gelijkheid, inpassen binnen een sociale groep,
interdependent context interafhankelijkheid (samen iets doen), getuigen van respect naar
anderen toe zoals bij ouderen. Deze ideeën komen aanbod in oude
teksten zoals de Oost-Aziatische filosofie.
Analytische aandacht Focus op objecten en hun attributen
(Europees-Amerikaanse
Objecten zijn onafhankelijk van hun context
context)
De wereld wordt gezien in delen
Holistische aandacht Focus op zowel de object- als de achtergrondcontext
(Japanse context)
Objecten zijn onderling afhankelijk van de context waarin
ze verschijnen
De wereld wordt gezien als 'gestalt’/geheel
Fundamentele attributiefout Aan welke oorzaken zal je het gedrag toeschrijven: intern of aan
situationele kenmerken
Principe van existentiële Mens is van nature gemotiveerd om betekenissen uit zijn sociaal-
onzekerheid culturele omgeving te halen
Principe van intentionele Mensen en sociaal-culturele veranderingen doordringen elkaar
werelden
Zelf-enhancement bias Motivatie of bias om zelf in positief daglicht te zien, focus op waar
je goed in bent
Zelf-kritische bias Motivatie of bias om eigen tekortkomingen te zien
Zelfconcept ME = zelf als gekend = verzameling overtuigingen die we hebben
over onszelf
I = zelf als doener = hoe we onszelf beleven en ervaren doorheen
de dag
Ethnocentrisme De eigen cultuur, of een andere van tevoren bepaalde cultuur,
wordt gebruikt om andere culturen in een sociaal-cultureel opzicht
te meten. Het beter vinden van eigen culturele context uit de weg
gaan door net intercultureel in dialoog te gaan.
Intersectionaliteit Alle verschillende socio-culturele contexten komen samen en
vormen een intersectie en het meenemen hiervan is van belang in
de hulpverleningspraktijk. De persoon niet enkel door de bril te
laten zien van zijn/haar etnische culturele groep maar ook sociale
klasse, gender,…
3