Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting alle leerstof voor het tentamen van Pedagogische vraagstukken rond polarisatie (alle artikelen + hoorcolleges) €10,79   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting alle leerstof voor het tentamen van Pedagogische vraagstukken rond polarisatie (alle artikelen + hoorcolleges)

2 revues
 162 vues  24 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

Het heeft alle artikelen voor het tentamen van PVP inclusief studievragen en opleggers en bevat daarnaast alle stof die in het hoorcollege is besproken.

Aperçu 4 sur 63  pages

  • 9 janvier 2023
  • 63
  • 2022/2023
  • Resume

2  revues

review-writer-avatar

Par: ambervandewakkerxo • 10 mois de cela

review-writer-avatar

Par: Merelsdocumenten • 9 mois de cela

avatar-seller
Pedagogische vraagstukken rond Polarisatie samenvatting

HC1 Scheidslijnen in de Nederlandse samenleving
Voor de sociale cohesie van de samenleving is het van belang dat kinderen met allerlei verschillende
kinderen om gaat.

20 november 1989 kwamen de kinderrechten tot stand, te weten:
1. Non-discriminatie: alle rechten gelden voor alle kinderen
2. Kinderen hebben recht op bijzondere bescherming om zich te kunnen ontwikkelen
3. Ieder kind heeft recht op een naam en nationaliteit
4. Ieder kind heeft recht op sociale zekerheid en gezondheidszorg, waaronder prenatale zorg
5. Kinderen met een handicap hebben recht op bijzondere zorg
6. Ieder kind heeft recht op liefde, begrip en ouderlijke zorg
7. Ieder kind heeft recht op onderwijs
8. Kinderen hebben prioritair recht op hulp
9. Ieder kind heeft recht op bescherming tegen mishandeling, uitbuiting en kinderarbeid
10. Ieder kind heeft recht op een opvoeding tot begrip en verdraagzaamheid, vrede en
vriendschap.
Nederland moet zich aan deze rechten houden.

Maar hier komen allerlei dilemma’s bij naar voren. Zo kun je zeggen:
- Heeft iedereen wel toegang tot onderwijs? Zo hebben sommige kinderen met een beperking
vrijstelling van het onderwijs aangezien zij niet in het ‘normale’ onderwijssysteem passen.
- Ook kan het zijn dat sommige kinderen geen recht hebben op sociale zekerheid en
gezondheidszorg, zoals kinderen van vluchtelingen.
- Wat betreft naam kun je ook iets zeggen over transgenders. Transgenders willen zichzelf
vaak identificeren met het andere geslacht, maar hoe zit dit met je naam? Kan een kind dit zo
maar veranderen?
- Ook op het gebied van ouderlijke zorg kan het zo zijn dat een kind hulp nodig heeft maar niet
over de (financiële) benodigdheden beschikken om deze hulp te kunnen bieden.
- Of dat de ouders niet voor het kind kunnen zorgen aangezien de ouders een beperking
hebben en niet in staat zijn om voor het kind te zorgen. Hoe vangen anderen (bijvoorbeeld
familie maar ook pedagogen) de zorg op een dusdanige manier op dat er geen
hechtingsproblemen of uithuisplaatsingen hoeven plaats te vinden?

Polarisatie = de vorming van tegenstellingen; van uitersten, van tegengestelde polen. Tegenstellingen
tussen groepen van mensen lijken te vergroten.

Focussing event = een ingrijpende plotselinge gebeurtenis die het debat rond polarisatie bijvoorbeeld
versterkt (zoals de dood van Pim Fortuyn).

Na de dood van Pim Fortuyn is het politieke klimaat verandert. De verschillen tussen mensen werden
benadrukt in plaats van de overeenkomsten. Immigratie, terrorisme en andere vraagstukken rond
polarisatie werden belangrijker. Multiculturalisme staat centraal in de politiek.

Poldermodel (politiek):
Er wordt altijd gezocht naar een compromis. Verschillende groepen hebben elkaar nodig.

Is er sprake van een toenemende tweedeling in Nederland? De verschillen lijken steeds groter te
worden; niet alleen tussen mensen met en zonder migratieachtergrond, maar ook op gebied van
leeftijd, SES, en hoog- en laagopgeleiden.



1

,Er is een tweedeling in Nederland. Zo wordt er voorspeld dat er een steeds grotere kloof zal ontstaan
tussen groepen, zoals hoog en laagopgeleiden. Zo komt overmatig drinken en roken, maar ook stress
en depressies meer voor onder laag dan onder hoogopgeleiden. Ook heeft dit betrekking op de
huisvesting en studiefinanciering. Ook in scholing is deze tweedeling te zien; er zijn steeds meer
privéscholen, maar vaak alleen hoogopgeleiden kunnen hun kinderen privaatonderwijs laten volgen.
Maar kijk bijvoorbeeld ook naar de coronacrisis; er was toen thuisonderwijs, maar lang niet elk kind
heeft de ruimte maar ook middelen om thuisonderwijs te volgen.

Andere scheidslijn: tweedeling tussen jong en oud. Voorheen was de pensioengerechtigde leeftijd
rond 58 jaar, maar inmiddels is dit 68 jaar.

Andere tweedeling: mensen met en zonder migratieachtergrond. Sommigen voelen zich een
buitenlander in eigen land. Sommige mensen hebben een groot probleem met hoe Nederland er
tegenwoordig uitziet. Kijk bijvoorbeeld naar de pietendiscussie. Mensen met een
migratieachtergrond voelen zich niet thuis, ook hebben ze het idee dat hun kinderen te veel worden
opgevoed volgens de normen en waarden van de Westerse economie.

Ook zijn er nog andere scheidslijnen zoals mannen/vrouwen, hoog of laag sociaaleconomische status,
wel of geen beperking.

Bij onderscheid gaat het over de objectieve/feitelijke verschillen (differentiatie). Bij scheidslijn gaat
het over de verschillen die mensen ervaren door de mate van identificatie met een groep (tot welke
groep behoor ik?) en de mate van representatie van het onderscheid tussen groepen in de media
(wordt dit overdreven?).

Van onderscheid naar scheidslijn dimensies:
1. Differentiatie (objectieve (feitelijke) verschillen?)
2. Identificatie (mate van identificatie met onderscheiden groepen) tot welke groep behoor ik?
3. Representatie (mate van representatie van onderscheid tussen groepen in de media)
• Hoe hoger een onderscheid tussen groepen ‘scoort’ op deze dimensies, hoe meer reden er is
om te spreken van een scheidslijn.

Representatie:
- Verhulling (er wordt gedaan of het probleem er niet is, er wordt geen aandacht aan besteed)
- Correspondentie (redelijk adequate weergave van verschillen tussen groepen)
- Overdeterminering (bepaalde verschillen worden benadrukt/uitvergroot om een bepaald
punt te maken)

Verzuiling in Nederland (tot 1960); er waren drie groepen (protestanten, katholieken en socialisten).
Er waren grote verschillen en er was een grote identificatie.

Het bestaan van maatschappelijke scheidslijnen is in strijd met ultieme waarden (principieel
bezwaar) maar zorgt er ook voor dat het land uit elkaar valt (negatieve consequenties).
1. Maatschappelijke scheidslijnen zijn in strijd met ultieme waarden: Deontologisch bezwaar.
- Scheidslijnen betekenen ongelijkheid
- Scheidslijnen beperken de vrijheid
Scheidslijnen betekenen ongelijkheid en beperken de vrijheid. Komt voor uit de verlichting. Hier
werd het nadenken richtinggevend, durf je eigen verstand te begrijpen. Optimistisch geloof in
vooruitgang, mensen zullen steeds meer goede kennis hebben en weten hoe de wereld in elkaar
zit. Gelijkheid en vrijheid leidt tot opvattingen van emancipatie van vrouwen; werken.
Onderscheid van groepen als ongerechtvaardigd gezien, iedereen is gelijk, iedereen is vrij.



2

, 2. Maatschappelijke scheidslijnen zorgen ervoor dat het ‘land uit elkaar valt’: Utilitaristisch
bezwaar.
- Corrosie van maatschappelijke cohesie, leidt tot:
o Verlies van solidariteit en verbondenheid
o Conflict
o Wantrouwen
Corrosie van de maatschappelijke cohesie -> toenemen van verschillen in de samenleving leidt
tot conflict, wantrouwen en verlies van solidariteit en verbondenheid. Groepen staan tegenover
elkaar. Als een samenleving uit elkaar valt is er een grote kans op conflicten en wantrouwen.

Onderwijssegregatie is een gevaar voor sociale cohesie (sociologisch perspectief) en voor gelijke
kansen (pedagogisch perspectief).

Artikel Dekker p103-129
Politiek zelfvertrouwen (political efficacy) is een combinatie van overtuigingen dat men er politiek
toe doet, men in staat is om invloed uit te oefenen en politici geneigd zijn om te luisteren.

Polarisatie vatten we op als een multidimensionaal begrip. Het manifesteert zich in ten eerste een
toenemende verdeeldheid in de hele bevolking (individuen gaan zich gemiddeld meer van elkaar
onderscheiden), ten tweede toenemende verschillen in gemiddelde posities van bevolkingsgroepen
(en meer homogeniteit binnen die groepen) en ten derde een sterker wordende samenhang tussen
politiek-culturele tegenstellingen (polarisaties als een verbreding van tegenstellingen).

Thomas-theorema: ‘als mensen denken dat situatie werkelijk is, dan heeft het werkelijke gevolgen’

Er zijn vier onderzoeksvragen geformuleerd:
1. Is er meer politiek-culturele verdeeldheid in de bevolking ontstaan?
2. Zijn politiek-culturele verschillen tussen bevolkingsgroepen groter geworden?
3. Is de samenhang van politieke voorkeuren met zelfvertrouwen sterker geworden?
4. Zijn we vaker gaan denken dat er grote tegenstellingen bestaan?

Er zijn drie politieke tegenstellingen die altijd te meten zijn: (culturele veranderingen 1970-2013)
- Pro-nivellering (al of niet gewenste inkomensnivellering) -> streven naar gelijkheid
- Antiautoritarisme (meer autoritaire of meer libertijnse (traditionele) voorkeuren)
bijvoorbeeld: man werkt en vrouw zorgt voor de kinderen. Hier zijn de grootste verschillen!
- Links-rechtszelfplaatsing

De grootste veranderingen doen zich voor bij antiautoritarisme: er is een sterke stijging van
antiautoritaire voorkeuren tot 1996, een daling tot 2004 (door groeiende steun voor sterke leiders)
en vervolgens weer een stijging. Over de gehele periode van 40 jaar neemt het gemiddelde
antiautoritarisme toe. Ook het gemiddelde politieke zelfvertrouwen stijgt. Er is een trend naar een
linksere zelfplaatsing, maar geen trend bij nivellering.

Er is bij de Nationale Kiezersonderzoeker gebleken dat er over de gehele periode een trend is naar
meer steun voor het recht op euthanasie en voor kernenergie, verder zijn er geen lineaire trends.

1.
De kortste samenvatting van ontwikkelingen in beide onderzoeken is dat er in de afgelopen decennia
geen veelomvattende politiek-culturele polarisatie is geweest in de zin van over de hele linie
toenemende tegenstellingen tussen individuele Nederlanders. Voor nivellering en euthanasie zien we
depolarisatie en voor politiek zelfvertrouwen toenemende polarisatie.



3

, 2.
Om te bepalen of de verschillen tussen bevolkingsgroepen groter worden, kijken we naar de sociaal
meest zichtbare tweedelingen man en vrouw, jong en oud, en daarnaast naar lager- en hoger-
opgeleiden en onkerkelijken en kerkelijken.
De conclusies op basis van Culturele veranderingen en Nationale Kiezersonderzoeken:
- Vrouwen zijn linkser en worden dat nog meer
- Ouderen zijn meer voor nivellering en worden dat nog meer (ook hoogopgeleiden meer pro)
- Laagopgeleiden worden rechtser (als rekening wordt gehouden met andere verschillen)
- Kerkelijken waren autoritairder en rechtser dan onkerkelijken, maar verschil werd kleiner

Het blijkt dat de verschillen tussen bevolkingsgroepen niet groter zijn geworden, met uitzondering
van de drie bovenstaande punten.

3.
Wie meer politiek zelfvertrouwen heeft, is minder pro-nivellering en duidelijk meer antiautoritair.
Samenvattend is er geen algehele versterking van de samenhang tussen inhoudelijke tegenstellingen
en tegengestelde houdingen tot de politiek. Wel wijzen beide onderzoeken erop dat nieuwe politieke
tegenstellingen (autoritair-libertijns, globaliseringskwesties) wel en oude tegenstellingen (nivellering,
euthanasie) nauwelijks of niet samenhangen met politiek zelfvertrouwen.

Wel bleek dat de samenhang van politiek zelfvertrouwen met globaliseringkwesties relatief sterk is.
Een toenemend belang van die kwesties in de politiek zou polarisatie tot gevolg hebben.

4.
De vierde en tevens laatste vraag was of we meer tegenstellingen zijn gaan zien. Op politiek gebied
(tussen politieke partijen) lijkt dat niet het geval. Maar gemiddeld wel bij de vergelijking van sociale
groepen.

De polarisatie tussen jong en oud:
Ouderen en jongeren zijn meer van elkaar gaan verschillen op het punt van de inkomensnivellering
(ouderen werden daar meer voor). Dit kan leiden tot een nieuwe scheidslijn op basis van leeftijd.

Er is weinig reden om zich zorgen te maken over een toenemende politiek-culturele polarisatie in
Nederland. Ze onderzochten polarisatie uitsluitend als kenmerk van de opgestelde opvattingen en
houdingen van individuen en niet als iets wat politiek en maatschappelijk speelt in de interactie van
burgers, in de media en in relatie tussen partijen en maatschappelijke verbanden.

Opleggers
1. Wat is de vraag/het probleem?
Het onderwerp en daarmee de vraag van dit artikel is ‘Polariseert Nederland?’
Er zijn vier onderzoeksvragen opgesteld:
1. Is er meer politiek-culturele verdeeldheid in de bevolking ontstaan?
2. Zijn politiek-culturele verschillen tussen bevolkingsgroepen groter geworden?
3. Is de samenhang van politieke voorkeuren met zelfvertrouwen sterker geworden?
4. Zijn we vaker gaan denken dat er grote tegenstellingen bestaan?

2. Op welke manier wordt er een antwoord gezocht op de vraag?
Aan de hand van enquêtes worden er antwoorden gezocht op de bovenstaande
onderzoeksvragen. Zo is er gebruik gemaakt van bevolkingsenquêtes van twee langlopende
onderzoeken; het onderzoek Progressiviteit en conservatisme uit 1970 en de daarop gebaseerde
onderzoeken: Culturele veranderingen in Nederland van 1975 tot 2012/13 en de Nationale
Kiezersonderzoeken van 1986 tot en met 2012. Het is een statistische analyse van gegevens.


4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Xannemuller. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €10,79. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

78998 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!

Récemment vu par vous


€10,79  24x  vendu
  • (2)
  Ajouter