Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting GBO Vincent Sagaert, Bernard Tilleman €15,49
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting GBO Vincent Sagaert, Bernard Tilleman

7 revues
 618 vues  25 fois vendu

Volledige samenvatting van het vak Goederen- en bijzondere overeenkomstenrecht uit de tweede bachelor rechten.

Aperçu 4 sur 191  pages

  • Oui
  • 9 janvier 2023
  • 191
  • 2022/2023
  • Resume
book image

Titre de l’ouvrage:

Auteur(s):

  • Édition:
  • ISBN:
  • Édition:
Tous les documents sur ce sujet (42)

7  revues

review-writer-avatar

Par: louisbrepoels • 23 heures de cela

review-writer-avatar

Par: gertvercauteren • 3 semaines de cela

review-writer-avatar

Par: landeraerts • 1 mois de cela

review-writer-avatar

Par: raihanezemrouni2 • 11 mois de cela

review-writer-avatar

Par: alinegoeminne • 1 année de cela

review-writer-avatar

Par: maxlambaerts • 1 année de cela

reply-writer-avatar

Par: G03G • 1 année de cela

Traduit par Google

What was wrong?

review-writer-avatar

Par: jeannicolasradikov • 1 année de cela

avatar-seller
G03G
Goederen- en bijzondere overeenkomstenrecht

DEEL I: ALGEMENE BEGRIPPEN VAN HET VERMOGENSRECHT
Hoofdstuk 1: Vermogensrechten: persoonlijke en zakelijke rechten
§1 Inleiding
Vermogensrechten worden klassiek onderverdeeld in persoonlijke rechten, zakelijke rechten en
intellectuele rechten

Belangrijke consequenties van het onderscheid tussen persoonlijke en zakelijke rechten:

- verschillende verjaringsregime: persoonlijke vordering: 10 jaar, zakelijke vordering: 30 jaar
- territoriale bevoegdheidsregeling: persoonlijke vorderingen: voor de rechter vd woonplaats vd
verweerder, zakelijke vorderingen: voor de rechter vd plaats waar het goed gelegen is
- publiciteitsmechanisme: enkel zakelijke rechten moeten bekendgemaakt worden (waardoor ze een
grotere tegenwerpelijkheid hebben: de absolute gelding vd zakelijke rechten)

§2 De klassieke leer: een scherpe tweedeling
Klassieke leer: onderscheid tussen zakelijke en persoonlijke rechten is gelegen in de inwendige structuur
van het recht: zakelijke rechten verlenen heerschappij over een goed, persoonlijke rechten geven iemand
(SE) aanspraak op een bepaalde gedraging vanwege een andere persoon (SA)

Dus: persoonlijke rechten creëren een rechtsverhouding tussen twee rechtssubjecten, zakelijke rechten
creëren een rechtsverhouding tussen een rechtssubject en een rechtsobject

MAAR: deze zienswijze is niet duidelijk: ofwel moet men de subjectieve rechten omschrijven vanuit de
afdwingbaarheid ervan tegenover derden, ofwel vanuit de relatie ervan met goederen

De klassieke leer vermengt beiden door te impliceren dat zakelijke rechten niet afdwingbaar zouden zijn
tegenover personen, en persoonlijke rechten niets met goederen te maken zouden hebben

Nochtans kunnen ook persoonlijke rechten betrekking hebben op goederen (bv huurrecht), en kunnen
zakelijke rechten rechtsverhoudingen tussen personen doen ontstaan: tegenwerpelijkheid aan derden (bv
vruchtgebruik)

§3 De leer van het personalisme
De kritiek op de klassieke leer heeft geleid tot een subjectivering van zakelijke rechten: ze worden steeds
meer gedefinieerd in termen van subject-subjectverhoudingen

Planiol = grootste verdediger van het personalisme

Personalisme: een rechtsverhouding kan enkel bestaan tussen twee rechtssubjecten, nooit tussen een
rechtssubject en een goed (men kijkt niet naar de interne verhouding, maar naar de externe verhouding)

Dus: zowel zakelijke als persoonlijke rechten creëren een rechtsband tussen twee rechtssubjecten: ook
zakelijke rechten doen een verbintenisrechtelijke band ontstaan

- persoonlijk recht: verbintenis ten laste van één debiteur (relatieve werking)
- zakelijk recht: verbintenis ten laste van iedereen om zich te onthouden van een inbreuk op het
zakelijk recht (absolute werking)
1

,MAAR: deze leer verwart de interne kenmerken (bevoegdheden) met de externe kenmerken
(tegenwerpelijkheid)

Uit het feit dat persoonlijke rechten een rechtsverhouding creëren tussen twee bepaalde personen, is
afgeleid dat persoonlijke rechten geen gevolgen hebben in de verhouding tot derden

Maar: bij sommige persoonlijke rechten is er wel derdenwerking: bv derde-medeplichtigheid aan
contractbreuk: art 1382 oud BW

Dus: het bestaan van vorderingsrechten is wel tegenstelbaar aan derden

Zakelijke rechten zijn tegenwerpelijk aan derden door het loutere vervullen van een publiciteitsmaatregel:

- bij roerende goederen: bezit van het goed
- bij onroerende goederen: hypothecaire publiciteit
- bij schuldvorderingen: kennisgeving

Persoonlijke rechten zijn enkel tegenwerpelijk aan derden die kennis hebben van het bestaan van die
rechten

§4 De leer van het neopersonalisme: het onderscheid tussen eigendom en
beperkte vermogensrechten (kwalitatieve verbintenissen)
Ginossar = belangrijkste verdediger van het neopersonalisme

Neopersonalisme: bakent de zakelijke rechten af in termen van een verbintenisrechtelijke verhouding

Volgens deze theorie is het eigendomsrecht het meest verheven recht, dat de indeling tussen zakelijke en
persoonlijke rechten overstijgt

Eigendom = elke vermogensrechtelijk toebehoren, elke onttrekking van een goed aan de collectiviteit

Alle andere zakelijke en persoonlijke rechten worden omschreven in termen van verbintenissen

- aan zakelijke rechten beantwoordt een kwalitatieve verbintenis
- aan persoonlijke rechten beantwoordt een persoonlijke verbintenis

Kwalitatieve verbintenis = de verbintenis van (meestal) de eigenaar van het goed om de beperkingen op zijn
recht te eerbiedigen, aangegaan als eigenaar van het goed waarop het zakelijke recht betrekking heeft

Beperkt zakelijk recht = een bundeling van bevoegdheden die door de eigenaar moeten worden
geëerbiedigd omwille van zijn hoedanigheid van eigenaar

Een rechtsopvolger onder bijzondere titel (bv bij verkoop) verkrijgt de hoedanigheid van SA omdat hij de
hoedanigheid van eigenaar overneemt

Persoonlijke rechten gaan in beginsel niet over op de rechtsopvolger onder bijzondere titel

Door de relativiteit vd contracten gaan persoonlijke rechten enkel over op algemene rechtsopvolgers en
rechtsopvolgers onder algemene titel

MAAR: deze theorie wordt bekritiseerd omdat zij het eigendomsrecht wou uitbreiden tot alle
vermogensrechten: daardoor zou het eigendomsrecht zijn eigenheid verliezen

§5 De keuze vd wetgever: het numerus clausus-beginsel als formeel
afbakeningsmechanisme
1. Het numerus clausus-beginsel bij zakelijke rechten
2

,Vermogensrechten kunnen slechts zakelijke rechten zijn voor zover de wet ze als zakelijk recht erkent

Het goederenrecht laat niet toe dat partijen nieuwe, onbenoemde zakelijke rechten tot stand brengen

Het numerus clausus-beginsel maakt een louter formele afbakening tussen zakelijke en persoonlijke
rechten, waardoor de theoretische en inhoudelijke discussies over de afgrenzing irrelevant worden

Artikel 3.3 BW: het numerus clausus-beginsel krijgt twee dimensies:

- externe dimensie: partijen kunnen geen andere zakelijke rechten vestigen dan deze die door de
wetgever als zakelijke rechten zijn benoemd
- interne dimensie: partijen moeten bij de vestiging vd zakelijke rechten de wezenskenmerken vd
betrokken zakelijke rechten eerbiedigen (die in de definities van Boek 3 staan)

Artikel 3.3 BW onderscheidt vier categorieën:

- eigendomsrecht
- mede-eigendom
- zakelijke gebruiksrechten (ZG)
- zakelijke zekerheden (ZZ)

Zakelijke gebruiksrechten = zakelijke rechten die de titularis ervan een gebruiks- en genotsrecht verlenen
m.b.t. een welbepaald goed (bv erfdienstbaarheid, vruchtgebruik, erfpacht, opstal)

Zakelijke zekerheidsrechten = zakelijke rechten die hoofdzakelijk tot doel hebben de nakoming van een
schuldvordering te voldoen: verlenen de titularis enkel het recht om als eerste uitbetaald te worden uit de
opbrengst van het goed waarop ze betrekking hebben (bv retentierecht, pand, hypotheek)

Ook het eigendomsrecht krijgt tegenwoordig vaak de finaliteit van een ZZ, doordat het steeds vaker tot
doel heeft een schuldvordering te waarborgen: fiduciaire eigendom tot zekerheid

Het gesloten stelsel van zakelijke rechten heeft als gevolg dat de wilsautonomie geacht werd niet te spelen
bij zakelijke rechten

MAAR: dat is in de 20e E veranderd: wilsautonomie heeft meer ruimte gekregen, ook bij zakelijke rechten

Artikel 3.1 BW bepaalt eigenlijk dat Boek 3 aanvullend recht is, met twee uitzonderingen:

- bepalingen van dwingend recht (“niet tegenstaande enig andersluidend beding”)
- definities: bevatten de kernelementen van het zakelijk recht

2. Wilsautonomie bij persoonlijke rechten
Het numerus clausus-beginsel uit het goederenrecht staat in sterk contrast met het beginsel vd
wilsautonomie uit het verbintenissenrecht

In principe zijn contractpartijen vrij om de inhoud van een persoonlijk recht zelf te bepalen in de mate dat
ze hierbij niet ingaan tegen regels van O.O. of dwingend recht

Ze kunnen dus ook onbenoemde en gemengde overeenkomsten sluiten

Benoemde contracten: koop, huur, aanneming, lening, alle contracten tot overdracht/vestiging van een
zakelijk recht

Dit wettelijke kader is nochtans grotendeels suppletief recht

Onbenoemde contracten hebben geen wettelijke regeling (bv factoring, leasing)


3

, Gemengde contracten bevatten elementen van meerdere benoemde contracten (bv reiscontract tussen
toerist en reisbureau: aanneming (vervoer, rondleidingen), lastgeving (reserveren hotelkamers),
bewaargeving (bagage) …)

Absorptietheorie toe: naast het algemeen verbintenissenrecht zijn de regels van het meest dominante
contracttype van toepassing

Artikel 5.67 BW: distributieve/cumulatieve toepassing van regels: elke operatie (contractdeel) is in beginsel
aan de eigen regels onderworpen

De absorptietheorie is echter toch van toepassing wanneer een contract in bijkomstige orde bedingen
omvat die behoren tot een categorie die verschilt van degene waartoe het contract in hoofdorde behoort

Het volledige contract wordt dan, met de nodige aanpassingen, aan het regime van het hoofdbeding
onderworpen (bv de levering van een standaardkeuken met bijkomende installatie, wordt als verkoop
beschouwd)

Partijen kunnen echter wel een sui generis-regeling bedingen, waardoor de cumulatie- als de
absorptietheorie dan niet van toepassing is

3. Gesloten stelsel versus open stelsel
Partijen kunnen dus geen sui generis-contracten sluiten bij contracten tot vestiging van een zakelijk recht

De vrije wil vd partijen speelt in het goederenrecht echter wel een rol: de partijen hebben de vrijheid om
naar eigen goeddunken invulling aan hun zakelijk recht te geven, voor zover ze de wezenlijke kenmerken
van het zakelijk recht eerbiedigen (art 3.1 BW)

Hoofdstuk 2: Bijzondere kenmerken van zakelijke rechten
Zakelijke rechten hebben drie kenmerken:

- bescherming tegen insolvabiliteit
- volgrecht (= kwalitatieve karakter van een verbintenis)
- bescherming van het voorwerp van het zakelijk recht

§1 Bescherming tegen insolvabiliteit (accessoire zakelijke rechten)
Artikel 3.5 BW bepaalt dat zakelijke rechten zijn uitgerust met een ‘recht van voorrang’: ze worden niet
aangetast door de samenloop die ontstaat in geval van insolvabiliteit van degene die het goed onder zich
heeft

Artikel 3.4 BW bepaalt dat om de rangorde te bepalen tussen de zakelijke rechten van dezelfde aard op
eenzelfde goed, het anterioriteitsbeginsel moet worden toegepast:

- bij een roerend goed: een evenredige verdeling
- bij een onroerend goed: een rangregeling

Persoonlijke rechten zijn wel onderworpen aan de regel van gelijkheid van SE’s: de persoonlijk gerechtigde
loopt dus wel het risico van insolvabiliteit van zijn SA

De term ‘recht van voorrang’ beantwoordt echter niet aan de realiteit: de bescherming tegen insolvabiliteit
is niet te verklaren doordat de SE een recht van voorrang heeft in de samenloop, maar wel door het feit dat
het zakelijk recht geen deel uitmaakt van het vermogen dat aan samenloop onderworpen is

Zakelijke rechten blijven dus buiten de boedel

4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur G03G. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €15,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

53068 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€15,49  25x  vendu
  • (7)
Ajouter au panier
Ajouté