Ontwikkeling stimuleren
EXAMEN JANUARI
,
,Observeren, registreren, interpreteren en rapporteren
1 Observeren
= basisvaardigheid lkr
In dagelijks leven en professioneel leven (doelbewust en doelgericht observeren om
maximale ontwikkelingskansen mogelijk te maken)
1.1 Wat is observeren?
o Waarnemen = zien
constant: bewust of onbewust (= selectieve waarneming - gorilla), via
zintuigen, beïnvloed door gevoelens, ervaringen en verwachtingen
o Observeren = kijken = “het systematisch en doelgericht waarnemen en registreren
van gedragingen, gebeurtenissen en interacties”
professioneel observeren:
o Doelgericht
o Doelbewust
o Planmatig
o Systematisch
1.2 Het belang van observeren
Middel om iemand beter te leren kennen, om een bepaalde problematiek verder te onderzoeken
en vb de achtergrond van gedrag te duiden, om de leervraag te verhelderen, om je
eigen handelen te toetsen,…
1.3 Doelbewust en planmatig observeren
- Er zijn veel verschillende aspecten te observeren kies op voorhand + een doel
hebben
- In de klas: observatie niet alleen om problemen op te merken,
maar constante observatie! om te weten te komen of
lln doelstellingen behalen a.d.h.v. de beginsituatie
= van essentieel belang om uitdagend onderwijs te
kunnen organiseren
o Beginsituatie = basis voor het selecteren van je leerplandoelen en kerendoelen
o Ontwikkelingsniveau op verschillende ontwikkelingsdomeinen
o Voorkennis
o Specifieke leerstoornissen
o Leer- of denkstijl
o …
- Zo objectief en nauwkeurig mogelijk
1.4 Soorten observaties
1.4.1 Open/ongestructureerde observaties: waarnemen, spontane of dagelijkse observaties
Bewust, gepland, gewild observeren met de bedoeling gegevens te verzamelen die je
informatie kan opleveren over de lln.
- Gewone gedragingen/gebeurtenissen, spontane reacties op gedag, in algemeenheid
bekeken
- Elementen (+/-) belangrijk voor opvolging noteren
- Observatie-instrumenten
“breed observeren” op verschillende momenten en plaatsen, op verschillende
manieren, door verschillende personen en verschillende gedragingen bekijken
- bewust zijn van valkuilen (vooroordelen + interpretaties)
o Gedragsobservatie => om je begeleiding of communicatie doelgericht in te zetten
(verbaal en non-verbaal)
2
, - Essentiële attitudes: luisteren, empathie, afstand bewaren, mondelinge en schriftelijke
vaardigheden,…
1.4.2 Systematische/gestructureerde/gesloten observaties
= observaties waarbij duidelijke afspraken gemaakt werden omtrent tijd, plaats, situaties
waarin geobserveerd wordt
Meer en preciezer materiaal verzamelen
1.4.3 Participerende observaties versus niet-participerende observaties
- meestal niet-participerende observaties = observator neemt niet deel aan de activiteit
- participerende observaties = observator neemt deel aan de situatie (kan invloed
hebben)
Verschillen
Participerend Niet-participerend
Vooral kwalitatief Kwantitatief
Registratie indirect (achteraf) + direct Direct
(films en audio)
Meer interpretatief Streven naar objectiviteit
Meestal 1 observator Meerdere observatoren
Beschrijvend Beschrijvend + toetsend
Onderzoeker + observator = 1 persoon Observator + onderzoeker = verschillend
Vraagstelling + design flexibel Vraagstelling + design liggen vast
Observatieduur ongepland Observatieduur gepland + beperkt
Meerdere plaatsen van observatie 1-2 plaatsen van observatie
1.4.4 Zelfobservatie
= “helicopterview” = jezelf vanop een afstand bekijken
- gevolgd door zelfreflectie (eigen praktijk bijsturen en verbeteren)
1.5 Observatiebias = vooroordeel
= storing die optreedt tijdens observatie
- “objectiviteit” niet realiseerbaar bewust zijn daarvan = meer objectiviteit, relevante
informatie meegeven
Valkuilen tijdens de observatiefase:
o Aandacht: enkel waar men het wil aan geven
o Selectie: gebruikt niet alle zintuigen
o Perceptie: eigen associaties/herinneringen
o Plaats: omgeving => invloed
o Tijd: => invloed op observator en geobserveerde
o Vooraf: wat je er net voor ziet als gedrag beïnvloedt je
o Persoonlijke omstandigheden: gesteldheid => invloed; vb vermoeidheid,
slecht gemoed
2 Registreren
= vastleggen van observaties (zo objectief mogelijk)
≠ gedrag interpreten
2.1 Ongestructureerde registratie
Vrije registratie; vb dagrapportage
- nadeel = meer subjectiviteit, van belang om info toe te voegen over mogelijke
beïnvloedende factoren (plaats, uur, aanwezige personen,…)
2.2 Gestructureerde registratie
3