Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting inleiding vermogensrecht 2022/2023 8.1 gehaald €7,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting inleiding vermogensrecht 2022/2023 8.1 gehaald

1 vérifier
 180 vues  20 achats
  • Cours
  • Établissement
  • Book

In deze samenvatting staan alle belangrijke onderdelen voor het eerste tentamen van inleiding vermogensrecht, duidelijk uitgewerkt. Ook staan de 7 belangrijke arresten voor het tentamen onder aan de samenvatting uitgelegd.

Aperçu 3 sur 18  pages

  • Non
  • 2/3/4/5/6/9
  • 11 janvier 2023
  • 18
  • 2022/2023
  • Resume

1  vérifier

review-writer-avatar

Par: mabelsmeets • 8 mois de cela

avatar-seller
Vermogensrecht

2.1 – Vermogen
Een vermogen wordt gevormd door de bezittingen en de schulden die een persoon op dat moment
heeft: de activa en de passiva. Een vermogen is op geld waardeerbaar. De wet geeft geen definitie
van het begrip vermogen, maar wel van het begrip goederen art. 3:1 BW. Goederen zijn:
- Alle zaken (stoffelijke voorwerpen), zoals een huis, auto of laptop.
- Alle (subjectieve) vermogensrechten, zoals het recht op betalingen van de koopsom of het
hypotheekrecht op een bedrijfspand.
Rechtsverhoudingen die betrekking hebben op goederen zijn geregeld in boek 3 BW en
rechtsverhoudingen die betrekking hebben op zaken zijn geregeld in boek 5 BW. Eigendomsrecht is
dus een recht dat alleen betrekking heeft op zaken, want je bent bijvoorbeeld eigenaar van een fiets
of huis.

2.1.1 – Zaken
Zaken zijn de voor menselijke beheersing vatbare stoffelijke voorwerpen, zoals een huis, boot, pen
en een stoel. Zaken zijn onroerend of roerend art. 3:3 BW. Onroerend zijn de grond en alles wat erop
is gebouwd, is geplant of erin zit. Dit gaat dus over huizen, bomen, planten, tuinen etc, maar ook
alles wat duurzaam met de grond is verenigd of met de gebouwen die erop staan. Zo is de centrale
verwarming in een huis onroerend. Ook een woonwagen is onroerend, doordat het naar aard en
inrichting bestemd is on duurzaam ter plaatse te blijven (portacabin arrest) art. 3:3 lid 2 BW. Een
zaak bestaat uit verschillende onderdelen, zo bestaat een auto uit een motor, stuur, wielen etc. dit
zijn bestanddelen. Wordt de hoofdzaak overgedragen (dus de auto), dan worden de bestanddelen
(de wielen, stuur, motor etc) ook overgedragen. Tot een zaak behoort:
- Al datgene wat volgens de verkeersopvatting een onderdeel van een zaak uitmaakt;
- Datgene wat zo hecht met de hoofdzaak is verbonden dat het niet zonder beschadiging kan
worden verwijderd.
Zo zal de zaak ‘fabrieksgebouw’ ook de verwarmings-, elektrische en lichtinstallaties, deuren,
raamkozijnen etc bevatten. De onderdelen vormen een geheel met de hoofdzaak omdat de zaken bij
elkaar horen op grond van verkeersopvatting, of omdat ze zo hecht zijn verbonden met elkaar dat ze
niet zonder beschadiging uit elkaar kunnen worden gehaald. Dit noemen we eenheidsbeginsel. Het
verschijnsel dat een bepaalde zaak een geheel gaat vormen met een andere zaak noemen we
natrekking.

2.1.2 – Vermogensrechten
Vermogensrechten zijn de rechten die:
- Overdraagbaar zijn;
- Ertoe strekken de rechthebbende stoffelijk voordeel te verschaffen;
- Verkregen zijn in ruil voor verstrekt of in het vooruitzicht gesteld stoffelijk voordeel art. 3:6
BW.
Het eigendomsrecht van een huis kan iemand overdragen aan iemand anders, het is daarom een
vermogensrecht. Ook kan iemand zijn recht op een levering van een huis – wat een vorderingsrecht
is – overdragen aan iemand anders. Dat is weer anders met een lidmaatschap, omdat dat een
persoonlijk recht is, hierdoor kan een lidmaatschap niet worden overgedragen en is het dus geen
vermogensrecht.

2.2 – Registergoederen en niet-registergoederen
Goederen kunnen worden onderscheiden in registergoederen en niet-registergoederen.
Registergoederen zijn goederen waarvoor een inschrijving in de daartoe bestemde openbare
registers noodzakelijk is om gevestigd of overgedragen te kunnen worden art. 3:10 BW. Het voordeel

,van inschrijven in registers is dat iedereen die registers kan raadplegen als hij wil weten wie er
bijvoorbeeld eigenaar is van een bepaald stuk grond. Registergoederen zijn:
- Alle onroerende zaken art. 3:89 BW.
- Sommige roerende zaken, zoals schepen en luchtvaartuigen.
- Sommige vermogensrechten, zoals erfpachtrecht art. 5:85 BW.
Alle andere (hier niet genoemde) goederen zijn dus niet-registergoederen. Zoals laptops, auto’s en
stoelen.

2.3 – Onderscheid van vermogensrechten
Vermogensrechten worden onderscheiden in:
- Absolute en relatieve rechten
- Zakelijke en persoonlijke rechten

2.3.1 – Absolute en relatieve rechten
Absolute rechten zijn rechten die je tegenover iedereen kan handhaven. Absolute rechten rusten op
goederen (zaken en vermogensrechten). De absolute rechten die op zaken rusten noemen we
zakelijke rechten. Eigendomsrecht is een absoluut recht, erfpacht ook want erfpacht geeft iemand
anders het gebruiksrecht van de grond van een ander art. 5:85 BW. Absolute rechten kunnen ook
rusten op zogenoemde voortbrengselen van de geest, zoals auteursrecht of merkenrecht. Deze
rechten worden absolute niet-zakelijke rechten genoemd. Absolute rechten hebben 3 kenmerken:
1. Exclusiviteit (zoals de eigenaar van een huis mag beslissen dat niemand anders gebruik mag
maken van zijn huis)
2. Zaaksgevolg of droit de suite (het eigendomsrecht volgt de zaak, als je auto wordt gestolen
blijf je eigenaar van jouw auto en dan is de dief geen eigenaar geworden)
3. Gesloten systeem (er zijn niet meer zakelijke rechten dan in de wet opgenomen)
Relatieve rechten kan een rechtssubject slechts tegenover 1 persoon – zijn wederpartij – uitoefenen.
Relatieve rechten worden ook wel persoonlijke rechten genoemd. Zoals het recht van de koper op
levering van wat hij heeft gekocht. Een relatief recht ontstaat vanuit een verbintenis. Verbintenissen
ontstaan door bijvoorbeeld overeenkomsten. Relatieve of persoonlijke rechten worden
vorderingsrechten genoemd.

2.3.2 – Zakelijke en persoonlijke rechten
Een zakelijk recht is een absoluut recht op een zaak, zoals eigendomsrecht van een schip of garage,
of het hypotheekrecht op een huis. Een persoonlijk recht is een recht dat iemand kan handhaven
tegenover een bepaald persoon.

2.3.3 – Beperkte rechten
Een beperkt recht is evenals het eigendomsrecht een absoluut vermogensrecht. Beperkte rechten
geven slechts recht op een gedeelte van een zaak: genot of zekerheid. De beperkte rechten die genot
van een goed geven, worden genotsrechten genoemd. Er zijn ook beperkte rechten die dienen tot
zekerheid voor de voldoening van een bepaalde vordering, meestal is dat een geldlening. Dit worden
zekerheidsrechten genoemd. Er zijn dus twee soorten beperkte rechten:
1. Genots- of gebruiksrechten (vruchtgebruik art. 3:201 BW, erfdienstbaarheid art. 5:70 BW en
appartementsrechten art 5:106 BW).
2. Zekerheidsrechten (pand en hypotheek art. 3:227 BW).
Afhankelijk recht is een recht dat zodanig aan een ander recht verbonden is dat het niet zonder dat
andere recht kan bestaan art. 3:7 BW. Bijvoorbeeld: als een bank een ondernemer geld leent, wil de
bank er zeker van zijn dat zij het geleende bedrag terugkrijgt. Om de kans daarop te vergroten kan de
bank kiezen voor 2 soorten afhankelijk recht:
1. Persoonlijke zekerheid (de schuldeiser (de bank) kan naast de schuldenaar (ondernemer) nog
iemand anders aanspreken tot nakoming van een vordering, dit kan via borg en hoofdelijk
dan is er een tweede schuldenaar die de gehele prestatie moet verrichten).

, 2. Goederenrechtelijke zekerheid (de schuldeiser heeft voorrang boven andere schuldeisers op
de opbrengst van een bepaald goed).

Pand en hypotheekrecht en borgtocht zijn daarnaast nog afhankelijke rechten. De borg is afhankelijk
van de verbintenis van de hoofdschuldenaar. Een afhankelijk recht gaat automatisch mee naar een
nieuwe rechthebbende art. 3:82 BW.

2.4.1 – Botsing van twee beperkte rechten
Er kunnen twee beperkte rechten heersen op dezelfde zaak. Dan gaat het oudste recht (het recht
wat als eerste is ingeschreven bij de registers) altijd voor, dit noemen we het prioriteitsbeginsel. Bij
niet-registergoederen wordt de rangorde bepaald door het tijdstip van de vesteging van het beperkte
recht.

3.1 – Verkrijging onder algemene titel en onder bijzondere titel
Rechtssubjecten kunnen goederen onder algemene titel en onder bijzondere titel verkrijgen art. 3:80
lid 1 BW. Verkrijging onder algemene titel betekent dat je iemand anders opvolgt in een geheel
vermogen of een evenredig deel van een vermogen, dus zowel in de rechten als in de plichten.
Kortom: je krijgt de lusten en de lasten, zoals een erfenis (je krijgt de winst maar ook de schulden). Bij
verkrijging onder bijzondere titel volg je iemand anders op in de rechten op een bepaald
vermogensbestanddeel. De wet noemt de volgende voorbeelden van verkrijgen onder bijzondere
titel art. 3:80 lid 3 BW:
- Overdracht: dit is de bekendste verkrijging van goederen
- Verjaring: door tijdsverloop krijgt iemand bepaalde goederen
- Onteigening: hier eist de centrale of lokale overheid de overdracht van een bepaald stuk
grond met toebehoren in het algemeen belang. Redenen kan zijn als de gemeente een
bestemmingsplan wil realiseren.
- Overige wijzen: deze staan opgesomd in art. 3:80 lid 3, ze moeten hierbij staan
Inbezitneming van een goed gebeurt door je daarover de feitelijke macht de verschaffen, tenzij het
goed in het bezit van een ander is art. 3:113 BW.

3.2 – Vereisten voor een geldige overdracht
Voor een overdracht van een goed stelt de wet 3 eisen:
1. Een (rechts)geldige titel (vaak een koopovereenkomst)
2. Beschikkingsbevoegdheid
3. Levering art. 3:84 BW
Aan de 3 vereisten moet cumulatief worden voldaan.

3.2.1 - Geldige titel
Een titel is een rechtsgrond die tot levering verplicht is. De 4 rechtsgronden die tot levering verplicht
zijn:
1. Een meerzijdige rechtshandeling (koop, ruil of schenkingsovereenkomst)
2. Een eenzijdige rechtshandeling (legaal, dat is een testamentaire making waardoor de
begunstigde onder bijzondere titel een bepaald erfstuk of een bepaalde geldsom uit de
nalatenschap verkrijgt)
3. Andere handelingen (denk aan de rechtmatige daad zoals onverschuldigde betaling)
4. Ongedaanmakingsverbintenissen (verbintenissen tot ongedaan making van een bepaalde
prestatie)
Vernietiging heeft terugwerkende kracht art. 3:53 lid 1 BW. De terugwerkende kracht heeft tot
gevolg dat de koopovereenkomst achteraf geacht wordt nooit bestaan te hebben. Doordat de
overeenkomst wordt vernietigd, heeft de geldige titel ook nooit bestaan. Een rechtshandeling is
nietig wegens in strijdt met de wet, de openbare orde of de goede zeden, wegens schending van
vormschriften of wegens handelingsonbevoegdheid art. 3:39, 40 en 43 BW. Een rechtshandeling is

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur noaterhorst. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

73314 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€7,49  20x  vendu
  • (1)
  Ajouter