Met deze samenvatting heb ik een 8.7 gehaald. Ik heb alles in overzichtelijke lijstjes gezet en alle begrippen dik gedrukt. Zo kun je rechtstreeks vanuit de samenvatting leren.
Oefentoets Mens & Gedrag 2 (Levensfasen & inleiding in de pedagogiek) – boek ‘’Levensfasen’’ (4e druk)
Samenvatting psychologie, levensfasen
Gehele Samenvatting Levensfasen Maryke Tieleman 5e druk
Tout pour ce livre (105)
École, étude et sujet
Hogeschool Windesheim (HW)
HBO Social Work
Mens & Gedrag 1
Tous les documents sur ce sujet (39)
Vendeur
S'abonner
noravandebunt
Avis reçus
Aperçu du contenu
Samenvatting Levensfasen
Hoofdstuk 1: de prenatale periode
Prenataal, voor geboorte, postnataal na geboorte
1.1: DE LICHAMELIJKE ONTWIKKELING
Ontogenese: de ontwikkeling van het specifieke individu, belang, interactie omgeving (met
moeder)
Fylogenese: de ontwikkeling van het soort, belang, de erfelijkheid.
De prenatale ontwikkeling van de mens is afhankelijk van drie belangrijke factoren:
- Groei: toename van cellen en toename in gewicht. Dit is vooral erfelijk bepaald.
Omgeving speelt beperkte rol (voeding)
- Rijping: dit heeft te maken met het in staat zijn nieuwe functies te vervullen en is een
lichamelijk en fysiologisch proces. De rijping wordt vooral beïnvloedt door erfelijke
factoren en proces staat op zichzelf. De rijping kan in de prenatale periode wel negatief
beïnvloed wordt door omgevingsfactoren (roken).
- Leren: het leren wordt negatief beïnvloed door omgeving bijvoorbeeld gebruik van
drugs of alcohol. Dit komt niet door te kort aan intelligentie, maar door de rijping van
het zenuwstelsel.
De menselijke biologische ontwikkeling begint bij conceptie, bevruchting.
In de prenatale fase onderscheiden we drie belangrijke trimester:
- Embryonale fase (het eerste trimester) 0 tot 3 maanden
Germinale fase: Dit zijn de eerste twee weken van het eerste trimester. Hierin vindt innesteling
plaats van de bevruchte eicel (zygote) in de baarmoeder.
Volgende zes weken: hierin ontwikkelen zicht het centrale zenuwstelsel, de ogen, het hart, de
oren, de tanden, het gehemelte en de externe genitaliën. Vanaf de derde week van de
zwangerschap begint het brein zich te vormen.
Na 12 weken spreek je van een foetus.
- Tweede trimester, 3 tot 7 maanden.
Hierin gaat de foetus allemaal bewegingen maken, buigen, strekken, kruipen/klimmen. In deze
maanden ontwikkelen zich de meeste reflexen. Deze geven onder andere informatie over het
functioneren van de hersenen. Na de vijfde maand zijn bijna alle hersencellen gemaakt, nemen
de bewegingen weer af en worden meer ingewikkelde functies ontwikkeld, zoals zintuigen.
- Derde trimester, 7 tot geboorte
Dit trimester kenmerkt zich door de snelle gewichtstoename van de foetus. De foetus bereidt
zicht voor op de bevalling, neemt vastere positie aan De laatste maanden kan de foetus externe
prikkels onderscheiden, zoals hoge tonen en licht en donker. Daarnaast kan hij al smaken
onderscheiden.
,1.2: DE ONTWIKKELING VAN REFLEXEN
Reflexen zijn onbewuste automatische fysiologische reacties op prikkels. Reflexen komen voort
uit het natuurlijke instinct. Reflexen hebben de volgende kenmerken.
- Onwillekeurige bewegingen als reactie op een prikkel. Dit zijn de eerste bewegingen die
een mens kan maken naast het kloppen van het hart.
- Reflexen geven informatie over het functioneren van het centrale zenuwstelsel.
- Reflexen worden bestudeerd door de hersenstam. Een aantal reflexen verdwijnt weer,
omdat ze anders doelgerichte bewegingen kunnen verstoren.
Een ongeboren kind kent acht reflexen die tot stand komen in de baarmoeder:
- Uterine withdrawal reflex: terugtrekken van het lichaam bij prikkelen van de tenen.
- De Mororereflex: de vingers openen en de armen en benen spreiden bij schrik.
Vervolgens komen de armen naar voren alsof een kind iemand wil omhelzen. De mond
wordt daarbij geopend en gesloten en vaak begint de baby te huilen.
- De Babinskyreflex: bij het naar achteren strijken van een voorwerp over de voetzool
trekt de grote teen zich op en spreiden de andere tenen.
- De Palma reflex/ De grijpreflex: de vingers sluiten zich stevig bij aanraking van de
handpalm.
- Asymmetrische tonische nekreflex: als het hoofd een kant op buigt, zal de arm en het
been van diezelfde kant strekken.
- De spinal galant reflex: bij stimulatie van de buik of de rug roteert of buigt het
ruggenmergkanaal 45 graden naar de gestimuleerde kant.
- Rootingreflex/ Suckingreflex: bij lichte aanraking van de wang of mondrand gaat de
mond open met een uitgestoken tong als anticipatie op het zuigen.
- De tonische labyrinthine reflex forwards: bij het bewegen van het hoofd voor- en
achterwaarts buigt het hoofd boven en onder het niveau van de ruggengraat door.
1.3: VISIES OP HET PRENATALE BEWUSTZIJN
In het westen bestaan de volgende visies op het prenatale bewustzijn:
- De leer theoretische of behavioristische visie: de mens is een onbeschreven blad en
wordt bepaald door leerervaringen. De mens is voor de geboorte al geconditioneerd
door de prenatale ervaringen. Dit verklaart de ene mens rustiger of angstiger is na de
geboorte dan de ander.
- De biologische visie: interne of erfelijke factoren bepalen de mens. Het is niet
aannemelijk dat er sprake is van een prenataal bewustzijn, hoewel bepaalde reacties op
die factoren wel geregistreerd kunnen worden. Deze reacties kunnen als onbewust
kunnen worden beschouwd.
- De omgevingspsychologische visie: de mens wordt bepaald door een wisselwerking
tussen de sociale en ruimtelijke/materiële omgeving. Lage hartslag zou kunnen duiden
op een lage vorm van besef. (Slechte lucht inademen à invloed op kind)
- De cognitivistische visie: informatieverwerking en zelfsturing van de mens zijn bepalend.
Bewustzijn wordt gekoppeld aan het vormen van geheugen. Voor de geboorte is er nog
geen sprake van bewuste geheugenvorming en van geheugenstrategieën.
, - De psychoanalytische visie: de biologische aanleg en opvoedingservaringen in de eerste
levensjaren zijn bepalend voor de persoonlijkheid en ontwikkeling. Er is wel sprake van
besef in de baarmoeder, maar dit wordt later weer vergeten of opgeslagen in het
onbewuste.
- De humanistische visie: individuele belevingen, ruimte voor noodzakelijke
zelfontplooiing en de eigenverantwoordelijkheid zijn bepalend. Het is een combinatie
van de psychoanalyse en het behaviorisme. Hoe haal je je talenten naar boven. (rogers
driehoek)
- De bio-ecologische visie: naarmate het kind meer in aanraking komt van invloeden van
buiten, geeft de zelfbewuste vorm aan zijn of haar ontwikkeling.
Definitie van bewustzijn volgens:
- Gazzaniga: bewustzijn is zelfbewustzijn. Hoe voel ik dat ik zelf ben.
- Van Vroon: relatie tussen taal en bewustzijn. Een aanwijzing hiervoor is dat mensen
zelden iets weten te herinneren van de periode voor ze konden spreken. Dit zou
betekenen dat er in de baarmoeder geen enkele vorm van bewustzijn is.
- Eccles: bewustzijn is iets onstoffelijks dat gescheiden is van onze biologische ik. Het
bepaalt welke zenuwcellen signalen afgeven.
1.4: DE OMGEVING VAN HET EMBRYO EN DE FOETUS
Teratogenenfactoren: middelen van buiten dien invloed hebben op de prenatale ontwikkeling.
Ze kunnen leiden tot vertraagde groei, gedrags- en functiestoornissen en de dood.
Voorbeelden:
- Alcohol- en drugsgebruik, lager geboortegewicht, minder alert, FAS, stoppen met
ademen, SID (wiegendood), ogen staan wijd uiteen, geestelijke groeiachterstand, kleine
hersenen, microcefalie.
- Medicijngebruik, lichamelijke afwijkingen, die kinderen hebben minder kans om
zwanger te raken, meer kans op miskramen, vroeggeboorte en baarmoederhalskanker
- Ondervoeding, neurologische afwijkingen
- Chemicaliën en stralingsgevaar, afwijkingen, meer kans op vergiftiging
- Ongelukken, vroeggeboorte en beschadiging foetus
- Te kleine placenta, verminderde toevoer zuurstof en voedingstoffen
- Infectieziekten afwijkingen, geestelijke achterstand in ontwikkeling, blindheid en
doofheid.
- Psychische ziekten, kan erfelijk zijn
- Zware stress, meer bewegen in slaap en kortere periodes van diepe slaap.
- De leeftijd van aanstaande ouders, jonger dan 17 meer kans op vroeggeboorte en
doodgeboren kind en lichtverhoogde kans op psychische ziekten. Bij hoge leeftijd meer
kans op downsyndroom. Bij oudere vaders is de kans hoger op schizofrenie, manische
depressiviteit autisme en lichtere baby’s en afwijkingen.
Bottom-up ontwikkeling, ontwikkeling moet op deze volgorde anders lukt het niet (bijv. huis
bouwen)
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur noravandebunt. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.