Een complete samenvatting voor het vak Inleiding Communicatiewetenschap (ICW) aan de Universiteit van Amsterdam (UvA) voor beide deeltentamens. Dit document bevat alle hoorcolleges gegeven in het vak inleiding Communicatiewetenschap en (deels) literatuur uit het boek van Griffins & Sparks. Dit is a...
Communicatie Model:
Zender: Boodschap Ontvanger
Productie Inhoud Gebruik
Distributie Interpretatie
Effecten --> op individu en maatschappij
Wat is theorie?
‘’ … a theory consists of a set of systematic, informed hunches about the way
things work’’
Set of hunches: Ideeën over een verklaring
Informed: Rekening houdend met wat al bekend is
Systematic: Specificatie van relaties tussen begrippen: hoe preciezer hoe
beter – causale verbanden (A --> B)
Toetsbare voorspellingen: hoe kun je dit onderzoeken? En operationaliseren in
ideeën?
Wat doet een theorie? – metaforen
Net
Theories as nets: we hebben theorien nodig om ‘de wereld’ te begrijpen
• Waarom werken dingen?
Lens
Theories as lenses: theories beinvloeden hoe we bepaalde dingen zien, ze leggen
nadruk op bepaalde aspecten (waardoor andere uit zicht worden gelaten)
• Hoe werkt iets precies?
• Waarom gaan sommige video’s op youtube viral en andere niet?
Map
Theories as maps: we hebben theorien nodig om ons te leiden: laten zien hoe dingen
werken en hoe dingen aan elkaar gerelateerd zijn (nodig om dingen te begrijpen)
Wat is Communicatie?
‘’Communicatie is het relationele proces of creating and interpreting messages that
elict a response’’
- Berichten (krantenberichten, TV-berichten, sociale media)
- Creëren van berichten (journalisten)
- Interpretatie van berichten (krant word gelezen)
- Relationele processen
- Berichten dat tot een reactie leiden
Communicatiemodellen
1. Transmissiemodel: je ziet iets, je neemt het over
o Communicatie als een proces van het overbrengen van boodschappen
o Boodschap wordt bepaald door de zender
o Ontvanger verwerkt deze boodschap zoals bedoeld is door zender
, ▪ Bijvoorbeeld: COVID – op tv zien we maatregelen en we nemen
de maatregelen over, hoorcollege nemen we over
2. Expressieve model: gedeelde beleving (groep)
o Communicatie als representatie van gedeelde overtuigingen binnen
een maatschappij / groep (gedeelde ervaring op de beleving)
o Nadruk ligt op uitvoering van de boodschap (zender)
o Nadruk bij de ontvanger ligt op de beleving (/gedeelde ervaring) van de
boodschap
Boodschap wordt verstuurd vanuit 1 persoon en er is een gedeelde beleving
/ervaring
▪ Bijvoorbeeld: een concert, hoorcollege, kunst
3. Publiciteitsmodel:
o Communicatie als middel voor het grijpen en behouden van aandacht
o Competitie tussen zenders om aandacht van publiek. Aandacht zelf is
belangrijker dan kwaliteit van aandacht.
Publiek is meer een toeschouwer
o Ontvanger is toeschouwer en niet zozeer deelnemer
▪ Bijvoorbeeld: reclame, hoe trek ik de aandacht?
4. Receptiemodel:
o Communicatie als multi-interpretabel: door (o.a. sociale en culturele)
verschillen tussen ontvangers kan eenzelfde boodschap meerdere
betekenissen krijgen
o Zender stuurt een boodschap met een bepaalde bedoeling / betekenis
o … maar ontvanger kan deze op een andere manier ‘lezen’ dan de
bedoeling was
Weten: wat staat centraal in de verschillende modellen
Vier modellen van het massacommunicatieproces vergeleken
Construction of meaning: andere mening aan geeft
• Er kunnen verschillende modellen overlap hebben (vooral 1 & 2)
Machtige media: belangrijk
Naam: De klassieke bril: Machtige Media (‘’ hypodermicneedle needle theory’’)
- Machtige media bereiken iedereen
- Weerloze, passieve gebruiken
- Sterke (en slechte) effecten: mensen worden bang, gaan gek gedrag vertonen
- Uniforme effecten: voor iedereen zijn de effecten gelijk
Context: waar komt deze theorie vandaan?
1. Ontwikkeling van massamedia
Drukpers, kranten, boeken (15e – 20e eeuw)
Radio, film, televisie (1e helft 20e eeuw)
Video games (2e helft 20e eeuw)
Computer, Internet (laatste deel 20e eeuw)
Mobiele media (eerste deel 21e eeuw)
2. Voorbeelden van sterke reacties op media
, o Propaganda (WWI): mooier beeld scheppen van de oorlog, positiever
beeld scheppen zodat hun gedrag verandert.
o War of the worlds (1938): mensen gingen naar radio geluisterd tijdens
onrustige periode, hoorspel werd afgespeeld en tijdens dat hoorspel
werd een invasie gespeeld van marsmannetjes, mensen dachten dat er
een echte invasie was → media is heel machtig, mensen werden bang
Naam: De klassieke bril: Machtige Media
- Machtige media bereiken iedereen
- Weerloze, passieve gebruiken
- Sterke (en slechte) effecten: mensen worden bang, gaan gek gedrag vertonen
- Uniforme effecten: voor iedereen zijn de effecten gelijk
o Bijvoorbeeld: supermarkten plunderen met COVID
In wetenschap: ‘’Magic bullet’’ of ‘’hypodermicneedle model’’ =(transmissiemodel)
Week 2: Media effect part I
Effect van media inhoud (content) op opvatten (cultivation theory) en gedrag (social
learning theory)
Cultivatoin theory:
Twee assumpties:
1. Het geheel aan media laat ons een bepaalde werkelijkheid zien,
2. En dit verandert onze blik op de wereld (bijvoorbeeld gewelddadiger dan dat
het is)
Twee soorten effecten (‘’TV blik op de wereld’’)
1. Effecten van de eerste orde (‘’first-order effects’’)
Hoe waarschijnlijk iets is dat het er iets gebeurd
• Prevalentie inschatting (hoe vaak iets voorkomt of hoe waarschijnlijk
iets is), vaak in percentages
Voorbeeld: 2/3 van vrouwen worden slachtoffer van misdaad, 2/5 van mannen
worden slachtoffer van misdaad’’
2. Effecten van de tweede orde (‘’second-orde effects’’):
Opvattingen op basis van prevalentie inschatting (bijv. stereotypen)
• Algemene opvattingen over hoe de wereld in elkaar zijn
conclusies die getrokken worden uit die percentages
Gemene versus rechtvaardige wereld?
Het zien van geweld en misdaad in de media creëert het geloof in een ‘gemene
wereld’ (‘mean world’)
Fictieve verhalen bevatten echter vaak een ‘’good guy verslaat slechterik’’ verhaallijn
--> dit cultiveert een geloof in een ‘rechtvaardige wereld’ (‘just world’) --> als je je
goed gedraagt dan komt het goed <-- klopt niet, de wereld is niet zo zwart / wit
Voorbeeld: #metoo
, → TV kijken is gerelateerd aan ‘rape myth acceptance’: dat als meisje wordt
verkracht dat je hebt zelf iets hebt gedaan / hebt uitgelokt waardoor je bent verkracht
Verschil mainstreaming en resonance
Mainstreaming: verschillen in opvattingen – door sociale verschillen tussen mensen,
zoals opvoeding, opleiding, etc. – verdwijnn door veel TV te kijken (opvattingen
worden meer mainstream)
Echte wereld = verschillen tussen demografische groepen
• verschillen tussen mensen/groepen bijv. hogere en lagere
inkomens…verdwijnen bij zwarte TV-kijkers
TV wereld wordt de mainstreams
Verschillen tussen mensen worden kleiner
Resonance: sociale verschillen tussen mensen – met name m.b.t. de omgeving xx
Verschillen tussen mensen worden groter
Als de TV wereld overeenkomt met je echte wereld
→ sterke effecten bij veel TV kijken (‘’dubbele dosis’’)
Dus hier worden verschillen tussen mensen juist groter
Kritiek cultivatie theorie
Causaliteit moeilijk aan te tonen (derde variabelen die effect hebben?)
Je kan niet alle variabelen meenemen
Een TV-boodschap vs. Variaties in media-inhoud (en mediakeuze!)
Er waren niet veel TV-programma’s toen, nu heel veel
Wat verklaart cultivatie effecten?
Toegankelijkheidsprincipe (‘’Accessibility Principle’’)
Zware TV kijkers: herhaalde TV blootstelling maakt bepaalde ideeën over de wereld
meer toegankelijk
Hierdoor worden deze ideeën sneller gebruikt bij het maken van inschattingen
Social learning theory:
3 stappen van observationeel leren:
1. Attention
2. Retention (weer kunnen terughalen van informatie)
3. Motivation
Als wij andere mensen iets zien doen, gaan we dat nadoen. Dit doen we doormiddel
van die 3 stappen.
Motivatie om gedrag na te doen: rechtvaardiging
Mensen hebben inhibities om geweld te gebruiken (door opvoeding, de wet, moreel
besef etc.)
• Kunnen worden versterkt door media (bijv. gewelddadige ‘bad-guy) wordt
gestraft)
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur dinandb. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,48. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.