,Hoofdzaken verzekeringsrecht
Hoofdstuk 1
1.2. Maatschappelijke betekenis
Het verzekeringsrecht is geen exclusief handelsrecht meer: ook particulieren verzekeren
tegenwoordig hun risico’s. Wel is vereist dat de verzekeraar altijd een ondernemer is.
Verzekering biedt mogelijkheden om financiële gevolgen van risico’s die zich verwezenlijken
op te vangen. Bij een verzekering verplicht de ene partij (verzekeraar) zich om, tegen
betaling van een premie, eventuele schade aan de andere partij (verzekerde) te vergoeden.
Dit wordt risico-overdracht genoemd. Economisch is deze risico-overdracht alleen mogelijk
doordat er ook risicospreiding plaatsvindt.
Risicospreiding vindt plaats op 3 manieren:
1. Over alle bij éénzelfde verzekeraar verzekerden;
Het risico wordt dan door alle verzekerden gezamenlijk gedragen, omdat het
risico voor de een wel en voor de ander niet verwezenlijkt.
2. Zeer grote risico’s worden niet door één, maar door meerdere verzekeraars
samen overgenomen, vaak op 1 polis;
3. Verzekeraars dragen zelf weer een deel van het risico over d.m.v.
herverzekeringscontracten.
De verzekeraars treden dan zelf ook als verzekerden op.
Bij alle verzekeringsvormen is een juiste premiebepaling een eerste voorwaarde voor de
financiële gezondheid van de verzekeringsmaatschappijen. Er is een speciale tak van
verzekeringswetenschap die zich hiermee bezighoudt, namelijk: de actuariële wetenschap,
uitgeoefend door actuarissen. Tegenwoordig zijn verzekeringsmaatschappijen financieel
gezonder dan vroeger, maar toch kunnen verzekeringsmaatschappijen in financiële
moeilijkheden terechtkomen. Daarom geldt er de Wet op het financieel toezicht. Dit is een
wet waarin het publiekrechtelijk toezicht op verzekeraars is geregeld. Deze wet onderscheidt
het prudentieel toezicht uitgevoerd door De Nederlandsche Bank en het gedragstoezicht
uitgevoerd door de Autoriteit Financiële Markten (AFM).
Het uitoefenen van een verzekeringsverblijf is gebonden aan een vergunning. Verzekeraars
moeten aan strenge solvabiliteitseisen voldoen en – indien gevestigd in NL – de rechtsvorm
van naamloze vennootschap (NV), onderlinge waarborgmaatschappij (OWM) of Europese
vennootschap bezitten. Het verzekeringsbedrijf is georganiseerd in een aantal organisaties
van verzekeraars en van verzekeringstussenpersonen. Deze zijn samen verenigd in het
Vakbond van Verzekeraars in Den Haag. Daarnaast zijn er nog onafhankelijke instituten voor
het onderzoeken van klachten van verzekerden.
• Raad van Toezicht verzekeringen;
Tuchtcollege dat op klacht of ambtshalve gedragingen van verzekeraars en
verzekeringstussenpersonen beoordeeld. Tegenwoordig: tuchtraad assurantiën.
• Ombudsman verzekeringen;
Bemiddelende taak, maar speelt bij procedures bij Geschillencommissie geen rol.
• Geschillencommissie.
Behandelt klachten van burgers en tussenpersonen.
1.3. Burgerrechtelijke grondslag
Verzekering is een kansovereenkomst
De overeenkomst van een verzekering is een kansovereenkomst. Dat houdt in dat de
werking van de verbintenis van een partij (meestal verzekeraar) door partijen afhankelijk is
gesteld van een toekomstige onzekere gebeurtenis of feitelijke gesteldheid (voorwaardelijke
verbintenis, art. 6:21 en 6:22 BW). Deze onzekerheid kan betrekking hebben op 4 punten:
1. Óf de verzekeraar ooit een uitkering verschuldigd zal worden;
2. Wanneer dat het geval zal zijn;
, 3. Hoeveel de uitkering zal bedragen;
4. Wat de duur van de door de verzekeringnemer verschuldigde premiebetaling zal zijn.
Verzekering tegenover spel en weddenschap
Een andere kansovereenkomst is spel en weddenschap. Het verschil met verzekering is dat
uit spel en weddenschap een natuurlijke (rechtens niet afdwingbare) verbintenis ontstaat en
uit verzekering een volledige, civiele verbintenis.
Wanneer is sprake van spel en weddenschap en wanneer van verzekering?
Voor verzekering is essentieel dat de verzekerde een buiten de overeenkomst gelegen
belang bij de onzekere gebeurtenis heeft, namelijk: het belang dat die gebeurtenis zal
uitblijven omdat hij er schade door zou kunnen leiden. Bij spel en weddenschap ontstaat het
belang bij de onzekere gebeurtenis uitsluitend door het sluiten van de overeenkomst zelf.
1.4. Definitie en karakter
De definitie van ‘verzekering’ staat in art. 7:925 lid 1 BW. Deze definitie heeft op
schadeverzekeringen alsmede op sommenverzekeringen betrekking. Uit deze definitie
kunnen een aantal kenmerken van de verzekeringsovereenkomst worden afgeleid:
• Bij een verzekeringsovereenkomst neemt het element ‘onzekerheid’ een centrale
plaats in.
Een verzekering is namelijk een kansovereenkomst.
• Een verzekering is een wederkerige overeenkomst in de zin van art. 6:261 BW.
Tegenover de voorwaardelijke verbintenis van de verzekeraar staat de
onvoorwaardelijke verbintenis van de verzekeringnemer (verzekerde) tot het betalen
van de premie. Daarnaast hebben partijen soms ook nevenverbintenissen.
• Het betalen van premie.
• Een verzekering is een consensuele overeenkomst.
Er zijn geen vormvoorschriften van toepassing, enkel wilsovereenstemming is
voldoende.
• Een verzekering heeft een bijzonder vertrouwenskarakter.
Enerzijds moet de verzekerde erop vertrouwen dat de verzekeraar zich niet aan zijn
uitkeringsplicht zal onttrekken, anderzijds moet de verzekeraar afgaan op
mededelingen van de verzekerde, waarvan hij de juistheid moeilijk kan controleren.
Het feit dat een verzekeraar afhankelijk is van de mededelingen van de verzekerde wordt het
morele risico genoemd. De verzekeraar is dus afhankelijk van de onbetrouwbaarheid,
slordigheid en gebrek aan zorgzaamheid van de verzekerde. Dit risico wordt vooral a.d.h.v.
het strafrechtelijk verleden van de verzekeringnemer gemeten. Daarnaast is er sprake van
het contractuele risico. Dat is het risico dat de verzekeraar loopt krachtens het contract zelf:
het risico dat zich een door de verzekering gedekte schade zal voordoen en hij daardoor
verplicht zal worden die schade te vergoeden.
1.5. Onderscheidingen
a. Schadeverzekering en sommenverzekering
Een schadeverzekering is de verzekering strekkende tot vergoeding van vermogensschade
die de verzekerde zou kunnen lijden (art. 7:944 BW). Voor alle schadeverzekeringen geldt
het schadevergoedings- of indemniteitsbeginsel. Dit houdt in dat de verzekering niet mag
leiden tot vergoeding van een hoger bedrag dan de daadwerkelijk geleden schade → een
verzekerde mag er door een schade niet op vooruitgaan.
Een sommenverzekering is de verzekering waarbij het onverschillig is of en in hoeverre met
de uitkering schade wordt vergoed (art. 7:964 BW). Zo’n verzekering is alleen toegelaten bij
persoonsverzekering en bij verzekeringen die daartoe bij AMVB zijn aangewezen. Er zijn
twee soorten sommenverzekeringen:
1. Sommenverzekering, tevens persoonsverzekering;
Het belangrijkste voorbeeld is de levensverzekering.
, 2. Sommenverzekering, geen persoonsverzekering.
Een voorbeeld is de regenverzekering.
Ook de ziekte-, ongevallen- en invaliditeitsverzekeringen kunnen tot de sommenverzekering
worden gerekend, omdat daarbij vaste uitkeringen worden gedaan.
b. Gewone of premieverzekering en onderlinge verzekering
Her verschil bij deze verzekeringen ligt in de aard van de rechtspersoon die als verzekeraar
optreedt en in de manier waarop het verzekeringsbedrijf wordt uitgeoefend. Bij een
onderlinge verzekering is de verzekeraar een onderlinge waarborgmaatschappij (OWM). Een
OWM is een als zodanig bij notariële akte opgerichte vereniging, die zich blijkens haar
statuten ten doel stelt met haar leden verzekeringsovereenkomsten te sluiten in het
verzekeringsbedrijf dat zij te dien einde ten behoeve van haar leden uitoefent. Door een
verzekering met de vereniging te sluiten wordt iemand niet alleen verzekeringnemer, maar in
beginsel ook van rechtswege lid van de vereniging.
Onderlinge verzekeringen hebben een coöperatief karakter → doel is niet winst maken, maar
onderlinge risicoverdeling. Hierdoor zijn onderlinge verzekeringen vooral doelmatig in kleine
gemeenschappen met gelijke belangen der leden, maar soms ook bij zeer grote, voor veel
mensen bestaande gelijke risico’s. Daarnaast bestaat de gewone verzekering. De
verzekeraar mag in dit geval alleen een NV of een Europese vennootschap zijn. Net als bij
een onderlinge verzekering wordt bij een gewone verzekering een kapitaal door de leden
(aandeelhouders) bijeengebracht. Dit kapitaal staat náást de door de verzekerden
bijeengebrachte premies. De leden hoeven, in tegenstelling tot bij een onderlinge
verzekering, geen verzekerde te zijn, Het doel van de verzekeraar is het maken van winst.
Een premieverzekering ziet op de vaste premie, maar ook de wisselende omslag bij de
onderlinge verzekering.
c. Al dan niet ter beurze gesloten
Men spreekt van beurspolissen en makelaarspolissen tegenover maatschappijpolissen,
beursbedrijf tegenover ‘provinciaal’ bedrijf. Dat een verzekering ‘ter beurze wordt gesloten’,
geeft aan de overeenkomst geen bijzonder rechtskarakter. Er doen zich wel enkele feitelijke
bijzonderheden voor:
1. De verzekeringen worden uitsluitend gesloten o.b.v. gedeponeerde
standaardvoorwaarden.
Deze voorwaarden worden vastgesteld door de georganiseerde verzekeraars en
makelaars.
2. Verzekeringen ter beurze komen uitsluitend via tussenpersonen tot stand.
3. Ter beurze tekenen meestal verschillende verzekeraars op 1 polis.
Levensverzekeringen worden uitsluitend op maatschappijpolis gesloten. Tegenwoordig zijn
er geen beurzen meer waar contracten worden gesloten, dit gebeurt nu via het internet.
1.7. Aanvullend en dwingend recht – verplichte verzekering
Het verzekeringsrecht bevat veel dwingend recht (= verbod tot afwijking). Aan het eind van
een reeks samenhangende artikelen wordt in een afzonderlijk artikel verboden om van de
voorgaande artikelen af te wijken. Dat verbod kent 3 varianten:
1. Afwijking is in het geheel niet toegestaan.
2. Afwijking ten nadele van de verzekeringnemer of tot uitkering gerechtigde is niet
toegestaan.
3. Afwijking ten nadele van de verzekeringnemer of tot uitkering gerechtigde is niet
toegestaan voor zover deze een consument is.
Van de overige artikelen, waarvoor het verbod niet geldt, mag wel worden afgeweken.
Verder moet nog op 2 aspecten worden gewezen, namelijk:
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur hidingfixtures. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,50. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.