Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Rechtseconomie t.b.v. Criminologie €7,09
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Rechtseconomie t.b.v. Criminologie

 57 vues  10 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Samenvatting van de voorgeschreven literatuur voor het vak Rechtseconomie t.b.v. Criminologie (). Inclusief voorgeschreven artikelen en informatie uit de hoorcolleges. M.b.v. deze samenvatting het vak afgesloten met een 8.

Aperçu 4 sur 74  pages

  • Oui
  • 27 janvier 2023
  • 74
  • 2021/2022
  • Resume
avatar-seller
Samenvatting Rechtseconomie

Week 1
H1 Economie van misdaad en straf in vogelvlucht
Ophelderingspercentage moord -> 80%, ophelderingspercentage fietsendiefstal -> 5%.
Ook terug te zien in inzet van politie en justitie. Bij moord is de maatschappelijke schade veel groter
en gaan er meer kosten en baten mee gepaard. Voor de inzet van politie en justitie moeten andere
dingen worden opgeofferd. Denk bv aan inzet van auto’s en gebouwen die ook een ander doel
hadden kunnen dienen. Dit heten de kosten. Hiertegenover staan baten, want de inzet van politie en
justitie brengt ook voordelen voor de samenleving. Maar, al wordt er nog zoveel politie ingezet,
criminaliteit is nooit te voorkomen. Maar, als politie en justitie niet zouden worden ingezet, zou dit
uiteindelijk leiden tot een ontsporing van de samenleving. Mensen denken dat ze ermee weg kunnen
komen, waardoor ze over de schreef gaan.
- Baten handhaving -> schade voorkomen, door o.a. inzet politie en justitie, opsporing,
berechting.
 Liggen vaak aanzienlijk hoger dan de kosten daarvan.
Fietsendiefstal echter, komt heel vaak voor. Het is een fact of life geworden. Kan er echter wel toe
leiden dat mensen hun vertrouwen in medemens verliezen. De omvang van de schade lijkt beperkt.
Gedacht wordt dat de kosten voor de inzet van handhaving de baten van de handhaving zouden
overstijgen.

Verschillende vragen die de rechtseconomie zich stelt. Deze hebben een wetenschappelijk belang,
maar zijn ook relevant voor het opstellen van beleid. Voor het opstellen van economisch beleid en de
analyse daarvan zijn 2 invalshoeken:
- Beleid achteraf bevragen -> ambtelijke en politieke besluitvorming kent eigen
wetmatigheden die achteraf zinvol kunnen worden bestudeerd.
- Beleidsvoorbereiding -> wat zijn de mogelijke effecten? Zijn deze maatschappelijk lonend?
Maatschappelijke baten-kostenanalyse = vaststellen of maatschappelijke baten hoger zijn
de ‘’ kosten.
 JA? -> toename maatschappelijke welvaart / efficiënte keuze.
 NEE? -> afzien van de betreffende maatregelen, want kosten meer dan ze opbrengen.

Men gaat ervanuit dat individuen rationeel handelen (enkel wanneer baten groter zijn dan kosten).
Belangrijk om te onthouden: mensen verschillen in hun preferenties (= smaken en voorkeuren). Dit
kan zowel betrekking hebben op …
- Materiële en immateriële zaken
- Tijdstip: is men toekomstgericht of kijkt men per dag?
- Onzekerheid: in hoeverre kan men omgaan met risico’s?
Wat vereist de rationaliteitsveronderstelling niet?
- Volledige informatie -> kost namelijk tijd en moeite
- Een individu neemt niet altijd een bewuste rationele keuze
- Mensen kunnen zich ook laten leiden door emoties
- Economie = maatschappijwetenschap -> er is geen individuele voorspelling te geven. Er
wordt slechts gekeken naar de gemiddelde mens.
 Waarom maken burgers zich al dan niet schuldig aan misdaad?
Ook in dit opzicht wordt een rationele keuze gemaakt: kosten groter dan baten?
Verleiding is klein.

Gedrag van individuen -> stochastische grootheid = als er iets verandert in de maatschappij, bv een
nieuwe maatregel, verschuift het geheel naar links of naar rechts: het gemiddelde verandert.

,Blikveld economie: alle maatschappelijke ontwikkelingen die kunnen leiden tot een verandering in de
kosten-batenafweging van crimineel gedrag.
 Immateriële kosten = drempels die iemand tegen zullen houden criminaliteit te plegen,
zoals bv een baan, partner, normen en waarden.
 Strafrisico = gemiddelde straf die iemand kan krijgen voor regelovertreding.
 Formule: pakkans * strafmaat
o Pakkans = gemiddelde kans oplegging sanctie.
o Strafmaat = zwaarte sanctie.
Hoe hoger het strafrisico, hoe minder criminaliteit er zal worden gepleegd!
Let op! Ook andere factoren spelen hierbij natuurlijk een rol, zoals persoonlijke situatie.

Kosten normovertreding:
- Opportunity costs (= opbrengsten van niet gekozen alternatieven) van tijd
- Tegenmaatregelen van slachtoffers
- Persoonlijke drempels: normen, waarden, spijt, schuld
Kosten van (risico op) ontdekking:
- Formele strafrisico zoals pakkans en strafmaat
- Economische kosten bv negatieve gevolgen van strafblad
- Sociale kosten bv stigmatisering
 Ook de gelegenheid en baten van normovertreding zijn verklarend voor criminaliteit.

Beslissingstheoretische benadering = overheid moet zo werken, dat er een optimum tot stand komt
waarbij enerzijds de factoren die mensen leiden tot criminaliteit worden aangepakt, maar ook dat de
handhavingskosten niet te hoog worden.
 Moeilijkheden:
o Besluitvorming overheid is afhankelijk van politieke processen.
Hoge criminaliteit? Veel aandacht daarvoor van politiek.
Daalt criminaliteit? Aandacht zal verschuiven naar andere vraagstukken bv
onderwijs.
o Overheid wordt niet centraal gestuurd
In elke plaats verschilt hoe en op welke manier de handhaving wordt ingevuld.
Ook het OM (opportuniteitsbeginsel) + de rechter (wel/geen hoge straf) hebben
veel vrijheid.
o Ook potentiële slachtoffers zijn essentieel en moeten bepaalde maatregelen
nemen.
 Sprake van een strategische interactie tussen de complicaties:
o Regelovertreder -> overheid: strenge aanpak -> minder criminaliteit.
Daling criminaliteit -> noodzaak strenge aanpak daalt.
o Overheidsbeleid -> uitvoerende instanties -> regelovertreders.
Hogere verkeersboetes -> minder verkeersovertredingen.
Instantie reageert hierop door minder boetes te gaan uitdelen en prioriteiten te
verschuiven waardoor aantal overtredingen weer gaat toenemen.
o Daders -> slachtoffers -> overheid: overheid minder geld? Slachtoffers moeten
zelf maatregelen treffen.
Speltheorie = theorie die zich bezighoudt met de analyse van strategische interacties en of dit leidt
tot een evenwicht en welk soort evenwicht.
Bv Prisoners’ Dilemma = 2 verdachten die apart worden verhoord. Elk hebben de keus om te
zwijgen of te praten en de schuld bij de ander te leggen.
 Geen afspraak tussen verdachten? Kans is groot dat schuld wordt afgeschoven.
Dominante strategie = maken van bepaalde keuze (praten), ongeacht keus van de ander.
 Meestal niet het geval -> keuze is dan afhankelijk van de andere spelers.

,Theorieën stellen dat een verlaging van het strafrisico leidt tot meer regelovertreding.
 Ceteris paribus = als alle andere factoren in dit geval gelijk blijven.
De analyse van empirische gegevens kan ons het volgende leren:
- Verband tussen strafrisico + aantal gepleegde delicten
- Welke kant dat verband op gaat (positief of negatief)
- Sterkte verband

Verschillende technieken daarvoor. Meest gebruikte is de regressieanalyse (= gebruikt om effect te
bepalen van 1 of meer verklarende variabele op een afhankelijke variabele; meten van samenhang).

Het strafrisico verandert mede onder invloed van ontwikkelingen in de criminaliteit.
- Invloed strafrisico op omvang criminaliteit -> lager strafrisico – meer criminaliteit.
- Invloed omvang criminaliteit op strafrisico -> meer criminaliteit -> hoger strafrisico.
= tweezijdige causaliteit (simultaniteit); ontwikkelingen vinden vaak gelijktijdig plaats.
Probleem: omitted variable (= vergeten grootheid) = vergeten op te nemen van 1 of meer relevante
factoren/verklaringen in de meting. Leidt tot onbetrouwbare/onjuiste conclusies.

Voordelen economie:
- Bijdrage leveren aan analyseren crimineel gedrag
- Uitstippelen van beleid
- Kritische beschouwing van de maatregelen
2 onderdelen van de strafrechtelijke gesanctioneerde geboden en verboden:
- Is ingrijpen op zichzelf wenselijk? -> Negatieve externe effecten van ingrijpen.
Handelende persoon houdt geen rekening met negatieve consequenties?
Verdelingsprobleem (= lusten voor dader, lasten voor slachtoffer).
Welvaartsprobleem = dader krijgt enkel de baten onder ogen en niet de schade? Doorgaan
met gedrag omdat gedacht wordt dat het enkel baten oplevert, waardoor juist meer schade
voor de maatschappij wordt aangericht.

- Is strafrechtelijk ingrijpen nuttig/nodig? Is er een andere vorm van optreden nodig?
Verschillende manieren van overheidsoptreden:
 Civielrechtelijk = compensatie voor slachtoffer. Dader moet van tevoren rekening
houden met mogelijke schade.
 Bestuursrechtelijk = via vergunningen/heffingen probeert de overheid de schade te
beperken.
 Strafrechtelijk = gedraging is een strafbaar feit? Strafrisico ligt hoger voor dader.
 Zwaarste vorm van straffen -> ultimum remedium.
o Zwaarste sancties
o Monopolie van legitiem fysiek geweld incl. bijbehorende
opsporingsbevoegdheden.
 Waarom relevant?
o Ernst van gedraging duidelijk maken
o Identiteit dader onbekend -> opsporing d.m.v. strafrecht (kleine pakkans)
Pakkans <100%? Opleggen straf waardoor kosten dader stijgen.
o Straffen kunnen niet willekeurig worden opgelegd.
o Voorkomen van eigenrichting
o Schaalvoordelen door specialisatie -> opsporing wordt in handen van OM en
politie gelegd, i.p.v. in handen slachtoffers (leken).
 Nadeel: handhavingskosten -> maatschappelijke baten moeten hoger zijn dan kosten
intensivering.

, H2 Criminaliteit in Nederland
Criminaliteit = alle handelingen die volgens het strafrecht een strafbaar feit opleveren. Iets kan
alleen strafbaar zijn, als daarvoor een wettelijke grondslag bestaat (= legaliteitsbeginsel).
- Misdrijven -> meeste info + cijfermateriaal. Bronnen:
 Registraties door politie (geregistreerde misdrijven)
 Slachtofferenquêtes (feitelijk gepleegde delicten)
= afgekeurd vanuit burgers zelf, bv door een heersende, morele opvatting of culturele
overtuiging. Denk bv aan moord en doodslag.
Doel: beschermen van de maatschappij.
 Terug te vinden in het commune strafrecht (Wetboek van strafrecht)
- Overtredingen = formeel onrecht; niet als zodanig afgekeurd uit samenleving. Moet uit wet
worden gehaald om te weten dat het strafbaar is.
Doel: ordenen van de samenleving.
 Terug te vinden in de bijzondere wetgeving, zoals de Opiumwet en WvW 1994.
Het onderscheid betreft meer een gradatie en is meer terug te zien in de strafhoogte + strafsoort.
Maximumstraf ligt bij misdrijven vaak veel hoger. Een gevangenisstraf kan enkel bij misdrijven
worden opgelegd.

Strafbaar feit =
1) Persoonlijke gedraging -> Zowel betrekking op het handelen als nalaten.
2) Die voldoet aan een delictsomschrijving (= legaliteitsbeginsel)
3) Die wederrechtelijk is
4) En verwijtbaar is (niet verwijtbaar? Dan geen straf).

Beeld krijgen van criminaliteit in NL? Kijken naar geregistreerde misdrijven (jaren ’40-nu).
Afkomstig van: politie
Waaruit bestaat het: processen-verbalen van misdrijven, afkomstig uit aangifte of opsporing.
Vanaf 2005 -> andere manier waarop data worden aangeleverd. Gegevens komen voortaan uit de
centrale politiedatabank, i.p.v. de afzonderlijke korpsen.
- Jaren ’50: explosieve groei
- Jaren ’80: licht stijgende trend
- Vanaf 2002: forse daling (2002-2015: -40%)
2015: meest voorkomende type delict -> vermogensdelicten. Plek 2: verkeersdelicten.
Het verloop van de typen delicten is niet gelijkmatig. Over de tijd heen zitten daar grote verschillen
in. Dat komt bv door de manier van registreren, maar ook door het type delict zelf: waar valt een
delict precies onder. Denk bv aan diefstal met geweld.

Geregistreerde criminaliteit geeft echter geen volledig beeld van de totale criminaliteit.
 Reden: groot dark number -> veel blijft buiten het zicht van de politie.
Ook maakt de politie niet altijd een proces-verbaal op: te weinig middelen, weinig personeel etc.
Oplossing om toch inzicht te krijgen -> slachtofferenquêtes = steekproef onder bevolking waarbij
wordt gevraagd naar slachtofferschap (sinds 1980).
 Verschillende organisaties hebben zich hiermee beziggehouden. Nu is dat de
Veiligheidsmonitor. Dit is problematisch, want de enquêtes zijn bv door verschillende
vraagstellingen en methoden lastig te vergelijken.
MCB (Monitor Criminaliteit Bedrijfsleven) -> in welke mate bedrijven slachtoffer zijn geworden van
criminaliteit.

Enquêtes zijn onvolledig, want…
- Niet alle personen + bedrijven worden ondervraagd.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur sannevdstel. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,09. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

52928 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€7,09  10x  vendu
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté