Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Rechtsmethodiek UA 1e bachelor Rechten €4,89
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Rechtsmethodiek UA 1e bachelor Rechten

 19 vues  0 fois vendu

Samenvatting theorie Rechtsmethodiek te kennen voor examen in juni, 1e bachelor Rechten UA

Aperçu 3 sur 30  pages

  • 27 janvier 2023
  • 30
  • 2022/2023
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (10)
avatar-seller
lp1964
RECHTSMETHODIEK

II. Het objectieve recht

A. Het objectieve en het subjectieve recht

1. Het objectieve recht

Recht als statistisch gegeven => objectieve recht = geheel aan rechtsregels dat op een
bepaald moment op een bepaalde plaats van toepassing is, bv. Belgische recht

Aantal elementen:
1. Geheel aan rechtsregels = gedragsregelen die abstract geformuleerd zijn en een
algemene draagwijdte hebben, zodat zij van toepassing zijn op alle gelijkaardige
concrete gevallen maar niet allemaal zelfde dwingende kracht:
a. Imperatief – dwingend: men kan er niet van afwijken, bv. regels die openbare
orde of goede zeden raken
b. Suppletief – aanvullend: zijn toepasselijk tenzij men zelf een afwijkende
regeling heeft uitgewerkt
c. Bijkomende regels die institutionele kader vormen voor totstandkoming,
toepassing, afdwinging van gedragsregels

2. Regels zijn opgelegd, ontvangen en bekrachtigd door de maatschappij (uit
gewoonte/bevoegde organen)

3. Doel regels: ordening maatschappij, hoe? Bieden van rechtszekerheid + waarborgen
rechtvaardigheid

4. Regels zijn afdwingbaar door het maatschappelijk gezag
Worden uitgevoerd + overtredingen worden gesanctioneerd

2. Het subjectieve recht

Wijze waarop een rechtsregel uit het objectieve recht werkt

Juridische gedragsnorm: hypothetische structuur, norm verbindt aan bepaalde feiten of
handelingen bepaalde rechtsgevolgen voor diegenen tot wie de norm zich richt
 Bv. Art. 1382 BW: juridische verplichting tot schadevergoeding voor de dader =
buitencontractuele aansprakelijkheid
 Rechtsregel is in algemene bewoordingen gesteld dus men moet bij toepassing van de
norm concrete feiten nagaan + beantwoorden ze aan de hypothese in de norm?
 Veel toepassings-en interpretatievragen

Rechtsregel: 3 elementen:
1. Het rechtssubject
o = Diegene die rechten en plichten kan hebben + voor wie de rechtsregels
gevolgen, m.n. rechten en plichten, met zich meebrengt, houder van het recht

1

, o Zowel natuurlijke (fysieke) personen als rechtspersonen (vennootschappen, …)

2. Het rechtsfeit
o = Feit waaraan de rechtsregels rechtsgevolgen verbindt
o Loutere feiten die geen actief optreden van mens impliceren (geboorte,…)
o Feitelijke menselijke gedragingen die worden gesteld zonder dat de steller
bedoeling had om rechtsgevolgen tot stand te brengen (verkeersongeval
veroorzaken)
o Rechtshandelingen = handelingen door mensen gesteld met oog op
rechtsgevolgen die het recht daaraan verbindt (opstellen testament (eenzijdig),
sluiten huurovereenkomst (meerzijdig))

3. Het rechtsgevolg
o = Gevolg dat de rechtsregel aan het rechtsfeit verbindt
o Ontstaan, wijzigen, uitdoven van subjectieve rechten
o Ontstaan, wijzigen, uitdoven van rechtsplichten
o Sanctionering van een overtreding van een rechtsplicht
o Wijziging in rechtstoestand van een rechtssubject

 Subjectief recht = juridisch (door het objectieve recht) bekrachtigde bevoegdheid of
aanspraak die een rechtssubject op een bepaalde zaak of jegens een bepaalde
persoon kan uitoefenen om zijn of haar eigen doelstellingen te verwezenlijken
 Welbepaalde juridische verplichting die door een regel van objectief
recht rechtstreeks aan derde wordt opgelegd + waarvan naleving kan
worden afgedwongen voor de rechter door diegene die een belang
heeft bij de uitvoering van de verplichting

B. Overzicht van het objectieve recht

1. De opdeling in rechtstakken of rechtsgebieden

= Domeinen van het recht die zich inlaten met de regeling van facetten van het
maatschappelijke leven die een of meer gemeenschappelijke kenmerken delen -> eigen
regels + beginselen

o BW
o Handelswetboek
o Strafwetboek
 Codificatie van recht in wetboeken in 18e + 19e eeuw in continentaal Europa verliep
per rechtstak
o Rechtbanken voor grondwettelijke geschillen
o “ bestuurlijke geschillen
o “ burgerlijke geschillen
o “ handelsgeschillen
o “ arbeidsgeschillen
 Structuur van rechtbanken = weerspiegeling van opdeling in rechtstakken


2

,  Belangrijk te weten tot welke rechtstak gezochte normen behoren als je wil vinden
welk recht toepasselijk is op de situatie
Belgisch recht:
o Publiekrecht
o Privaatrecht

Privaatrecht:
o Regelt status van individuele rechtssubject + verhoudingen tussen de
rechtssubjecten onderling in een private context (geen overheid inmenging)
o Rechtssubjecten: gelijkheid, vrijheid

Publiekrecht:
o Beheerst uitoefening van het staatsgezag
o Organisatie overheidsinstellingen
o Werking onderling + tegenover de rechtsonderhorigen
o Meestal imperatief

Onderscheid publiek-privaatrecht:


PUBLIEKRECHT PRIVAATRECHT
Doel Waarborgen algemene belangen van de Dienen van de private belangen van individuen
staat
Karakter Dwingend recht – van openbare orde Veeleer aanvullend of regelend recht
(essentiële belangen van de staat of van
het gemeenschapsrecht raakt of (…) in
het privaatrecht de juridische
grondslagen vastlegt waarop de
economische of morele orde van de
maatschappij rust)
Subject Staat + staatsburgers (verhouding van Burgers onderling (verhouding van
ondergeschiktheid) coördinatie)
Sanctie Eenzijdig optreden van overheid, evt. Staat (rechter) beslecht de particuliere
gevolgd door rechterlijke tussenkomst geschillen


 Niet vrij van kritiek: scherpe lijn is er niet meer door inmenging + deelname
maatschappelijk leven door overheid

Traditionele onderverdeling privaat-publiekrecht, Belgisch objectief recht:
PUBLIEKRECHT PRIVAATRECHT
o Grondwettelijk recht/staatsrecht o Burgerlijk recht
o Administratief recht/bestuursrecht o Handelsrecht
o Strafrecht o Privaatrechtelijk procesrecht
o Strafprocesrecht o Internationaal privaatrecht
o Fiscaal recht

3

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lp1964. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,89. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

53340 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€4,89
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté