Inleiding
AFDELING 1 : bekendmaking en inwerkingtreding van de in belgië van toepassing
zijnde rechtsnormen
❏ De bekendmaking van de in belgië van toepassing zijnde rechtsnormen : Om
tegenstelbaar te kunnen zijn moet elke regel van statelijk recht het voorwerp
uitmaken van een bekendmaking
❏ Art. 190 GW: regelt de bekendmaking van officiële teksten “geen wet, geen
besluit of verordening van algemeen, provinciaal of gemeentelijk bestuur is
verbindend dan na te zijn bekendgemaakt in de vorm bij de wet bepaald”
❏ 3 opmerkingen:
❏ artikel 190 GW is onveranderd gebleven sinds 1831
❏ er is nagenoeg geen parlementaire voorbereiding geweest
❏ laat zowel aanplakking als opname in een publicatieblad
❏ voor gemeentelijke normen en normen uitgevaardigd door de
provinciegouverneurs en de arrondissementscommissarissen:
aanplakking toegestaan
❏ voor alle andere normen : vereist opname in publicatieblad
❏ de bepaling is enkel van toepassing op de normen waarvan de
bekendmaking van openbaar belang is
❏ De bekendmaking van de normen in een publicatieblad : De Belgische rechtsorde telt
meer dan één publicatieblad
❏ Normen van provinciale raden en bestendige deputaties: Bestuursmemoriaal
(bulletin provincial)
❏ 1 per provincie, zowel in Waalse als Vlaamse gewest
❏ Normen van de gewesten, gemeenschappen en de federale overheid:
Belgisch Staatsblad
❏ Normen van het op overeenkomsten berustende klassieke volkenrecht, dus
voortvloeiend uit verdragen, die zijn goedgekeurd en waarvan bekendmaking
verplicht is: Belgisch Staatsblad
❏ Normen van de EU en van Euratom: Publicatieblad v/d Europese Unie (+
Belgisch staatsblad)
❏ BESLUIT: elke norm waarvan de bekendmaking een openbaar belang heeft,
moeten worden opgenomen in het Belgisch Staatsblad
❏ Omvang: 2 opties :
❏ Integraal: norm met al zijn bepalingen wordt overgenomen
❏ Gedeeltelijk: een uittreksel wordt gepubliceerd of nog in beperktere
vorm, enkel vermelding
❏ Basisregel: integrale publicatie
❏ Normen van UM : wanneer een besluit van de federale overheid niet
“alle burgers’ aanbelangt, is het toegelaten om dat bekend te maken
via een uittreksel of met behulp van een gewone vermelding
❏ bv. Voor bekendmaking koninklijke en ministeriële besluiten (3 opties): (1)
norm met geen enkel openbaar belang, ontsnapt aan de toepassing van 190,
(2) norm heeft wel degelijk belang maar belangt niet zozeer alle burgers aan,
artikel 190 is van toepassing, (3) norm heeft algemeen belang en belangt alle
burgers aan, toepassing van 190
❏ Het belgisch staatsblad? Het publicatieblad van de nationale rechtsorde : De
bekendmaking in het Belgisch Staatsblad is een voorwaarde voor de
inwerkingtreding van de overgrote meerderheid van normen in het algemeen. In de
, beginjaren van ons land was er nog geen staatsblad, maar werken wetteksten
bekendgemaakt in het Bulletin Officiel. Het Belgisch staatsblad is er pas gekomen
door een wet van 28 februari 1845. Sinds zijn inwerkingtreding om 1 maart 1845 is
deze wet in werking getreden en heeft het blad dus voorrecht gekregen. Sinds 1888
is het Belgisch Staatsblad tweetalig.
❏ De inwerkingtreding van de normen binnen de belgische rechtsorde : Termijnen
tussen bekendmaking en inwerkingtreding: door wetgever bepaald voor bescherming
tegen eventuele tegenstrijdige bepalingen
❏ Termijnen worden in volle dagen berekend
❏ er wordt geen rekening gehouden met eventuele feestdagen of weekends
1. Gemeentelijke niveau: op de vijfde dag volgend op de dag van
aanplakking, tenzij anders bepaald
2. Provinciaal niveau: normen provinciale raad of bestendige deputatie:
a. Voor Vlaamse provinciale normen: op de vijfde dag na de
opneming ervan in Bestuursmemoriaal
b. Voor Waalse provinciale normen: op de achtste dag na
opneming in Bulletin provincial
c. Normen van provinciegouverneurs of
arrondissementscommissarissen : bepalen zelf het moment
3. Federaal niveau of deelgebieden:
a. Uitvoerende normen: tiende dag die volgt op de bekendmaking
ervan in het Belgisch Staatsblad, tenzij anders bepaald
b. Wettelijke normen: op tiende dag die volgt op de
bekendmaking (wet van 31 mei 1961 “wet betreffende het
gebruik der talen in wetgevingszaken, het opmaken,
bekendmaken en inwerkingtreden van wetten en
verordeningen)
4. Grondwettelijke normen: treden in werking op de dag zelf van de
bekendmaking
5. Voorbeeld: Wet wordt gepubliceerd op 19 september 2018 en treedt in
werking op 1 januari 2018. De wet sorteert dus effect op 1 januari
2018. Maar 1 januari is de datum van inwerkingtreding, waarvoor
moet een wet in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd zijn. Dat is op
19 september. maar eenmaal gepubliceerd sorteert de wet effect op 1
januari
❏ De verschillende fasen van grondwetsherziening en staatshervorming het belgisch
staatsblad : In het Belgisch Koninkrijk heeft 6 grote fasen van staatshervorming
meegemaakt en 6 grondwetsherzieningen. Deze 2 begrippen mogen niet verward
worden.
❏ Grondwetsherzieningen:
1. 1893
2. 1920
3. 1970
4. 1980
5. 1988
6. 1993
7. 2014
❏ Staatshervormingen:
1. 1970
2. 1980
3. 1988
4. 1993
5. 2001
6. 2014
, ❏ De staatshervormingen stemmen in principe overeen met fasen van
grondwetsherziening. De enige uitzondering op de regel is de Vijfde
staatshervorming, deze was geen grondwetsherziening. Ze is gerealiseerd op
wetgevend niveau
Eerste deel : de organen van de federale overheid, van de gemeenschappen en van
de gewesten
Hoofdstuk 1 : de wetgevende macht
Randnummer 101 :
➔ Wetgevende macht :
◆ Begin : maar 1 WM => vermenigvuldigd door proces v. federalisering (1970
Gaston Eyskens) => nu : meervoudig, verdeeld over :
● Federale OH (=Koning, Kamer v. Volksvertegenwoordigers (en
Senaat) => Art. 74 GW)
● Gemeenschappen, Gewesten (parlementaire vergadering & regering
=> Art. 115, 116 GW)
○ decreten & ordonnanties (~kracht van wet)
● Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, Franse
Gemeenschapscommissie.
◆ Neemt binnen grenzen v. haar bevoegdheden wettelijke normen aan.
◆ Door parlementen = representatieve democratie (geen rechtstreekse).
Inleidende afdeling : Uitputtend karakter van de parlementaire weg – niet-bestaan van
het (grond)wetgevend referendum – statuut van de volksraadpleging.
➔ Art. 33GW + Art. 36 GW:
◆ Geen ander art. i/d GW verleent WM a/e ander orgaan/rechtstreeks a/d
bevolking, gevolg :
● Voor geldigheid : elke wet, decreet & ordonnantie moet worden
goedgekeurd i/e parlementaire vergadering
● Belgisch staatsrecht voorziet & laat niet toe dat wetten aangenomen
worden via referenda.
○ Referendum = heeft een bindende kracht betreffende het
resultaat van de stemming (het volk oefent dus echt zelf de
WM uit.’
○ Volksraadpleging = heeft slechts een indicatieve kracht, de
wetgever blijft de iure vrij om het resultaat van de stemming
naast zich neer te leggen.
◆ de facto is deze vrijheid vaak onbestaande.
○ Art. 33, tweede lid GW : ‘Zij worden uitgeoefend op de wijze bij
de GW bepaald.’ : nergens voorzien in referenda als wettelijk
procedé om normen aan te nemen.
○ Elk openbaar gezag moet berusten op een expliciete bepaling
i/d GW, deze functies zijn bepaald door de GW (eerste
minister, eerste voorzitter HvC, staatssecretaris…)
○ Niet op grondwettelijk/wetgevend niveau
=> RvS heeft gesteld dat deze 2 aan elkaar gelijk
gesteld moeten worden. Beide enkel toegelaten als de
GW dat uitdrukkelijk voorziet. Er zou dus een
, GWherziening nodig zijn om i/h Belgisch recht de
volksraadpleging toe te laten op federaal niveau.
◆ Art. 33, eerste lid GW :
● ‘De natie’ = de collectiviteit van alle Belgen die bestonden (Belgische
nationaliteit hadden), bestaan (hebben) en gaan bestaan (zullen
hebben) = zeer abstracte entiteit/concept, je kunt ze niet tellen.
● ‘Het volk’ = degene die NU een nationaliteit hebben, je kunt het bv.
bepalen voor een bepaalde datum en uur.
● ‘Buitenlanders’ = (= vanaf je buiten je geboorteland bent, het
veronderstelt een referentieland waar je ‘thuis’ bent) ook in België.
● ‘Staatlozen’ = personen die geen nationaliteit hebben, ze hebben een
bijzondere bescherming nodig (ze hebben GEEN ambassade) (als jij
in buitenland bent is er een Belgische ambassade om je te helpen
indien je een probleem hebt = consulaire bescherming).
○ Er is een bepaling die zegt dat als iemand in BEL geboren
wordt en geen enkel land zijn nationaliteit zou kunnen
‘opeisen’, het kind Belg wordt.
○ Hoe word je staatloos? kan ook berusten door het feit dat het
land waarvan iemand een nationaliteit van had een autoritair
land is en dat die persoon zijn nationaliteit heeft verloren =
uitstekende manier om iemand politiek uit te schakelen,
hierdoor kan hij niet meer verkozen worden/zich kandidaat
stellen…
● Philippe = Koning van de Belgen (niet van België!!, niet over het land)
omdat zijn legitimatie voortvloeit uit Art. 33 GW.
➔ Art. 39bis GW (2014, 6e staatshervorming): wel gewestelijke volksraadplegingen
organiseren! (tot nu toe nog nooit geweest) er zijn van alle vwd’n : Georg Jellink : de
normatieve kracht van het pure feit : je kunt de politiek voor definitieve feiten zetten
=> GWH zou a priori moeten controleren of een gewest binnen zijn bevoegdheid blijft
➔ Art. 41 GW : ook op provinciaal & gemeentelijk niveau volksraadplegingen.
➔ Enige federale volksraadpleging was in verband met de Koningskwestie (Leopold
III) -> RvS : ‘Volksraadpleging als lapmiddel van uitzonderlijke aard om te verhelpen
aan een uitzonderlijk probleem, zonder dat het bestaan ervan een geldig precedent
vormt om te besluiten tot de grondwettigheid van de volksraadpleging op nationaal
niveau.’
Afdeling 1 : de federale wetgevende macht
Belgisch tweekamerstelsel = inegalitair.
➔ De samenstelling v/d Kamer van Volksvertegenwoordigers :
◆ Art. 63, §1 GW : 150 leden
➔ De kieskringen en de verdeling van de zetels :
◆ 150 leden : verdeeld over de provincies (Antwerpen het meest = 24,
Luxemburg het minst = 4). Geregeld in KB, om de tien jaar gepubliceerd in
BS. Wetgever moet het grondgebied verdelen in kieskringen.
◆ 11 kieskringen, 1 per provincie behalve BXL-Hoofdstad = extra-provinciaal.
◆ Art. 63, §4 tweede lid GW : communautair conflict : faciliteitengemeente deel
van Vlaanderen vanaf 1970, ervoor deel van niets, voor 1963 in Nederlands
taalgebied => kiezers uit randgemeenten : ofwel stemmen in Vlaams-Brabant
ofwel wordt deze stem fictief gerekend in BXL-hoofdstad => kieswetboek Art.
1889ter. Vlaams-Brabant heeft de garantie dat het aantal zetels niet kleiner