Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Economie: samenvatting €8,99   Ajouter au panier

Resume

Economie: samenvatting

 12 vues  0 fois vendu

Uitgebreide samenvatting van het vak Economie voor ingenieursstudenten. Deze samenvatting is, in combinatie met genoeg oefeningen maken, zeker voldoende om te slagen! Leert en leest vlot.

Aperçu 4 sur 43  pages

  • 6 février 2023
  • 43
  • 2022/2023
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (1)
avatar-seller
jefvanhoudt
Economie
1. Waarover en hoe denken economen?
1.1. Waarover denken economen?

BBP: jaarlijkse productie van goederen en diensten die gebruikt kunnen worden voor behoeftebevrediging
PPP: Purchasing Power Parity of koopkrachtpariteit

1.2. Productie

Kapitaalgoederen: worden niet opgebruikt in productieproces
- Klein deel gaat verloren in een productiecyclus; depreciatie of afschrijving
- Netto-investeringen: = capaciteitsuitbreiding
- Bruto-investeringen: = netto-investeringen + vervangingsinvesteringen

Bruto toegevoegde waarde: waarde die wordt toegevoegd aan grond- en hulpstoffen door middel van
prodcutiefactoren, arbeid en kapitaal

Netto toegevoegde waarde: = bruto toegevoegde waarde – depreciatie
- De netto toegevoegde waarde wordt uitgekeerd als inkomen aan verschaffers van
productiefactoren (werknemers en eigenaars van kapitaalgoederen)

1.3. Productiviteit

Arbeidsproductiviteit: geproduceerde output per uur gepresteerde arbeid

1.4. Specialisatie en ruil

Opportuniteitskost: de opbrengst van de beste alternatieve aanwening van de productiefactoren

Bij autarkie: comsumptiemogelijkhedenverzameling = productiemogelijkhedenverzameling
Bij ruil: consumptiemogelijkhedenverzameling is ruimer dan de individuele
productiemogelijkhedenverzameling

1.5. Terminologie

Stroomvariabelen: geven een debiet aan, een volume per tijdseenheid
Voorraadvariabelen: geven een bepaalde voorraad aan op een bepaald tijdstip

,2. Mensen, instituties en markten
2.1. Het individuele gedragsmodel

2.2. Individuele beslissingen en sociale interacties

Het Nash-evenwicht: combinatie van strategieën van alle spelers waarbij geen enkele speler zijn strategie
wenst te wijzigen, gegeven de strategie van de andere spelers.

- Spel heeft minstens 1 Nash-evenwicht, maar het kan er meerdere hebben.
- Als er een evenwicht is in dominante strategieën, dan is er een Nash-evenwicht
- Als er een Nash-evenwicht is, is er niet per se een evenwicht in dominante strategieën
- Er bestaat hoogstens één evenwicht in dominante/gedemineerde strategieën in een spel
- Er bestaat niet altijd een een Nash-evenwicht in zuivere strategieën

Simultaan: vaak inperfecte informatie over de keuze van de andere spelers (tenzij er dominante
strategieën zijn)
Sequentieel: volger kent de keuze van de leider (speler die het eerste kiest)
- Stackelberg-evenwicht: Nash-evenwicht in een sequentieel spel



2.3. Arbeidsverdeling en coördinatie

Centrale overheid bepaalt wat er geproduceerd wordt, hoe productie georganiseerd wordt en wie welke
geproduceerde goederen en diensten ontvangt. Maar: enorme informatie- en inventiveproblemen
- Omvang van te verzamelen informatie is enorm
- Kwaliteit van verzamelde informatie is laag
- Economische agenten weinig gemotiveerd

Marktsysteem is gebouw op basisprincipe van vrijwillige ruil
- Geen incentiveproblemen
- Geen informatieproblemen

Assymemetrische informatie: ruiltransacties vinden vaak plaats tussen beter en slechter geïnformeerde
economische agenten

2.4. Instituties in de reële wereld: markten, overheid, normen

Geen enkel economisch systeems is
- Een zuivere traditionele economie
- Een zuiver beveleconomie
- Een zuiver marktsysteem

Economisch gedragsmodel: nodigt uit tot ‘heilzaam scepticisme’
Instituties zijn niet alleen onvermijdelijk, ze zijn ook wenselijk

,3. Vraag en aanbod
3.1. De vraag als uitdrukking van bereidheid tot betalen

De marktvraag naar een goed of dienst beschrijft de totale gevraagde hoeveelheid in functie van
bepaalde factoren. Het is de som van de vraag van gezinnen, bedrijven en de overheid

Reservatieprijs van de consument weerspiegelt de voorkeuren van de consument. Het geeft de
(marginale) maximale bereidheid tot betalen weer van de consument.


Werkelijke prijs > reservatieprijs:
- Individu is niet bereid tot aaankoop
- Consumentensurplus zou immers negatief zijn

Werkelijke prijs = reservatieprijs:
- Individu is indifferent tussen al of niet aankopen
- Cosumentensurplus = 0

Werkelijke prijs < reservatieprijs:
- Individu gaat over tot aankoop
- Positief consumentensurplus

Vraagcure: beschrijft de maximale bereidheid tot betalen
- Beweging langs vraagcurve: geeft het effect op de vraag van een prijsverandering
- Verschuiving van vraagcurve: geeft het effect van gewijzigde voorkeuren van de consument(en)

Consumentensurplus = het verschil tussen de totale.
Waarde voor de consumenten en wat ze ervoor willen
betalen: oppervlakte QMD

Continue marktvraagcurve die dalend is in prijs; de
marginale betalingsbereidheid wordt kleiner naarmate
het aantal broodjes stijgt.




3.2. Het aanbod als uitdrukking van marginale kosten

Het marktaanbod van een goed of dienst beschrijft de totale aangeboden hoeveelheid in functie van
bepaalde factoren. Het is de som van het aanbod van gezinnen, bedrijven en de overheid

Reservatieprijs van de producent of aanbied weerspiegelt de technologie en de marginale kosten van het
aanbeiden van een extra product.

Aanbodcurve: beschrijft de marginale kosten van de producent
- Beweging langs vraagcurve: geeft het effect op het aanbod van een prijsverandering;
weerspiegelt hoe de marginale kost erandert met de hoeveelheid, bij gegeven technologie
- Verschuiving van vraagcurve: geeft het effect van wijzigingen in de technologie

, Werkelijke prijs > reservatieprijs:
- Aanbieder is bereid tot verkoop
- Positief producentensurplus

Werkelijke prijs = reservatieprijs:
- Aanbieder is indifferent tussen verkopen en niet verkopen
- Producentensurplus = 0

Werkelijke prijs < reservatieprijs:
- Aanbieder is niet bereid te verkopen
- Producentensurplus zou immers negatief zijn

Producentensurplus = het verschil tussen de
ontvangesten en de totale kosten: oppervlakte QMD




3.3. Prijsvorming

Er is sprake van een opwaartse of neerwaartse druk op de prijs. Dit vindt plaats totdat het
marktevenwicht wordt bereikt. In dit geval is vraag = aanbod en is er sprake van een evenwichtsprijs met
evenwichtshoeveelheid.

Lineaire vraag- en aanbodfuncties zijn populair, ze maken de analyse gemakkelijk. Maar alle afleidbare
functies zijn lokaal lineair. Dus kunnen we lineaire functies gebruiken als benadering om de effecten van
kleine wijzingen te bestuderen.

Verandering in productiekosten doen de partiële aanbodcure verschuiven

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur jefvanhoudt. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

67474 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€8,99
  • (0)
  Ajouter